Tursiops: Nou, dit is het 2e hoofdstuk! Het gaat over de Bibliotheek van
het eiland Myst. Veel plezier ... !!
Misschien bevat de bibliotheek de sleutel tot dit mysterie. Ik ging recht op de boekenplanken af en nam me voor dit systematisch aan te pakken. Ik begon bovenaan en werkte alle boeken van boven naar beneden door. Ik was diep geschokt. De meeste boeken waren inderdaad zwaar beschadigd. Verkoold, verbrand en onleesbaar. Precies wat Atrus in zijn boodschap aan Catherine gezegd had. Toch vond ik er nog vijf die nog intact waren. Ik geef nu een korte samenvatting van de inhoud van die vijf boeken.
Het eerste nog leesbare boek was het groen met rode boek, uiterst links op de bovenste plank. Het was een dagboek, geschreven in hetzelfde handschrift als het Myst Journaal. De schrijver heeft het in het begin over iets dat hij in het Tijdperk van Channelwood noemt. Hij beschrijft een soort aapmensen die in bomen wonen. Ze wonen in een soort hoog in de bomen gebouwd dorp, dat uit de oceaan verrezen zou zijn. De schrijver heeft het over zijn vrouw Catherine en zijn zonen Sirrus en Achenar. Dit moet dus Atrus zijn. Ik lees door en raak geboeid door de beschrijving van dit tijdperk, zijn geschiedenis, mythen en legenden. Het journaal eindigt met een kaartje van een stel door loopbruggen verbonden hutten. Zou dit het bomendorp voorstellen?
Het volgende onbeschadigde boek, was het blauw met rode rechts op de bovenste plank. Dit leek me een sprookje. Het ging over drie jongens, Emmit, Branch en Will – maar dan komt de verteller zelf aan het woord. Het blijkt weer Atrus te zijn en hij heeft het over een 'heel nieuw tijdperk' en iets wat hij 'De Kunst' noemt. Er staan schetsen van verschillende apparaten in: een soort knipperlicht, een onderwaterlamp. Verder iets over het bouwen van een vuurtoren en over het starten van een generator. Daarna weer een landkaart met erbij de tekst: 'Het Tijdperk van het Stenen Schip – in vogelvlucht'. Het journaal wordt besloten met schetsen van acht door Atrus waargenomen sterrenstelsels. Maar die kende ik toch! Ze kwamen overeen met de inscripties aan de voet van de zuilen! Ik fotografeerde ze alle acht, in de hoop dat ik ze zelf vannacht in het uitspansel boven Myst zou herkennen.
Na een stel zwaar verbrande boeken vond ik het blauwe boek dat schuin op de middelste plank lag. Dit heeft het over een tijdperk vol vreselijke rampen, metereotische vuurballen, spleten in de aarde en ondergrondse grotten. Het vermeldt ook Sirrus en Achenar, die in Channelwood achterbleven. Af en toe is het schrift moeilijk leesbaar en dan wordt het weer duidelijker. Er staan een aantal schetsen van klepmachinismen in, een schotelantenne en een tekening van het ruimteschip. Heel intrigerend vond ik de schets van een toetsenbord met een genummerd reeks van vijf muzieknoten. Dit kon wel eens belangrijk zijn, dus nam ik er weer een foto van. Op de laatste bladzijde stond deze kaart van het Selenitische Eiland:
(een plaatje van een tekening in een boek van een eiland met een grote baai)
Ik vond nog een verbrand boek dat gedeeltelijk leesbaar was, rechts op de middelste plank. Erin stonden ongeveer 300 verschillende patronen van zwarte vierkantjes in een rooster van zes bij acht. Waren dit puzzels? Waren het codes? Maar waar dienden ze dan voor? Ik zette het boek terug op zijn plaats.
Het laatste niet verbrande boek had een zwarte omslag en stond links op de onderste plank. Het ging over: Het Mechanische Tijdperk en over een land met loodgrijze luchten en bliksemschichten. Een verhaal over een eens prachtige stad, temidden van drie heuvels, maar verzonken in de zee na een verwoesting door vijandelijke schepen. Atrus keerde hier later terug met zijn twee zonen en bouwde een burcht op de drie heuvels, die nu eilanden zijn geworden. Ook dit boek staat weer vol met tekeningen. We zien een trap, waarvan de treden kennelijk kunnen worden opgetrokken en ook een kaart van de burcht zelf, omringd door een op pilaren gebouwd pad.
Van de overige boeken resteerde helaas niets anders dan de geblakerde omslagen. Aan beide zijden van de boekenkast hingen schilderijen. Op het linker schilderij zag ik een trap die via een boog naar omhoog voerde. De boog op het schilderij leek trouwens sprekend op de bogen in de houten lambrizering van de kamer. Toen ik het schilderij nog wat beter bekeek, zag ik dat wat ik voor traptreden had aangezien, in werkelijkheid boekenplanken waren. Ik raakte het schilderij voorzichtig aan en ineens begon het te bewegen en te veranderen! Nu zag ik op het schilderij werkelijk een trap die naar een gang leidde en toen ik verbaasd terugweek, zag ik dat de echte boekenkast dezelfde transformatie onderging! Tegelijkertijd sloeg de ingang naar de bibliotheek achter me met een klap dicht. Ik besloot eerste deze kamer nader te onderzoeken. Daarna kon ik me altijd nog in de geheime gang wagen. Ik liep dus naar het schilderij rechts van wat de boekenkast geweest was. Dit stelde de open deur van de bibliotheek voor. Toen ik dit aanraakte begon het net als het andere schilderij te bewegen: de bibliotheekdeur ging weer open, maar de trap veranderende weer in een boekenkast. Het was me nu wel duidelijk dat je niets kon vertrouwen op Myst. Ik keek verder rond in de kamer. Daar lagen nog twee boeken, een rood en een blauw, met naast beide boeken een losse pagina in dezelfde kleuren.
Ik liep naar het blauwe boek en nam de pagina in mijn handen. Omdat de pagina duidelijk in het boek thuis hoorde, legde ik hem er in. Plotseling verscheen op het zwarte vlak op de rechter pagina een afbeelding! Een jonge man, duidelijk in een staat van grote ongerustheid, keek me aan en sprak: "Sirrus, ben jij dat?" Toen hij begreep dat ik een vreemde was, begon hij mij te smeken om "de blauwe pagina's te brengen". De boodschap werd nu door storingen onderbroken, maar vaag hoorde ik nog iets over "altijd en eeuwig" en opnieuw de dringende vraag naar de blauwe pagina's.
Ook het rode boek bleek een boodschap te bevatten. Weer zag ik een jongeman, maar hij vroeg om rode pagina's. Ook meende ik te horen dat hij "Ik ben Sirrus" zei. Zou dit één van de zonen van Atrus zijn? Ik moet zeggen dat ik beide jongelieden nogal kortaf en arrogant vond. Maar ja, dacht ik, hoe zou ik mij voelen als ik in een boek moest leven? Hoewel . . . Ik zit ook in een boek!
Ik onderwierp nu de open haard aan een nader onderzoek. Zag er tamelijk gewoon uit, maar toen ik me om wilde draaiien zag ik ineens een verborgen rood schakelaartje links van de haardopening. Ik drukte erop en met een klap viel voor mijn neus een deur dicht. In paniek probeerde ik de deur open te duwen. Op de plaats waar ik duwde, verscheen een deuk en die begon te groeien. Het hele oppervlak voelde koud aan en gaf mee, alsof het van vloeibaar metaal was. Ik raakte het telkens opnieuw aan en maakte zo een patroon. Nu schoot me het boek met de patronen in de boekenkast te binnen. Ja hoor, dit was ook een rooster van zes bij acht vierkanten. Het moest om een geheime toegangscode gaan, maar toegang tot wat? Ik speelde met de gedachte om de 300 patronen uit het boek stuk voor stuk te gaan proberen, maar zag daar voorloping toch maar van af. Ik drukte nog eens op het rode knopje en met een pneumatisch gesis ging de deur weer open.
Ik had deze ruimte nu helemaal onderzocht en ik besloot, de trap achter de boekenkast op te gaan. Ik raakte het schilderij weer aan en de boekenkast veranderde weer in een geheime doorgang. Ik volgde de kronkelende gang, tot ik uitkwam in een open ruimte. In de ruimte zag ik een liftdeur. Ik opende de deur en ging de lift binnen. Een lampje boven een blauwe knop gaf aan dat ik me op het niveau van de 'Bibliotheek' bevond. Ik deed de liftdeur dicht en drukte op goed geluk op de knop. De lift zette zich in beweging en toen hij weer stopte, gaf het lampje aan dat ik op het niveau van de 'Toren' was beland. Zou dit het bouwwerk zijn op de hoge rots die boven het eiland uittorende? Vlak voor me: een metalen ladder, met op de muur erachter een afbeelding van een opengeslagen boek. Ik klom omhoog en kwam uit op een platform met een opening in het dak voor een telescoop. Maar je kon niets zien door de opening, omdat er een granieten wand achter was. Ik klom weer naar beneden en gluurde achter de lift. Ook daar was een ladder, deze keer met een afbeelding van een sleutel erachter. Wat zei Atrus ook al weer tegen Catherine bij de Ruimtelijke Verbeelder: "Als je de toegangssleutels vergeten bent, denk dan aan de toren van rotatie." Kan deze toren draaien? Hoe dan? De ladder weer op, maar boven was nog steeds alleen maar een granieten muur te zien. Heel merkwaardig; zou die observatie-opening gedraaid kunnen worden? Ik klom terug naar de lift. Hier zit ik nu te staren naar de 'open boek'-afbeelding op de muur. Het zou wel eens kunnen dat de 'sleutel' tot dit observatorium te vinden is in een boek. Ik moest maar eens terug naar de bibliotheek.
Toen ik in de bibliotheek terugkwam, realiseerde ik mij dat ik in deze kamer toch nog iets niet goed bekeken had: de landkaart. Toen ik dichterbij kwam, lichtten er plotseling lijnen op de kaart op. Het waren plattegronden van bepaalde gebouwen. Precies de gebouwen, waarbij ik een Markeringsschakelaar had omgehaald. Zouden die Markeringsschakelaars inderdaad iets te maken hebben met wat je op deze kaart te zien kreeg? Ik ging naar buiten en haalde schakelaar bij het bassin om. Terug bij de kaart, bleek dit nu inderdaad van de kaart verdwenen. Ik zette de schakelaar bij het weer in zijn oude stand en wist nu zeker: die schakelaars projecteerden een soort holografische plaategronden op de kaart. Ik keek nog eens naar de kaart: de plattegrond van de observatietoren bleek te knipperen. Toen ik de knipperende concentrische cirkels aanraakte, begon er een lichtstraal vanuit het midden in rond te draaien. Zodra ik mijn hand terugtrok stopte de straal. Onderaan verscheen het woord 'Torenrotatie' en tegelijkertijd hoorde ik een laag gebrom – de echte toren draaide in het rond! Ik strekte mijn hand weer uit en zag hoe de lichtstraal rood werd als hij over één van de Markeringsschakelaars streek. Ik liet de straal ronddraaien en stoppen boven het object dat ik tot nu toe het interessants had gevonden: het ruimteschip rechtsboven op de kaart. Weer hoorde ik de toren zoemend ronddraaien en ik haastte mij terug naar het observatorium. En ja hoor, nu zag ik door de observatie-opening het ruimteschip. Maar hoe nu verder? Ik besloot nog eens de andere ladder te onderzoeken (die met de 'sleutel'-afbeelding). Deze keer zat er boven op de muur een glimmend metalen bord geschroefd met de tekst: 59 VOLTS. Dit zou wel eens de spanning voor het ruimteschip kunnen zijn en ik herinnerde mij de voltmeter in het bakstenen generatorhuis en de twee rijen generatorschakelaars. Ik sprong weer in de lift en ging terug naar de bibliotheek. Door het schilderij met de afbeelding van de deur aan te raken, wist ik de bibliotheekingang weer te openen.
Tursiops: En, heb je er iets aan gehad? Ik hoop het maar! Nou, 'gotta go' en ik hoop dat je het volgende hoofdstuk ook leest! Het wordt toch best wel boeiend? Owkeej, see ya!
Misschien bevat de bibliotheek de sleutel tot dit mysterie. Ik ging recht op de boekenplanken af en nam me voor dit systematisch aan te pakken. Ik begon bovenaan en werkte alle boeken van boven naar beneden door. Ik was diep geschokt. De meeste boeken waren inderdaad zwaar beschadigd. Verkoold, verbrand en onleesbaar. Precies wat Atrus in zijn boodschap aan Catherine gezegd had. Toch vond ik er nog vijf die nog intact waren. Ik geef nu een korte samenvatting van de inhoud van die vijf boeken.
Het eerste nog leesbare boek was het groen met rode boek, uiterst links op de bovenste plank. Het was een dagboek, geschreven in hetzelfde handschrift als het Myst Journaal. De schrijver heeft het in het begin over iets dat hij in het Tijdperk van Channelwood noemt. Hij beschrijft een soort aapmensen die in bomen wonen. Ze wonen in een soort hoog in de bomen gebouwd dorp, dat uit de oceaan verrezen zou zijn. De schrijver heeft het over zijn vrouw Catherine en zijn zonen Sirrus en Achenar. Dit moet dus Atrus zijn. Ik lees door en raak geboeid door de beschrijving van dit tijdperk, zijn geschiedenis, mythen en legenden. Het journaal eindigt met een kaartje van een stel door loopbruggen verbonden hutten. Zou dit het bomendorp voorstellen?
Het volgende onbeschadigde boek, was het blauw met rode rechts op de bovenste plank. Dit leek me een sprookje. Het ging over drie jongens, Emmit, Branch en Will – maar dan komt de verteller zelf aan het woord. Het blijkt weer Atrus te zijn en hij heeft het over een 'heel nieuw tijdperk' en iets wat hij 'De Kunst' noemt. Er staan schetsen van verschillende apparaten in: een soort knipperlicht, een onderwaterlamp. Verder iets over het bouwen van een vuurtoren en over het starten van een generator. Daarna weer een landkaart met erbij de tekst: 'Het Tijdperk van het Stenen Schip – in vogelvlucht'. Het journaal wordt besloten met schetsen van acht door Atrus waargenomen sterrenstelsels. Maar die kende ik toch! Ze kwamen overeen met de inscripties aan de voet van de zuilen! Ik fotografeerde ze alle acht, in de hoop dat ik ze zelf vannacht in het uitspansel boven Myst zou herkennen.
Na een stel zwaar verbrande boeken vond ik het blauwe boek dat schuin op de middelste plank lag. Dit heeft het over een tijdperk vol vreselijke rampen, metereotische vuurballen, spleten in de aarde en ondergrondse grotten. Het vermeldt ook Sirrus en Achenar, die in Channelwood achterbleven. Af en toe is het schrift moeilijk leesbaar en dan wordt het weer duidelijker. Er staan een aantal schetsen van klepmachinismen in, een schotelantenne en een tekening van het ruimteschip. Heel intrigerend vond ik de schets van een toetsenbord met een genummerd reeks van vijf muzieknoten. Dit kon wel eens belangrijk zijn, dus nam ik er weer een foto van. Op de laatste bladzijde stond deze kaart van het Selenitische Eiland:
(een plaatje van een tekening in een boek van een eiland met een grote baai)
Ik vond nog een verbrand boek dat gedeeltelijk leesbaar was, rechts op de middelste plank. Erin stonden ongeveer 300 verschillende patronen van zwarte vierkantjes in een rooster van zes bij acht. Waren dit puzzels? Waren het codes? Maar waar dienden ze dan voor? Ik zette het boek terug op zijn plaats.
Het laatste niet verbrande boek had een zwarte omslag en stond links op de onderste plank. Het ging over: Het Mechanische Tijdperk en over een land met loodgrijze luchten en bliksemschichten. Een verhaal over een eens prachtige stad, temidden van drie heuvels, maar verzonken in de zee na een verwoesting door vijandelijke schepen. Atrus keerde hier later terug met zijn twee zonen en bouwde een burcht op de drie heuvels, die nu eilanden zijn geworden. Ook dit boek staat weer vol met tekeningen. We zien een trap, waarvan de treden kennelijk kunnen worden opgetrokken en ook een kaart van de burcht zelf, omringd door een op pilaren gebouwd pad.
Van de overige boeken resteerde helaas niets anders dan de geblakerde omslagen. Aan beide zijden van de boekenkast hingen schilderijen. Op het linker schilderij zag ik een trap die via een boog naar omhoog voerde. De boog op het schilderij leek trouwens sprekend op de bogen in de houten lambrizering van de kamer. Toen ik het schilderij nog wat beter bekeek, zag ik dat wat ik voor traptreden had aangezien, in werkelijkheid boekenplanken waren. Ik raakte het schilderij voorzichtig aan en ineens begon het te bewegen en te veranderen! Nu zag ik op het schilderij werkelijk een trap die naar een gang leidde en toen ik verbaasd terugweek, zag ik dat de echte boekenkast dezelfde transformatie onderging! Tegelijkertijd sloeg de ingang naar de bibliotheek achter me met een klap dicht. Ik besloot eerste deze kamer nader te onderzoeken. Daarna kon ik me altijd nog in de geheime gang wagen. Ik liep dus naar het schilderij rechts van wat de boekenkast geweest was. Dit stelde de open deur van de bibliotheek voor. Toen ik dit aanraakte begon het net als het andere schilderij te bewegen: de bibliotheekdeur ging weer open, maar de trap veranderende weer in een boekenkast. Het was me nu wel duidelijk dat je niets kon vertrouwen op Myst. Ik keek verder rond in de kamer. Daar lagen nog twee boeken, een rood en een blauw, met naast beide boeken een losse pagina in dezelfde kleuren.
Ik liep naar het blauwe boek en nam de pagina in mijn handen. Omdat de pagina duidelijk in het boek thuis hoorde, legde ik hem er in. Plotseling verscheen op het zwarte vlak op de rechter pagina een afbeelding! Een jonge man, duidelijk in een staat van grote ongerustheid, keek me aan en sprak: "Sirrus, ben jij dat?" Toen hij begreep dat ik een vreemde was, begon hij mij te smeken om "de blauwe pagina's te brengen". De boodschap werd nu door storingen onderbroken, maar vaag hoorde ik nog iets over "altijd en eeuwig" en opnieuw de dringende vraag naar de blauwe pagina's.
Ook het rode boek bleek een boodschap te bevatten. Weer zag ik een jongeman, maar hij vroeg om rode pagina's. Ook meende ik te horen dat hij "Ik ben Sirrus" zei. Zou dit één van de zonen van Atrus zijn? Ik moet zeggen dat ik beide jongelieden nogal kortaf en arrogant vond. Maar ja, dacht ik, hoe zou ik mij voelen als ik in een boek moest leven? Hoewel . . . Ik zit ook in een boek!
Ik onderwierp nu de open haard aan een nader onderzoek. Zag er tamelijk gewoon uit, maar toen ik me om wilde draaiien zag ik ineens een verborgen rood schakelaartje links van de haardopening. Ik drukte erop en met een klap viel voor mijn neus een deur dicht. In paniek probeerde ik de deur open te duwen. Op de plaats waar ik duwde, verscheen een deuk en die begon te groeien. Het hele oppervlak voelde koud aan en gaf mee, alsof het van vloeibaar metaal was. Ik raakte het telkens opnieuw aan en maakte zo een patroon. Nu schoot me het boek met de patronen in de boekenkast te binnen. Ja hoor, dit was ook een rooster van zes bij acht vierkanten. Het moest om een geheime toegangscode gaan, maar toegang tot wat? Ik speelde met de gedachte om de 300 patronen uit het boek stuk voor stuk te gaan proberen, maar zag daar voorloping toch maar van af. Ik drukte nog eens op het rode knopje en met een pneumatisch gesis ging de deur weer open.
Ik had deze ruimte nu helemaal onderzocht en ik besloot, de trap achter de boekenkast op te gaan. Ik raakte het schilderij weer aan en de boekenkast veranderde weer in een geheime doorgang. Ik volgde de kronkelende gang, tot ik uitkwam in een open ruimte. In de ruimte zag ik een liftdeur. Ik opende de deur en ging de lift binnen. Een lampje boven een blauwe knop gaf aan dat ik me op het niveau van de 'Bibliotheek' bevond. Ik deed de liftdeur dicht en drukte op goed geluk op de knop. De lift zette zich in beweging en toen hij weer stopte, gaf het lampje aan dat ik op het niveau van de 'Toren' was beland. Zou dit het bouwwerk zijn op de hoge rots die boven het eiland uittorende? Vlak voor me: een metalen ladder, met op de muur erachter een afbeelding van een opengeslagen boek. Ik klom omhoog en kwam uit op een platform met een opening in het dak voor een telescoop. Maar je kon niets zien door de opening, omdat er een granieten wand achter was. Ik klom weer naar beneden en gluurde achter de lift. Ook daar was een ladder, deze keer met een afbeelding van een sleutel erachter. Wat zei Atrus ook al weer tegen Catherine bij de Ruimtelijke Verbeelder: "Als je de toegangssleutels vergeten bent, denk dan aan de toren van rotatie." Kan deze toren draaien? Hoe dan? De ladder weer op, maar boven was nog steeds alleen maar een granieten muur te zien. Heel merkwaardig; zou die observatie-opening gedraaid kunnen worden? Ik klom terug naar de lift. Hier zit ik nu te staren naar de 'open boek'-afbeelding op de muur. Het zou wel eens kunnen dat de 'sleutel' tot dit observatorium te vinden is in een boek. Ik moest maar eens terug naar de bibliotheek.
Toen ik in de bibliotheek terugkwam, realiseerde ik mij dat ik in deze kamer toch nog iets niet goed bekeken had: de landkaart. Toen ik dichterbij kwam, lichtten er plotseling lijnen op de kaart op. Het waren plattegronden van bepaalde gebouwen. Precies de gebouwen, waarbij ik een Markeringsschakelaar had omgehaald. Zouden die Markeringsschakelaars inderdaad iets te maken hebben met wat je op deze kaart te zien kreeg? Ik ging naar buiten en haalde schakelaar bij het bassin om. Terug bij de kaart, bleek dit nu inderdaad van de kaart verdwenen. Ik zette de schakelaar bij het weer in zijn oude stand en wist nu zeker: die schakelaars projecteerden een soort holografische plaategronden op de kaart. Ik keek nog eens naar de kaart: de plattegrond van de observatietoren bleek te knipperen. Toen ik de knipperende concentrische cirkels aanraakte, begon er een lichtstraal vanuit het midden in rond te draaien. Zodra ik mijn hand terugtrok stopte de straal. Onderaan verscheen het woord 'Torenrotatie' en tegelijkertijd hoorde ik een laag gebrom – de echte toren draaide in het rond! Ik strekte mijn hand weer uit en zag hoe de lichtstraal rood werd als hij over één van de Markeringsschakelaars streek. Ik liet de straal ronddraaien en stoppen boven het object dat ik tot nu toe het interessants had gevonden: het ruimteschip rechtsboven op de kaart. Weer hoorde ik de toren zoemend ronddraaien en ik haastte mij terug naar het observatorium. En ja hoor, nu zag ik door de observatie-opening het ruimteschip. Maar hoe nu verder? Ik besloot nog eens de andere ladder te onderzoeken (die met de 'sleutel'-afbeelding). Deze keer zat er boven op de muur een glimmend metalen bord geschroefd met de tekst: 59 VOLTS. Dit zou wel eens de spanning voor het ruimteschip kunnen zijn en ik herinnerde mij de voltmeter in het bakstenen generatorhuis en de twee rijen generatorschakelaars. Ik sprong weer in de lift en ging terug naar de bibliotheek. Door het schilderij met de afbeelding van de deur aan te raken, wist ik de bibliotheekingang weer te openen.
Tursiops: En, heb je er iets aan gehad? Ik hoop het maar! Nou, 'gotta go' en ik hoop dat je het volgende hoofdstuk ook leest! Het wordt toch best wel boeiend? Owkeej, see ya!
