Hoofdstuk
1
De vriendin
"Madison wacht!" schreeuwde Maria
over het schoolplein en Madison stond stil, ze keek om en zag haar
beste vriendin Maria snel aan komen lopen.
"Wat is er?" vroeg
Madison terwijl ze in een bezorgd gezicht van Maria keek. Ze had
prachtige groene ogen, die je alleen maar aan hoefde te kijken en je
dan al gelijk wist dat er wat was.
Ze deed een pluk rood haar
achter haar ogen en trok haar mee naar een hoekje.
"Ik moet je
wat vertellen, jij bent de enige die ik kan vertrouwen, en…"
Maria begon te snikken en probeerde haar vriendin niet aan te kijken.
"Maria, je kunt me alles vertellen" zei Madison en sloeg een
arm om haar heen.
"Ik heb het nog aan niemand verteld, dat kon
ik niet. Mijn moeder heeft zelfmoord gepleegd, ze heeft zich
opgehangen" zei ze en Madison schrok, haar moeder was erg aardig en
kon zich niet voorstellen dat ze ooit aan zelfmoord gedacht zou
hebben.
"Maria" kon ze alleen nog maar uitbrengen en ze
liepen nu samen het schoolplein af. Ze zeiden niets tegen elkaar en
niemand deed ook de moeite om een gesprek aan te knopen. Ze staarden
alleen maar voor zich uit. Het zonnetje brandde vrolijk en lachte hen
toe, alleen was er geen rede om terug te lachen.
Ze woonden niet
ver van elkaar, Maria woonde drie straten achter haar. Net toen ze de
staat in liepen vroeg Madison ineens wat.
"Maria, je kunt wel
bij mij komen logeren" en ze wist dat haar moeder dat niet erg zou
vinden, Maria's ouders waren gescheiden en was ze dus helemaal
alleen in het huis.
"Nee, bedankt mijn tante is thuis, ze helpt
me en ik woon voortaan bij haar" zei ze en liep nu naar haar
voordeur en draaide de sleutel om. Ze seinde dat Madison ook naar
binnen moest komen en toen ze dat was deed ze de deur snel achter
zich dicht. En Madison kon dat begrijpen ook het was ijskoud in huis.
Toen ze de eens zo vrolijke huiskamer in stapte zag ze een kist
staan met een vrouw die er naast stond. Ze huilde en raakte haar zus
aan.
"Tante, Madison waarover ik vertelde is mee gekomen"
haar stem was zacht en Madison kon haar ook niet kwalijk nemen.
"Gecondoleerd" zei Madison en gaf de vrouw een hand. De vrouw
deed haar ogen dicht, alsof ze was voor haar zag en toen ze elkaar
los lieten deed ze haar ogen weer open.
"Madison hoe heet je
van je achternaam?" Vroeg de vrouw nieuwsgierig en leek helemaal
niet meer zo verdrietig.
"Vererra" zei ze en de vrouw keek
haar bezorgd aan. Zou zij haar familie kennen? Of familie zijn? Nee
dat kon niet dan zou Maria familie van haar zijn en zij en Maria
zouden dan flink bij elkaar afsteken. Nee, dat was uitgesloten ze
vroeg het alleen maar uit nieuwsgierigheid.
"Jou vader was mijn
halfneef" zei de vrouw opeens en Madison keek haar raar aan.
"Mijn
vader is dood en heeft geen familie" zei ze, ze liep naar Maria
omhelsde haar en liep naar buiten.
Ze had besloten om naar
haar moeder te gaan, zij zou misschien wel kunnen zeggen of de vrouw
de waarheid sprak. Madison geloofde niet wat de vrouw had gezegd,
maar ze leek wel erg serieus. Alles tolde rond in haar hoofd. Ze had
haar vader alleen gekend toen ze heel klein was en was bij een
auto-ongeluk om het leven gekomen had haar moeder verteld. Ze
herinnerde zijn stem nauwelijks en zijn uiterlijk kon ze alleen maar
van foto's.
"Dit is gewoon een hele zieke grap" zei ze
tegen zichzelf en toen ze voor zich keek kwam ze er ineens achter dat
ze voor haar huis stond. Ze stak de sleutel in het slot en draaide
die om. Toen ze de huiskamer in liep was er nog niemand thuis, wat
haar niet verbaasde. Haar moeder leefde alleen met haar en moest hard
werken om alle eindjes aan elkaar te knopen. Madison was achttien en
was van plan om van school te gaan, daar ging het meeste geld aan op
en voelde zich daar best schuldig over. Ze wilde wel studeren, maar
niet als dat ten kosten ging van haar moeder.
Ze smeet haar tas
neer en rende naar boven, ze wilde wel eens de waarheid over haar
vader weten. Ze pakte een fotoalbum van de bruiloft van haar moeder
en vader. Haar vader had donkerblond haar. Ze had niet zijn haar
geërfd, maar dat van haar moeder, blond.
Ze keek het hele
album door en zag allemaal vreemde mensen rondlopen en poseren. Ze
zocht naar de tante van Maria, als haar halfneef ging trouwen ging je
toch zeker wel naar de trouwerij van hem toe.
Madison schrok zich
een ongeluk, ze zat op zolder en haar telefoon met trilfunctie ging
af. Ze nam de telefoon op en hoorde dat het Maria was.
"Hallo"
zei Madison.
"Hoi, met Maria. Ik bel om te zeggen dat het spijt
van mijn tante ze is erg in de war door de dood van mijn moeder"
zei Maria snel.
"Het geeft niet Maria, maar ze zei het wel
serieus"
"Ja, ze blijft er bij maar ze zegt wel eens vaker
gekke dingen" zei Maria en Madison hoorde op de achtergrond haar
tante zeggen dat ze gelijk had.
"Oké, ik vraag het ook
wel bij mijn moeder na" zei Madison.
"Oké, doei."
"Doei" zei Madison en klapte haar telefoon dicht.
Dus
misschien was het niet waar. Ze keek weer in het fotoalbum en net
toen ze het dicht wilde doen deed het erg gek, het boek bladerde naar
een pagina en zag een vrouw en in haar handen lag een baby van een
paar maanden oud met rode krulletjes.
"Nee" zei ze tegen
zichzelf en sloeg het album dicht.
Net toen ze naar beneden wilde
lopen hoorde ze de deur van de voordeur en een zucht van haar moeder.
Madison liep rustig de trap af en ging de huiskamer in waar haar
moeder nu haar hoofd in haar handen op de bank zat.
"Mama,
wat is er?" vroeg ze en haar moeder keek haar aan.
"Ik ben
mijn baan kwijt, ik denk dat we moeten verhuizen want dit huis is te
duur" zei ze en Madison schrok. Ze wilde hier blijven wonen, bij
Maria. Ze wilde haar steunen.
"Mama, je kunt toch wel een
andere baan vinden" stelde ze voor ze en haar moeder schudde haar
hoofd.
"Je doet er jaren over om een salaris te krijgen die ik
had" zei ze.
"En daar komt bij dat ik geen diploma's heb,
dus ik kan voor een hongersloon gaan werken" legde ze uit en
Madison ging naast haar moeder zitten.
"Mama, ik moet je nog
iets vertellen. De moeder van Maria is dood. Ik weet dat je haar niet
mocht maar ik zeg het toch maar even" zei Madison.
"O" zei
haar moeder, aan haar gezicht te zien was ze erg verbaasd. Ze mocht
de moeder van Maria niet ook al liet ze dat niet blijken. Ze vond het
rare mensen.
"Nou gecondoleerd dan" zei ze en stond op en
liep naar de keuken. Madison bleef zitten en knikte naar haar moeder.
Ze had een plan, een plan dat ze niemand meer tot last kon wezen. Of
ze die uit zou voeren wist ze niet. Maar eerst zou ze de waarheid
eisen.
