Zwamdrift's driften

Sybilla Zwamdrift zat in haar torenkamertje in de Noordertoren wat wazig in haar kristallen bol te staren. Ze was de laatste tijd niet helemaal zichzelf. Ze wist ook niet precies waarom, maar laten we maar zeggen dat de lente in de lucht was. Haar gedachten dwaalden iedere keer af, naar de man van haar dromen. De man die zo knap was, zo aardig, en oh zo onbereikbaar. Ja, Remus Lupos voelde niet hetzelfde voor haar, als zij voor hem. Maar waarom?

Vaak fantaseerde ze over hem; hoe ze hem dan tegen zou komen op een verlaten gang in een verlaten deel van het kasteel. En dat hij zich hartstochtelijk op haar zou werpen. In een innige verstrengeling zouden ze hartstochtelijk kussen, en zou hij al haar kleren van haar lichaam scheuren. Teder zou hij met zijn fijne handen over haar lichaam strijken, haar bosten masseren en haar nek kussen. Ja, vaak gingen haar gedachten daar heen, naar de verlaten gang, samen met Remus. Maar dat was alleen maar een droom.

Ze keek maar weer een keer in haar kristallen bol, gewoon om haar gedachten af te leiden van de man die haar toch niet wilde hebben. Het brak haar hart, op de manier hoe hij haar ontweek, nadat zij hem de liefde had verklaard. Wat voelde zij zich stom en vernederd. Eigelijk zou ze eeuwig in haar torenkamertje blijven zitten, maar zelfs zij wist dat dat niks oploste. Ze moest haar leven weer oppakken.

"Professor, moeten we de spullen maar opruimen? Het is bijna tijd." zei de stem van haar studente Belinda Broom. Hemeltje, ze was helemaal afgedwaald tijdens haar les. Ze knikte en toen eindelijk de laatste leerling de zilveren trap was afgedaald, haalde ze diep adem. Het was nu tijd om naar de Grote Zaal te gaan, om te dineren. Ze pakte , met een beetje de zenuwen, haar tasje met tarotkaarten en een miniatuur glazen bolletje, en daalde nu zelf ook de trap af. Ze schreed, alsof ze zweefde, naar de hal wat uiteindelijk zou leiden naar de Grote Zaal.

Ze bleef even staan in de deuropening en zag toen dat iedereen al aanwezig was....behalve haar (nou ja, niks haar) Remus. Snel liep ze naar haar plaats. De stoel tegenover haar was leeg. "Remus er nog niet?" informeerde ze, op gespeeld ongeïntresseerde toon, bij haar buurman, professor Sneep. "Die voelt zich lichtelijk onwel en heeft besloten het diner over te slaan", zei Sneep, met een licht opgetrokken wenkbrauw. Sybilla gaf geen krimp en besloot de pompoensoep op te scheppen. Ze kon niet voorkomen dat haar hand lichtelijk trilde en ja hoor, daar had je het al, een vlek op het damasten tafelkleed. " Is er iets, Sybilla ? "vroeg professor Vector, die haar onderzoekend aankeek. "Nee, ach, met volle maan ben ik altijd wat afwezig.."zei ze terug. "Oh, dan moet je beslist eens bij Severus langs gaan" zei de professor, terwijl ze glimlachend van de een naar de ander keek. Sneep perste zijn lippen op elkaar. Hier had hij overduidelijk geen zin in.

Gaandeweg het diner leek Sneep onrustiger te worden, en het toetje was amper op tafel verschenen of hij excuseerde zich en verliet de grote zaal. Sybilla keek hem na... het moest iets te maken hebben met wat Vector had gezegd.... zou Sneep ??? Ze stond op en besloot hem te volgen. "Voor mij ook niet meer, ik heb geen trek meer en nog heel veel huiswerk te beoordelen, er liggen wel 80 rollen op mij te wachten", zei ze en verdween waardig de zaal uit. Zodra ze buiten het gezichtsveld was, begon ze harder te lopen.........snel daalde ze de trappen af, haar best doend om zo min mogelijk geluid te maken. Ze vermoedde dat Sneep naar zijn kerkers was gegaan. Al snel bleek dit vermoeden juist, ze hoorde het geluid van een borrelende ketel. De deur van zijn kantoor bleek op slot. Ze bukte om door het sleutelgat te kijken....ze zag net hoe hij een bokaal vulde met een rokend brouwsel, zijn staf pakte en hoorde hem de spreuk "finito flammatio"uitspreken, waarop het vuur onder de ketel plots uitging. Nu kwam hij naar de deur toe... zo snel ze kon ging ze ervandoor en probeerde de diverse deuren die ze tegenkwam... de tweede deur, van Argus Vilders martelkamer bleek niet op slot... had hij zeker vergeten na zijn laatste bezoekje aan Zweinsveld gisteren. Gauw glipte ze naar binnen en deed de deur op een kiertje....

Nog net op tijd, want daar hoorde ze iemand lopen. Het was inderdaad Sneep, zo zag ze... ze wachtte heel even tot hij ver genoeg weg was om niet alles meer te horen en sloop toen op kousenvoeten (nou ja, ze droeg sloffen) naar buiten. Ze achtervolgde hem, zorgvuldig in de schaduwen van de muren blijvend voor het geval hij achterom keek. Gelukkig waren de kerkers net een doolhof, vol met hoekjes en pilaren waarachter zij zich kon schuilhouden.... plots draaide Sneep een gang in, en liep toen een trap op. Zo stilletjes als ze kon volgde ze hem. Uiteindelijk kwamen ze op de derde verdieping, waar ook Remus' kamer was... "Zie je wel", dacht ze bij zichzelf, "het heeft met hem te maken". En ja hoor, Sneep klopte op de deur van Lupos'vertrek. Hij wachtte kennelijk geen antwoord af, maar ging gelijk naar binnen. Ze haastte zich om bij de deur te komen en door het sleutelgat te kijken. Ze zag helaas alleen het achterwerk van Sneep, die zich voorover had gebogen om de toverdrank die hij gebrouwen had in een soort bak te schenken die op de grond stond... Nou, dat achterwerk interesseerde haar geen zier.

Plots draaide Sneep zich om en liep naar de deur... opnieuw was ze gedwongen te vluchten. Ze dacht veilig te zijn achter een dikke boekenkast, maar de stem van Sneep schalde al snel door de verlaten gang "Ik zou het niet doen als ik jou was", klonk het, vol sarcasme. "Je zou wel eens heel erg teleurgesteld kunnen raken. Nee, je hoeft niet bang te zijn dat hij je iets doet, maar daar is ook alles mee gezegd. Nou ja, het is jouw keuze, Sybilla, wie ben ik tenslotte om je van advies te dienen in liefdeszaken?" Het laatste klonk bijna verbitterd. Professor Zwamdrift stond verstijfd van schrik en het duurde even voor ze bij zinnen was. Ze hoorde zijn voetstappen wegsterven. Zou ze de kamer binnengaan? Hoe had Sneep gemerkt dat zij er was, ze was zo stil geweest?

Haar hoofd tolde...maar ze wist dat er maar een ding was wat ze wilde, ook al had Lupos haar nog zo voor schut gezet...nou ja, voor schut, er was niemand bij geweest en hij zou zoiets nooit aan iemand vertellen, dat wist ze... maar toch, ze had zich zo vernederd gevoeld toen hij zei dat ze wel op kon houden met pogingen hem te versieren, omdat hij helaas niet op haar viel. Remus had haar hand gegrepen en zijn bruine ogen hadden ernstig in de hare gekeken. "Ik weet dat het moeilijk voor je is om te accepteren, Sibylla, maar ik voel niet voor jou wat jij voor mij denkt te voelen - maak het niet erger dan het al is en laat me met rust. Hoe eerder je mij vergeet, hoe beter. ik kan jouw gevoelens niet beantwoorden". Ja, hij was absoluut netjes geweest, vriendelijk en aardig, begrijpend zelfs.... was hij maar gemeen geweest, had hij haar maar uitgescholden, dat was makkelijker te verdragen geweest... maar niet deze vriendelijkheid, niet deze sympathie... het deed zoveel meer pijn. Misschien moest ze inderdaad proberen hem te vergeten... maar nu hij ziek was, was daar dan niet een kans ? Oh, ze zou voor hem zorgen, hem vertroetelen en misschien zou hij dan inzien dat zij toch de ware voor hem was, zou hij zo dankbaar zijn dat hij toch verliefd werd.. misschien was hij alleen maar bang om verliefd te worden en had hij haar daarom afgeweerd... ja, ze ging de kamer in... het voelde als haar laatste kans....