"Nee! Dat kan niet!" riep Elrond.
Voor de zoveelste keer was er een raad georganiseerd in Rivendel. De
kleine overwinning van Morgoth had al ieders oren bereikt.
Aragorn knikte droevig: "Het is waar, Morgoth leeft nog en is
waarschijnlijk al in Midden –Aarde. Hij was het die in Midden –Aarde
de tijd 110 jaar heeft laten stil staan."
Elrond ijsbeerde door de gangen: "En Legolas?" vroeg hij.
Gimli keek Elrond aan, tranen welden op in zijn ogen. Elrond begreep
het en sloeg zijn ogen droevig neer: "Ik weet echt niet weer wat we nu
nog kunnen doen."

De poort sloot. De Zwarte Magie bleef nog even rondcirkelen in de
lucht.
Morgoth keek tevreden rond, hij had een enorm leger, was terug in
Midden –Aarde en had zijn eerste gevangene. Het was gewoon te perfect
voor een perfecte wraak.
Weer keek hij even rond. Eén gevangene was niet genoeg. Maar hij moest
niet onbezonnen te werk gaan. "Kamul," zei hij
"Ja heer?" De nazgûl antwoordde met een krakende stem. "Zeg me eens,
wie heeft er voor de ondergang van het Zwarte Rijk van Sauron
gezorgd?"
"Een halfling, uwe Zwartheid, Frodo Balings van de Gouw." Morgoth
barstte in lachen uit: "Een Halfling heeft jullie van de overwinning
weerhouden? Die Oorlog met Sauron was bedoelt als tijdverdrijving voor
jullie, je weet toch nog dat jullie kort nadat jullie dienaren van
Sauron werden al direct eeuwige trouw aan mij hebben belooft?"
De Nazgûl begon wantrouwig te worden, hij begreep niet waar Morgoth
naartoe wou.
"Dat weet ik nog heel goed, sire."
"Goed, dan moet dat minieme brein van jou toch ook onthouden hebben
dat ik geen zwakkelingen in mijn leger duld?" snauwde Morgoth al iets
minder vriendelijk.
Onwillig maande de Nazgûl zijn paard aan om een stap achteruit te
zetten:"Het zal niet meer gebeuren, Heer." Morgoth keek hem lang aan
met zijn kille, bloedrode ogen. Toen zei hij op hooghartige toon :
"Oké, ik zal je nog een kans geven, ..., waar leefde die Halfling?"
"In Hobbitstee, Heer."
"Goed," zei Morgoth nadenkend "Ga met het hele leger naar Mordor, neem
Prins Legolas mee en sluit hem op. Daarna organiseer je de hele boel
terug een beetje, onderneem niets belangrijks wanneer ik weg ben. Ik
denk dat ik Frodo Ballings een bezoekje zal brengen." Morgoth
grijnsde vergenoegd.

Gandalf maande Schaduwvacht aan: "Sneller! Sneller!"
Zijn gedachten raasden door zijn hoofd: -Morgoth leeft... De Gouw...Frodo-
Hij wist het gewoon, Frodo zou binnenkort hulp nodig hebben. Morgoth
is veel slimmer dan Sauron, hij zou eerst degene die de Ring
vernietigd heeft gevangen nemen. Omdat hij weet dat deze van veel
waarde is voor iedereen die in Midden –Aarde leefde. Hij heeft daarmee
heel Midden –Aarde naar zijn hand gezet.
De Gouw was nog maar een mijl verder weg, hij zou het best de grote weg
naar Hobbitstee bewaken.

Morgoth reed door, hij had wel een soort idee dat Midden –Aarde in rep
en roer zou staan omdat hij nog leefde, en dat het ook meer dan
logisch was dat ze dan iemand stuurden om die Frodo te beschermen. Hij
glimlachte, hij had eigenlijk wel zin in een goed gevecht na de bijna
nederlaag tegen Legolas. Maar eerlijk gezegd wist hij niet goed waar
hij was, vragen zou niet verboden zijn zeker. Iets verder op stonden
al kleine Lieden, ver kon het niet meer zijn. Maar toch voor de
zekerheid, Morgoth grijnsde weer, hij verheugde zich al op de
verschrikte gezichten. Hij liet Niarag vertragen naar stapvoets
terwijl hij zijn kap naar voor trok. De Hobbit die rustig aan zijn
pijp stond te lurken keek op en schrok zich rot: "Een Nazgûl! Help!"
Morgoth besloot het dramatischer te maken, een beetje lol kon er wel
af na 110 jaar vol verveling. Hij liet zijn gezicht nog steeds niet
zien terwijl hij Niarag door het hekje heen op de Halfling liet
afstappen. De hobbit draaide zich verschrikt om een zette het op een
lopen naar zijn deur, Morgoth stak zijn hand op en de deur vloog met
een smak dicht voor de neus van de Hobbit. De hobbit draaide zich
langzaam en verschrikt om: "Laat me alsjeblieft met rust, Heer
Nazgûl." Morgoth snoof: "Ik ben geen Nazgûl." Langzaam trok hij zijn
kap naar achteren. De Hobbit gilde het uit van schrik: "Morgoth!
Morgoth is hier! O, Help ons! Verlos ons van het kwaad!"
Morgoth trok zijn wenkbrauw verveeld op: "Hou je kop! Zeg me welke
kant Hobbitstee is en ik zal er misschien over nadenken om jou te
sparen."
De Hobbit viel op zijn knieën terwijl hij de richting uitwees waar
Morgoth naartoe ging: "Het is die kant uit, Heer Morgoth, als u gewoon
verder rijdt komt u er wel ,na een Bos bent u er direct, Maar
alstublieft, laat mij en mijn gezin leven." Morgoth grijnsde en liet
Niarag vervaarlijk dicht bij de Hobbit steigeren.
"Bedankt."
Morgoth liet Niarag omdraaien en nog eens goed op het reeds
vertrapelde hek stappen. Dan gaf hij lachend de sporen en stoof weg.
De vrouw van de Hobbit kwam naar buiten: "O,Willie ben je o.k.? Wat
deed die Nazgûl hier?"
Willie stond moeizaam op: "Het was geen Nazgûl, het was Morgoth."
De vrouw hield verschrikt haar handen voor haar mond: "Dan moeten we
de hele Gouw waarschuwen dat hij hier is en zo Meneer Frodo bereiken."
Zei ze na een tijd.

Morgoth had het bos in minder dan een minuut bereikt, de weg lag vol
kronkels en bochten. Hij moest vaart minderen voor lager hangende
takken. Voor de meeste Hobbits was het Bos een rustgevende plek, maar
niet voor Morgoth. Hij had het gevoel dat hij bespied werd. "Tot daar
en geen stap verder!" een stem klonk plots van voor hem. Een witte
ruiter versperde weg. Morgoth glimlachte, Gandalf, zoiets had hij wel
verwacht. "Gandalf! Laat me er toch door ouwe man, dan krijg je geen
moeilijkheden." Gandalf werd rood: "Morgoth, hopelijk ben je even
sterk als je tong scherp is. Anders zal er niet veel van terecht
komen!"
Hij richtte zijn stok op Morgoth, maar Niarag kon de aanval makkelijk
ontwijken.
Nog voor Morgoth het bevel had gegeven zette ze het al op een lopen
richting Hobbitstee. Gandalf zette onmiddellijk de achtervolging in.
Hij zou Morgoth te pakken krijgen. Maar Morgoth dacht daar anders
over, hij keek achterom. Lang kon hij niet blijven rondrennen. Maar
een plan kwam opborrelen in zijn hoofd. Hij had al een redelijke
voorsprong op Gandalf, dus dit kon werken. Bij de eerst volgende bocht
stopte hij bruusk en verschool zich ,nog steeds op zijn paard, in de
bosjes.
Gandalf had niets van dit alles gemerkt en reed met een enorme
snelheid voorbij Morgoth. Precies hetgeen wat Morgoth gehoopt had dat
hij zou doen. Hij grijnsde en zette de nu omgekeerde achtervolging in.
De oude tovenaar hoorde het geruis van bladeren en hoefgetrappel van
een paard. Verschrikt keek hij om, hij zag Morgoth pijlsnel op hem
afkomen en roepen: "Gandalf! Het ziet er naar uit dat de Halflingen
-tabak je geest toch vertraagd heeft!" Daarop gaf hij zijn paard de
sporen en ging vlak naast Gandalf rijden. Terwijl Gandalf wanhopig
probeerde om te ontkomen door snelheid te maken ging Morgoth uit de
stijgbeugels en op zijn zadel staan. Voor Gandalf door had wat er
gebeurde was Morgoth gesprongen en had hem van zijn zadel geworpen. De
beide mannen kwamen allebei met een harde klap hard neer. Gandalf
probeerde Morgoth aan te vallen maar geen enkele aanval raakte hem
door de enorme stofwolk die opgestegen was. Plots voelde hij het koude
staal van een zwaard tegen zijn keel. Zijn stok vloog plotseling weg
uit zijn hand en lande tien meters verder. "Zo Gandalf," zei Morgoth
geamuseerd "Het lijkt erop dat ik dit kleine gevecht heb gewonnen, dus
eis ik mijn prijs op..." Hij keek rond totdat zijn oog op Gandalf's stok
viel.
"Ik ga geen Halflingen tabak nemen, het zou mijn geest kunnen
aantasten. Dus die stok kan er wel mee door. Ik had er toch één
nodig." Morgoth stapte op de stok af, en pakte hem op. De stok kreeg
onmiddellijk een schok en verschroeide tot een hoopje as. Morgoth
haalde zijn schouders op: "Goedkoop prul..."Hij draaide zich pijlsnel
om en schoot een energiestraal af. Gandalf vloog achteruit en belandde
met een smak tegen een oude eik. Hij zakte machteloos in elkaar.
Morgoth snoof: "Je dacht zeker dat je mij kon aanvallen in de rug.
Stomme tovenaar!" Op dat moment verloor Gandalf het bewustzijn.
Morgoth bleef nog even kijken en realiseerde zich toen dat een groepje
geschrokken Dwergen stond te kijken. "Doorlopen! Er valt niets te
zien!" blafte hij.
De geschrokken Dwergen liepen snel door op een drafje. Morgoth stapte
terug op Niarag's rug: "Kom op meid," zei hij "we gaan eindelijk eens
naar Meneer Frodo."