Author's note: Eerste verhaal in het Nederlands! Het is een vertaling van 'Hermione Granger and the Pureblood Prince'. Het leek me interessant om eens in wat in mijn moederstaal te produceren, dus vandaar. Zoals je misschien bekend is, bestaat Quaffle and Snitchuit twee schrijvers. In de Engelse versie van dit verhaal hebben we om en om hoofdstukken geschreven: Quaffle 1, 3, 5, enz, oftewel de oneven nummers, en Snitch de even nummers. Snitch heeft deze vertaling gemaakt.
Dit verhaal draait om de romance tussen twee ons welbekende personen en de spannigen die op hun pad komen door hun verschillen. Het speelt zich af in het zesde jaar en we hebben geprobeerd het zo te schrijven alsof het werkelijk in boek zes in zou kunnen passen. Alleen werpt het natuurlijk een heel ander licht op de gebeurtenissen en de dingen die de twee helften van ons koppel doen. Het verhaal draait om liefde, en vooral veel lust, bedrog, misleiding en vertrouwen en wantrouwen. En om keuzes. Het gaat dus vooral om emoties, maar af en toe komt er ook nog wel een beetje actie om de hoek kijken.
We hopen dat je het met plezier zult lezen! Mocht dit zo zijn, dan horen wij dit graag, maar ook kritiek en suggesties zijn altijd welkom. Laat weten wat je er van vindt, en bovenal, have fun!

- Hoofdstuk één -

In beweging gebracht

Het was een zaterdagmorgen op Zweinstein, en het ontbijt was overdadig als altijd, met eieren, pap, geroosterd brood, bacon, en witte bonen in tomatensaus. Telkens wanneer het eten opraakte, vulde magie weer de schalen en borden. Met andere woorden, er was meer dan genoeg om te eten, maar vandaag zat Hermelien al vijftien minuten lang aan hetzelfde stukje brood te knagen. Ze staarde in de leegte in plaats van door een dik boek te bladeren zoals ze dat normaal deed.

Er vlogen gedachten door haar hoofd over een andere leerling, haar mede-eerstejaars Draco Malfidus. Al vanaf het allereerste begin had ze geweten dat hij bijna precies tegenovergesteld aan haar was. Hij belichaamde alles wat zij niet was. Hermelien was het verantwoordelijke typ. Ze volgde altijd de regels, deed altijd haar huiswerk, en deed altijd haar uiterste best om het goede te doen. Malfidus had daarentegen al bewezen dat hij een vermaard breker van regels was. Of hij wel of niet zijn huiswerk deed, dat wist Hermelien niet, maar hij spande zich zeker niet in om het goede te doen. Hij leek om niemand anders te geven dan om hemzelf. Oordelend naar hoe hij altijd met die zelfvoldane grijns door de gangen slenterde, voelde hij zich enorm superieur, en hij vond het duidelijk niet erg om dat te laten zien. Vaak terroriseerde hij andere studenten met hatelijke opmerkingen en lachte hij hartelijk om de problemen van anderen. En daarbij werd Hermelien niet overgeslagen. Draco Malfidus en Harry Potter waren gezworen vijanden van elkaar, en aangezien Hermelien een vriendin van Harry was, was ze een van de favoriete doelwitten van Draco.

Hermelien nipte aan haar pompoensap en probeerde aan iets anders dan aan Draco te denken. Ze keek naar de deuren van de grote hal, vurig hopend dat haar vrienden zouden binnenkomen om haar af te leiden, maar die leken zoals gebruikelijk uit te slapen. Dus keek ze maar naar wat leraren die aan het ontbijten waren. Dit bleek echter heel saai, en ze wierp nog een vluchtige blik naar de deuren. 'Bof ik even,' dacht ze humeurig, wat niemand anders dan Draco met zijn stompzinnige hulpjes stapten net de hal binnen, en gedachten over hem staken meteen weer hun kop op. Ze kwamen van elke kant op haar af; Draco's glanzende blonde haar, Draco's charisma, Draco's doordringende blik, al deze dingen vlogen op haar af en braken Hermelien's zorgvuldig opgebouwde verdediging ertegen steen voor steen af.

En toch, Hermelien's verstand droeg haar op deze jongen te verachten. 'Het is verdomme een Zwadderaar,' dacht ze. 'We zijn als water en vuur, hij is niets meer dan een onbenullige, kwaadaardige slang en ik verafschuw zijn superieure houding…'

Maar hoe verschillend ze ook mochten zijn, ze kon maar niet stoppen met over hem nadenken. Hij intrigeerde haar, ze kon haar ogen niet sluiten voor zijn charme.

Plotseling realiseerde ze zich dat hij en zijn vrienden, Korzel en Kwast, haar kant op kwamen. Ze kon zichzelf er niet toe brengen haar ogen af te wenden, en toen de zijne de hare ontmoeten, keek hij op haar neer met een neerbuigende blik.

"Kijk uit waar je naar kijkt, waardeloos Modderbloedje," zei Draco terwijl hij langsliep. "Straks komt je vuil nog op me te zitten."

Maar Hermelien keek in die ogen, en ze las er iets anders dan walging in. Haar intuïtie vertelde haar dat Draco Malfidus niet de jongen was die hij graag wilde lijken. Wanneer ze in zijn ogen keek, was het alsof ze er iemand anders in zag die zich daar verstopte; een goed iemand, een aantrekkelijk iemand.

Hermelien's verstand en hart spraken elkaar compleet tegen. Zelfs wanneer Draco haar meer dan genoeg reden gaf om in woede ontsteken, voelde ze altijd een blos omhoog kruipen naar haar wangen, en sloeg haar hart een slag over. Ze gaf het niet toe, zelfs niet aan haarzelf, maar in het geheim, voelde ze zich aangetrokken tot Draco, meer dan ze zich ooit tot iemand aangetrokken had gevoeld.

Eindelijk lukte het haar om de beelden van hem uit haar hoofd te verbannen, en Hermelien pakte nog een geroosterde boterham van de ontbijttafel, stond op, en ging op weg naar de bibliotheek om nog wat huiswerk te doen.


Wanneer Draco langs Hermelien liep, kwamen de woorden vanzelf zijn mond uit. Er waren veel dingen die hij kon zeggen tegen zo'n vies Modderbloedje als Hermelien Griffel, en hij zei gewoon wat het eerst in hem opkwam. Hij negeerde het kriebelige gevoel in zijn maag als zij naar hem keek.

'Ik heb gewoon honger,' zei hij tegen zichzelf, terwijl hij heel goed wist dat dat er niets mee te maken had. Het was de blos op haar wangen die het hem deed.

"Zag je hoe ze naar me keek?" zei hij tegen Korzel en Kwast. "Zag je die uitdagende blik in haar ogen, alsof ze net zoveel waard is als ik?". Korzel en Kwast lachten.

Zo reageerde hij altijd als zijn sterke geloof in zijn superioriteit even wankelde. 'Ik ben een Volbloed, ik ben Zwadderaar, als ze ook maar enig verstand in haar kop had zou ze weten respect voor mij te tonen,' dacht hij bozig.

Hij had dit pad van gedachten al veel te vaak bewandeld, en hij wist dat hij zichzelf alleen maar tevergeefs op zat te winden en te ergeren. 'Waarom maakt het me ook maar iets uit?' dacht hij. En hij besloot dat het hem niets meer zou uitmaken. Ze was het niet waard om over nagedacht te worden.

Draco en zijn maten gingen zitten aan de Zwadderich tafel en begonnen aan hun ontbijt. Korzel en Kwast schepten veel meer op dan ze nodig hadden – zoals gebruikelijk.

"Kijk, ze gaat ervandoor, vast naar bibliotheek om huiswerk te maken," zei Korzel, op zo'n manier nadruk leggend op de woorden 'huiswerk te maken', dat ze belachelijk klonken.

"Een vervelende wijseus," dacht Draco. Maar Hermelien wist zeker meer dan alle anderen die hij kende. Dat moest hij toch toegeven. Hij herinnerde zich de keer dat hij haar voor het eerst zag, nog voor het Sorteren. Hij herinnerde zich hoe hij had gedacht dat ze er aantrekkelijk uitzag, en hoe hij had gehoopt dat ze allebei in Zwadderich ingedeeld zouden worden. Maar dat was duidelijk niet gebeurd. Niet alleen kwam ze niet in Zwadderich terecht, ze moest ook nog zo nodig in Griffoendor geplaatst worden, het rivaliserende huis van Zwadderich.

Toen hij erachter kwam dat ze niet alleen een Griffoendor was, maar ook nog eens een Modderbloedje, had hij haar definitief opgegeven. In plaats van aan haar te denken met bewondering, misschien zelfs wel verlangen, begon hij aan haar te denken met afkeer. Haat.

'Als ze nou geen Modderbloedje was geweest,' dacht hij. 'Misschien was ze dan wel bij Zwadderich ingedeeld.' Al wist hij wel dat dat onmogelijk was. Ze was een echte braverik. Veel te gestresst en van de regeltjes om een Zwadderich te zijn. 'Maar ze had het kunnen leren. Ze had alleen maar wat tijd met mij hoeven door te brengen, en dan was het vanzelf goed gekomen. Ze was een mooie aanwinst voor Zwadderich geweest, met de hele tijd Korzel en Kwast om me heen zou ik het bepaald niet erg vinden om wat meer hersens in de buurt te hebben.'

Draco schoof wat eieren naar binnen, gevolgd door een reep bacon.

'Vuil Griffoendor Modderbloedje…' dacht hij nogmaals. 'Alleen al de gedachte van een nobele Volbloed als ik met een Modderbloedje als zij. Het zou een schande zijn, ik zou mijn hele familie onteren.' Alles wat hij kon doen was van een afstandje naar haar kijken en net doen alsof hij haar haatte. Hij geloofde er zelfs zelf in.

Iedereen wist hoe hij graag anderen kwelde, vooral Hermelien en haar vriendjes. Maar de echte reden dat hij haar zo graag plaagde was heel anders dan wat ze allemaal dachten. Als hij haar uitschold, waren het niet zijn arrogantie en trots die naar boven kwamen, maar zijn fascinatie en verliefdheid. Hij vond het heerlijk om te kijken naar hoe Hermelien boos op hem reageerde. Hoe ze naar hem keek, de lieve woeste geluidjes die uit haar keel ontsnapten…

'Nee,' dacht hij toen hij zijn gedachten alweer bij Hermelien's lieve maniertjes betrapte. Hij was boos op zichzelf, maar reageerde het af op Korzel en Kwast.

"Houd eens op met schrokken, stelletje leeghoofden," zei hij tegen ze. "Het verbaast me dat jullie nog niet zo groot als Hagrid zijn." Het was zo makkelijk…