Hallo! Ik probeer weer een verhaal te schrijven, m'n vorige is nog niet af, maja, ik doe er nu wel even twee. Als jullie dit lezen, heb ik je naar binnen weet te lokken. Wil je please, please, please reviewen? Want tot zover kreeg ik er nog maar twee op mijn andere verhaal. Maakt niet uit wat jullie schrijven, al het advies is meer dan welkom. En mocht het zeldzame geval voorkomen dat je mijn verhaal LEUK vind, bezoek mijn andere verhaal, to be different or to be nothing , en please review die dan ook!
Hij had
eerst niet in de gaten wie ze was, hij had die klas al drie keer
lesgeven toen het tot hem doordrong. Dus daarom lieten alle
Griffioendors haar links liggen. Waarom zat ze niet bij Zwadderich?
Daar hoorde ze thuis. Ze droeg haar echt achternaam niet, maar die
van haar moeder. Ze wou vast niet in verband gebracht geworden met
haar vader. De andere leerlingen hadden het echter meteen door, ze
werd overal buiten gesloten. Misschien zou hij het zielig moeten
vinden, maar dat was moeilijk. Het zat gewoon in zijn systeem om de
naam Malfidus te haatten. Dit meisje was misschien anders, maar hoe
kon je dat nou weten? Sneep was ook niet eerlijk geweest uit
eindelijk. Sneep…… zou Harry zelf ook niet zijn als Sneep als hij
haar geen kans gaf. Zou hij dan ook niet zijn als die verrader?
Sneep had Harry altijd gehaat zoals hij James Potter had gehaat.
Mocht je het kind van je vijand haten? Het was logisch om het te
doen, maar het was niet eerlijk en niet wat een Griffioendor hoorde
te doen. Was hij slechter als hij haar niet goed zou behandelen? Hij
wist heus wel dat je iedereen een kans moest geven, maar dat was
haast onmogelijk. Hij besloot dat hij haar moest helpen, ze had zo
geen leuk leven, de Griffioendors negeerden haar gewoon. Hij wist
alleen niet hoe je een meisje moest helpen dat gepest werd, niet door
het te bespreken in de klas, dat zou niet werken, maar hoe dan?
Hij
besloot dat hij met haar moest praten onder vier ogen. Gewoon een
gesprek van een leraar met een leerling, het maakte niet uit wie ze
was. Toen hij die klas weer les gaf, bleef zij achter. Ze was nog
bezig met haar Verweer tegen de Zwarte Kunsten boek in haar tas aan
het stoppen toen de laatste leerling verdween. Haar lange blonde haar
viel over haar gezicht en even zag hij Hermelien voor zich. Hermelien
had ook van dat lange haar en ze kon dat op dezelfde manier voor haar
ogen gooien als ze iets te verbergen had. Hermelien leek helemaal
niet op dit meisje, ze waren zelfs helemaal anders. Hermelien was op
deze leeftijd een beetje een lelijk eendje, terwijl dit meisje zich
allang ontwikkeld had. Het haar van Hermelien was ook heel anders,
het krulde en was bruin, terwijl dit meisje sluik, bleek haar had.
Het was gewoon dat… ze dezelfde uit weg koos. Hermelien had eerst
ook geen vrienden gehad en ze had de boeken gebruikt om zich een
houding te geven. Ze had natuurlijk van leren gehouden, maar er waren
meer dingen die ze leuk vond. Harry glimlachte bij zichzelf, hoor hem
dan; het klonk alsof Hermelien dood was ofzo… dat hij daarom in de
verleden tijd aan haar dacht! Maar dat was natuurlijk helemaal niet
waar, hij dacht aan de jonge Hermelien en die bestond nu niet meer.
Hermelien was nu gelukkig en veranderd in een mevrouw Wemel. Ze
voedde haar kinderen op dezelfde manier op. Als ze thuis was dan,
want meestal was ze op het Ministerie. Ze deed daar iets waarbij ze
nieuwe magie moest "uitvinden" en uitproberen. Ooit had Hermelien
de SHIT willen uitbreidden, totdat ze erachter kwam dat Ron altijd
gelijk had gehad, huiselfen wouden niet vrij zijn.
Back to
Reality. Het meisje deed net haar ganzeveer in haar tas. Ze deed haar
best om zoveel mogelijk tijd te rekken. Ze zocht haar inktdoekje en
veegde de restjes inkt van haar veer. Harry besloot dat hij nu wat
moest zeggen, hij was immers haar afdelingshoofd. "Malissa, ik wil
je even spreken…" Het meisje keek op. "Is er wat proffesor, ik
heb die laatste vraag toch wel goed beantwoord, ik wist het niet
zeker, maar ik dacht toch echt dat…" Harry grinnikte, zo had
Hermelien ook gereageerd.
"Ik heb
jouw toets inderdaad al nagekeken en je hoeft niet bang te zijn, je
hebt een 10!" Melissa knikte opgelucht. Harry ging haar voor naar
zijn kantoor. "Ga zitten." Hij gebaarde naar een stoel en nam
zelf plaats achter zijn bureau. "Het is me opgevallen dat je een
beetje wordt buitengesloten door de andere Griffioendors, heb je een
idee hoe dat komt?" hij keek haar vragend aan. Melissa knikte. "Het
komt doordat ik.. nou ja… mijn vader.. hij.. hij was een dooddoener
en ik zit niet in Zwadderich en ze vinden dat ik daar wel hoor. Ze
vinden dat omdat mijn vader, nou ja, hij heeft.. Perkamentus
vermoord." Het meisje werd rood en keek schuchter naar Harry's
gezicht, alsof ze verwachtte dat hij ging schreeuwen. Toen hij dat
niet deed, leek ze opgelucht. Het hoge woord was er uit. "En zij,
nou ja, zij hebben ouders die aan de goede kant stonden en die kennen
mijn ouders. En die ouders zeggen dat ik niet kan deugen, daarom zijn
ze boos. Ze vinden mij slecht. Hun ouders kunnen hen alles vertellen
en daarom weten zij meer over wat er toen is gebeurd. Mijn ouders
zijn dood. Allebei, dus hoe moet ik weten of ze gelijk hebben? Ze
zeggen dat mijn vader hun ouders heeft gemarteld, voor de lol en dat
hij veel mensen heeft vermoord. Weet je, Sabina zegt dat haar vader's
broer door mijn vader is vermoord. Misschien is dat wel waar, maar ik
kan het niet controleren en ik wíl het niet geloven. Omdat ik
denk dat mijn vader misschien wel slechte dingen heeft gedaan, maar
ik kan me gewoon niet voorstellen dat ik een vader heb die moordenaar
is. Ze zeiden in het kindertehuis ook. Maar ik dacht dat het niet
waar was. Maar hoe kan het dat ze het hier ook zeggen als het niet
waar is. Maar ik wíl het gewoon niet!" fel keek ze op. Haar
bleke huid kwam door het flikkerende licht van het vuur extra goed
uit. Opeens zag hij haar vader. Zo keek hij soms ook naar hem, maar
dan was het zonder medelijden. Toen had hij een veel intenser gevoel,
HAAT. Op dit moment echter, zag hij dat Malfidus gewoon zo was op
gevoed. Hij herinnerde zich hoe Malfidus gekeken had toen hij de stok
op Perkamentus gericht had. Hoe hij hem langzaam had laten zakken,
om dan ruw verstoord te worden door de dooddoeners, hoe die hadden
gediscussieerd over Perkamentus, hoe ongelukkig Malfidus had gekeken…
STOP riepen Harry's hersens. Dit haalt herinneringen op die je niet
wilt. Je wilt niet terug denken aan de nacht dat hij stierf.
"Ik
denk dat je gelijk hebt dat het daarom gaat. We kunnen hier wel wat
aandoen. Hoe jouw vader was heeft niks te maken met jouw leven. Heb
je een idee hoe je dit wil oplossen?"Harry had zelf geen enkel idee
wat hij nu het beste kon doen, maar hij hopte dat zij het wel wist.
"Ja ik heb wel een idee…" Melissa sprak langzaam en
bedachtzaam. "Het heeft geen nut als u iets doet professor. Het is
mijn probleem dus moet ik het oplossen, maar misschien heb ik wel wat
hulp nodig. Ik wil met ze praten professor. Maar niet in mijn eentje,
ik ben bang dat ik anders niet meer durf. Wilt u een keer met mij en
de klas praten, u hoeft niets te zeggen, maar u kunt ingrijpen als
het fout gaat. Vind u het erg als het tijdens een les van Verweer
is? Ze zullen namelijk niet blij zijn als ik hun vrije tijd ga
verspillen. " Harry knikte het leek hem een goed plan. "Dat is
goed, dan zullen we maar meteen de eerst-volgende les vrijmaken. Dan
kan jij je voorbereiden." Melissa knikte. Toen stond ze op en liep
ze kaarsrecht de deur uit, opeens zag hij weer Malfidus voor zich. Ze
draaide zich om in het gat van de deur. "Bedankt professor, ik denk
dat het zal helpen." Toen glimlachte ze en liep ze weg. Harry moest
haar moed wel waarderen.
