hoofdstuk vier regen
Donderdagochtend werd Zweinstein gewekt door het
getok van de regen op de ramen. De wind beukte tegen de muren en aan
de ramen waren kleine plasjes gelekt.
Fran was in een rothumeur.
Ze had een hekel aan regen, nu kon ze haar ochtelijke jogpartijtje
niet doen en dat verstoorde haar hele dagschema.
Maar ze was niet
de enige met een slecht humeur omwille van de regen. Lory Mc Leod, de
aanvoerdster van het Griffoendor zwerkbalteam, lastte de eerst
zwerkbaltraining van het nieuwe seizoen af omwille van noodweer, ferm
tegen de zin van James Potter.
Arthur was, net zoals de normale
zwerkbalspeler, opgelucht dat ze niet buiten hoefden, maar
James,...
"Hij is echt gek" mopperde Arthur "hij
bleef maar zeuren tegen Lory over "dat als het wedstrijd is we
ook moeten vliegen noodweer of niet" hij trok een gezicht.
"Daar
zit toch wel iets in" vond Will "een wedstrijd gaat door,
een beetje regen of niet".
"Nou het regent wel iets meer
dan een beetje" glimlachte Fran "het stormt om eerlijk te
zijn. Dan wordt zo'n wedstrijd toch wel uitgesteld?".
Will en
Arthur staarden haar aan.
"Uhm NEE" zei Arthur alsof
Fran had beweerd dat gras oranje is.
"Maar dat is toch
gek?"protesteerde ze "je smakt tegen het kasteel met zo'n
wind".
"Kan zijn" zei Arthur nonchalant "maar
de truc is om ervoor te zorgen dat je niet tegen het kasteel
smakt".
"En een beetje spanning is altijd welkom"
voegde Will eraan toe "alhoewel je met dit weer het niet echt
kunt zien".
"Net alsof je bij dit weer buiten wilt
zitten" rilde Fran "ik krijg al koud bij het idee alleen
al".
"Jij?" vroeg Arthur verbaasd "ik dacht
dat jij zo gek was op duikjes in het meer, dan draai je hier je hand
toch niet voor om zeker?"
"Heel grappig" zei Fran
kalm "ik heb tenminste een interessant verhaal te vertellen als
ik weer thuis kom".
"Ik ook" grijnsde Arthur "maar
daarvan benjij het hoofdpersonage".
Fran deed haar mond open
om hem van repliek te dienen maar Will schraapte zijn keel.
"We
moeten door, onze eerste Zweintjes-ontmoeting." Bij het horen
van die naam kreeg Arthur weer een grote grijns op zijn gezicht "En
Arthur stop er nou eindelijk eens mee zò grappig is die naam
nu ook weer niet".
"Ik zal er nooit aan wennen"
grinnikte Arthur "die naam is hilarisch".
"Hahahaha"zuchtte
Fran "komop Will we zijn door".
"Tot straks"
zei Will "en o, Arthur lees even mijn geschiedenis werkstuk na?"
Hij viste het opstel uit zijn tas en gaf het hem "je hebt toch
geen training, bedankt!".
Hij liep vlug weg voor Arthur nee
kon zeggen en haalde Fran in aan het portretgat.
"Hoe
laat is het?"zuchtte Will.
Fran keek op haar horloge "kwart
voor acht".
"Hoelang zijn ze nu al te laat?"
"Drie
kwartier"
"Komt er nog iemand?"
Ze keken allebei
vragend naar Tommy die een eindje verder op een bank zat te
lezen.
"Huh?"
"Komt er nog iemand?"
herhaalde Will.
Tomy haalde zijn schouders op "artiesten zijn
vaak te laat. Hoe laat is het?".
"Kwart voor"
zuchtte Will.
"Eigenlijk twaalf voor" glimlachte Fran
"zullen we dan maar gaan. Er komt toch niemand meer volgens
mij".
"Mijn idee" zei Will, hij sprong van zijn
bank en pakte zijn tas"kom je Tommy?".
"Huh?".
"We
zijn weg"zuchtte Will "kom je mee?".
"Weg
waarom?" vroeg Tommy verbaasd "het is toch nog niet zo
laat?".
"Maar er komt toch niemand meer" zei Fran
"blijkbaar is niemand geinteresseerd in een
groepje".
"Natuurlijk wel" zei Tommy verstrooid.
Hij zocht waar hij was gebleven op zijn pagina en las verder.
Fran
keek naar Will en die haalde zijn schouders op "nog even
dan".
Fran ging weer zitten maar Will liep naar het
bord.
"Dit heb ik nou al een tijdje willen doen".
Hij
pakte een krijtje en tokkelde met zijn vingers op het bord.
"Even
jullie aandacht graag"
Fran grinnikte hij klonk precies zoals
proffessor Anderling.
"Juffrouw Windsor, u hebt zoveel
plezier, mag de rest van de klas meelachen?".
Fran schudde
haar hoofd.
"Hou dan uw mond. Vandaag gaan we een lucifer in
een naald veranderen. Heeft iedereen zijn lucifer? Zwaai niet zo met
dat ding juffrouw Windsor moet u iemand zijn oog uitsteken?".
Fran
die niet had bewogen keek verontwaardigd op "ik deed helemaal
niks".
Will keek haar streng aan.
"Proffessor"
voegde ze er vlug aan toe.
"Wel als juffrouw Windsor ons niet
meer gaat onderbreken dan kan ik misschien verder gaan met mijn les.
Stoort u dat juffrouw Windsor?"
Fran schudde haar
hoofd.
"Mooi zo." Hij draaide zich naar het bord en
maakte zich klaar om te schrijven "Nou wie kan mij de spreuk
vertellen waarmee je een lucifer in een naald kunt
veranderen?".
"Nalditis of iets in die aard
waarschijnlijk" zei een stem bij de deur.
Will maakte een
sprongetje van schrik.
"Hallo" lachte het meisje
"hoeveel punten heb ik verdiend?".
"Geen"
mompelde Will "je liet me schrikken, ik dacht haast dat het
proffessor Anderling was".
"Best voor jou van niet"
zei het meisje "ze zou er niet mee kunnen lachen. Ben ik hier
bij de Zweintjes?".
"Ja dat is hier" Tommy had
eindelijk zijn boek weggelegd en kwam naar hen toe "zie je wel
dat er iemand zou komen".
"Jacinta Green"stelde het
meisje zich voor "Ik ben van Huffelpuf. Zijn hier nou alleen
maar eerstejaars? Ik had het kunnen denken toen ik die naam
zag".
"Ja"zei Will lichtelijk gekwetst.
"Ah
zo" zei Jacinta, ze leek al iets minder enthousiast.
"Nou
ehm wat doe je ?" vroeg Tommy, een beetje ongemakkelijk.
"Ik
zing"zei ze, niet zonder trots "en jullie?".
"Ik
doe trompet en drum" antwoordde Tommy Will gaat drum leren en
Fran-"
"Fran?" vroeg Jacinta vlug "Frances
Windsor dè Frances ? De prinses?".
"Ja"antwoorde
Fran kalm "ik doe de piano".
"Wat leuk"
glimlachte Jacinta "wat voor genre zijn jullie van plan?".
"Zijn
we van plan" verbeterde Tommy "als je er bij wilt
natuurlijk".
"Dolgraag" gilmlachte Jacinta met een
blik op Fran.
"Mooi zo" zei Tommy tevreden "dan
zijn de Zweintjes nu met vier".
Fran haalde haar boekje
tevoorschijn "Jacinta Green is het niet?".
Jacinta
knikte "met een C".
"Heb ik"knikte Fran "nou"
ze bladerde even door haar boekje "we hebben al leden, nu nog de
instrumenten".
"Jullie hebben nog geen instrumenten ?"
vroeg Jacinta ongelovig "jeetje wat een stelletje amateurs".
"We
krijgen er" verdedigde Will zich" we moeten alleen nog een
lijst opstellen voor proffessor Anderling en dan krijgen we er
zo."
"Ik zal die lijst wel doen" zei Tommy vlug "ik
weet zo'n beetje wat we nodig hebben".
"Goed"
besloot Jacinta "en van genre?".
Will en Fran keken naar
Tommy "wel-"begon die "ik had gedacht om eerst wat
bestaande liedjes te leren spelen, en dan zelf misschien te schrijven
en-".
"En het genre?"
"Dat kunnen we zien
als we de liedjes uitzoeken" zei Tommy langzaam "als we
maar wat spelen zien we vanzelf wel wat we leuk vinden."
"Eindelijk
weekend" zuchtte Will opgelucht "alleen spijtig van het
weer".
Fran kinkte grimmig "het is te hopen dat het ooit
opklaard. Mijn hele schema in de war".
Will grinnikte.
"Wat
is er zo grappig" vroeg Fran verbaasd en ze keek om.
"Niks"
grijnsde Will "gewoon 'je schema' en zo".
"Hahaha"
zei Fran sarcastisch "je gevoel voor humor is van een volkomen
laag niveau".
"Danku" glimlachte Will.
"Ga
je mee naar de bibliotheek?" vroeg Fran "we kunnen nu toch
niet naar buiten".
"De bibliotheek" kreunde Will
ongelovig "Fran het is vrijdagavond".
"En dan?"
"Ik
denk dat je me niet goed verstaan hebt" zei Will
"Het-is-vrijijijijijijdag-avond. Of laat me het anders
formuleren WEEKEND".
"Ik heb je perfect verstaan"
glimlachte Fran "maar is het niet slim? We doen vanavond ons
huiswerk en dan hebben we de rest van het weekend vrij. Wat denk
je?"
"Dat je geschift bent" mopperde Will "maar
het is wel goed, ik ga mee met je".
"Ik had niet anders
verwacht".
"Wil je alsjeblieft niet blijven
rondhangen in de bibliotheek als je hier niks meer te doen hebt?"
madame Rommella keek speciaal vernietigend naar Fran.
De
bibliotheek was compleet leeg, afgezien van Fran en Will. Maar
blijkbaar was dat nog meer drukte dan madame Romella aankon.
"Ja
jongedame ik heb het tegen jou. Je boek is afgestempeld, ga naar
buiten. Is dat nu zo moeilijk".
Fran haalde haar schouders op
"ik zie je zo wel" zei ze tegen Will en ging naar
buiten.
Maar toen ze de deur van de bibliotheek opendeed knalde er
iemand recht tegenaan.
"Sorry" zei Fran. Ze deed de deur
vlug dicht en hielp de jongen rechtop.
"Geeft niks"
glimlachte hij."het is altijd een plezier om door een knap
meisje omver gestampt te worden".
"Danku" zei Fran
een beetje onzeker maar gevleid.
"Regulus" zei hij "en
wat is jouw ongetwijfeld mooie naam" voegde hij er met een
knipoog aan toe".
"Frances"
"Inderdaad
prachtig".
"Fran ik ben er. Dat mens is echt geschift
ze- ow hallo".
Frances en Regulus keken allebei op.
"Will
dit is Regulus" zei Fran vlug "Regulus dit is-"
"William"
zei Will en hij stak zijn hand uit "Schwimmer, maar je mag me
Will noemen".
"Hallo Will" zei Regulus, maar hij
klonk niet zo vriendelijk als bij Fran "ik ga maar weer, dag
Frances".
"Ik mag hem niet" mopperde Will terwijl
hij nog een keer omkeek naar Regulus die de andere kant
opging.
"Waarom nou weer niet?" vroeg Fran verbaasd, in
en veel beter humeur dan de afgelopen twee dagen.
"Gewoon"
mompelde Will "hij is van Zwadderich en zo".
"En
wat houd dat in?"
"Zwadderich is slecht" zei Will
duister "zowat alle tovenaars die om de één of
andere kwaaadaardige reden in Azkaban zijn beland komen uit
Zwadderich".
"Hoe interessant toch" glimlachte Fran
"wat is Azkaban trouwens?".
"Gevangenis"zei
Will kort "en je wilt er niet naar toe geloof me".
"Wie
wil er nu wel naar de gevangenis?" vroeg Frances verbaasd
"niemand toch?".
"Nee natuurlijk niet" zei
Will duister "maar naar Azkaban wil je helemaal niet".
"Waarom
niet ?"
"Die bewakers daar" mompelde Will duister
"zijn niet normaal, en dat is alles wat ik ervan weet".
"Niet
normaal?" vroeg Fran geinteresseerd "nou leg dat eens
uit".
"Ik zei je toch ik weet het niet. Ik weet alleen
dat ze zo vreselijk zijn…"
Hij rilde even en liep vlug
door.
"Ohnee" zuchtte Fran.
"Wat nou?".
"Ik
ben mijn tas vergeten".
"En daar kom je nu pas achter"
zuchtte Will "we zijn aan het portretgat. Kun je ze niet gewoon
morgen gaan ophalen?".
"Ben je gek dat is Armani, stel
dat iemand ze pikt?"
"Oké oké" gaf
Will toe "dan gaan we ze wel even halen"."Nee ga jij
maar naar binnen" zei Fran "ik zie je over een
kwartier".
"Oké" zei Will "tot
straks"
Op haar weg terug naar de leerlingenkamer begon het
harder te regenen. Fran liep naar het raam en probeerde iets te zien
door de harde regen die tegen het raam ketste. Ze leunde even naar
voor om beter naar buiter te kijken maar het volgende moment gleed ze
uit in een plasje gelekt water en krakte haar enkel om.
"Au"
kreunde Frances. Ze probeerde zichzelf weer op te trekken aan de
vensterbank, maar zakte weer in elkaar zodra er een beetje druk op
haar linkervoet kwam te staan. Ze betaste hem zachtes, maar zelfs dat
deed pijn. Hij stond in een rare bocht aan haar voet en was
verschrikkelijk gezwollen.
Ze probeerde nog en keer te gaan staan
maar gleed weer weg voor ze ook nog maar half overeind
stond.
"Au".
Dan maar niet overeind. Ze zou trouwens
toch geen meter kunnen stappen. Fran trok haar knieen op en schoof
langzaam een beetje op om uit de plas, die steeds groter werd door
het binnenlekkend water, te komen. Ze ging tegen de muur zitten en
kreunde weer. Die enkel deed echt verschrikkelijk veel pijn. Ze
prutste voorzichtig aan haar schoenen en trok ze langzaam uit. Maar
zelfs dat deed afschuwelijk veel pijn en ze pauzeerde even voor ze
haar kousen ook uit deed. Nu was er ietsje minder druk op haar enkel
maar echt veel helpen deed dat niet.
De muur en de grond waren
ijskoud en het feit dat ze op verschillende plaatsen redelijk nat was
hielp haar niet echt.
Ze wreef haar handen tegen elkaar om iets
warmer te worden maar echt veel hielp het niet dus sloeg ze haar
armen maar om zich heen en probeerde de helse pijn in haar voet te
negeren. Er moest binnekort toch iemand langskomen?
"Hey
broertje van me".
"Hoi Arthur" mompelde Will. Hij
keek even op van het boek dat net uit de bibliotheek kwam en las dan
weer verder.
"Je zit hier zo alleen"begon Arthur in een
poging een gesprek aan te knopen, Will was meestal niet zo aangenaam
gezelschap als hij een boek vasthad, "Waar is Fran?".
"Bib"
mompelde Will.
"Op vrijdagavond?" vroeg Arthur
stomverbaasd "het is weekend!".
"Mmmm".
"Alleen
spijtig van het weer" ging Arthur verder "waarshijnlijk
kunnen we dit weekend niet trainen."
"Mmmm".
"Waarom
ben je eigenlijk niet met Fran meegegaan. In de bib kun je toch ook
lezen?".
"Mmmm".
"Wat zit je eigenlijk te
lezen dat zo interessant is?".
Will hield zijn boek een
eindje hoger zonder zijn blik los te scheuren van de pagina's zodat
Arthur de titel kon lezen.
"Handleiding der Vampiers?"
vroeg Arthur geinteresseerd "ga je op vampiers jagen
misschien?".
"Misschien".
"Of eerder op de
vampiers onder je bed"grijnsde Arthur "ben je nog steeds
bang in het donker?".
"Mmmmm".
"En nu weet
ik zeker dat je niet naar me luisterd anders zou je wel iets naar me
gegooid hebben zoals gewoonlijk".
Will pakte een kussen naast
hem van de bank en gooide dat zonder te kijken in Arthur's
richting.
"Miss" grijnsde die triomfantelijk "zeker
twee meter ernaast. Is dat alles wat je kunt?".
Will
antwoordde niet. Arthur probeerde hem uit te dagen, en hij had geen
zin in de zoveelste kibbelpartij met zijn broer.
"Oké
negeer me maar" mopperde Arthur "wanneer komt Fran
terug?".
"Hoe moet ik dat weten" zuchtte Will
geergerd "ze kan hier ieder moment zijn neem ik aan."
"Wanneer
is ze vertrokken?".
"Een kwartiertje geleden neem ik
aan, weet ik het ik zit te lezen."
"Wat zijn we weer
aardig" bromde Arthur. Hij pakte het kussen dat Will naar hem
had gehoord en gooide het een paar keer op. Toen hij dat ook beu was
gooide hij het naar Will die boos opkeek van zijn boek.
"Kun
jij me echt geen vijf seconden met rust laten?"
"Nee"
grijnsde Arthur.
"Ik ga naar boven" mompelde Will "doe
Fran mijn groeten wil je?".
Hij stond op, pakte zijn boek en
ging de trap op.
"Tof" mopperde Arthur "Nu zit ik
hier helemaal alleen".
"Nu niet meer" zei een
vrolijke stem achter hem.
Arthur keek verbaasd op "oh hallo
Lily".
"Hoi" zei ze vriendelijk "is je
broertje boos? Ik zag hem naar boven gaan en hij keek nogal
nijdig."
Arthur haalde zijn schouders op "hij is altijd
lastig als hij een boek te pakken heeft".
"Wie niet"
zei Lily opgewekt "Is dat slijm al uit je haar?".
"Ja
hoor" zei Arthur ietsje afwezig "Ik wil niet onbeleefd zijn
maar ik ga even naar de bib. Ga je mee?".
"De
bibliotheek?"vroeg Lily verbaasd "die is volgens mij"
ze keek even op haar horloge "al precies tien minuten geleden
dicht".
"Dicht?" vroeg Arthur verbaasd en hij keek
ook op zijn horloge "het is pas zes uur".
"De
bibliotheek gaat altijd dicht om zes uur op vrijdagavond"
glimlachte Lily "misschien omdat er op die avond vreemd genoeg
belachelijk weinig interesse is. Maar welk boek wou je gaan
halen?".
"Geen" zei Arthur "maar Franchipanne
is ernaartoe en ik dacht eraan naar haar te gaan sinds Will zo aardig
is vandaag".
"Ik loop wel even met je mee" stelde
Lily voor "dan kunnen we daarna samen naar de grote zaal".
"Fran!'
gilde Arthur geschrokken. Hij holde vlug naar haar toe, knielde naast
haar neer en pakte haar hand.
"Je hebt ijskoud! Maar wat zit
je hier te doen? Wat is er gebeurd? Heb je ergens pijn?".
"Mijn
voet" mompelde Fran. Ze pakte Arthur's arm stevig vast,
opgelucht dat er eindelijk iemand opgedaagd was. Hij deed bezorgd
zijn pull uit en lege hem zorgvuldig over haar schouders.
"Ietsje
beter?".
Fran knikte.
"Nou dat ziet er ernstig uit"
mompelde Lily. Ze had zich over Fran's voet gebogen en betaste hem
voorzichtig.
"Auw" protesteerde Fran verontwaardigd
"niet zo hard, dat doet pijn".
"Sorry" zei
Lily vlug"nou Fran, dat ziet er niet bepaald goed uit".
"Kun
je erop staan?" vroeg Arthur "als je op mij steunt raken we
wel tot aan de ziekenzaal".
"Nee ik heb het al
geprobeerd" zei Fran zacht "twee keer".
"Ik
kan proberen het te spalken" stelde Lily voor "maar dan
moet ik wel even over die spreuk nadenken. Geef me een
minuutje."
Arthur ging ook op de grond zitten en wou zijn arm
om Fran's schouder leggen, maar hij sprong geschrokken weer op.
"Die
grond is kletsnat".
"Weet ik al" zei Fran een
beetje gepikeerd "Ik ben doorweekt".
"Hoe ben je
eigenlijk gevallen? Vroeg Arthur. Hij ging nu een beetje wiebelig op
zijn hukje naast Fran zitten en moest zich aan de muur vasthouden om
niet uit evenwicht te raken.
"Uitgegleden" zuchtte Fran
"ik wou naar buiten kijken en-"
"Dat gammel oud
kasteel ook" mopperde Lily. Fran en Arthur keken verbaasd
op.
"Nou het is toch zo" verdedigde Lily zich "het
is een gammel oud kasteel. En het zou zijn gasten niet zo horen te
behandelen!".
"Helemaal mee eens" knikte Arthur
"Vilder zou wel eens wat aan al die tochtgaten en zo mogen
doen".
"Vilder" zei Lily schamper "nee ik heb
het niet over Vilder" ze keek streng naar het krakende raam voor
haar en vervolgde duister "dit kasteel leeft en het heeft een
enorm slecht karakter".
"Interessant" zei Arthur
maar hij keek naar Fran en rolde met zijn ogen.
"Vind je?"
vroeg Lily verbaasd "James lachte me vierkant uit toen ik dat
zei".
"Oh James" zei Arthur een beetje afwezig en
hij knipoogde naar Fran "heb je die spalkspreuk nou al?".
Lily
knite "ga even langs de kant, ik heb ze uit een boek en ik ben
nog niet erg zeker van het resultaat".
"Kunnen we dan
niet gewoon-" begon Arthur maar Lily weefde hem met haar hand
keurig opzij.
"Ferula" mompelde ze en ze tikte met haar
toverstok op Fran's voet.
Onmiddellijk schoten er twee rollen
verband uit haar toverstok die zich met een paar stokjes bliksemsnel
rond Fran's voet wikkelden.
"Nou dat ging keurig" zei
Lily tevreden "nuttig spreukje. Kom hier dan help ik je
overeind".
Fran pakte haar hand en Lily heiste haar overeind.
Arthur bood haar snel zijn schouder aan en leundend daarop kon Fran
min of meer staan.
"Gaat dat?" vroeg Lily bezorgd
"anders kunnen we je wel op de een of andere manier al zwevend
naar daar krijgen".
Even schoot Wingardium Leviosa door
Fran's hoofd maar ze wilde liever niet zo ontsabiel door de lucht
zweven als de veer. En zeker niet met een kapotte enkel. Dan nog
liever met de hinkelpas.
"Het gaat perfect".
Met de
steun van Lily en Arhtur raakte ze moeizaam tot op het einde van de
gang.
"Hier naar boven nu" dirigeerde Lily. Ze ging hen
voor en draaide zich dan om zodat ze Fran de trap op kon helpen.
Fran
pakte Lily's arm en leunde naar voor maar bleef dan plots stokstijf
stil staan.
"Ik ben mijn tas vergeten" kreunde ze.
"Je
tas?" vroeg Lily verbaasd "ik heb geen tas gezien".
"Ik
was ze gaan halen in de bibliotheek" zuchtt Fran "ze moet
daar ergens liggen, kunnen we teruggaan?".
"Ik ga wel
even" zei Arthur "anders moeten we weer dat hele eind
terugshowen".
"Sorry" mompelde Fran.
"Het
is niks" zei Arthur maar net voor hij de hoek omging hoorde Fran
hem iets in de zin van "Meiden en tassen ook altijd"
mompelen.
Uiteindelijk raakten ze toch nog op de ziekenzaal.
Madame Plijster haalde het verband er voorzichtig af, keek er
even naar, en zwaaide dan vlotjes met haar toverstok.
"Hij is
genezen" riep Fran verbaasd uit. Ze betastte voorzichtig haar
enkel, maar hij deed geen pijn meer.
"Normaalgezien wel"
zei Madame Plijster vriendelijk.
"Bedankt" zei Fran, ze
stapte voorzichtig uit het bed en probeerde op haar been te
staan.
"Kun je perfect staan?" vroeg madame Plijster
bezorgd en ze liep om het bed neer om Fran's enkel beter te
inspecteren.
"Ja hoor, perfect" zei Fran opgelucht.
"Nou
dan mag je gaan" zei Madame Plijster "en iets voorzichtiger
de volgende keer graag.".
Fran knikte "hartelijk
bedankt".
"Het was niks kind, nog een leuke avond
verder. En kijk een beetje uit op je weg terug". Ze draaide zich
om en verdween weer in haar kantoortje.
"Nou dat ging ook
vlug" zei Lily onder de indruk "ik wist dat ze het snel
kon, maar zò snel."
"Snel wat?" vroeg
Arthur, die het allemaal doodnormaal vond, "en lopen jullie een
beetje door, straks hebben we helemaal geen avondeten meer".
"Nou
ze heeft mijn enkel in twee tellen genezen" zei Fran, een
tikkeltje verbaasd dat Arthur dat zo normaal vond "dat is toch
wonderbaarlijk, ik had op zijn minst een verband voor een paar weken
verwacht".
"Serieus?" vroeg Arthur ongelovig
"waarom wil je een paar weken met een verband rondlopen. Wat is
daar nou weer het nut van. Die enkel is toch in orde ? Of doet hij
nog pijn?" voegde hij er bezorgd aan toe.
"Nee nee nee
hij is prima" zei Fran "maar normaalgezien is dat toch zo
?" vroeg ze, steunzoekend bij Lily.
"Ja dat klopt"
zei die bedachtzaam "Vorig jaar heeft ze Sirius zijn hand ook
redelijk snel gerepareerd. Maar die was niet zo ernstig".
"Deze
toch ook niet" zei Arthur "een gebroken enkel, dat is een
simpele botspreuk. Niks aan.".
"Wat weet jij daar nou
weer van?" protesteerde Lily "als ik het zo hoor had je hem
net zo goed zelf weer aan elkaar kunnen zetten".
"Mijn
moeder is heler" antwoordde Arthur, niet zonder trots "en
ik had hem helemaal niet 'zelf aan elkaar kunnen zetten' zoals jij
zei. Je mag enkel medische spreuken uitvoeren als je er een opleiding
voor hebt genoten, òf in uiterste noodgevallen waarbij het
leven van de patient ernstig in gevaar is en er geen andere hulp
mogelijk is. Dat staat in de wet.".
"Stoer"
glimlachte Lily "moet ik nu onder de indruk zijn? Je kunt
artikel blablabla van de restritctie uit de blablabla grondwet van de
magische gemeenschap of watdanook opzeggen. Echt iets om bij op te
scheppen op feestjes".
"Ik schepte niet op"
protesteerde Arthur "ik bracht je alleen op de hoogte".
"Dat
is hetzelfde".
"Nietwaar".
"Welwaar. En
daarbij ik heb een hekel aan regeltjes."
"Dat is pas
stoer. Je kunt zo bij de Marauders".
"Net of ik zou
willen".
"Je durft niet".
"Natuurlijk niet"
zei Lily sarcastisch "de marauders zijn de meest intimiderende
personen van deze hele school. Ik ben zooooo bang van hen".
"Nou
dat doet me deugd om te horen.".
Ze waren aan de deuren van
de grote zaal beland en James Potter en zijn vrienden kwamen net
buiten.
"Waarom, waarom kom jij me altijd besluipen als ik
het over jou heb Potter. Waarom?".
"Ik besluip je
helemaal niet. Maar ik moet wel zeggen dat er geen enkele reden is om
bang van me te zijn Lily-schat." Hij ging ietsje dichter staan
"ik doe knappe meisjes namelijk absoluut geen kwaad".
"Oh
nee?"
"Nee".
"Kom" ze Arthur vlug "als
die twee beginnen … Straks hebben we helemaal geen eten meer".
Hij draaide zich om en Fran volgde hem.
" Hey Arthur"
schreeuwde James hen nog na "morgenochtend Zwerkbaltraining om
half acht, het weer klaart op. En ik zou heus niet zo'n grote mond
opzetten Lily. Het is niet omdat je zo knap bent dat je ook grof moet
zijn".
