Wilde ogen in de nacht

Loena's lichtblauwe ogen keken hem beschuldigend aan. 'Waarom voorkwam je niet dat ik gemarteld werd?' leken ze te zeggen. 'Waarom heb je niemand gewaarschuwd? Snapte je niet hoe ongerust mijn vader was?'

Draco's hart klopte als een gevangen duif tegen de tralies van zijn ribben. Hij wilde smekend zijn hand uitsteken, maar de ijzeren kettingen verhinderden dat. Naast Loena zat de toverstokmaker, die zichtbaar verouderd was. Hoewel zijn lichaam gebroken was, bleek zijn geest nog even sterk. Zijn ogen straalden minachting uit. Waarom heb je enkel toegekeken? Hoeveel daden had je kunnen voorkomen?

Het was een vraag die Draco zichzelf al ontelbare malen had gesteld.

De pijn in Hermeliens ogen – aan de andere kant van Loena – bracht telkens weer haar ijzingwekkende kreten naar boven. Als een lafaard had hij achter het gordijn toe staan kijken, zijn gebalde vuist in zijn mond, bang dat een enkel geluid de aandacht van zijn krankzinnige tante zou trekken.

De leden van de Wikenweegschaar trokken zich terug om over zijn vonnis te beslissen. Het joeg hem geen angst aan, niet meer. Azkaban was momenteel te prefereren boven deze koude, kille ruimte, waar hij vastgebonden, als een dier in een val, bekeken werd door honderden mensen. Elke nacht leken er meer mensen te zijn. Elke nacht werd de minachting en de woede die uit hun ogen straalde intenser, werd de razernij zichtbaarder, hun honger naar wraak tastbaarder. Hij wist dat hij droomde. Hij wist het iedere nacht, maar telkens weer overspoelden de angst en schuldgevoelens hem in reusachtige golven, sleepten hem mee naar de vloedlijn van zijn bewustwording en gooiden hem terug in een zee van wilde ogen. Tevergeefs zocht hij naar een paar dat compassie uitstraalde, vergevingsgezindheid, misschien wat begrip, maar zelfs die beroemde groene ogen keken hem vol minachting aan, voor de tovenaar zich omdraaide en Draco overliet aan de woeste massa die nu steeds naderbij kwam, als een menigte Necroten.

Wild trok hij aan de kettingen, maar ontsnapping kwam in de vorm van een paar armen die nu geruststellend om hem heen geslagen werden. Een hand streek het vochtige haar van zijn voorhoofd en tedere lippen streelden zijn gespannen kaak.

'Dezelfde nachtmerrie?' vroeg een slaperige stem. Draco knikte, bang om te praten. Hij werd dicht tegen de ander aangetrokken, geruststellende woordjes drongen eindelijk tot hem door, en zijn hart begon wat langzamer te kloppen. Zijn spieren ontspanden en hij merkte dat hij weer kon slikken zonder obstakel.

Dankbaar draaide hij zich om. Er lag geen beschuldiging in deze ogen, niet de minachting die zijn nachtmerries steeds toonden. In plaats daarvan keken de groene ogen hem vol liefde aan. De diepte van Harry's gevoelens was in de zeven jaar dat ze samen waren nog niets verminderd en Draco wist dat het ook nooit zou gebeuren.

Hij kuste het bliksemvormige litteken en viel langzaam weer in slaap, met beschermende armen om hem heen.