Titel: De Kameleon en het raadsel van de Geheimzinnige man
Auteur: Boukje
Genre: Crossover fantasy, romance
Rating: K
Disclaimer: Karakters in dit verhaal zijn eigendom van Uitgeverij Kluitman en de BBC
Op de weg die vanaf het meer naar het dorp leidt loopt een man van ongeveer 35 jaar oud. Aan z'n kleding te zien is het iemand die van de motorcross houdt. Hij is gekleed in een zwart lederen pak met daarover een zwarte leren jas, die hij open draagt. Z'n zwarte haar hangt wat rommelig langs z'n gezicht. Kennelijk heeft hij zich al een tijdje niet meer geschoren. Al met al maakt het heerschap een duistere indruk. Hij kijkt ook nogal schichtig om zich heen. Dan hoort hij een geluid dat hem klaarblijkelijk bekend voorkomt. Het is het geluid van een hamer die weerklinkt op het aambeeld. Klinkhamer is aan het werk. De man ziet de deuren van Smederij Klinkhamer open staan en ziet daarbinnen een smid met de voorhamer op het aambeeld slaan. Hij neemt een besluit en loopt op de smederij toe en blijft in de deuropening staan. Klinkhamer bemerkt de man niet want hij is geconcentreerd aan de arbeid. De vreemde blijft in de deuropening staan en kijkt de werkplaats rond. Opeens begint de man te praten. Sprekend met Brits dialect vraagt hij:
'Are you the blacksmith of this town?'
Klinkhamer draait zich om en ziet een donkere gestalte in de deuropening staan. De figuur stapt naar voren. Klinkhamer kan de niet bepaald onaantrekkelijke man nu beter onderscheiden.
'Are you the blacksmith of this town..?' vraagt de man nogmaals.
"Yes, I am,' antwoordt Klinkhamer bevestigend.
'Good,' zegt de man, die een beetje om zich heen kijkt. 'I need... a sword...' De man kijkt Klinkhamer nu aan: 'I need a sword. The one I had got stuck in someones body..' dat laatste zegt hij op een wat afwezige toon. Dan verschijnt er een sluw glimlachje op zijn gezicht:
'Obviously...'
Klinkhamer vindt het maar een rare snuiter..
'Het spijt me,' zegt Klinkhamer. 'Ik repareer voornamelijk machines. Ik ben geen wapensmid.'
Wat boos komt de man op Klinkhamer af, nors zegt hij:
'Wat bedoelt U ? Kunt u dat niet maken ? Weigert U een bevel ??'
Nou ja zeg ! denkt Klinkhamer maar hij besluit rustig te blijven en de man te kalmeren.
'Mijn collega is wapensmid..' jokt Klinkhamer. 'Shall I call him for you?'
'Yes, call him and be quick about it..'
De vreemdeling is het kennelijk gewoon om bevelen te geven. Klinkhamer besluit niet te telefoneren maar loopt naar buiten om naar het huis van de Dokter te gaan. De smid vindt dat de man nogal een verwarde indruk maakt en heeft wellicht psychische bijstand nodig...
Klinkhamer belt bij de Dokter aan. Grietje, de dienstbode, doet open en laat Klinkhamer binnen. Of Grietje de Dokter wil roepen, er is haast bij. De Dokter komt dadelijk en Klinkhamer legt hem uit wat er zojuist in de smederij is voorgevallen. Dokter pakt z'n tas en samen met Klinkhamer loopt hij naar de werkplaats om dan te ontdekken dat de man verdwenen is...
Hielke en Sietse varen met de Kameleon over het meer. Aan de polderdijk staat een man. Het lijkt erop dat hij hen wenkt om bij hem aan te leggen. Sietse stuurt de Kameleon naar de wal. Het is de in het leer geklede vreemdeling. Het valt Hielke en Sietse op dat die kleding er nogal vies uitziet. De man stapt in de Kameleon en wijst in de richting van de Woudaap:
'That way.' is het korte bevel.
Schouderophalend besluit Sietse aan het verzoek te voldoen en zetten ze de man over. Bij de Woudaap aangekomen stapt de man zonder een woord of bedankje uit. Hielke en Sietse varen terug naar het dorp...
Gefascineerd begint de vreemde het gebouw met de ronddraaiende wieken te aanschouwen. Vrouw Dijkstra, vermoedende dat het een toerist is vraagt vriendelijk of de man de molen komt bezichtigen. Maar de man lijkt 't niet te begrijpen.
'Waar dient dit voor ?' vraagt hij.
'Om het water uit de polder in het meer te pompen.' legt vrouw Dijkstra uit.
De man kijkt van de polder naar het meer.
'In het meer ?'
'Ja want anders staan we straks tot onze knien in het water..'
'In het water..? Niet in het bloed..?' De vreemdeling kijkt vrouw Dijkstra met zijn donkerblauwe ogen doordringend aan en loopt de dijk op.
'Zeker een klap van de molen gehad.' denkt vrouw Dijkstra schouderophalend en besluit Zwart te bellen. Ondertussen heeft Zwart reeds contact gehad met Klinkhamer en de Dokter over een verwarde vreemdeling. Ze weten nu waar hij uithangt en stappen gedrien in de auto om richting polderdijk te rijden...
De onbekende heeft Bles in de wei opgemerkt. Een glimlach van herkenning verschijnt op zijn gezicht. Hij loopt op het paard toe. Bles komt naar het hek lopen en laat zich gewillig door de man aanraken. De vreemde is duidelijk niet onbekend met paarden. Hij zou wel een ritje op het dier willen maken maar hij is niet gezadeld. Gerben heeft de geheimzinnige gast bij het hek opgemerkt en komt eens polshoogte nemen. Want voor je het weet blijkt het een dief te zijn die Bles wil stelen. Je kunt nooit voorzichtig genoeg zijn...
'Goeie.' groet Gerben op z'n Fries en begint een gemoedelijk praatje met de man. Deze neemt Gerben, met z'n gele klompen en blauwe overall, achterdochtig in zich op. Dan bemerkt Gerben de smoezelige kleding van de man. Het doet hem warempel denken aan het vuile schort van de slager... Grappig bedoelt zegt Gerben:
'Heb je soms een varken geslacht..?' Gerben lacht. Maar de man, die er niks van verstaan heeft, lacht niet. Hij kijkt Gerben nors aan. Plotseling haalt hij uit en slaat Gerben tegen de grond ! De geheimzinnige is er kennelijk niet van gediend om uitgelachen te worden.
'Welverdraaid !' denkt Gerben. 'Wat zullen we nou hebben ??'
Hij staat weer op en begint met de man te vechten. Met z'n vuist weet hij de man tegen de kaak te raken. Dan geeft hij hem een stomp in de maag. Maar de vreemde herstelt zich snel en slaat Gerben met een harde vuistslag in het gezicht en geeft hem vervolgens een schop in de zij. Gerben tuimelt achterover. In een soort automatisme wil de man z'n dolk grijpen maar ontdekt dan dat hij die niet meer heeft. Hij wil Gerben, die op de grond ligt, in een plotselinge woedeaanval aanvliegen. Op dat moment komen Zwart en Klinkhamer Gerben te hulp. Ze werken de agressieve man tegen de grond. De Dokter heeft een injectiespuit in de hand en weet die de man toe te dienen. Na een tijdje begint de verdoving te werken en kunnen de Dokter en Zwart de vreemde met de auto afvoeren.
'Gaat het weer een beetje, Gerben ?' vraagt Klinkhamer als Zwart en de Dokter wegrijden.
'Ach, een paar schrammetjes..' doet Gerben laconiek. 'Maar wat is dat voor een rare snuiter zeg.. Begint zomaar met me te vechten ! Kan ie niet tegen en geintje..?'
'Waarschijnlijk heeft die kerel je niet eens verstaan want hij spreekt engels..' vertelt Klinkhamer.
'Oh ?' begrijpt Gerben. 'Hij zei ook geen stom woord. Keek alleen nogal dreigend..'
Met paarden heeft de vreemde kennelijk wel iets. Maar wat ? Is hij wellicht bij de bereden politie ? Of dient hij in het leger gezien zijn gedrag ? De Dokter besluit de man onder zijn hoede te nemen. Zwart zal proberen uit te zoeken wie hij is. Maar dat blijkt een moeilijk karwei: De vreemdeling had geen identiteitspapieren bij zich, tevens lijkt het erop dat de man aan geheugenverlies lijdt.
Als hij in het huis van de Dokter weer bij zijn positieven komt en versuft op het logeerbed ligt komt de Dokter eens met hem praten. Eerst wil hij weten hoe hij heet:
'I am called.. I am..' in de war kijkt de man de Dokter aan. 'I don't know..'
'You don't know ?' vraagt de Dokter verbaasd.
'No..'
'Wel, ik moet je toch een naam geven..'
De Dokter denkt na en noemt vervolgens een aantal namen van bekende Engelse koningen.
'Eh.. William, Charles, George ? John ?'
Een onbekende wordt nog wel eens met 'John Doe' aangeduid. Maar de vreemdeling vindt het niks.
'Richard misschien..?' de Dokter denkt opeens aan de heldhaftige Engelse vorst Richard Leeuwenhart.
Doch de vreemde reageert gerriteerd:
'No ! Don't call me... Richard..'
Oh ? Nou dan niet. De Dokter besluit voor George te kiezen. Omdat hij moet denken aan de film over de gekte van Koning George...
'Weet u waar u bent ?'
'No.'
'Of hoe u hier gekomen bent..?'
'No.'
Echt veel wijzer wordt de Dokter enige wat duidelijk is is dat de man uit Engeland moet komen, gezien z'n accent waarschijnlijk uit de noordelijke streken. Hij zal de vreemde aan een paar geheugen tests moeten onderwerpen om te zien wat hij nog wel weet. Ondertussen wordt zijn kleding in een forensisch lab onderzocht. De resultaten van de DNA tests blijken nogal verontrustend. Op een avond komt Zwart in de smederij om te vertellen wat men ontdekt heeft.
'De bovenkleding van de man zat onder het opgedroogde bloed..'
Klinkhamer, Gerben de Dokter en de jongens kijken hem verbaasd en verschrikt aan.
'En het was niet het bloed van een dier..'
'U bedoelt..?' vraagt Klinkhamer.
'Het was menselijk bloed.. DNA tests hebben uitgewezen dat het niet het bloed van de man zelf was..'
'Zou hij.. iemand vermoord hebben..?' vraagt de Dokter.
'Dat zou kunnen..'
'De man kan dus gevaarlijk zijn..'
'Hoeft niet,' meent Zwart. 'Hij kan ook getuige van een moord geweest zijn. Of was zelf bijna een slachtoffer maar hield hij zich dood. U kent wellicht de verhalen uit de Balkan oorlog wel..?'
'Ja..' verzucht de Dokter. 'Hij zou dus ook een posttraumatische stress stoornis kunnen hebben..'
'Alles is vrouw Dijkstra heeft hij iets gezegd over tot je knien in het bloed staan, deze opmerking komt voor in een verslag van kruisridders die in het Heilige land tegen de Saracenen vochten...'
'U wilt toch niet zeggen dat de man een verdwaalde kruisridder is ??' vraagt Gerben verbaasd.
'Nee natuurlijk niet, Gerben.' antwoordt Zwart.'Ik vond de opmerking alleen nogal opvallend..'
'Wat gaat er met George gebeuren, Zwart ?' willen de jongens weten.
'Ik heb een bericht aan de collega's van Scotland Yard gestuurd om de identiteit van de man te kunnen achterhalen. Levert dit niets op zal de media worden ingeschakeld. Het beste dunkt me de man in deze rustige omgeving te laten bijkomen en hem op z'n gemak te laten voelen..'
De Dokter zal hiervoor zorgen. Met kalmeringstabletten komt de man, die ze dus George hebben gedoopt tot rust...
Grietje, de dienstbode, zint het maar niks die vreemde vent in het huis. Ze is een beetje bang voor hem. De Dokter probeert haar gerust te stellen.
'Mijn gevoel zegt me dat deze man diep in z'n hart een goed mens is..'
'Nou, ik vind het maar een griezel ! Hij kijkt aldoor zo nors..'
'Hij heeft waarschijnlijk het n en ander meegemaakt en is het vertrouwen in de mensheid verloren, vermoed ik..'
'Nou, ik vertrouw hem niet ! Ik zal de deur van m'n kamertje s'nachts op slot moeten draaien..'
De Dokter meent dat Grietje te achterdochtig is, maar als ze er zo over denkt..:
'Neem dan een tijdje vakantie, dan zoek ik wel een uitzendkracht..'
Maar Grietje wil zich niet laten kennen en blijft toch. Diep in haar hart voelt ze zich tot de vreemdeling aangetrokken maar wil dat niet laten merken. Inmiddels heeft het nieuws over de geheimzinnige log van de Dokter zich over de omgeving verspreid. Als George zich in het dorp begeeft, nu gekleed in een zwarte jeans en spijkerjack, gebeurt het dikwijls dat ongehuwde famkes hem giechelend nastaren. Meestal kijkt George dan met een ongenteresseerde blik om.
