Hoofdstuk 4 Doen, durven of waarheid.

De rode trein was zo te zien al klaar om te vertrekken. Ze namen vluchtig afscheid en gingen opzoek naar een coupé.

'Wij moeten naar de coupé van de klassenoudsten.' Zei Hermelien en ze trok Ron mee.

'Het is duidelijk wie daar de broek draagt.' Zei Sarah gniffelend.

Harry schoot in de lach en Sarah lachte al snel mee. Ginny keek hen met grote ogen aan.

'Laat maar.' Zei Sarah tegen Ginny.

Ze vonden een lege coupé en gingen zitten. Sarah zette zich bij het raam, Harry ging naast haar zitten en Ginny ging op de bank tegenover hen zitten. Vorig jaar vond Harry het verschrikkelijk toen Ron en Hermelien naar de klassenoudstencoupé moesten, dit jaar vond hij niet zo erg. Hij had alleen maar oog voor Sarah. De deur van hun coupé schoof open en Marcel Lubbermans kwam binnen.

'Hé Harry, leuk zomer gehad?' Vroeg hij terwijl hij naast Ginny ging zitten.

'Ja,' zei Harry nadat hij had nagedacht over zijn zomer. 'Ja, ik heb een leuke zomer gehad.' Marcel luisterde niet eens, hij had het te druk met staren naar Sarah.

'Heb ik iets van je aan, misschien?' Vroeg Sarah aan Marcel.

'Wie ben jij?' Zei Marcel.

'Sarah.' En ze begon weer uit het raam te staren.

Marcel keek Harry vragend aan, maar die had geen zin om het uit te leggen.

Voor Marcel weer iets kon vragen, schoof de deur open en kwamen Ron en Hermelien binnen.

'Hoi.' Zei Ron tegen Marcel. Maar die was nog altijd aan het staren.

'Weten jullie wie dat is?' Vroeg hij aan Ron en Hermelien.

'Tuurlijk, dat is Sarah.' Zei Hermelien.

'In welke afdeling zit ze?'

'Griffoendor.' Antwoordde Harry.

'Dus Griffoendor heeft er weer een zielig persoontje bij.' Het was Malfidus. Hij stapte de coupé binnen gevolgd door Korzel en Kwast.

'Wat moet je Malfidus?' Siste Harry.

Malfidus antwoordde niet. Hij keek naar Sarah.

'Wie ben jij?'

'Volgens jou ben ik een zielig persoontje.' Zei Sarah en ze gunde hem zelfs geen blik waardig, ze keek nog steeds uit het raam. Voor Malfidus was dat antwoord blijkbaar niet goed genoeg.

'Ik vroeg je naam, niet je karakterbeschrijving.' Zei hij.

'Sarah.' Zeiden Ginny, Ron, Hermelien en Marcel in koor.

'En heb je toevallig ook nog aan achternaam?' Vroeg Malfidus.

Sarah rukte haar blik los van het raam en keek hem recht in de ogen. 'Neen.' Zei ze.

Ze deed Harry denken aan Sirius. Die kon ook zo averechts zijn.

'Oké, dus je wilt niet vertellen wie je bent? Goed dan kom ik er zelf wel achter.' Woedend verliet Malfidus de coupé. Marcel keek angstig naar Sarah.

'Wie ben jij?' Vroeg hij alweer.

'Marcel, hoeveel keer moeten we het nog zeggen? Ze heet Sarah en hou nu op met vragen stellen.' Zei Harry. Sarah keek hem dankbaar aan.

'We zijn er bijna.' Zei Ginny.

Eén week later

De eerste schoolweek was voorbij en hij was niet echt van een leien dakje gelopen. Sarah had duizend keer de vraag 'Wie ben jij?' te horen gekregen en was het zo beu geworden dat ze op hun derde schooldag een bordje rond haar nek gehangen had met daarop in grote letters; ik ben Sarah. Professor Anderling had toen tegen Harry gefluisterd dat Sirius ook zoiets gedaan zou hebben. En Harry had Sarah de hele les glimlachend aangekeken. Door die actie wist de hele school ondertussen wie Sarah was en ze hadden de vraag 'Wie ben jij?' niet meer gehoord. Sneep leek Sarah net zoveel te haten, als hij Sirius gehaat had. Maar Sarah trok zich daar niets van aan. Ze had zelfs een papier op het prikbord gehangen met daarop:

Wat moet je doen als je Sneep zijn haar hebt?

Tips en remedies om van die eeuwige vette lokken af te komen.

Hermelien had het papier na 5 minuten verwijderd, maar dat was niet snel genoeg want de volgende dag hadden bijna alle leerlingen op Zweinstein over de tips en Remedies van Sarah. Ron had het papier zelfs naar Fred en George gestuurd. Die hadden Sarah een doos vol lekkernijen opgestuurd, als teken van bewondering. Nu was het zaterdag en Harry was samen met de jongens van zijn kamer doen, durven of waarheid aan het spelen.

'Oké Harry, doen, durven of waarheid?' Vroeg Ron.

'Doen.' Zei Harry vastbesloten.

'Oké, ik daag je uit…' zei Ron. 'Om de volgende keer dat we naar Zweinsveld mogen Sarah uit te vragen.'

'Goed.' Zei Harry, dat was hij toch al van plan.

'Maar alleen als jij Hermelien uitvraagt.'

'Wat, maar dat is niet eerlijk!' Riep Ron verontwaardigd.

'Kommop Ron, ze zal je heus niet bijten hoor.'

'Oké,' Zei Ron. 'Ik doe het.'

Harry ging de trap af, blij dat zijn plannetje gelukt was.

Hij liep voorbij het prikbord in de leerlingenkamer en zag dat er een nieuw briefje hing.

Geachte Griffoendors,

Volgend weekend mogen alle leerlingen van het derde jaar of hoger die de toestemming hebben, naar Zweinsveld.

Hoogachtend,

Professor Anderling.

Dit was zijn kans! En niet alleen de zijne!

Hij liep vlug terug naar boven. Ron lag op zijn bed ergens over na te denken.

'Ron, mijn jongen ik zou maar snel een manier bedenken om Hermeliens hart te veroveren want volgend weekend mogen we naar Zweinsveld.' Zei Harry doodserieus.

'Volgend weekend al!' Riep Ron.

'Ja.' Zei Harry en ging terug naar de leerlingenkamer. Sarah stond juist het briefje van Zweinsveld te bekijken. Harry stapte op haar af, maar nog voor hij iets kon zeggen draaide ze zich om. 'Ha, Harry. Mag ik je iets vragen?' Harry knikte, zij zou hem toch niet uitvragen?

'Wat is Zweinsveld?'

'Weet je dat niet?' Vroeg Harry vol verbazing.

'Nee.' Zei staarde met rode wangen naar haar schoenen.

'Dat is een tovenaarsdorpje, hier dichtbij.' Zei Harry.

'O, echt? Ik dacht dat het de groentetuin was of zoiets.'

'De groentetuin? Hoe kom je daarbij?'

'Nou ja, Zweinsveld, dus ik dacht een veld met groenten ofzo.' Haar wangen werden nog roder. Harry moest lachen.

'Weet je, nu het toch over die groentetuin hebben. Ik wou eigenlijk vragen of je zin had om met me mee te gaan.' Zei hij in één adem.

'Als een soort afspraakje?' Vroeg Sarah.

'Ja.'

'Oké.' Zei ze en ze liep naar Hermelien die aan een tafeltje haar huiswerk zat te maken.

Harry keek haar grijnsend na.

'Je raad nooit wat er net gebeurt is.' Hermelien keek op van haar huiswerk.

'Wat dan?' Vroeg ze.

'Raden.' Zei Sarah.

'Harry heeft je uitgevraagd.' Gokte Hermelien.

'Hoe weet jij dat? Ben jij helderziende misschien? Of familie van Zwamdrift?' zei Sarah geschokt.

'Ik heb een hekel aan Waarzeggerij, Sarah. Het was gewoon een gok.'

Plots leek het tot Hermelien door te dringen.

'Dus hij heeft je uitgevraagd?'

Sarah knikte, blozend. 'Daarnet, toen ik het briefje las.'

'Jullie worden vast een leuk stelletje.' Grijnsde Hermelien.

'Stelletje!' Zei Sarah iets luider dan ze bedoelde, enkele leerlingen keken naar haar.

'Stelletje?' Zei ze nu iets stiller. 'Wie heeft het over stelletjes? We gaan gewoon uit.'

'Gewoon uit. Ja, ja. Ik weet dat je Harry leuk vindt Sarah.'

'Denk je dat hij me ook leuk vindt?'

'Tuurlijk.'

'Hoe weet je dat zo zeker?'

'Dat weet ik gewoon.'

'Hermelien, dat is geen goede reden.' Hermelien dacht even na.

'Omdat je lief bent. En aardig. En knap. Heel erg knap.'

'Jij bent ook knap, Hermelien.'

'Niet waar.'

'Hermelien! Je bent een heel mooi meisje en als je daar nog één keer aan durft te twijfelen, zal ik verplicht zijn je een klap te geven.'

'Ik ben nog niet half zo mooi als jij.' Mompelde Hermelien.

KLETS

'Sorry, ik had je gewaarschuwd.' Zei Sarah.

Harry en Ron waren wat verderop aan het praten. Eigenlijk was Ron tegen Harry aan het praten. Harry was naar Sarah aan het staren, die zo te zien een discussie voerde met Hermelien.

'Waarom deed ze dat nou?' Vroeg hij aan Ron.

'Wie?Hoe?Waar?Wat?'

'Sarah, ze sloeg Hermelien.'

'Ze deed WAT?'

'Ja, laten we even gaan kijken.'

Snel liepen ze naar het tafeltje, waar Sarah en Hermelien zaten. Hermelien wreef met tranen in haar ogen over haar wang.

'Waarom deed je dat?' Vroeg Harry aan Sarah.

'Ik had haar gewaarschuwd.'

'Dus jij vindt het oké om iemand te slaan als je die persoon gewoon eventjes waarschuwt?' zei Ron, hij keek vol afkeer naar Sarah.

'Oké, Sarah ik waarschuw je, ik ga je zo meteen slaan.'

'Ron! Nee!' Riep Hermelien. Maar het was al te laat.

Ron had Sarah zo'n harde klap gegeven, dat Sarah er van op de grond gevallen was.

'Ik… Ik denk dat ik mijn neus gebroken heb.' Zei ze huilend.

'Dat doe je toch niet Ron!' Schreeuwde Hermelien.

'Maar ik dacht…' Hij bergreep er niets van, hij had Hermelien toch verdedigt? Waarom schreeuwde ze dan zo tegen hem?

'Sarah sloeg me niet hard, Ron! En ze brak daarbij zeker niet mijn neus!'

Harry was ondertussen naar Sarah gelopen en hij hielp haar recht.

'Gaat het?' Vroeg hij bezorgd, als Hermelien haar verdedigde had ze vast niets verkeerd gedaan. Haar neus begon op te zwellen.

'Misschien breng ik je beter naar de ziekenzaal.'

'En zij dan?' Vroeg Sarah terwijl ze naar Hermelien en Ron wees.

'Laat die maar wat ruziemaken, jij komt op de eerste plaats.'

En samen liepen ze naar de ziekenzaal.