A VERY GREAT THANKS TO goddes-of-imaginary-light en goddes-of-the-sacred-river als trouwe revieuwers: P En de rest natuurlijk ook bedankt Ein-de-lijk is hier een nieuw hoofdstuk. Ik heb gewacht tot de kerstvakantie op inspiratie, maar nee hoor, geen inspiratie te vinden. Maar toch maar een probeerseltje. Niet letten op vreemde zinnen en vage stukjes, ik verkeer momenteel in een vakantieroes.
keep on revieuwing please?

Haat en liefde gaan heel nauw samen.
-------------------------

….
Een hemels geluk stroomde door zijn aderen, een warme gloed spreidde zich uit over zijn hart. Voor zich zag hij een groot helder licht, en hij had het gevoel alsof hij zweefde. Langzaam richting het grote licht. Er was nog maar één doel, het bereiken van het toppunt van gelukzaligheid.

Maar toch… iets verstoorde zijn roes van ontspannen zaligheid. Het was niet te verklaren. Het voelde als onrust, achterdochtigheid. Het voelde als hoop, iemand hield hem tegen, iemand klampte zich aan hem vast. Tot zijn grote ongenoegen scheen hij steeds verder van het licht verwijderd te worden. Het gevoel in zijn onbeschadigde borstkas zwelde op, het licht leek zwak te worden en uit te doven. Ook leek er een snik aanwezig te zijn, ergens ver weg, alsof je op een open vlakte staat, en iemand net voorbij de horizon iets tegen je schreeuwt.

Nee nee, nee… hij kreeg het gevoel alsof hij werd teruggezogen in een zwart gat. Hij wilde voor niks of niemand terug van waar hij vandaan kwam. Ook al had hij geen idee van waar hij kwam. Even leek hij zich ook te bevinden in niks, overal zwart, geen licht, geen geluid. Hij was gewoon te moe, veel te moe. Hij wilde niks doen, gewoon helemaal niks. Het kon hem niks meer schelen wat er met hem zou gebeuren. Tollend en draaiend, liet hij zich meevoeren naar waar hij heen zou gaan. Hij was veel te moe, totaal uitgeput en hopeloos verweg in zijn eigen wereldje, het kon het totaal niks meer schelen. Want, niemand anders deed dat ook niet… of wel? Er was dat gevoel geweest, dat gevoel van hoop, alsof iemand hem echt nodig had, al was dat te absurd voor woorden. Toen hij erover nadacht begon dat gevoel te groeien en groeien. Totdat hij uiteindelijk het gevoel had dat zijn borstkas zou ontploffen…

------

Een snak naar adem. Met z'n ogen dicht vroeg Draco zich af wat hij hier deed, een paniekerig gevoel bekroop hem. W-waarom lag hij hier op een vloer, en wat is het hier stil. Achter zijn oogleden brandde rood licht. Dat moest betekenen dat er een lamp op hem gericht was of zo. Er vormde zich prikkels en zijn armen en benen, de enige verklaring daarvan was dat hij hier al een tijdje lag. En brr… wat had hij het koud, zijn hele lichaam zat onder het kippenvel. Bijna een doodse kou, zo'n kou die in je botten kruipt.

Draco opende zijn ogen, en moest knipperen tegen een fel schijnsel. Hij probeerde overeind te komen maar zijn benen leken wel verlamd. Met grote moeite en vereiste kracht van zijn armen kwam zijn boven lichaam langzaam overeind. Panisch keek hij naar zijn benen in de hoop dat die niet toevallig verdwenen of geamputeerd waren. Gelukkig… ze zaten er nog, maar waarom kon hij ze niet bewegen? Snel liet hij zijn ogen rond de ruimte gaan. Hij lag in de hal, het was… pikzwart. Zwartgeblakerd en overal lag puin, w-wat was hier aan de hand? Een gevoel van angst bekroop hem toen hij iets groens op het plafond zag.

O ja, hij had dat teken al vaak genoeg gezien. Hier? Nee, dat was niet mogelijk Perkamentus was hier. Hij zou niet durven toch? Maar Godsamme waarom is het hier zo stil!? Maar starend naar het plafond leek hij het begrijpen, hij had er nog nooit over gehoord. Wel van een drankje dat de slapende dood veroorzaakte. Maar een heel kasteel ermee beïnvloeden? Nee dat was niet mogelijk, maar natuurlijk wel voor één van de grootste tovenaars ooit, zei een klein stemmetje ver achter in z'n hoofd. Terwijl hij daar zat te mijmeren over een verklaring hoorde hij een dof geschreeuw. Vanzelf en onverklaarbaar waarom, pakte hij zijn toverstok die hij in z'n zij voelde prikken en sprak de eerste spreuk uit over zijn benen die bij hem opkwam.

"Enervatio" klonk het zachtjes, Een levendig gevoel sprong terug in zijn benen.

Razendsnel probeerde hij uit te vinden waar het geluid vandaan kwam. Snel draaide hij zich om, en moest snel zijn ogen dichtdoen tegen een fel licht. Draco gluurde tussen zijn oogleden door en zag dat een grote zilveren muur hem scheidde van de rest van de gang. Moeizaam stond hij op en keek eens goed om zich heen. Afgezien van al het gruis en puin, leek de hal bijzonder rustgevend. De zilveren gloed bedekte de rommel een beetje. Gestaag liep Draco naar de zilveren muur. Hij strekte zijn hand uit om de muur aan te raken maar twijfelde een beetje. Hij hoorde een soort van geroezemoes achter de muur, en hij was eigenlijk niet van plan om uit te zoeken wat dat was. Ik ben toch zo'n held op sokken.

Toen zijn vingertoppen de muur raakte, spoelde een gevoel van geborgenheid over hem heen. Langzaam en nagenietend van het gevoel, trok hij zijn hand terug. Er leek een soort condens over de muur te hangen, zijn vingertoppen lieten een doorzichtige afdruk achter. En weer was er dat gegons wat op duizenden stemmen leek, die verwoed in een geluiddichte kamer tegen elkaar leken te schreeuwen. Het gevoel van geborgenheid trok zich net zo snel terug als dat het gekomen was. Hij had echt geen zin, om erachter te komen wat er zich achter die muur bevond. Ik heb ook geen trots, bange snul! Schelden op zichzelf leek hem hier ook niet de beste optie.

Geen moment had hij eraan gedacht, dat hij zich gewoon kon omdraaien en de hal uit lopen. De muur had een soort uitwerking als honig op een bij. Een uitzonderlijke nieuwsgierige bij, met blond haar, een voorliefde voor onbekende dingen en met een hoge dunk van zichzelf. Wel vaker had deze niet-zo-handige combinatie hem in de problemen gebracht, maar een stemmetje in zijn achterhoofd zei dat het deze keer een kwestie van leven of dood kon zijn. En als er iets in huize Malfidus afgeleerd werd, was het wel intuïtie, en op je gevoel af te gaan. Je moest het gemeenste en wat het beste voor jou uitkwam bedenken, en dat uitvoeren. Dus het slechte voorgevoel dat Draco had, werd gelijk in een hoekje weg geschoven en zijn nieuwsgierige karaktertrek nam de overhand.

Draco ging nog dichter bij de muur staan en wreef een stukje van de muur op, langzaam werd het cirkeltje glashelder. Door zijn nieuwsgierige aandrang wilde hij zo snel mogelijk zijn oog tegen het glas drukken, maar knalde keihard met zijn neus tegen de muur.

"Shid!" klonk het keihard terwijl hij zijn handen tegen zijn neus drukte. "Auw, auw, auw!" klonk het vrijwel meteen daarna, doordat hij iets te snel, zijn handen met een rotklap tegen zijn neus sloeg.

Terwijl de tranen in zijn ogen sprongen, danste hij een paar seconden op één been -hij was heel gevoelig weet je- vooral op z'n neus. Daar had hij wel vaker ongelukjes mee gehad. Toen hij voor de derde gecontroleerd had of zijn neus wel helemaal rechtstond, wilde hij weer door het gat te kijken (maar dan iets rustiger.) Totdat er eenbazige stem achter hem klonk.

"Hallo….zoon." de stem was ijskoud en hoog, het was de stem van een bekende vrouw.

Snel keek Draco achter zich, er stond een lange slanke vrouw met platinablond haar voor hem. Ze had zo'n zelfde gewaad aan als de dooddoeners en op haar gezicht stond een gemeen glimlachje. Een moment stond Draco doodstil, met zijn mond halfopen en zijn ogen wijd opengesperd. Voor hem… stond zijn moeder.

"M-mam?" Hij wilde het gewoon niet geloven, wat deed zijn moeder hier?

Het was eigenlijk wel duidelijk wat ze hier deed, hetzelfde wat zijn vader vroeger had gedaan. Het enige wat ontbrak was een masker en de kap, die nu op haar rug hing. Terwijl hij daar verbijsterd nadacht wat ze hier nou deed, liet ze ontspannen haar toverstok tussen haar vingers ronddraaien en leunde tegen de muur van de hal. Ze stond na hem te kijken en zijn reactie te observeren, Draco had haar nog nooit zo gezien, ze leek eindelijk tot haar recht te komen. Draco zag dat ze genoot van het gevoel van macht, dit was de eerste keer dat hij een beetje bang was voor zijn moeder, het was ook zo'n transformatie, ze leek egt…duister.

"Uitgestaard draakje van me? Ja, zoals je ziet ben ik een stuk, losser, vind je niet? Ik ben eindelijk van je vader verlost."

Dat had een inpackt, Ten eerste: haatte hij de koosnaam draakje, Ten tweede: sinds wanneer komt mijn moeder los?, Ten derde: fuck, mijn moeder hield toch echt van zijn vader, in ieder geval leek het daar altijd op. Hij leek het zich nog steeds niet te bevatten wat zijn moeder had gezegd. Bedoelde ze dat al deze jaren allemaal uit leugens en bedrog bestonden? En het angstige gevoel dat zijn moeder een Dooddoener was, drong zich aan hem op. Hij vond het al erg genoeg van zijn vader, maar zijn moeder?

"W-wat!? Mam, waar heb je het over? Je houd van hem, e-en ben je een Dooddoener? Dat laatste woord fluisterde hij voorzichtig, alsof De Heer van het Duister recht voor hem stond. Plotseling trok zijn moeder het bekende afkeurende gezicht, die zevroeger permanent op haar gezicht had staan.

"Grote tijden komen eraan, en ik heb een nieuw levensdoel gevonden.. Het dienen van Heer Voldemort!!!" ze schreeuwde vol opwinding, en het verbaasde Draco dat ze de naam van Jeweetwel uit durfde te spreken. Toen hij iets wilde zeggen stak zijn moeder vlug haar hand op als gebaar dat hij stil moest zijn, Draco verstijfde direct.

"Draco toch, (ze kwam walsend op hem aflopen) ik weet dat het moeilijk voor je is, maar ik heb gehoord dat jij geen Dooddoener wil zijn." zijn moeder legde nu een arm om zijn schouders en liep langzaam om hem heen, haar stem klonk zangerig en fluisterend. "Ik heb het beste met je voor mijn lieve zoon, maar ik heb gehoord dat je eigenlijk... DOOD!! Zou moeten zijn."

Bij het woord 'dood' stond Narcissa voor hem, en gaf hem een ruk aan zijn schouders die ze nog steeds vasthad. Zijn bloedeigen moeder had de hele tijd als een cobra om hen heen gekronkeld, en verlangend naar haar eigen zoon gekeken, klaar om aan te vallen. Hij zag een vuur in haar ogen die hij nooit eerder had gezien, maar kon zich er niet tegen verzetten. Hij moest blijven kijken naar die ogen, en nog bijkomen van de schok dat zijn eigen moeder hem dood wilden hebben. Vroeger had ze echt van hem gehouden, dat was honderd procent zeker. Maar ze was onderdrukt door mijn vader dacht Draco. Nu heeft ze haar leven gegeven aan heel iemand anders. Ze is zelfs bereid om mij te doden. Een grote woedde kookte ergens diep in Draco, zijn moeder was altijd zijn toevluchtsoord geweest, maar nu hij dat grijnzende lachje op haar gezicht zag… nee dat was zijn moeder niet meer. Hier ga ik nooit op lijken!!

"Mijn groot geworden zoontje, het spijt me, echt waar.. (ze grijnsde van oor tot oor en afkeer was te lezen op Draco's gezicht) maar zoals je weet, niemand kan de roep van Heer Voldemort weerstaan, en hoezeer ik het betreur….ik zal je zo min mogelijk laten lijden." Ze had nog steeds zijn schouders vast en bekeek hem van top tot teen. Waarna ze hem losliet een achteruit liet, wachtend of hij nog iets te zeggen had.

"Je bent gek! Je bent veranderd in een gore ouwe snol! Van vader had ik het enigszins nog kunnen begrijpen maar van jou!?" "Ik dacht dat je werkelijk van me hield, je bent lager gezonken dan ik voor mogelijk hield…" Nog nooit had Draco zo veel agressie gevoelt, verraden door zijn moeder! Bloedeigen moeder! Zijn moeder was even te verbaasd om te reageren en die kans benutte hij om verder te gaan, maar nu een stuk zachter.

"Mijn moeder hé? Al die jaren, je wist dat ik je als enige beschouwde als te vertrouwen, en je wist dit al jaren, niet soms? En je hebt niks gezegd, als een vuile rat, niet trots genoeg om je zoon de waarheid te vertellen…"

Een enkele traan rolde over zijn wang, woede verruilde met verdriet. Zijn eigen moeder, was er niet meer… Even leek het of ze medelijden met hem kreeg, hij hoopte er wel op, haar wenkbrauwen zakte even en haar mond hing omlaag. Maar snel herstelde ze zich, ze keek hem uitdrukkingloos aan, ze verwachtte nog meer, en ze was niet voor niets zijn moeder hij wist dat ze gelijk had.

"Ik weet dat er iets achter die muur gebeurd, hij kreeg me niet dood,waarom weet ik niet maarik mag niet achter de muur komen hé? Hij houd me tegen, Harry potter ligt op de ziekenzaal, hij bevind zich niet achter de muur.. wie wel?" "Jij kwam me alleen afleiden, je moet me opruimen, WAAROM VERDOMME MAG IK DAAR NIET HEEN!!?

Hij hoorde zijn eigen stem door de hal weergalmen, het was een minuut doodstil. Zijn moeder leek jachtig adem te halen, hij wist dat hij haar precies had waar hij haar wilde. Ze wilde het niets liever vertellen, maar waarschijnlijk was haar bevolen het niet te doen. Ze ging haar eigen zoon om het leven helpen, dit gunde ze hem toch wel? Draco zag haar twijfelen en zenuwachtig worden, hij besloot er een schepje bovenop te goed.

"Mam, ondanks alles... ik hou van je, gun dit mij… ik ben dan toch niet bereid het na te vertellen."

Dat was het! Met een ruk schoot haar hoofd omhoog en keek ze hem schattend aan, hij zette zijn grootste ogen op en zag dit als een manier op tijd te rekken. Ik weet het, ik weet het, dit is waarschijnlijk een even walgelijke en lage streek om ergens achter te komen, maar naast wat mijn moeder gedaan heeft is dit niks. Op dit moment voelde Draco zich sterk, en de vrouw die hij voor zich zag was niets anders dan een dooddoener. Hij zou haar zelfs kunnen d-doden als het echt nodig was. Maar hij hoopte toch sterk dat ze elkaar niks aan hoefde te doen.

--------
Hmmz, waarschijnlijk zijn de briefjes nu duidelijk, maar verdere uitleg komt later : P. ik ben toch echt bang dat ik manisch depressief aan het worden ben, al die zware hoofdstukken...zucht

Buttuh… !!keep on revieuwing!!