Hijgend plofte ik neer op de bank. Ik was uitgeput. Het leek alsof ik uren achter elkaar had gerend. Maar in werkelijkheid waren het maar een paar minuten geweest. "Ik ga nooit meer alleen weg 's avonds…" Hijgde ik.
"Wat is er?" Mijn zusje kwam de kamer binnenlopen. Ze had haar pyjama al aan en keek slaperig. "Eigenlijk… Niets." Zuchtte ik vlug. Maar er was wel wat. Ik en de meiden werden gestalkt, zonder te weten door wie. "Ga maar weer slapen."Zei ik.
Ik dacht terug aan wat er ongeveer een half uur geleden gebeurd was. Toen we met z'n allen uit de bioscoop liepen, stonden er twee mannen buiten. Niet bijzonders, zou je zeggen. Totdat ze ons begonnen te volgen. Elke stap die we deden hielden ze in de gaten, en wij werden er nogal benauwd van. Uiteindelijk zijn we onverwacht een hoek om gegaan en hebben we zo hard gerend als we konden. Maar ik met mijn stomme kop, durf niks tegen iemand te zeggen. Zelfs tegen mijn ouders niet. Éen van mijn vriendinnen maakte me alweer bang met verhalen over moordenaars die je naar je huis volgen en dan je hele familie uitmoorden. Maar de andere zei dat ik dat niet moest geloven, omdat ze toch altijd van die gekke dingen verzint. Toch was ik er onzeker van geworden, en was er zeker van dat ik vannacht niet zou kunnen slapen.
"Mag ik bij jou slapen?" vroeg ik verlegen aan mijn zusje. Ik ben bang, waarvoor weet ik zelf ook niet. De deur zit op slot, de ramen zijn dicht en de gordijnen zijn gesloten. "Wat is er dan?" Vroeg ze nieuwsgierig. Ik durfde het haar niet te vertellen, maar ik deed het toch. "Ik zal het je vertellen." Zei ik zacht. "Maar je moet niets tegen papa en mama zeggen." Ik vertrouwde haar. Ze was altijd eerlijk, maar nu twijfelde ik. Soms was ze te eerlijk.
"Ik vertrouw je, maar ik ken je ook. Je rent veel te snel maar papa en mama met je kleine beentjes." Zei ik nu iets harder. " Ik wil echt dat je het geheim houdt." Ze keek me nu met zulke lieve, schattige oogjes aan dat ik het wel moest vertellen. Ik had haar nu al nieuwsgieriger gemaakt, dan dat ze al was. Ik moest lachen. Ze lachte mee, maar hield me goed in de gaten. "Oké, ik vertel het je. Het zit dus zo. Ik ging naar de bios met de meiden. Dat weet je, hè?" vroeg ik lief aan haar. Ze knikte. Ik ging verder met mijn verhaal. "De film was afgelopen en ze liepen naar buiten. We zouden met zijn vieren terug lopen. Dat hadden we afgesproken. Toen kwamen er twee mannen achter ons aan. Ik vond ze eng dus ik liep sneller door maar de andere zagen ze niet." Ik keek even naar mijn zusje en zag dat ze in slaap was gevallen. Ik dacht bij mezelf, ze was gewoon moe.
De volgende ochtend was ik super moe. Ik had amper geslapen door die stomme dromen. Maar volgends mijn vader zijn het ondertussen geen dromen meer, het zijn hele belevenissen, als ik ze 's morgens vertel aan de ontbijttafel. Ik denk altijd bij mezelf. Ben ik niet te oud voor die soort dromen, waarom heeft mijn zusje ze niet of gaat het nog wel een keertje over? Soms word ik bang van mijn dromen. Dan word ik gillend wakker. "Honey, ben je wakker?" Vroeg iemand aan me. Toen kwam ik weer bij mijn positieve en zag dat ik op de grond lag naast mijn stoel aan de ontbijttafel. "Gaat het wel, schatje? Jij hoeft vandaag niet maar school. Je bent veel te moe. Ga maar weer lekker naar bed. Ik breng straks wel wat te eten." Zei mijn moeder liefkozend. Ik dacht even na. Wat er met me aan de hand? Ik kan niet slapen, ik val in slaap op een stoel en ik kan me gedachten er niet bij houden. Er is echt iets. WAT IS ER TOCH AAN DE HAND? "Nee, mam. Ik wil echt naar school. Het gaat wel weer." Zei ik met de twijfels duidelijk hoorbaar.
Toen ik eindelijk op school aan kwam, zat ik onder de schrammen en blauwe plekken. Had ik maar thuis gebleven. Ik kan me hoofd er toch niet bij houden. Maar nu ben ik op school en moet ik het ook al maken. "Myra, daar ben je!" hoorde ik ergens achter me. "Waar zijn jullie?" riep ik terug met een klein zacht stemmetje. Ik had geen stem, want ik had amper geslapen. "Grace, kom Myra is er. Of wil je haar laten wachten?" hoorde ik Sophie en Hailey tegelijk zeggen. Ik hoorde alles gedempt, ik sliep half en herkende me eigen vriendinnen bijna niet. "Myra, wat heb jij vannacht gedaan?" Ze hadden gelijk in zag er niet uit. Ik was helemaal wit en me ogen vielen bijna dicht. Ik had thuis moeten blijven, ik had thuis moeten blijven dacht ik bij me zelf.
"Myra, Myra, Myra! Wordt eens wakker!" hoorde ik van heel ver weg. Het geluid was zacht maar wel erg opdringerig. "Je ligt weer te slapen!" hoorde ik nog zachter voor ik weer verdwenen was in een diepe, diepe slaap. In de droom die niet op wilde houden. Elke nacht als ik eindelijk sliep, wat vaak lang duurde, begon hij op het punt waar ik de dag er voor geëindigd was.
Mijn dromen van de laatste tijd gaan altijd over fantasiewezen en dieren, net of ze me iets willen vertellen. Ze kunnen ook altijd praten en vertellen me dingen die ik vaak niet snap. Ze leggen het te ingewikkeld uit, maar als ik er dan over na denk, snap ik het ineens wel en probeer ik linken te leggen met dingen die ik eerder hoorde.
Toen ik wakker werd was de klas helemaal leeg. Althans ik dacht dat ik nog in de klas was, maar toen ik beter keek, zag ik dat ik in een bed lag. Iemand moet me hierheen gebracht hebben, maar wie? Ik dacht even diep na. Ik was op school, mijn moeder was thuis. Het zal me moeder wel geweest zijn.
