Hoofdstuk 19: De liefdeswinkel van Amore.

Melina bevond zich op een bankje in het park van Pixiestad. Ze herkende de plek nog van die keer dat ze er met Morfo was geweest. Verward keek ze om haar heen. ''Gaat het?'' hoorde ze een stem naast haar vragen. Ze keek op om te zien dat het Sean was die naast haar op het bankje zat. Melina negeerde zijn vraag. ''Waar zijn Kaylee en Donna?'' vroeg ze toen ze merkte dat zij de enigen in het park waren. ''Nou… Donna is volgens mij bij Estaban, en Kaylee weet ik niet, maar die vermaakt zich vast wel, waar ze ook is'' antwoordde Sean haar. ''Maar we waren toch op date?'' ging hij verder. Hij keek haar aan met een geamuseerde blik in zijn ogen. Nu nog meer verward door zijn vraag staarde Melina hem aan. Een date? Waar had hij het over? Ze waren de vorige dag nog ternauwernood ontsnapt aan De Wolf en zijn bewakers. ''Gaat het wel echt goed met je?'' herhaalde Sean bezorgd zijn vraag toen Melina niet op hem reageerde. Hij legde zijn hand op de hare. Melina keek even naar zijn hand en knikte toen langzaam. Vreemd genoeg vond ze het eigenlijk helemaal niet zo erg dat ze daar alleen met zijn tweeën waren als ze er bij nadacht. Ergens diep van binnen vond ze het best fijn. Haar blik bleef hangen op zijn hand, die nog steeds op de hare rustte. Verlegen sloeg ze haar ogen neer, al trok ze haar hand niet weg. Er heerste een korte, ongemakkelijke stilte. ''Melina''. Sean verbrak de stilte door haar naam uit te spreken, wat ervoor zorgde dat ze weer opkeek naar hem. ''Ik vind je echt al heel lang leuk'' zei hij tenslotte. Hij keek haar aan in afwachting van haar antwoord. Melina slikte. Ze moest hem vertellen dat het niet wederzijds was, dat ze niets meer dan vriendschap voor hem voelde. Dat zou het beste zijn. ''Ik…'' begon ze, maar de woorden bleven in haar keel hangen. Haar ogen ontmoetten de zijne, en als een betovering kon ze haar blik niet van hem loslaten, hoe hard ze dat ook probeerde. Ze voelde dat haar hart steeds sneller begon te kloppen. Ze bleven elkaar aankijken, en langzaamaan boog hij zijn hoofd naar haar toe. Dichter en dichterbij, tot ze zijn lippen de hare voelde aanraken. Melina schoot wakker uit haar droom. Ze zat rechtovereind in haar bed en voelde haar hart nog steeds als een gek tekeer gaan. In verwarring van wat er zojuist precies gebeurd was keek ze om haar heen en nam de vertrouwde omgeving van haar slaapkamer in haar op. Was dat een droom geweest? Het voelde zo echt… Met haar vingers raakte ze langzaam haar lippen aan, waar ze de tinteling op de plek waar Sean haar gekust had nog steeds kon voelen. Voor even twijfelde ze, maar schudde toen toch haar hoofd. Nee, het was gewoon een droom geweest. Niets meer dan dat. Zuchtend en met een nog steeds bonzend hart liet ze zich terug achterover in haar bed vallen, en probeerde weer terug in slaap te komen, al kon ze de droom nog steeds niet zo makkelijk uit haar hoofd zetten.

''Ik ben NIET verliefd op Sean'' reageerde Melina fel. Het was de volgende dag. Ze bevond zich aan een tafeltje in de Molly Moo met Kaylee en Donna tegenover haar. Het was nog vroeg in de ochtend, maar na Melina's droom van die nacht wilde ze geen risico's lopen dat Sean erbij zou zijn. Ze had hem expres niets laten weten: het zou alleen maar ongemakkelijk voor haar zijn om hem nu te zien, en bovendien wilde ze het er graag met haar vriendinnen over hebben, al had ze daar na de reactie van Donna erop nu toch een beetje spijt van gehad. Donna had een grijns op haar gezicht. ''Als je niet verliefd op hem bent, waarom droom je dan over hem?'' Ze ondersteunde geamuseerd haar hoofd met een van haar handen. ''En niet zomaar een droom ook…'' ging ze plagerig verder, wat Melina alleen maar bozer maakte. Melina sloeg haar armen over elkaar. ''Wat nou als iemand een toverspreuk over me uitgesproken heeft?'' ''Maar wie zou dat dan gedaan moeten hebben?'' vroeg Kaylee. ''En wanneer dan?'' Melina dacht diep na. Er moest toch ergens een moment zijn geweest dat zoiets had kunnen gebeuren? ''Ik weet het!'' riep ze plots uit. ''Het amulet van Concorda, mijn wijze! Sinds ik de krachten van het amulet heb gekregen is het begonnen. Het moet daar iets mee te maken hebben!'' Ze was al helemaal overtuigd. Kaylee daarentegen dacht daar anders over. ''Ik weet het niet hoor…'' zei ze twijfelend. ''Krachten die ervoor zorgen dat je verliefd op iemand wordt? Dat klinkt een beetje vergezocht… en bovendien, wat zou het ons helpen bij onze zoektocht?'' ''Liefde is de sterkste vorm van magie die er is'' hield Melina vol. ''Echte liefde, ja. Een betovering niet…'' mompelde Kaylee. ''Als jullie het graag zeker willen weten waarom vragen jullie het dan niet aan Amore?'' De meiden keken op bij het horen van de stem van Caramel, die naast hun tafeltje stond. Ze had op het punt gestaan om naar buiten te gaan toen ze het gesprek tussen Melina en de anderen had opgevangen. ''Amore?'' herhaalde Donna vragend. Caramel knikte. ''Ze heeft een winkel in het midden van de stad en weet alles als het om de liefde gaat. Als er een spreuk over Melina is uitgesproken komt ze daar hoe dan ook achter en kan ze die waarschijnlijk ook weer ongedaan maken'' vertelde ze. ''Ik kan jullie er wel naartoe brengen, ik moet toch de stad in''. Melina keek met een afwachtende blik naar Donna en Kaylee. Beiden gaven haar een instemmend knikje dat ze het ermee eens waren. ''Goed, we gaan mee'' besloot Melina. ''Waar ga je eigenlijk heen, tante?'' vroeg Kaylee aan Caramel terwijl ze opstonden van het tafeltje. Caramel was zelden weg van de Molly Moo, de bakkerij kon niet gerund worden zonder haar baksels. Caramel slaakte een diepe zucht. ''Floxy belde net. Ik moet naar de gevangenis komen om Rex zijn borg te betalen''. ''Wat heeft pap nu weer gedaan?'' Anise kwam net de trap aflopen en had het gesprek opgevangen toen het over haar vader ging. ''Geen idee, maar het zal wel iets met de bank te maken hebben. Hij praat al dagen over de perfecte overval'' antwoordde Caramel. ''Ik zal niet lang weg zijn. Harvey helpt zolang de klanten in de Molly Moo, en Martino houd ook een oogje in het zijl''. Ze richtte zich tot Anise. ''En jij blijft ook hier. Je hebt nog steeds straf''. Anise rolde met haar ogen. ''Ja, ja''. Caramel richtte zich daarna tot Martino, haar tweelingbroer, die verderop achter de bar de drankjes voor de klanten klaarmaakte. Ze werkten al zolang ze zich kon herinneren samen in de Molly Moo, en dat was ook wel nodig, want op de hulp van Rex kon ze niet rekenen. ''Martino!'' riep ze. Martino keek op van zijn werk. ''Ja?'' ''Let asjeblieft goed op de Molly Moo tot ik terug ben''. ''Komt voor elkaar, zus!'' antwoordde hij vrolijk. Caramel draaide zich om naar Melina en de anderen, klaar om te vertrekken. ''Zullen we dan maar?''

Even later stonden ze voor de winkel van Amore. Caramel was direct doorgegaan naar de gevangenis en had hen recht voor de voordeur achtergelaten. ''De Love Shop'' las Donna de naam van de winkel woord voor woord voor. ''Klinkt nogal onbetrouwbaar, niet?'' Twijfelend staarde Melina naar de voordeur. Nu ze eenmaal voor de winkel stonden wist ze eigenlijk niet meer zo zeker of dit wel echt zo'n goed idee was geweest. ''Kunnen we niet beter gewoon teruggaan?'' sprak Melina hardop haar gedachten uit. Een toon van onzekerheid was in haar stem te horen. ''Misschien is dit een slecht idee''. Kaylee haalde haar schouders op. ''Tante Caramel zei dat ze te vertrouwen was''. Zuchteend legde Melina toch maar haar hand op de deurklink en opende de deur van de winkel. Eenmaal binnen keken ze hun ogen uit. De hele winkel was van alle kanten gevuld met kasten en planken met allerlei soorten flesjes erop in verschillende maten. Er leek niemand in de winkel aanwezig te zijn. Melina liep naar de toonbank toe. ''Hallo? Is daar iemand?'' riep ze terwijl ze zich over de toonbank heen boog om verder de winkel in te kunnen kijken. ''Amore?'' probeerde ze toen ze geen reactie kreeg, maar ook dat had weinig nut. Intussen hielden Kaylee en Donna zich bezig met een van de kasten. Donna had een van de flesjes die in de kast stond opgepakt en hield het in haar handen. ''Wat denk je dat erin zit?'' vroeg ze aan Kaylee terwijl ze het voor haar uit hield. ''Vast een soort liefdesdrank'' antwoordde Kaylee. ''Zet het nou maar gewoon weer terug. Wie weet wat het doet en straks laat je het nog uit je handen vallen''. Er verscheen een grijns op Donna's gezicht. ''Misschien moeten we het over Sean en Melina heen gooien'' zei ze, hard genoeg zodat Melina het ook kon horen. Ze kon het niet laten om Melina nog wat meer te plagen. ''Maar Melina en Sean zijn toch al verliefd op elkaar?'' klonk het verbaasd van Kaylee af, wat ervoor zorgde dat Melina zich naar hen toe omdraaide, en Donna een alleen maar grotere grijns op haar gezicht kreeg. Melina zette haar handen in haar zij. ''Ik zei toch dat ik niet—'' begon ze, maar werd onderbroken door een stem achter haar. ''Kan ik jullie helpen?'' vroeg de stem.

Alle drie keken ze tegelijkertijd op bij het horen van de stem. Achter de toonbank stond een wat oudere pixie vrouw met lang, rood haar. Dat moest Amore zijn. Kaylee deed een stap naar voren. ''Bent u Amore?'' vroeg ze beleefd. De vrouw knikte. ''Waar kan ik jullie mee helpen?'' herhaalde ze op vriendelijke toon haar vraag. ''Mijn vriendin hier denkt dat iemand een liefdesbetovering over haar heeft uitgesproken'' legde Kaylee uit terwijl ze op Melina wees. ''Mijn tante zei dat u ons kon helpen om erachter te komen of dat waar is''. ''Een liefdesspreuk?'' vroeg Amore. ''Ik denk het wel''. Ze liep naar een ruimte achter de toonbank en wenkte Melina en de anderen. ''Kom maar mee, dan zal ik haar onderzoeken''. Melina, Kaylee, en Donna volgden haar achter elkaar naar de ruimte achterin de winkel. Op aanwijzing van Amore nam Melina plaats op een stoel. ''Valentin?'' riep Amore. Er ging een deur open. ''Ja?'' vroeg een pixie jongen met lang bruin haar terwijl hij zijn hoofd om de hoek van de deur stak. ''Ik heb de betoveringsstickers nodig. Kan je die aangeven?'' Na de vraag van Amore dook de jongen genaamd Valentin de ruimte achter hem weer in en kwam niet lang daarna terug met iets in zijn handen. Hij overhandigde het aan Amore. Terwijl Melina stil zat begon Amore een aantal stickers in de vorm van een hart op Melina's lichaam te plakken. ''Dit is een manier om erachter te komen of iemand betoverd is'' legde Amore uit toen ze Donna en Kaylee vreemd zag kijken. ''Het werkt als een soort leugendetector. Ik ga haar zo meteen een aantal vragen stellen en als ze niet spreekt vanuit haar ware gevoelens zullen de stickers oplichten, wat dus betekend dat er inderdaad een betovering over jullie vriendin is uitgesproken''. Toen Amore klaar was met het plakken van de stickers richtte ze haar aandacht volledig op Melina. ''Kun je me vertellen wat er precies gebeurd is en wanneer je denkt dat de spreuk over je is uitgesproken?'' Melina vertelde Amore het hele verhaal. Over de krachten die ze van het amulet gekregen had, haar droom, en de plotselinge gevoelens die ze voor Sean had gekregen. Ondertussen luisterde Amore aandachtig naar het verhaal.

Toen Melina klaar was met vertellen begon Amore met de test. ''Ben je wel eens eerder verliefd geweest?'' was de eerste vraag die ze aan Melina stelde. ''Of is dit de eerste keer dat je zoiets voelt?'' Melina haalde haar schouders op. ''Ik ben heus wel eens verliefd geweest, maar het voelde nooit zoals dit. Dit voelt…'' Ze zocht naar het perfecte woord dat haar gevoel het best kon omschrijven. ''…anders'' besloot ze. Amore knikte begrijpelijk en stelde zonder verdere commentaar de volgende vraag. ''Heb je een ideaal type? Iemand die je meteen in gedachten hebt?'' ''Nou, ik heb niet per se iemand in gedachten…'' begon Melina. ''…maar ik wil iemand die lief, zorgzaam, en loyaal aan mij is. Iemand die ik kan bewonderen en bovenal iemand die mij altijd aan het lachen maakt''. ''En qua uiterlijk?'' vroeg Amore toen ze zeker wist dat Melina uitgepraat was. ''Schouderlengte haar, het liefst bruin'' antwoordde ze. ''Pixie of elf maakt me niet zoveel uit, maar geen gnoom. Al denk ik toch wel dat ik liever voor een elf zou kiezen dan een pixie'' ging ze twijfelend verder. ''O, en ik vind een licht beginnende snor wel aantrekkelijk''. Donna stootte Kaylee aan. ''Klinkt verdacht veel als iemand die we kennen'' zei ze met een triomfantelijke grijns op haar gezicht. ''Waar heb je het over?'' vroeg Kaylee afwezig. Ze was meer gefocust op het rondkijken van wat er allemaal in de winkel stond dan op Melina's vragen, en had daardoor niet meteen door waar Donna op doelde. ''O, je weet wel'' ging Donna verder. ''Een bepaalde elf die bij ons team zit, schouderlengte bruin haar, naam begint met de S, eindigt op 'ean'….'' ''Bedoel je Sean?'' vroeg Kaylee nu ze het eenmaal doorhad. ''Yep''. Er verscheen een brede grijns op Donna's gezicht. ''Maar Sean heeft toch helemaal geen snor?'' vroeg Kaylee verbaasd. ''Daar heeft hij die viltstift toch voor'' antwoordde Donna op plagerige toon. Melina trok een wenkbrauw op. ''Waarom dat nou weer? Ik zei toch dat het niet per se een elf hoefde te zijn? Hij is helemaal mijn type niet, dat is gewoon toeval'' bracht ze er tegen in, maar Donna's grijns verdween niet. ''Ken jij nog andere elven die er zo uit zien dan?'' ''Dus je hebt iemand in gedachten?'' Amore had het hele gesprek meegeluisterd. ''Nou… niet per se…'' begon Melina, maar Amore leek niet te luisteren naar wat ze te zeggen had. ''Zeg eens, wat voel je precies als je aan deze persoon denkt?'' Melina dacht na. ''Ik zag hem eigenlijk gewoon als vriend. Ik kan het goed met hem vinden. Hij maakt me aan het lachen en ik kan mezelf zijn, ik voelde me gewoon goed bij hem, maar nu is het anders'' Ze pauzeerde even en sloeg haar ogen. Ze voelde haar wangen langzaam rood worden toen ze aan hem moest denken. ''Als ik nu aan hem denk voel ik dat mijn hart sneller begint te kloppen, en ik wil graag bij hem zijn en tijd met hem doorbrengen…'' mompelde ze een beetje beschaamd.

''Nou, volgens mij is er niks mis met je''. Amore begon een voor een de stickers van Melina's lichaam af te peuteren. ''Geen van de stickers lichtten op, dus dat betekent dat je uit je ware gevoelens spreekt en niet betoverd bent''. ''Wat?'' klonk het ongelovig van Melina af. Ze had totaal het tegenovergestelde verwacht. ''Maar ik weet zeker dat—'' Amore onderbrak haar. ''De stickers liegen niet''. Melina was het er nog steeds niet mee eens maar liet het er maar bij zitten. Amore zou haar toch niet geloven. Mokkend kwam ze de stoel uit. ''Waarom laten jullie je hand niet lezen door mijn zoon, Valentin?'' stelde Amore vriendelijk voor als poging om Melina af te leidden toen ze merkte dat het haar nog steeds dwars zat. ''Valentin heeft een talent in handlezen, zijn voorspellingen komen altijd uit''. ''Echt?'' vroeg Kaylee verbaasd en nieuwsgierig tegelijk. Melina was nu ook best geïnteresseerd. Onzeker wierp Valentin een blik op zijn moeder. ''Moet ik dat nu wel doen?'' Amore lachte. ''Komaan, het zal een goede ervaring voor je zijn'' zei ze terwijl ze hem een duwtje naar voren gaf. Kaylee was de eerste die haar hand uit stak naar Valentin, die deze met een twijfelende blik vast pakte. Hij bestudeerde haar hand goed. Tenslotte glimlachte hij. ''Je zal wat moeilijkheden op je pad krijgen, maar niets wat je niet kunt overwinnen. Uiteindelijk zal alles het waard zijn en zul je heel gelukkig zijn met je partner. Ik zie ook een kind in je toekomst, hoogst waarschijnlijk een zoon''. ''Wauw!'' riep Kaylee onder de indruk uit. Ze schoof Donna naar voren. ''Nu jij'' drong ze aan. ''Ik wil ook weten hoe jullie toekomst eruit gaat zien''. Donna sloeg haar armen over elkaar. ''Ik geloof daar niet in'' verklaarde ze. ''Het is allemaal vaag gegis wat dan toevallig uitkomt''. Valentin stak zijn hand naar haar uit. ''Misschien kan ik daar verandering in brengen''. Met tegenzin en met aandringen van Kaylee en Melina gaf Donna hem dan toch uiteindelijk haar hand. Valentins blik bleef serieus. Hij toonde geen enkele emotie terwijl hij haar hand las. ''Nou…'' begon hij uiteindelijk twijfelend. ''Wat?'' ''Ik vrees dat ik je slecht nieuws moet brengen. Het ziet er slecht voor je uit. Je zult alleen zijn en een eenzame dood sterven, zonder ooit echte liefde gekend te hebben''. Donna's gezicht betrok, waardoor Valentin begon te lachen. ''Grapje. Ik zie gewoon een doodnormaal gelukkig en getrouwd leven voor je. Niks om je zorgen over te maken, en tenslotte is het maar 'vaag gegis', toch?'' Op plagerige toon liet hij Donna's hand weer los, waarop ze hem een kwade blik toewierp. ''Wil jij ook?'' vroeg Valentin daarna aan Melina. Melina knikte en stak op haar beurt ook haar hand naar hem uit. Valentin concentreerde zich nu op Melina's hand. Zijn gezicht betrok toen hij zich iets leek te realiseren, maar hij herstelde zich al snel. ''Je liefdeslijn toont aan dat je je ware liefde zal vinden'' zei hij. ''Je zal gelukkig zijn. Twee kinderen, denk ik'' mompelde hij er snel achteraan, maar durfde Melina niet in haar ogen aan te kijken.

''Echt waar? Ik zal mijn ware liefde vinden?'' vroeg Melina met grote ogen van verbazing toen ze hoorde wat Valentin haar zojuist verteld had. Valentin knikte. Er verscheen een brede glimlach op Melina's gezicht, maar nog voor ze verder kon vragen werd ze onderbroken door de voordeur van de winkel die open werd gegooid. Een meisje van ongeveer 16 jaar oud stormde de winkel binnen. ''Mam!'' brulde ze uit. Amore zuchtte. ''Ik ben hier, Esmee. Je hoeft niet te schreeuwen''. Het meisje genaamd Esmee negeerde de uitspraak van haar moeder volkomen. ''Mag ik vanavond bij de Elasticitrons eten?'' vroeg ze. ''Phoebe wilde ons kapsel doen'' zei een stem achter haar. Vanachter Esmee verscheen een knappe pixie met lang bruin haar. Melina herkende haar nog van het feest: het was Lillian Skye. ''Mag het? Asjeblieft?'' smeekte Esmee haar moeder. ''Goed dan'' gaf Amore tenslotte toe. ''Zolang je je maar beloofd te gedragen''. ''Yes! Beloofd!'' juichte Esmee. Ze gaf Lillian een high-five. Toen pas leken ze Melina en de anderen op te merken. ''Ben jij niet dat meisje van het feest?'' vroeg Lillian toen ze Melina herkende. Ze stak haar hand uit naar Melina. ''We hebben elkaar nog niet leren kennen. Ik ben Lillian Skye'' stelde ze zich voor. Melina schudde haar hand. Lillian's blik ging over het drietal heen. ''Hoorde die knappe elf niet bij jullie?'' vroeg ze met een geamuseerde blik toen ze Sean niet bij hen zag. Melina had meteen spijt dat ze haar hand had geschud. ''Nee'' antwoordde ze, op bottere toon dan ze eigenlijk bedoelde. Lillian wierp een rare blik op haar maar liet het toch maar rustten en haalde haar schouders op. ''Ach ja''. Ze stootte Esmee tegen haar schouder aan. ''Laten we naar Phoebe gaan''. Esmee knikte vurig, waarop het tweetal hen gedag zei en enthousiast de winkel uitstormde. ''Moeten wij niet ook eens teruggaan?'' stelde Donna aan de anderen voor toen Lillian en Esmee eenmaal weg waren. ''Het is al bijna middag''. Kaylee en Melina waren het met haar eens. Ze zouden die middag nog naar Ninfea gaan en het begon steeds later te worden. Nadat ze Amore hadden bedankt waren ze teruggegaan naar de Molly Moo. Valentin was al bezig met opruimen en wilde net de stickers terug naar achteren brengen toen Amore hem tegenhield. ''Valentin, wat zit je dwars?'' vroeg ze hem. ''Het gaat om dat meisje, hè?'' ging ze verder toen hij haar niet meteen antwoord gaf. ''Ik merkte het direct toen je haar hand las. Zeg eens, wat zag je echt in haar hand?'' ''Nou…'' begon Valentin stamelend. ''Het is niet dat ik gelogen heb. Wat ik haar verteld heb over die liefdeslijn is waar, maar...'' ''Maar?'' Amore legde haar hand op zijn schouder. ''Je kan me alles vertellen, Valentin, dat weet je''. Valentin keek zijn moeder aan. ''Wat ik in haar liefdeslijn zag was niet alleen ware liefde, het was veel meer dan dat. Ze zal iemand op de meest oprechte manier die er bestaat liefhebben, maar het zal ook veel pijn en verdriet met zich meebrengen''. Hij nam een korte pauze. In zijn ogen was bezorgdheid te zien. Tenslotte sprak hij. ''Er is een grote kans dat die persoon vermist zal worden, of nog erger: zal sterven''.

Melina en de anderen hadden middag gegeten in de Molly Moo toen ze terug waren van Amore. Ze stonden net op het punt om naar Ninfea te gaan toen Caramel de Molly Moo kwam inlopen, op de voet gevolgd door Rex met Floxy naast hem. ''Ik zei toch al dat het een stom plan was'' bromde Floxy tegen hem, zacht genoeg zodat Caramel het niet zou horen. ''Dit was allemaal niet gebeurd als jij gewoon meegewerkt had'' snauwde Rex, veel harder, terug. Eenmaal binnen in de Molly Moo draaide Caramel zich om. Haar gezicht stond op onweer, maar ze hield het voor elkaar om de kalmte te bewaren. ''We hebben het hier later wel over'' zei ze kortaf tegen Rex, waarna ze de keuken in liep om weer aan de slag te gaan. Rex bleef alleen achter met Floxy. ''Oké, deze keer is het plan mislukt…'' begon Rex. ''Maar volgende keer slaag ik er wel in de bank te beroven''. ''Moet je dat nu wel doen, Rex? Caramel is nu al boos genoeg'' vroeg Floxy onzeker. Rex slaakte een geïrriteerde zucht bij het horen van Floxy. ''Moet je dat nu wel doen, Rex?'' imiteerde Rex Floxy.''Natuurlijk moet ik dat doen'' snauwde hij bot. ''Ik ben een elf, Floxy, en elven zijn niet bang voor pixies. Bovendien, wanneer was de keer dat jij voor het laatst gestolen hebt?'' Floxy dacht na, maar had daar geen antwoord op. ''Precies, ja'' zei Rex toen het hem te lang duurde. ''Sinds de bende uit elkaar is gegaan doe je niks anders dan lui zijn, taart eten, en domme grappen maken. Je gedraagt je als een pixie''. ''IK gedraag me als een pixie?'' herhaalde Floxy zuur. ''Zegt degene die bij zijn pixie vrouw onder de plak zit''. Hij rolde met zijn ogen. Rex sloeg zijn armen over elkaar. ''Ik zit niet bij Caramel onder de plak'' zei hij vol overtuiging. ''Caramel zit bij MIJ onder de plak''. Precies op het moment dat hij dat zei klonk de stem van Caramel vanuit de keuken. ''Rex? Ik heb je hulp nodig in de keuken!'' ''Kom er zo aan, lieverd!'' riep Rex terug de keuken in. ''Aha…'' mompelde Floxy ongelovig. ''Totaal niet onder de plak, nee''. Hij geloofde er helemaal niets van. Gelukkig voor Floxy had Rex hem niet gehoord en ging hij gewoon verder met waar hij mee bezig was. ''Ik ga je leren om weer een echte elf te zijn'' verklaarde Rex. ''O, ja joh?'' klonk het van Floxy af. Rex negeerde de sarcasme in Floxy's stem en ging gewoon verder. Hij sloeg zijn arm om zijn beste vriend heen. ''Ik heb een plan bedacht. Vannacht om 2 uur, voor de Molly Moo. Zorg dat je er bent''.

''Ongelofelijk''. De stem van Eustace was door het hele huis van de elven te horen. Vol minachting richtte hij zich op Derek. ''Je had een taak. Een simpele taak, en toch krijg je het voor elkaar om die te verpesten''. ''Het was niet mijn schuld!'' protesteerde Derek. ''O nee?'' reageerde Eustace vol ongeloof. ''Van wie dan wel? De kaboutertjes zullen het vast wel weer gedaan hebben'' spotte hij. ''Het was Seans schuld'' sputterde Derek tegen. ''Hij misleid-'' Eustace praatte gewoon door hem heen. ''Als jij je gewoon aan je taak had gehouden dan was dit allemaal niet gebeurd''. Derek stampte met zijn voet op de grond. ''Dat is niet eerlijk! Ik kan er niets aan doen dat—'' Opnieuw liet Eustace hem niet uitpraten. ''Het leven is nou eenmaal niet eerlijk'' sneerde hij. ''Zeker niet als je een elf bent''. Hij wees op de deur. ''Je kan vertrekken''. Derek viel stil. ''Wacht… wat?'' Stomverbaasd staarde hij naar Eustace. ''Je hoorde me wel'' antwoordde Eustace op kalme maar ijzige toon. ''Je kan je koffers pakken. Je ligt er uit''. Het leek nog steeds niet helemaal bij Derek binnen te komen. ''D-dat meen je niet… toch?'' zei hij, al klonk hij daar niet zo zeker van. Eustace antwoordde niet en bleef met zijn vinger naar de deur wijzen. Onzeker wisselden Mabel en Veronica een blik met elkaar. Ze hadden er al die tijd bij gezeten en wisten niet zo goed wat ze moesten zeggen. Kon Eustace dit nou wel maken? Ergens vonden ze het wel een beetje zielig voor Derek, al hadden ze beiden de moed niet om dat hardop uit te spreken. ''W-wacht!'' stamelde Derek toen hij merkte dat Eustace serieus was. ''Geef me asjeblieft nog een kans'' smeekte hij. Hij viel op zijn knieën op de grond voor Eustace neer. ''Ik zal het niet verpesten, echt niet! Ik doe alles!'' In eerste instantie leek het Eustace niets te doen, maar uiteindelijk gaf hij toch toe. ''Goed dan'' zei hij, duidelijk met tegenzin. ''Je krijgt een laatste kans om jezelf te bewijzen''. Derek zuchtte opgelucht, maar Eustace was nog niet klaar. ''Ik wil dat je Sean hier brengt. Vrijwillig of onvrijwillig, zoniet dan hoef je je hier niet meer te vertonen, begrepen?'' Met een strenge blik in zijn ogen staarde Eustace Derek aan. ''En wel direct'' voegde hij er nog aan toe. ''B-begrepen!'' stotterde Derek terwijl hij overeind sprong en niet wist hoe snel hij de voordeur uit moest zijn, weg van Eustace. ''Ik zal je niet teleurstellen!'' ''Goed…'' Eustace wachtte tot Derek de deur uit was voordat hij zich tot Veronica en Mabel richtte en verder sprak. ''We weten allemaal dat dit hem nooit gaat lukken''.