'Stil maar' zei hij onhandig, terwijl hij zachtjes over haar haar streek

'Stil maar' zei hij onhandig, terwijl hij zachtjes over haar haar streek. Zuko kon niet tegen huilende vrouwen. Zelfs niet als het om de watermeester ging. Na de ruzie tussen Sokka en Toph, die Aang had proberen te sussen, wat alleen maar tot nog meer zinloos geschreeuw leidde, was ze snikkend ingestort, en het enige wat de prins had kunnen bedenken was dat huilende vrouwen getroost moesten worden. 'Huil maar even uit, het komt wel weer goed.' Zuko had geen idee of dat waar was; hij had niet eens naar het gekibbel geluisterd. Maar het klonk als iets dat gezegd moest worden. Jammer genoeg voelde Katara zich er niet beter door: met een hysterisch gesnik wierp ze zich op de grond. Zuchtend tilde Zuko haar op en legde haar in haar tent. Hij bleef naast haar zitten tot ze sliep. Op zijn weg naar buiten zakte hij in elkaar van vermoeidheid. De wereld werd zwart.

'Zuko? Zuko? Wat doe je hier?' fluisterde Katara paniekerig. De prins knipperde een paar keer, maar het beeld bleef zwart. 'Zuko? Gaat alles wel goed?'Hij probeerde overeind te gaan staan, maar viel wankelend om. 'Zuko? Kun je me horen?'