2. The Sortinghat and the four houses

Langzaam ging de dag over in een avond en de jongens konden niet wachten tot ze weer op Zweinstein waren. "Remus, zijn we er al bijna?"vroeg James en Remus keek uit het raam, daarna knikte hij en zei:"Ik denk het wel, we kunnen ons beter alvast omkleden." Hun koffers waren verschenen in de rekken en de jongens haalden hun gewaden eruit.

Ze vertrouwden Remus helemaal, als hij zei dat ze snel op Zweinstein aan zouden komen, zou het ook niet zo lang meer duren. Remus had zandkleurig haar en bruine ogen, hij was altijd vriendelijk en beleefd maar toch leek hij altijd heel erg vermoeid. Hij was ook de slimste van de vier jongens en de anderen vroegen hem dan ook vaak om hulp met hun huiswerk.

"Ow nee, er zit nu al weer een vlek in mijn gewaad!"klonk de pieperige stem van Peter ineens. Peter was van de vier jongens de kleinste en ook de rondste. Hij had bleke blauwe ogen en dun blond haar dat plat op zijn hoofd lag. Hij was nogal onhandig en bleef telkens bij de andere jongens lopen, die hem maar bij de groep hadden geaccepteerd.

Eigenlijk wisten ze niet wat ze met Peter aanmoesten, maar hij was er nu eenmaal en werd als een vriend beschouwd. Sirius zei wel eens voor de grap, wanneer Peter er niet was "Elke groep heeft een sukkel nodig voor succes, wij hebben die van ons gevonden." De andere jongens konden er wel om lachen maar ze zorgden er wel voor de Peter niet hoorde wat Sirius over hem zei. Remus had Sirius er ook wel eens om berispt, maar deze trok zich er niets van aan.

Iedereen had zijn gewaad nu aan en James probeerde verwoed zijn haar plat te strijken, maar het lukte helemaal niet. "Houd er maar mee op James."zei Sirius lachend en haalde zijn hand door James zijn haar heen waardoor het nog meer overeind stond dan even ervoor. "Hè!"riep James uit en sloeg naar Sirius zijn hand. Remus keek glimlachend toe en haalde toen met een handige spreuk de vlek uit Peter zijn gewaad. "Bedankt Remus."piepte deze opgelucht maar Remus luisterde al niet meer naar hem, hij keek uit het raam naar de ondergaande zon.

Ze zouden al heel snel op Zweinstein aankomen en dat was maar goed ook. Sirius had aan verschillende eerstejaars verteld dat ze tegen een trol moesten vechten om in een afdeling te komen, die arme kinderen waren nu doodsbang. Het zou hem niets verbazen als het verhaal over tien jaar nog steeds ronde zou doen. Hoofdschuddend deed Remus de deur van de coupé open en stapte het gangpad op, hij wilde alvast naar een uitgang gaan anders moest hij straks heel lang wachten.

De anderen volgden hem even later met precies dezelfde gedachte en niet zoveel later zonden ze bij een uitgang te wachten terwijl de trein steeds langzamer begon te rijden en uiteindelijk stilstond. Als eersten stapten ze uit de trein en liepen naar de eerste koets toe die ze tegen kwamen. Ze stapten in en achter Peter ging gelijk de deur dicht en de koets kwam langzaam in beweging. "Ik denk dat dit minder lang gaat duren dan met de bootjes."zei James terwijl hij uit het raampje keek en de andere jongens knikten.

Allemaal dachten ze terug aan de eerste keer dat zij naar Zweinstein, School voor Hekserij en Hocuspocus waren gekomen. Ze hadden elkaar ontmoet, James en Sirius kenden elkaar al, maar de anderen hadden ze aan boord van de trein ontmoet. Sirius en James waren door de trein gelopen op zoek naar een lege coupé en toen ze dachten dat ze één hadden gevonden hoorden ze plots een zacht gesnurk... Lachend hadden ze rondgekeken en hadden een jongen languit op de bank zien liggen, het was Remus geweest. Die, toen hij eenmaal wakker was geweest, zeer amusant gezelschap bleek te zijn. Peter hadden ze niet gevonden hij had hun gevonden toen hij de coupé binnen was gevallen met de vloek van beentjesplak over hem uitgesproken. Remus had hem snel gered en Peter had al snel verteld dat een jongen met blond haar, dat al redelijk lang was, de vloek op hem had gebruikt. Later hadden ze geleerd dat dit Lucius Malfidus was, iemand die dacht dat puurbloed alles was. Hij werd geflankeerd door twee brede jongens die Mark Korzel en Erik Kwast heten, ze waren een soort van bodyguards. Ook was hij bevriend met iemand die het groepje totaal niet uit kon staan, Serverus Sneep. Een jongen met een bleke huid, een haakneus en lang vettig haar.

Zij allen waren in Zwadderich gesorteerd terwijl James en de jongens allemaal in Griffoendor zaten. En dat maakte de rivaliteit tussen hun alleen maar erger, want Griffoendor en Zwadderich stonden met veel dingen loodrecht tegenover elkaar. De Griffoendors zeiden dingen over de Zwadderaars en de Zwadderaars op hun beurt zeiden dingen over de Griffoendors. Geen van beide partijen vond dit leuk en daardoor kwamen er vaak middernachtelijke duels van, die eigenlijk verboden waren.

Plots werden de jongens uit hun gedachten gehaald door de deur van de koets openvloog, ze waren aangekomen bij het kasteel. De jongens sprongen uit de koets en keken naar het grote kasteel, allen hadden ze het gemist en waren nu blij om weer terug te zijn. Grijnzend liepen de jongens het kasteel in en ging naar de grote zaal, ze zouden nog wel even moeten wachten tot de eerstejaars zouden aankomen.

"Oh, we zijn er al!"riep Elma uit en sprong overeind "We moeten onze gewaden nog aandoen!"ging ze verder en begon aan haar koffer te trekken die op één of andere manier in de coupé was verschenen. Lily keek ook rond en zag haar koffer ook in het rek liggen, hoe was die hier gekomen? Maar dat maakte eigenlijk niets uit, ze trok hem uit het rek en haalde haar gewaad eruit. Ook Rosie was geen staan en rommelde nu door haar koffer, op zoek naar haar gewaad. Ergens onderin vond ze hem er trok hem eruit waarna ze hem zuchten over haar hoofd liet glijden.

Toen ze alle drie hun gewaad aan hadden begonnen ze naar de uitgang te lopen, wat heel erg langzaam ging doordat iedereen eruit wilde. Toch stonden ze uiteindelijk buiten en ademden de frisse lucht diep in "Eerstejaars hierheen!"klonk het luid en de meiden keken tegelijk op. Een eindje bij hun vandaan stond een reusachtige man met een lantaarn die weer riep:"Eerstejaars hierheen, wees maar niet bang!" De meiden liepen langzaam naar hem toe en de man keek glimlachend op hun neer. Tenminste dat dachten ze, door de man zijn baard was het namelijk niet te zien. "Volg mij!"riep de man weer en alle eerstejaars liepen achter de man aan richting het meer. Het was redelijk koud en Lily rilde toen er een koude wind langs haar heen ging.

De eerstejaars moesten allemaal met bootjes over het meer heen en het was werkelijk een prachtig gezicht. Langzaam en schommelend gleden de bootjes over het water heen en gunden de eerstejaars een goede blik op het kasteel. Het was helemaal verlicht en stak prachtig af in de duisternis, iedereen leek het mooi te vinden. Elma staarde verliefd naar het kasteel terwijl Rosie bibberend naast haar zat en verlangend naar de warmte van het licht keek.

Lily wilde alles in zich opnemen en keek met open mond om haar heen, ze was zo bezig met alles te zien dat ze zelf bijna uit het kleine bootje viel. Haar rode haar werd aldoor in haar gezicht geblazen door de koude wind die het maar waaide en geïrriteerd veegde het weg.

Voor Lily duurde de tocht te kort maar toen het bootje zachtjes tegen de kant botste stapte ze toch uit en liep achter de grote man aan naar het kasteel. Ze gingen het kasteel in en moesten even wachten in de hal. "Professor Anderling, hier zijn de eerstejaars."hoorden ze de man zeggen en even later kwam er een jonge vrouw met een streng gezicht de trap af lopen. Ze bleef onderaan de trap staan en keek alle eerstejaars aan, daarna zei ze op duidelijk toon "Als jullie mij even volgen." Ze draaide zich nu om en liep naar een grote zware eikenhouten deur en bleef daar weer staan. "Strak gaan jullie door deze deuren, waar de rest van de leerlingen ook zitten, om gesorteerd te worden in één van de vier huizen. De afdelingen zijn Griffoendor, Ravenklauw, Huffelpuff en Zwadderich. Tijdens jullie verblijf hier op de school zal jullie afdeling als een thuis zijn. Voor jullie triomfen krijgen jullie punten maar als jullie de regels breken zullen er punten worden afgetrokken." Na deze woorden keek ze iedereen weer streng aan, maar daarna ding ze weer verder met praten "Ik zal nu even de grote zaal ingaan om te kijken of ze klaar voor jullie zijn, blijf hier even staan en probeer niet te veel lawaai te maken." Nu draaide de vrouw zich om en ging door de grote deuren, de bange eerstejaars alleen latend in de grote hal.

De eerstejaars stonden dicht bij elkaar terwijl er toch genoeg ruimte was en allemaal luisterden ze naar het gegons van de honderden leerlingen in de grote zaal. Niet zoveel later gingen de deuren weer open en stapte de vrouw weer de hal in. Maar deze keer keek ze niet streng, nu had ze een glimlach op haar gezicht alsof ze de leerlingen gerust probeerde te stellen en weer begon ze te praten. "Goed, als jullie allemaal in een rij gaan staan en zo achter mij aanlopen, zullen jullie gesorteerd worden in jullie afdeling." De eerstejaars gingen snel in een rij staan en liepen toen achter de vrouw aan de grote zaal in. In de zaal stonden vier tafels, twee aan de linkerkant en twee aan de rechterkant en voor hen was een grote tafel waar blijkbaar de professoren aan zaten. "Ik heb gehoord dat we tegen een trol moeten vechten om gesorteerd te worden." hoorde Lily iemand achter haar mompelen terwijl ze naar het plafon keek die net de buitenlucht was. Ze verbleekte en keek naar Rosie, die glimlachend haar hoofd schudde en tegen Lily zei:"Het is geen trol hoor, dan hadden mijn ouders het wel verteld." Lily haalde opgelucht adem en zag dat iedereen naar een krukje met vier poten keek, waar een oude hoed op stond. Lily begreep niet wat er zo bijzonder was aan de hoed maar toen een scheur erin open ging en de hoed begon te zingen keek ze met open mond toe.

'I may be old

and not that pretty

But I know what had been told

And am not that witty

When I was young and very new

The idea for a school came

There where only a few

But enough to start the game

Gryffoendor, Ravenklaw, Huffelpuff and Slytherin

where al four born to win

And they made me the sorting hat

How do you like that?

So put me on

and I will tell

in which house

you will do well'

"Maar die trol..." hoorde Lily iemand achter zich. Ze keek opgelucht naar Rosie die naast haar stond. "Pfff.. lijkt me niet zo moeilijk," zei Lily opgelucht tegen haar. Ze keek de zaal rond, wat was die groot zeg. Ze keek naar de tafels en diens leerlingen. Hè! Daar zat die idioot uit de trein die haar om ver duwde! Hij keek haar recht in de ogen aan en hij had een kille, lijzige blik. Lily schrok ervan en keek snel naar de andere kant van de zaal. Daar zag ze de drie jongens uit de coupé waar ze binnenviel. Ze praatten met iemand links van hun.. Maar.. Maar dat kon toch niet waar zijn? Dat was een spook! Lily tikte Rosie aan en zei: "Kijk... kijk daar nou!" en ze wees naar het spook. Rosie volgde de richting van haar vinger en zag het parelwitte, doorschijnende spook zitten. "Ow, wist je dat niet? Er zijn ook spoken en geesten op Zweinstein. En ik hoorde zelfs op de gang dat er een klopgeest is, maar ik weet niet zeker of dat zo is," antwoordde Rosie.

Net als Lily wat terugwil zeggen galmt er een naam door de zaal heen: "Bonkel, Suzanne". Lily keek nieuwsgierig naar het meisje dat naar de kruk toeliep. Ze keek arrogant de zaal in en zette toen de hoed op. Voor Lily het wist riep de hoed al: "Zwadderich!"Er klonk applaus en Lily keek waar het vandaan kwam. Ze zag de jongen met de lijzige blik hard klappen. Toen hoorde ze van de andere kant van de zaal boegeroep klinken, ze zag de drie jongens roepen. Ze grinnikte, die kerels waren wel grappig. Hopelijk zou ze in die afdeling komen. Lily kreeg een beetje honger, ze keek naar Rosie, die was erg nerveus. Elma, die achter hun stond, kuchte de hele tijd, zij was blijkbaar ook nerveus. Bij Lily vielen de kriebels nu wel mee... Vanuit haar ooghoeken zag Lily dat Rosie voorzichtig van het ene been op het andere hupte. Met haar knie stootte ze Elma aan. ''Auw!'' Elma wreef nijdig over haar been terwijl Richard Epires bij Huffelpuff werd ingedeeld. Lily zuchtte diep en voelde dat ze al een beetje zenuwachtig werd. Voorzichtig draaide ze zich om en keek naar de anderen. Ze keek voorzichtig naar de Zwadderaars. Net op dat moment keek de jongen met het vette haren haar aan. Met een rood hoofd wendde ze haar gezicht af en keek naar de Griffoendors. De sfeer die daar heerste leek Lily een stuk leuker en aangenamer. Een jongen met zwart piekerig haar keek haar even aan maar praatte toen weer verder met een andere jongen met zwart haar naast hem. Ze wilde net naar de tafel van Ravenklauw kijken toen ze haar naam hoorde. ''EVANS LILIAN'' riep professor Anderling. Rosie duwde haar naar voren. Struikelend liep Lily naar de kruk waar de gehavende sorteerhoed lag. Ze raapte de hoed op, ging op het krukje zitten en wachtte af.

Een klein stemmetje vanuit de hoed begon tegen haar te praten. ''Zo...even kijken. Ja, een hoop talent...en slim ook, je bent wat voor Ravenklauw geloof ik maar al die dapperheid en trouw die je meedraagt doet me aan het twijfelen...hm wat zal ik doen?''

Lily rilde. Het duurde haar veel te lang, ze had toch net gezien bij Suzanne dat het maar 5 seconde hoorde te duren. Lily kreeg zin de hoed van zich af te trekken maar voordat dat gebeurde riep de hoed: ''GRIFFOENDOR!''

Opgelucht haalde Lily de hoed van haar hoofd en zette hem vlug weer terug. Er klonk een luid applaus van de tafel van Griffoendor en Rosie en Elma klapten net zo hard mee.

Met haar haren achter zich wapperend liep ze naar de tafel van Griffoendor. Ze ging tegenover de jongen zitten met het zwarte haar.

Lolly's ogen flitsten even naar James maar richtte zich toen weer op het sorteren.

''Gabril Rosie!'' Lily duimde toen haar vriendin op de kruk ging zitten. ''GRIFFOENDOR!''

Rosie kwam met een grote glimlach naast Lily zitten en bekeek iedereen aan de tafel.

Niet lang daarna werd Elma gesorteerd maar die kwam bij Ravenklauw. Gelukkig had ze al een nieuwe vriendin gevonden, Paella: een meisje met lang zwart haar.

Tsarina Omeras werd een Huffelpuff en vlak daarna kwam er een mager blond meisje met een wipneus naar voren toen ''Park, Aanbel!'' werd geroepen. De hoed haar naar nauwelijks aangeraakt toen de hoed al ''ZWADDERICH!'' riep.

Uiteindelijk las professor Anderling de laatste naam op. ''Zwarts Narcissa!''

''Is die familie van je?'' vroeg Lily. Sirius antwoordde even niet maar keek toe hoe Narcissa werd gesorteerd. ''Zwadderich!''

Sirius grinnikte. ''ik wist het wel''

De andere jongen naast hem keek hem verbaasd aan. ''Wat wist je nou?''

''Mijn hele familie zit in Zwadderich, Remus behalve ik. Dat heb ik je al minstens honderd keek verteld.''

''Maar waarom ben jij dan een Griffoendor?'' vroeg Lily verbaasd voordat ze zichzelf tegen had kunnen houden.

Sirius haalde zijn schouders op ''Ik heb gewoon niet genoeg Zwadderich trekjes''

James ging er zich ook mee bemoeien. ''Nou, blij toe zou ik zeggen. Zwadderaars zijn walgelijk.'' Sirius deed zijn mond alweer open om wat te zeggen maar aan de hoofdtafel ging een man met een grijs/witte baard staan en keek glimlachend de zaal rond. Lily nam aan dat die man het schoolhoofd moest zijn en dat hij een toespraak ging houden. Hopend dat die niet lang en saai zou zijn zoals op haar oude school wierp Lily een schuine blik op Rosie die ook naar de man keek. De man was nog steeds stil en zachtjes tikte Lily Rosie op haar schouder. Rosie draaide zich om en keek Lily vragend aan "Wie is die man?"vroeg Lily fluisterend en Rosie keek haar ongelofelijk aan. "Dat is het schoolhoofd,"fluisterde ze vervolgens "Albus Perkamentus, hij heeft een paar jaar geleden het vorige schoolhoofd Waffellaar vervangen." Even leek het alsof ze nog iets wilde zeggen maar toen begon Perkamtentus te praten en keek Rosie gelijk naar hem.

"Welkom en welkom terug."zei hij met een glimlach op zijn gezicht en een vriendelijke glinstering in zijn ogen. "We staan alweer voor een nieuw jaar, waarin we allemaal hopelijk veel zullen leren en natuurlijk veel plezier zullen hebben. Natuurlijk moet ik even een paar regels uitleggen, maar dat is bijna nooit iets erg. Het verboden bos is voor iedereen verboden. En ik wil enkelen van de oudere leerlingen verzoeken de jonge beukwilg met rust te laten." Het leek alsof hij een paar mensen in het bijzonder aankeek en een paar keken met een rood hoofd weg. "Nu rest mij dan nog maar één ding te zeggen, sneeuwweide."

De eerstejaars keken verward, wat bedoelde hij daar nu weer mee? Maar toen ze naar hun tafel keken zagen ze dat deze was afgeladen met allerlei soorten eten. "Wow."zei Lily en begon voorzichtig eten op haar bord te laden en zag vanuit haar ooghoeken dat Rosie hetzelfde deed. Maar even later deden ze dat niet meer, toen konden ze alleen maar met verbazing toekijken hoe de vier jongens tegenover hun bord aan het vol laden waren. Het leek de twee meiden wel alsof de jongens een bodemloze maag moesten hebben, zoveel gooiden ze op hun bord. "Dat lijkt me niet gezond."mompelde Rosie en Lily was het helemaal met hun eens. Maar veel langer lette ze er niet op, ze begon ook te eten maar was voorzichtig met wat ze in haar mond stopte. Meer dan de helft van de gerechten op de enorme tafel kende ze namelijk niet, en ze leek niet de enige te zijn.

Verschillende eerstejaars keken met grote ogen naar al het eten, en je kon zien dat een paar zich afvroegen wie al het eten moest maken. Eigenlijk was Lily daar ook wel nieuwsgierig naar want er zaten veel kinderen op de school en er was zoveel eten. In gedachten zag ze een heel leger koks heen en weer rennen door de keukens om alles maar op tijd af te krijgen. Lily giechelde en stopte vervolgens een lepel aardappelpuree in haar mond.

Het duurde een hele tijd voordat iedereen uitgegeten was en Lily keek toen met verwondering toe hoe de borden vanzelf helemaal leeg en schoon werden. Lang kon ze er niet over nadenken want ze moesten met een meisje meelopen die een badge droeg met een M erop. "Rosie, waar staat die M voor?"vroeg Lily bijna gelijk aan Rosie, die veel van de magische wereld wist aangezien zij een volbloed heks was. "Dat is een monitor, zij regelen ook de feesten."zei Rosie terug terwijl ze achter Rozemarie de monitor aanliepen.

Deze liep in een langzaam tempo door verschillende gangen en ook nog een paar trappen op, terwijl ze zacht dingen uitlegde die Lily amper kon verstaan en die ze zeker niet kon onthouden. Ze voelde zich helemaal warm door het eten en bovendien ook nog slaperig. Lily hoopte alleen maar dat ze zo op hun bestemming aankwamen, want ze was echt heel moe.

Bij een schilderij van een redelijk gezette dame in een grote roze jurk bleef Rozemarie staan en begon te praten met een raar accent, ze sprak de r heel erg als een h uit, waardoor je moeite kreeg haar te verstaan. "Dit is de Dikke Dame, zij bewaakt de ingang naar onze leerhlingen kamerh."zei Rozemarie langzaam alsof ze het tegen een groep kleuter had en de vrouw in het schilderij boog beleefd naar hun. Lily kon een moment lang alleen maar naar het portret staren, want het bewoog! Maar toen bedacht ze zich dat ze nu op een magische school was en dat dit soort dingen waarschijnelijk heel gewoon waren. "Het wachtwoorhd is Rhidiculus." ging het meisje verder en bij het laatste woord zwaaide het grote schilderij open.

Iedereen kroop door het ronde gat heen en ze kwamen uit in een kamer, veel dingen waren rood of scarlet en Lily had gelijk door dat het de afdelingkleuren waren, maar vond ze niet mooi. "Links zijn de meisjes slaapzalen en rechts die van de jongens."zei Rozemarie terwijl ze met heel haar arm wees en zo bijna iemand tegen het hoofd sloeg. "Jullie spullen zijn al naarh boven gebrhacht, dus nu zeg ik goedennacht."ging ze snel verder en liep nadat ze de laatste woorden had gezegd gelijk weg. De eerstejaars bleven eerst aarzelend midden in de kamer staan maar toen begonnen ze langzaam toch naar boven te lopen. Het was even zoeken naar de kamers maar toen zij ze uiteindelijk hadden gevonden, vielen ze ook snel in slaap.