Hoofdstuk 1 Fred en Skye

POV Skye

"Skye!"

Skye keek Draco geïrriteerd aan.

"Ik luister wel, maar ik moet nu echt gaan!"

Skye was in Villa Malfidus en stond op het punt om te vertrekken.

"Maar Skye, we hebben een belangrijke opdracht dus moeten we er goed over na denken!"

Skye zuchtte geërgerd.

"Weet ik, Draco, maar dit is ook belangrijk. Dit heb ik al weken geleden gepland en trouwens; dit is ook een missie die ik van de Heer van het Duister moet doen!" snauwde ze.

Draco grijnsde. Deze opdracht vond hij wel leuk…

"Weet ik. En je hoeft niet zo te snauwen hoor" zei hij opgetogen.

Skye liep naar de haard.

"Ik ga."

"Ik ga mee" zei Draco.

Skye zuchtte en pakte een handje Brandstof.

Tien minuten later bevonden ze zich op de donkere en verlaten Wegisweg.

Ze liepen naar de winkel van Fred en George, die nogal opviel in de lege straat.

Skye duwde de deur open en wilde naar binnen lopen, maar Draco bleef staan.

"Ga je niet mee?" vroeg Skye.

Draco keek walgend en schudde zijn hoofd.

"In de winkel van die Bloedverraders? Echt niet!"

"Oké, maar volgens mij is Emma er." zei Skye glimlachend.

Draco klaarde op en Skye liep naar binnen.

Ze was in de vakantie al eerder op de Wegisweg geweest en was toen ook langs de winkel van de Tweeling gelopen. Toen was het heel druk geweest, maar nu was het vrij rustig.

Emma kwam toevallig net aanlopen en wilde blijkbaar net vertrekken.

"O, hoi, Skye!" begroette ze verbaasd, maar blij.

"Hoi, Emms" mompelde Skye.

Emma glimlachte en Skye zei: "Draco staat buiten. Volgens mij wil hij met je praten."

Emma knikte en liep naar buiten, waar ze Draco ook begroette.

"Hey, Skye!" riep een bekende stem.

Skye keek om en zag Fred op haar afkomen. Hij kuste haar vurig. Toen hij haar weer losliet, fluisterde hij in haar oor: "Ik heb je gemist."

Skye kreeg het warm vanbinnen.

"Ik jou ook" zei ze zacht.

"Waarom ben je niet langsgekomen?" vroeg Fred.

"Ik had het druk" antwoordde Skye onverschillig.

"Gelukkig ben je er nu wel. Over een week moet je weer naar Zweinstein. Ik was al bang dat je niet meer zou komen."

Skye voelde zich een beetje schuldig. Eerst wilde ze ook niet komen en hem als vriendje houden, maar de Heer van het Duister had erop aangedrongen dat ze het uitmaakte voor de school weer begon. Kop op, Skye! Dooddoeners horen zich niet schuldig te voelen!

Fred glimlachte lief naar haar en Skye vroeg zich weer af, hoe ze hem ooit moest dumpen. Hij streek wat haar achter haar oor en kuste haar enthousiast.

Skye beantwoordde de kus vurig en voelde de vlinders in haar buik rondfladderen. Ze sloeg haar armen om zijn nek en zijn armen pakten haar middel.

Fred sleepte haar mee naar boven, naar zijn kamer. Hij gooide de deur dicht en bleef haar zoenen, maar nu nog enthousiaster. Haar hart klopte wild en ze beantwoordde zijn kus maar al te graag.

Eigenlijk moest ze het uitmaken voordat het zou gebeuren, maar ze voelde zoveel enthousiasme, dat ze in zijn kus opging.

Hij frunnikte aan de knoopjes van haar blouse en liet de blouse voorzichtig een stuk over haar schouders glijden. O nee, straks ziet hij het Teken! dacht Skye ineens, maar ze bleef hem kussen, ondanks haar angst. Hij duwde haar zachtjes op bed en ze voelde kriebels in haar maag.

Freds vingertoppen raakten het lange, wolven-litteken, dat op haar andere arm zat.

Eerst leek hij het niet gemerkt te hebben. Hij hield niet op met zoenen, maar toen streek hij er nog een keer langs.

Fred stopte met haar te zoenen en keek naar haar schouder.

Skye keek er ook naar en Fred deed de mouw van haar blouse voorzichtig nog meer naar beneden, zodat het hele litteken tevoorschijn kwam, en haar blouse op de grond viel.

Het litteken zag er vreemd uit, zo in het schemerlicht. Het was net alsof er een grootstuk van haar vlees was gerukt, wat ook eigenlijk ook zo was. De wond zat onder het opgedroogd bloed en zag er elke seconde dat je ernaar keek, enger en verschrikkelijker uit. Skye wendde haar ogen af.

"Wat is dit?" vroeg Fred. Hij pakte haar arm en bekeek het. Hij keek er half walgend, half bezorgd naar.

"Een litteken" antwoordde Skye alsof het helemaal niet zo erg was.

"Hoe kom je daar aan?"

Skye keek hem niet aan en zweeg. Ze wist dat hij boos zou worden, als hij erachter kwam wie dat gedaan had.

"Skye? Hoe kom je daar aan?" drong Fred aan en hij liet haar arm voorzichtig los.

"Maakt het uit?"

"Ja, natuurlijk. Wanneer is dit gebeurd?"

"In juni, op school" zei Skye zo onverschillig mogelijk.

"Doe niet zo onverschillig en vertel me in hemelsnaam hoe je eraan komt."

Skye zweeg weer.

"Alsjeblieft Skye, je kunt me toch vertrouwen? Ik ben je vriendje" om haar te overtuigen drukte hij een kus op haar lippen.

Skye aarzelde. Maakte het nog uit? Ze zou hem toch dumpen.

"Door een wolf" zei Skye uiteindelijk.

"Een wolf?" vroeg Fred verbaasd en het was even stil. "Ja tuurlijk." zei hij sarcastisch. "Hoe kan jij nou een wolf -" hij stopte met praten.

"Dat meen je niet." zei hij zacht. "Bedoel je dat... dat Sjors dat gedaan heeft?"

Skye knikte en keek hem expres niet aan.

"Maar hij deed het niet met opzet." zei Skye. "Hij wilde -"

"Een gezellig potje knalpoker spelen, bij volle maan? Hoe kan hij je dat aandoen?" riep Fred boos.

"Zo erg is het nou ook weer niet" zei Skye luchtig. "O nee?" zei Fred sarcastisch. "Kijk eens naar je arm, Skye. Volledig verminkt."

Nu werd Skye boos.

"Ik ben niet verminkt!" riep Skye verontwaardigd. "Ik had beter op moeten letten."

"Nee, dat had Sjors moeten doen. Hij heeft je zeker toen ook weer gezoend? Ik weet die dingen heus wel hoor! Ook al vlak voor ik wegging, stond je met hem te zoenen. Ik ben niet helemaal achterlijk!"

"Zit je mij te bespioneren?" vroeg Skye boos.

"Nee, ik hou je in de gaten. Die stomme eikel zit op je te azen en jij gaat er nog in mee ook! En kijk wat er gebeurde, je arm is volledig geruïneerd!"

Skye stond op en raapte haar blouse op.

Ze trok hem snel aan en zei kil: "Jij bent een eikel. Bespioneren, mij verminkt en geruïneerd noemen. Het is uit Frederick Wemel."

Ze opende de deur en verliet de kamer. Met een enorme kracht smeet ze de deur dicht. Ze hoorde Fred haar nog na roepen, maar ze wilde niet terug gaan. Dit had haar al enorme moeite gekost. Alleen dat gedeelte dat ze kil moest doen, was al moeilijk geweest. Ze had op dat moment al haar moed bijeen moeten schrapen.

Ze hoorde de deur van een van de kamers opengaan. Daarna nog een deur en George vroeg verontwaardigd: "Wie gooide er zo met de deur? Mijn experiment ging bijna mis!"

Ze hoorde achter haar voetstappen, en voordat ze de winkel kon verlaten, had Fred zijn hand op haar schouder gelegd en probeerde te voorkomen dat ze wegging. Meteen veranderde Skye's blik in een en al kilheid, en Fred draaide haar om.

"Je weet best dat ik het niet zo bedoelde" zei hij paniekerig. Ze zag en wist dat hij het inderdaad niet gemeend had, maar voor haar was het een goed excuus.

"Wat niet? Dat ik verminkt en geruïneerd ben? Waarom zei je het dan?" vroeg ze lijzig. Het was niet echt een vraag, en Skye wilde ook geen antwoord. Ze draaide zich om en verliet zelfverzekerd de winkel. Tenminste dat hoopte ze, al voelde ze zich vreselijk en doken er tranen op in haar ooghoeken. Toen ze een eindje van de winkel vandaan was, keek ze om en fluisterde: "Het spijt me, Fred."