001: 038 Tast (aanraking)

Sinds het moment van het ongelijk was zijn hele wereld ineen gestort. Zijn toekomstdromen waren als een gevallen spiegel in duizenden stukjes gebroken. Stukjes die nooit meer aan elkaar geplakt konden worden. Maar het ergste was dat hij het belangrijkste en het grootste stukje uit zijn toekomst en uit zijn heden zo ver mogelijk van zich af had geprobeerd te duwen.
Hoewel hij zijn gezichtsvermogen verloren was, was hij toch bang voor hoe mensen naar hem zouden kijken. De afkeurende blikken, of juist de blikken die toonden dat ze medelijden met hem hadden, hem zielig vonden. Maar het ergste waren de blikken die op Luke geworpen zouden worden. Men zou hem altijd gaan zien als het liefje van die blinde jongen.
Er werd zachtjes op de slaapkamerdeur geklopt.
"Noah?" vroeg een warme, fluwelen stem. Er klonken voetstappen dichter bij. Ze kwamen richting het bed. Noah voelde een zuchtje wind.
Hij ging wat rechter in het bed zitten. Hoewel hij zoveel dingen wilde zeggen, dat hij elke seconde van de dag maar aan één persoon kon zeggen, deed hij het niet. Hij hield zijn lippen stijf op elkaar, terwijl hij voelde dat er iemand bij hem op bed was gaan zitten.
Snel draaide hij, uit gewoonte, zijn gezicht weg. Hij hoefde niet bang te zijn voor ongemakkelijk oogcontact, wilde niet dat Luke hem kon aankijken, al had hij zelf geen zicht meer. En door zijn hoofd weg te draaien kon hij misschien ook een 'ik heb met je te doen' blik van hem ontwijken.
"Noah, kom op, je kunt me niet voor eeuwig blijven negeren." De persoon op het bed lachte nerveus.
Er bleef een ijzige stilte hangen. Noah voelde hoe al het bloed naar zijn wangen stroomde. Zijn hart sloeg sprongen over, maar hij weigerde zijn mond open te doen.
"Doe me dit niet aan. Alsjeblieft," smeekte Luke wanhopig. "Ik mis je en ik wil je helpen. Laat me terug in je leven. Ik weet dat je mij de schuld geeft van het feit dat je blind bent geworden. En dat als ik er niet geweest was, jij nu niet hier zou zitten. Niet op deze manier, in deze situatie. Maar laat me je helpen. Laat me het goed maken!"
"Luke! Ik ben blind, wat wil je goed maken? Me mijn zicht terug geven? Is dat wat je wilt?" De woorden waren eruit voor hij er erg in had. Hij zag dit als het juiste moment om op te staan en weg te lopen. Maar hij was te bang. Te bang om te vallen en afhankelijk te zijn van iemand anders, van zijn vriendje. Of wat ooit voor zijn vriendje door had moeten gaan.
"Het spijt me! Wat wil je dat ik doe?" riep Luke bijna hysterisch. Het was een hartverscheurende kreet om hulp, vergiffenis en vergeving.
Er viel een tweede lange stilte. Een ongemakkelijke stilte, precies wat Noah had willen vermijden. Ongemak. Er ging zoveel om in zijn hoofd. Het was al zo lang geleden dat Luke en hij samen waren. Intiem. Hij miste dat. Het was te lang geleden dat hij Luke had kunnen zien. Echt kunnen bekijken. Die ogen die de kleur hadden van een tropische, groene zee. De ogen waar je zo makkelijk in kon verdrinken. De kuiltjes in zijn wangen als hij lachte. Zijn blonde haren. Dat waren de mooiste dingen in Noah's leven en hij zou het misschien nooit meer kunnen zien.
"Luke…" begon Noah in een opwelling. Het was alsof alleen al door te denken aan hoe Luke eruit zag, zijn boosheid was weggevaagd.
"Ja, Noah?" vroeg Luke hoopvol. Hij klonk niet meer dichtbij. Hij klonk zelfs nog meer dan een meter verder. Noah had in al zijn gedachten niet eens gemerkt dat Luke was opgestaan.
"Ik wil je wat vragen," Noah haalde diep adem, "kun je even hier komen zitten?" Hij slikte een prop weg en klopte met zijn hand op de plek waar Luke moest gaan zitten.
Een sterke, mannelijke geur drong door zijn neusgaten naar binnen. Een geur die hem deed denken aan de mooie tijden die hij had gehad met Luke. Toen hij zijn gezicht nog in Luke's hals kon verbergen. Hij wilde hem zo graag nog één keer kunnen zien.
Luke was gaan zitten. Te ver weg, voelde Noah.
"Dichterbij?"
Het bed kraakte, hij voelde Luke tegen zijn benen.
Hij tilde zijn arm om. Zijn hand streek langs Luke's arm en hij bleef even in de lucht hangen.
"Mag ik?" vroeg hij. Hij begon overmatig met zijn ogen te knipperen, al had dat niet erg veel nut.
Hij voelde hoe zijn hand werd omsloten door die hij zo vaak… Luke kneep er even in en legde de hand tegen zijn gloeiende wang.
Noah's vingertoppen raakte de lippen aan die hij zo vaak had gekust. De zachte lippen waar hij nu zo ontzettend naar verlangde. Hij liet zijn vingers over Luke's neus glijden. Zijn perfecte, rechte neus. Via zijn neus kwamen de ogen. Hij voelde hoe Luke zijn ogen ontspannen had gesloten en zijn mondhoeken lichtjes had opgetrokken. Zijn vingers gleden over de lange wimpers, de smalle wenkbrauwen om vervolgens met zijn hand door de blonde lokken te gaan.
Noah wilde het moment zo lang mogelijk volhouden. Hij trok Luke dichter naar zich toe. Hij wilde zo dicht mogelijk bij hem zijn. En zonder dat ze het beiden zelf besefte raakten hun lippen elkaar sinds lange tijd. Het was een kus die alle gevoelens van de afgelopen tijd wist bekend te maken die niet in woorden konden worden uitgedrukt.
Noah liet zijn hand over Luke's rug glijden en wist zich eindelijk te ontspannen. Hij mocht dan misschien blind zijn, maar hij was nog lang zijn gevoel niet kwijt. En vooral niet zijn gevoelens voor Luke.