Nachtelijk bezoek

De sterren schenen helder aan de hemel en een zacht briesje liet de bladeren van de bomen bijna ritmisch heen en weer bewegen. In de Regenbooglaan waren de meeste lichten in de huizen uit en werd de straat verlicht door een zwak licht van de lantaarnpalen. De meeste dreuzels sliepen al en konden niet vermoeden dat slechts een paar straten verderop een hevige strijd was losgebarsten tussen een aantal dooddoeners en schouwers.

Faith was 20 jaar en woonde in een van de huizen op de Regenbooglaan, zij was een van de weinigen en waarschijnlijk de enige uit de straat die van het bestaan van tovenarij afwist. Haar neefje en nichtje waren beide naar Zweinstein geweest en toen Faith nog maar een klein meisje was wilde ze alles weten over Zweinstein. Ze bewaarde het geheim echter zoals beloofd en vertelde nooit iemand over het bestaan ervan, na de dood van haar ouders wilde ze er zelfs niet meer over praten en verbande het uit haar leven. Ze waren beide vermoord door een dooddoener en Faith moest zonder haar ouders door het leven.

Hoe hij was gelopen wist hij niet meer, het enige wat hij wist dat hij zo snel mogelijk weg moest komen uit het steegje waar de dooddoeners en schouwers een hevige strijd voerden. Zijn benen konden hem bijna niet meer dragen en hij hoorde voetstappen dichterbij komen, een zwak licht uit een van de huizen trok zijn aandacht. Hij liep half struikelend het tuinpad op en drukte op de deurbel terwijl hij zich vast hield aan de deurpost, hij drukte nog eens lang op de deurbel en voelde zijn hoofd bonzen alsof het zou exploderen. 'Het was allemaal Potter zijn schuld, hij zat er vast achter en het had hem een paar dooddoeners gekost en bijna zijn eigen leven' dacht hij terwijl hij nog eens de deurbel indrukte. Hij had dan ook nooit gedacht dat hij om zijn leven te redden hulp zou zoeken bij een dreuzel, maar op het moment zat er voor hem weinig anders op.

"Slaap lekker Chico" zei ze zacht terwijl ze haar hond even achter zijn grote flaporen kriebelde. Ze liep naar het raam en schoof een stukje gordijn opzij en tuurde even de verlaten straat in en sloot haar gordijn daarna weer. Moe van een lange werkdag stapte ze haar bed in en trok de sprei tot hoog aan haar kin. Haar blik viel even op een fotolijstje naast haar bed waarop zij en haar ouders vrolijk stonden te lachen, de deurbel liet haar echter opschrikken uit haar gedachtes. Chico begon te blaffen en rende naar haar slaapkamer deur, de bel klonk opnieuw maar dit keer korter dan de eerste keer. Faith stapte uit bed en trok haar ochtendjas aan, ze vroeg zich af wie er rond dit tijdstip voor haar deur stond. Haar hond liet ze achter in de slaapkamer en behoedzaam liep ze de trap af naar het kleine gangetje, aarzelend pakte ze de sleutels van het haakje en stopte die in het sleutelgat. Voorzichtig deed ze de deur een klein stukje open en keek recht in twee grijs/blauwe ogen.
"hallo" zei ze verbaasd en aarzelend terwijl ze in een snelle blik de man bekeek. Toen ze de gewonde man zag aarzelde ze even, ze werd echter al gauw afgeleid door de toverstok die Draco nog steeds in zijn hand had geklemd. Snel probeerde ze van schrik de deur dicht te duwen maar Draco zette zijn hand tegen de deur waardoor Faith hem niet kon dichtdoen en stapte naar binnen, uitgeput deed hij de deur dicht. Als versteend stond ze daar in de gang en besefte niet wat er zojuist gebeurd was, na een paar seconden realiseerde ze zich wat er aan de hand was.
"Wat do-" ze kon haar zin niet afmaken doordat Draco zijn hand op haar mond hield.
"Ssstt, doe het licht uit" fluisterde hij op strenge toon terwijl hij zijn evenwicht probeerde te bewaren, waarmee hij grootte moeite had. Faith deed het licht zoals hij beveelde uit en bleef stil staan, ze hoorde in de straat snelle voetstappen die langzaam weer in de verte wegstierven.

Door de vele beheksingen en spreuken die hem hadden geraakt leken zijn benen hem niet langer te kunnen dragen, zijn grip op haar verzwakte en met een knal raakte hij het gangkastje. Als het gangkastje er niet had gestaan had hij waarschijnlijk op de grond gevallen en hij hield zich nu uit alle macht beet aan het kastje, zijn ribben deden zeer van de val en zijn adem was jachtig. Faith wist niet hoe hij zo gewond was geraakt en wie hij was, het enige wat ze wist was dat hij een tovenaar was. Ze hoorde Chico boven blaffen en keek naar Draco, ze begon medelijden te krijgen en probeerde hem overeind te helpen.
"Ga weg!" snauwde hij tegen haar en duwde haar een stukje van zich af, hij hoefde ten slotte de hulp niet van een dreuzel.
"Ik probeer alleen te helpen" zei ze en koppig hielp ze hem overeind "Je moet even liggen"
Hij verzette zich niet langer en liet zich naar de woonkamer brengen waar hij op een bank werd geholpen, hij zag wazig door de tranen van pijn in zijn ogen maar kon een zachte zoete geur ruiken. Zijn oogleden voelde zwaar en vielen dicht voordat hij de kans had gekregen ook nog maar iets te zeggen.

Faith haalde van boven een verbanddoos en zorgde met wat pleisters ervoor dat zijn wonden een beetje bedekt waren, tegelijkertijd speelde veel gedachtes door haar hoofd heen. Ze vroeg zich af waarom hij zo gewond was en waarom ze een vreemde man in haar huis haalde en hielp, ze was in de war maar dit voelde juist om te doen. Als laatste pakte ze een glas water en zette dat op een tafeltje bij hem neer en liep naar boven, ze besloot die avond haar slaapkamerdeur dicht te houden zodat Chico niet naar beneden kon en viel uiteindelijk ook in slaap.