Hoofdstuk 4: Afwachtend in spanning
De dag was aangebroken, vandaag was het zover.
In het hoofdkwartier leek iedereen nerveus, behalve Casper. Niets scheen hem er toe te doen, maar schijn bedriegt. In zijn gedachten was Casper bezig met alles precies te plannen voor vanavond, voor zover er nog wat te plannen viel.
Casper keek op zijn chronograaf. Er restten nog precies vier uren voordat ze met groots lawaai en bruut geweld de Postbank zouden binnenstormen en de onschuldige, nietsvermoedende klanten en personeelsleden de schrik van hun leven zouden aanjagen. Maar die pechvogels zouden niet de enigen zijn die in doodsangst zouden verkeren, want onder het masker van stoerheid en onverschrokkenheid gutste ook bij onze gangsters het zweet uit alle pori
