Disclaimer: avatar behoort mij niet toe.

Een meisjes missie

Inhoud: een koning, een meisje en een onmogelijke missie. Hoe zal ze weerstaan, hoe zal ze overleven en hoe zal ze overwinnen? Zutara.

Ozai stond in zijn kamer, weggedraaid van de deur. De deur opende, een meisje stapte naar binnen en sloot de deur. Nadat de deur was gesloten knielde ze, de man plaatste zijn glas op het bureau naast hem, nog steeds weggedraaid van het meisje en de deur.

"Meester, u vroeg dat ik zou komen." Zei het meisje toen ze knielde.

"Ja, ik vroeg dat ze jou zonden Katara, weet je waarom?" Ozai draaide zich nog steeds niet om.

"Nee, meester." Beantwoorde het meisje eerlijk, haar ogen nog steeds op de grond gericht.

De vuurheer draaide zich om en keek naar het meisje.

"Je ouders konden geen eten meer kopen omdat ze arm waren, om wat geld te verdienen verkochten ze hun enige dochter. Zo kwam je hier, in het paleis, als een slaaf." Ozai kwam naar haar.

Tranen vormden zich in haar ogen, maar ze liet ze niet vallen. Ze sprak geen woord en wachtte tot haar meester zou verdergaan en vertellen waarom ze moest komen.

"Mijn zoon, prins Zuko, is gevangen genomen door de rebellen. Ik hoorde dat jij een vechter bent, om specifiek te zijn een dodelijke krijgster, een persoon die elk wapen kan gebruiken dat ze maar vast houdt en je geeft nooit op tot je hebt wat je wil. Dat is een goed iets en daarom ga jij mijn zoon redden. Je bent geen slaaf meer, je bent nu een Koninklijke jager. Sta op en kijk naar me." Katara stond op en keek in de amberkleurige ogen van de man voor haar.

"Je bent niet alleen een krijgster, je bent ook een schoonheid." De vuurheer plaatste zijn wijsvinger onder haar kin wanneer hij dit zei.

Het meisje trilde lichtjes, Ozai kwam dichterbij, zijn lippen stopten amper een paar centimeter voor haar. Daarna kuste hij haar ruw, nog geen minuut later stopte de kus.

"Ga naar Mai, ze zal je je nieuwe kleren geven en mijn dochter zal doen wat nodig is." Zei de man zachtjes in haar oor.

Hij nam zijn vinger weg van haar kin, ze boog lichtjes en ging naar buiten. Na een tijdje vond ze Mai.

"Daar ben je. Ik dacht je nooit zou komen." De vrouw leidde haar naar binnen.

"Trek die vernielde kleren uit, je zal kleren dragen die speciaal voor deze missie werden gemaakt." Het zwartharige meisje gaf haar haar nieuwe kleren.

Katara nam ze en verdween achter een omkleedscherm. Ze trok haar slaafkleren uit en keek naar haar nieuwe.

Er was een paar bruine sandalen, een zwart topje en een zwarte rok.

Het topje eindigde 3 cm onder haar borsten en het rokje eindigde 5 cm boven haar knieën.

De Koninklijke jager stapte vanachter het scherm en werd gecheckt door Mai.

"Deze staan je goed, ik zou zeggen perfect. Nu moet je naar prinses Azula." De vrouw duwde haar richting de kamer van de prinses.

Katara klopte op de deur. Azula opende de deur en keek naar het blauwogige meisje voor haar. Haar bruine haar lag op haar rug en 2 haarsliertjes vielen op haar rechterborst. Als je zou kijken naar het meisje zou je nooit zeggen dat ze een krijgster is.

"Goed, je bent er. Volg me." Azula stapte in de hal.

De prinses wandelde naar de kerkers, gevolgd door het meisje. De jonge vrouw opende een deur en leidde Katara naar het midden van de kamer.

De krijgster herkende de kamer meteen, ze was hier een paar keer gebracht om gestraft te worden. Er was niet veel meubilair in de ruimte. Alleen een matras en boeien om een slaaf of serveuse aan de muur of in de lucht te hangen voor zweepslagen.

"Lig neer." Azula wees naar de matras.

Katara lag neer op haar buik, handen gekruist onder haar hoofd. De prinses had een fles met een roodgekleurde vloeistof en een papier met een motief op in haar handen.

De jonge vrouw legde het papier op de rug van de krijgster, dan goot ze de rode vloeistof op het papier. Katara sprong bijna recht toen ze de vloeistof voelde, maar Azula hield haar efficiënt op de matras met één hand. Het deed pijn, zoveel was zeker, maar waarom alleen waar het papier haar rug niet bedekte. Na 5 minuten nam de prinses het papier weg en dipte ze de rest van de vloeistof ook weg.

Het motief van het papier was in haar rug gedrukt, boven haar achterwerk kon je nu een draak met vuur rond zijn lichaam zien.

"Het is voorbij, je bent nu een Koninklijke jager." Azula stond op, Katara knipperde alleen maar met haar ogen.

"Sta op, mijn vader wil je spreken." De jager stond open verliet de kamer, op zoek naar de kamer van de vuurheer.

--

"Waarom zend je een meisje met totaal geen ervaring?" Vroeg Ty-Lee.

"Ze is een dodelijke krijgster en ze zal nooit opgeven." Ozai kwam naar zijn adviseur.

"Er zijn andere Koninklijke jagers die beter getraind zijn en ze zullen ook niet opgeven." De vrouw kruiste haar armen terwijl ze in zijn ogen keek.

"Waarom ik haar stuur op deze missie zijn mijn redens. Ga terug naar de andere adviseurs, ik heb een hoop te doen." De adviseur boog lichtjes en verliet de kamer.

--

"Het ziet er naar uit dat je wakker bent." Jet kwam naar de geboeide prins.

Zuko was in de lucht geboeid, hij was net wakker, het laatste ding dat hij zich herinnerde was dat hij naar Ty-Lee keek en nu was hij hier in een kerker.

Het hoofd van de rebellen nam de jongens kin in zijn handen en keek met zijn bruine ogen in de amberkleurige van de prins.

"Ik denk dat we je ietsje meer moeten zullen wekken, want je ziet eruit alsof je slaapt. Smellerbee start met 25." Jet liet Zuko's kin los en stapte een meter achteruit.

Een schreeuw vulde de kamer waneer de zweep contact maakte met de naakte rug van de prins. Een tweede schreeuw vulde de kamer wanneer de zweep een tweede keer contact maakte met zijn huid. Bloed vloeide uit de wonden en viel op de grond, na de 17de zweepslag werd zijn zicht wazig. Zuko viel flauw na de 19de zweepslag, na 25 slagen stopte Smellerbee en verliet de kamer.

Jet keek naar de gevangen jongen en dan naar het bloed dat op de grond lag, hij spuugde voor de voeten van de prins en verliet de kamer.

--

Katara klopte op de deur, in geen tijd leek de deur open te vliegen.

"Kom binnen Katara en vertel me hoe ging de markering?" Ozai sloeg zijn arm om haar schouder en leidde haar naar binnen.

"Het was niet zo pijnlijk als ik eerst dacht." Loog het meisje.

Ze hield niet van het feit dat Ozai zo dicht bij haar was, vooral nu, sinds ze een Koninklijke jager is.