Boeman
Plotseling hoor ik kleine vuistjes op de massieve deur van mijn studeerkamer slaan. 'Papa?' Ik kijk op van mijn werk. 'Ja? Kom binnen zoon.' Het kleine jongetje verschijnt in de deuropening. Zijn ogen wijd open gesperd van angst, zijn wangetjes rood, zijn bezwete lichaampje trilt. Zodra hij me ziet, begint hij te huilen. 'Papa!'. Zo snel als zijn kleine voetjes hem dragen kunnen, rent hij naar mijn bureau. 'Papa!' schreeuwt hij van angst. 'Er zit iets in mijn kast! Het beweegt en het maakt….het maakt geluid!'. Ik schud mijn hoofd. Narcissa had gelijk. Het was geen goed idee om een vierjarige voor het slapengaan verhalen over boemannen te vertellen. 'Draco, er zijn geen boemannen hier in huis.' Maar het jongetje wil niet luisteren. Hij grijpt mijn mantel en laat hem niet meer los. 'Jawel! In mijn kast!' 'Draco, papa heeft het erg druk. Wees een braaf jongetje en ga terug naar bed.' 'Nee!' Als ik dit saaie werk vanavond af wil hebben, moet ik iets ondernemen. Ik sta op uit mijn comfortabele zetel en til het kind op. Terwijl ik zijn kleine, trillende lichaampje tegen me aan voel en zijn pas gewassen haar ruik, stroom ik over van liefde. Ik loop naar zijn kamer. We gaan op boemannenjacht!. In zijn kamer schijnt een zwak lichtje. Draco wil niet in het donker slapen. En al helemaal niet na mijn verhaal over de boeman. Ik zet het kind op zijn bed. 'Draco, waar kwam het geluid vandaan?' Het kind wijst naar de enorme kledingkast. 'D-d-daar!' Langzaam loop ik naar de kast en open de deur. Ik zie niks. Behalve Cosmos, onze kat. Slaperig kijkt ze me aan. Waarschijnlijk is ze in slaap gevallen toen ze probeerde te ontsnappen. Ze strekt haar poot en stapt gracieus uit de kast. 'Kijk Draco, daar is de boeman!' Het kind begint te lachen en klapt in zijn kleine handjes. 'Dappere Cosmos! Ze heeft de boeman weggejaagd!' Ik lach ook. De volgende keer vertel ik wel weer over Zwerkbal.
