De 71ste Hongerspelen
LeviAntonius


Verslagen zat Ebernate Mars aan de ijzeren tafel in de dineerkamer van zijn verlaten villa. Hij had zijn hoofd begraven in zijn armen en zat letterlijk met zijn handen in zijn meterslange, donkere, grijsblauwe haar. Hij probeerde zijn hoofd te kraken, zoekend naar een idee wat mogelijk zijn leven zou kunnen redden.

Hij hoorde de stem van president Snow nog door zijn hoofd galmen, die hij nog geen uur geleden aan de telefoon had. Directe bedreigingen had Snow niet uitgesproken, dat doet hij nooit. Maar op een of andere manier wist hij het toch duidelijk te maken dat hij hetzelfde lot zou ondergaan als de vorige hoofd spelmaker als deze spelen niet uitmuntend zouden worden.

De meest buitensporige gedachten en ideeën schoten door zijn hoofd, en ieder idee werd minutenlang overpeinsd totdat hij zeker wist dat er niks uit te halen was. Zijn hersenen waren leeg na een intensieve dag van vergaderingen en denkwerk. Maar vooral kon hij zich niet concentreren omdat hij het beeld van de opgehangen ex-spelmaker maar niet van zijn netvlies af kon krijgen, zijn slappe lichaam een halve meter bungelend boven de grond.

Alle spelmakers en spelmakers in opleiding waren verplicht te komen kijken, als een waarschuwing. En toch wist zijn vader, zijn op roem en eer beluste vader, zijn plan door te zetten. Zijn zoon zou ooit de hoofdspelmaker worden van de Hongerspelen, als wordt dat zijn eigen, of zijn zoons dood.

Hij hief zijn hoofd uit zijn armen en sloot zijn vingers om het glas whisky dat op tafel stond, om vervolgens een grote teug te nemen. Uitgeput dwaalde hij uit de dineerkamer en door de lange, marmeren gangen van zijn villa, op weg naar zijn slaapkamer. Voor de grote, withouten deur van zijn kamer stond al een rijtje bedienden met neppe, verkrampte glimlachen maar angstige blikken in hun ogen op hem te wachten.

Ebernate was altijd nogal fel en prikkelbaar in tijden van stress, maar de afgelopen maanden was het werkelijk de pan uit gerezen. Door de weinig uren slaap, de eindeloze vergaderingen en brainstormsessies voor ideeën die maar niet leken te komen leek hij langzamerhand gek te worden, en dat hadden zijn bedienden maar al te goed mee mogen maken.

"Ik, ik heb de p-pillen waarom u heeft gevraagd," stotterde de bediende die vooraan de rij stond. Ebernate griste het kleine potje pillen uit haar gerimpelde handen en vloog snel door de deur om deze daarna met een flinke klap dicht te slaan.

Strompelend schuifelde hij naar de badkamer en schonk voor zichzelf een groot glas mineraalwater in. Zijn blik wendde naar zijn eigen spiegelbeeld, en hij schrok lichtelijk van zijn verwilde en vermoeide uiterlijk. Zijn donkerblauwe haar dat altijd perfect uitgekamd strak naar achter hing en daardoor bijna tot aan zijn bovenbenen reek, zat verwilderd door elkaar en hij zag de vele klitten al zitten. Bovendien was er een donkerbruine uitgroei ontstaan omdat hij de kappersbeurt van eergisteren had overgeslagen.

Hij keek naar zijn glimmende wenkbrauwen en zag dat vele edelsteentjes ofwel loshingen aan de dunne, blauwe haartjes, ofwel geheel eraf waren gevallen. Zijn ogen waren omgeven door enorme wallen en zijn spitse gezicht was bedekt met een klein stoppelbaardje, wat hij ontzettend afschuwde.

Toen hij de zoveelste steek in zijn hoofd voelde, een teken van zijn volhardende migraine, trok hij het zilverkleurige dekseltje van het potje zware medicijnen tegen krachtige stress, hoofdpijn en slaaptekort er vanaf. Hij schudde een van de gifgroene pillen uit het potje en legde deze in de palm van zijn hand. Enkele seconden keek hij naar de dunne, gouden lijntjes die de enorme pil van alle kanten bedekte. Ze liepen in allerlei hoeken en richtingen in rechte lijnen over de pil, waardoor het een structuur van een minuscuul labyrint kreeg.

Al snel legde hij de pil zijn tong en voelde zijn complete omvang door zijn ruwe keel glijden toen hij deze met een grote slok water doorslikte. Maar enkele ogenblikken nadat de pil het einde van zijn slokdarm naderde, kreeg hij een geniale ingeving. Met de groen-gouden structuur van de pil nog vers op zijn netvlies sprintte hij naar de dineerkamer terwijl al zijn bedienden verbaasd opkeken toen ze hem voorbij zagen razen.

Met grote ogen ging hij aan de tafel zitten waarop al zijn werkmateriaal nog lag verspreid en begon hij te schetsen. Van nachtrust leek het die nacht niet meer te komen, want toen de ochtendzon langzaam langs de azuurblauwe gordijnen de dineerkamer verlichtte was Ebernate nog steeds druk bezig. Totdat hij met zekere blik de metalen telefoon in zijn vingers klemde en het nummer van president Snow vastberaden intoetste.


Dit is een SYOT (submit your own tribute). Een aantal mensen hebben tributen ingezonden om mee te doen aan de 71ste Hongerspelen. Het verhaal is dus ook vanuit vierentwintig verschillende tributen geschreven, waardoor je vierentwintig verschillende verhaallijnen krijgt! Je kan je favoriete tributen sponsoren door het sponsorsysteem en ervoor zorgen dat jouw favoriet de 71ste Hongerspelen wint!

In het verhaal probeer ik het verloop van de totale 71ste Hongerspelen te beschrijven, dus de boetes, de interviews, het verloop in de arena maar ook zeker wat er op de achtergrond aan de gang is, wat voor meerdere sub-verhaallijnen zorgt! Dus begin vooral met lezen, ik beloof dat het het waard is! En als je het leest zou je me ook enorm blij maken met enkele reviews voor feedback en tips, zodat ik weet wat de lezers willen! Daarmee kan je ook weer sponsorpunten verzamelen om je favoriete tribuut te helpen in de arena!


Tributenlijst

D1 M: Luna Hellwood 16 (LeviAntonius)
D1 J: Pluto Quint 18 (NoxSelkirk)

D2 M: Arwen Siham 17 (Jade Lammourgy)
D2 J: Ilar Straton 17 (MyWeirdWorld)

D3 M: Eri Rainstreet 15 (JesseGabriel)
D3 J: Yeatee Bruncher 12 (Janaatjee)

D4 M: Siren Molpe 17 (Cicillia)
D4 J: Code Pryor 18 (LauraTwilightHungergamesHPfan)

D5 M: Hanmet Sleepmyrtle 13 (Jannaatjee)
D5 J: Alec Silenus 15 (MyWeirdWorld)

D6 M: Crystal Leafwee 14 (MadeBy Mel)
D6 J: Jaden Black 13 (LauraTwilightHungergamesHPfan)

D7 M: Liz Green 18 (MadeBy Mel)
D7 J: Gabriël Hopewill 15 (JesseGabriel)

D8 M: Emerald Melroe 16 (miniMinaxx)
D8 J: Antonio Padres 18 (JoyMainhood)

D9 M: Pandora Ronan 13 (Jade Lammourgy)
D9 J: Declan Murray 16 (FF-Schwarz)

D10 M: Elora Rae 17 (FF-Schwarz)
D10 J: Pip Rosswald 18 (Cicillia)

D11 M: Blye Deluna 14 (greendiamond123)
D11 J: Alan Jafar 15 (Jade Lammourgy)

D12 M: Hazel Tanngar 14 (Cicillia)
D12 J: Crayen Tanngar 16 (Jannaatjee)


District 1 - Luxeproducten - Beroepsdistrict

District 2 - Wapens en Mechanisme - Beroepsdistrict

District 3 - Technologie en Elektronica

District 4 - Vissen - Beroepsdistrict

District 5 - Energie

District 6 - Medicijnen en Transportatie

District 7 - Houtbewerking en Papier

District 8 - Kleding en Textiel

District 9 - Graan en Wapens

District 10 - Vee en Schapen

District 11 - Akkerbouw

District 12 - Steenkoolindustrie


Voorproefje

Als je nu begint met het verhaal zal de schrijfstijl en kwaliteit van het verhaal op een veel lager niveau zijn dan de hoofdstukken waar ik nu ben. Zelfs de introductie die ik later heb geschreven is anders geschreven dan ik op dit moment doe. Daarom heb ik besloten om voor de mensen die als nieuwkomers mijn verhaal beginnen te lezen, even een kleine sneak peek te plaatsen om te laten zien hoe mijn schrijfstijl op dit moment is, en wat de kwaliteit is die je kan verwachten in de latere hoofdstukken. Dus, hier is een klein deel van hoofdstuk 29 vanuit Orian Straton, mentor district twee.


"En nu kan het feest beginnen," zeg ik lachend, terwijl ik de deur van de Winnaarswaard binnenloop die de flink chagrijnig kijkende uitsmijter voor me ophoudt.

Op dat moment vergeet ik voor het eerst te denken aan Ilar, of aan Ovid die achter me waarschijnlijk platgedrukt wordt door de hysterische menigte. Als de gezichten van alle mensen in het café in één grote vlaag omdraaien op de seconde dat ik binnenkom, en meteen vervormen tot een blik van totale verrukking, voel ik me ultiem. Een grote glimlach verschijnt op mijn gezicht, en terwijl ik me in een slakkengang door de menigte baan, strak achter de uitsmijter aan, verdwijnt deze niet van mijn gezicht. Ik deel handtekeningen uit, ga met enkele schreeuwende vrouwen op de foto, geef jonge meisjes handkusjes en knipogen en luister vooral aandachtig naar de verheerlijkingen die ze naar me schreeuwen. Want alleen op zo'n moment kan een beroeps als ik vergeten wat hij eigenlijk is. Ik ben geen ster, geen beroemdheid, geen god, geen redder.

Ik ben een monster die onschuldige kinderen heeft vermoord, die daar zelf voor heeft gekozen.

Uiteindelijk kom ik aan bij de marmeren trap naar het balkon als de twee uitsmijters die deze trap bewaken al voor me weg stappen en het rode lint dat de weg versperd weghalen. Pas als ik de eerste stap op de trede naar boven zet, bedenk ik me naar achteren te kijken om te zien of Ovid niet ergens nog bij de voordeur op de grond ligt met een horde Capitolen op zich gestapeld. Maar hij komt net de menigte uitgeworsteld, met zijn haar wat warriger dan eerst en een minder euforische blik op zijn gezicht dan ik had. Misschien komt dat nog wel, bedenk ik me. Misschien.

Eenmaal boven aangekomen ga ik nog even tegen de balustrade aanstaan om de mensen beneden een laatste keer toe te zwaaien. Ik kijk lachend naar de meerdere flitsen van camera's en de enkele die mensen stomdronken naar me terugzwaaien bij de bar beneden, maar in mijn ooghoeken zie ik Ovid geërgerd naar me kijken.

"Wat is er?" vraag ik, half omkijkend naar Ovid, en half nog steeds zwaaiend naar de schreeuwende massa.

"Niets, ik kan gewoon niet begrijpen waarom je dat doet." Ik zucht zachtjes, maar blijf de gemaakte glimlach vasthouden op mijn gezicht.

"Je moet ze gewoon geven wat ze willen, dat maakt alles zoveel makkelijker," antwoord ik terwijl ik een laatste knipoog geef naar de menigte en me vervolgens omdraai richting Ovid. "Kom, we gaan naar de lounge. Iedereen is er waarschijnlijk al."