Hoofdstuk 8
Hij ging rechtstreeks naar de jongensslaapzaal. Toen hij de kamer binnenkwam, zag hij Sarah op zijn bed zitten. Ze zat door zijn fotoboek te bladeren en er liep tranen over haar wangen.
'Sarah, is er iets?' Hij legde bezorgd zijn arm om haar heen. Hij keek naar de foto's. Zijn peetvader glimlachte naar hem.
'Ik kan het niet geloven, dat dat mijn… mijn…'
'Je mag die foto hebben, hoor.'
'Echt?'
'Tuurlijk, ik heb er nog genoeg.' Ze glimlachte door haar tranen heen.
'Bedankt.' Ze staarden een tijdje naar de foto.
'Sarah…'
'Ja, Harry?'
'Ik weet niet echt hoe ik je het moet vragen, maar euhm…. Hebben wij ve…ver…verkering?'
'Ik weet het niet. Wil je dat wij ve… verkering hebben?'
'Natuurlijk wil ik dat!' Sarah bloosde. 'Ik bedoel, waarom zou ik dat niet willen?'
'Betekent dat, dat wij nu verkering hebben?' Harry moest even slikken.
'Ik denk het wel.' Sarah keek het met grote ogen aan.
'Je hebt me waarschijnlijk net, het gelukkigste meisje van de wereld gemaakt.'
Harry kuste haar vol op de mond. Ze bleven een tijdje zoenen totdat Simon en Marcel binnenkwamen. Sarah werd knalrood, ze gaf Harry nog een kus en liep toen de kamer uit met Sirius' foto in haar handen geklemd.
'We stoorden toch niet, Harry?' Zei Simon met een grijns op zijn gezicht.
'Hoe kom je daar nou bij?' Antwoordde Harry met een nog grotere grijns.
'Ze heeft toch geen liefdesdrank op je gebruikt, hé?'
'Nee, Marcel en we hebben verkering, dus ik zou voortaan maar opletten met wat je zegt.'
'Wat waren jullie eigenlijk aan het doen?' Vroeg Simon.
Harry gooide een kussen naar zijn hoofd. 'Gaat je niets aan.'
'Wat zijn we toch vrolijk. Met het verkeerde been uit bed gestapt?' Een tweede kussen vloog in Simons richting.
Sarah stormde de meisjeskamer binnen, Hermelien was nergens te bekennen. Waar zit ze? Ze liep terug naar de leerlingenkamer en keek voor de derde keer goed rond. Niet bij het haardvuur, niet aan de tafels, daar ligt alleen een gigantische stapel boeken, niet bij… Wacht eens even! Een gigantische stapel boeken… Ze draaide zich om en stapte naar het tafeltje, dat vol lag met boeken en inderdaad achter die stapel zat Hermelien.
'Hermelien! Ik moet je iets vertellen.' Hermelien verschoot zich een ongeluk.
'Wat is er?'
'Niet hier. Boven.'
Sarah sloeg de deur van de meisjesslaapzaal dicht.
'We hebben verkering.'
'Wie?'
'Ik en Harry natuurlijk, gekkie.' Hermeliens mond viel open van verbazing.
'Je maakt een grapje.'
'Ik maak geen grapje.' Zei Sarah doodserieus.
'Ik…ik. Wauw!' Sarah grijnsde breed.
'Ik weet het.'
'Nou, proficiat juffrouw Zwarts of moet ik zeggen juffrouw Potter?'
Hermelien stak haar hand uit.
'Wat doe je?' Sarah staarde naar Hermeliens hand.
'Jou feliciteren natuurlijk, dat hoort toch zo?'
'Weet ik veel, ik heb nog nooit verkering gehad. Jijwel misschien?'
'Bijna, twee jaar geleden met Viktor Kruml.'
'Viktor Kruml?! Dé zoeker van het Bulgaarse zwerkbalteam? You go girl.'
'Ik zei bijna.'
'Waarom bijna?'
'Ik heb geweigerd.'
'Je zei nee? Tegen dé Viktor Kruml? Waar zat je met je gedachten?'
'Bij het feit dat hij niet echt naast de deur woont misschien, Of dat hij veel ouder is én hij…'
'Oké, het is al goed. Je hoeft me geen hele redevoering te geven. Maar toch dé Viktor Kruml…' Hermelien haalde haar schouders op.
'Moet jij zo nodig zeggen, juffrouw dé Harry Potter.'
'Ik heb tenminste ja gezegd.' Antwoordde Sarah. 'Maar dat had niks te maken met het feit dat hij dé Harry Potter is.' Voegde ze er nog aan toe.
Toen Ron de jongensslaapzaal binnenkwam, waren Simon en Harry nog steeds met kussens naar elkaar aan het gooien.
'Wat is hier aan de hand?'
Maar voor Harry kon antwoorden zei Simon; 'Harry en Sarah hebben verkering.' Waardoor hij nog een kussen tegen hem aan kreeg.
Ron grijnsde breed. 'Goed gedaan, Harry!'
'Ik snap niet waarom je blij bent, Ron. Sarah heeft duidelijk een liefdesdrankje gebruikt.'
'Marcel! Ik had gewaarschuwd, nog één keer zo'n opmerking en ik… ik. Ik weet nog niet wat ik dan ga doen, maar ik kan je verzekeren; het zal niets leuks zijn.'
Marcel zweeg en staarde naar zijn schoenen.
'Zo'n meisje als Sarah heeft geen liefdesdrankjes nodig, Marcel.' Legde Simon uit.
'Die draait elke jongen zo om haar vinger.'
'En ik denk.' Zei Harry. 'Dat jij nog niet genoeg kussen tegen je hoofd hebt gehad.'
En hij gooide twee kussens in Simons gezicht.
'Je kan een een man op het hoofd slaan met een kussen, maar zelfs dat zal zijn woordenstroom niet sussen.' Zei Simon op een zangerige toon.
'Zeveraar!' Riep Ron. Simon bukte zich vlug en het kussen dat Ron had gegooid miste hem op het nippertje.
'Gemist!' Lachte hij.
Sarah en Hermelien kwamen de kamer binnen.
'Hé jongens, komen jullie mee…' Hermelien keek de kamer rond. '…eten?'
'Wat is hier gebeurd?' Vroeg ze terwijl ze naar het slagveld van kapotte kussens en veren wees.
'Natuurlijk komen we eten.' Antwoordde Ron en de jongens liepen naar de deur.
'Jullie kunnen jullie kamer toch zo niet achterlaten?'
'Wil je wedden?' Zei Simon en hij liep samen met Ron en Marcel de trap af.
'Sanito.' Mompelde Hermelien en ze volgde hen.
Harry gaf Sarah een zachte kus.
'Ik heb nog geen honger.' Zei hij. 'Jij wel?'
'Niet echt, nee.'
Een kwartiertje later, gingen Harry en Sarah aan tafel zitten. Marcel keek Sarah raar aan.
'Is er iets, Marcel?' Vroeg Sarah bezorgt. 'Je bent zo stil.'
'Wel, eigenlijk…' Harry keek hem waarschuwend aan. Marcel zag hem niet.
'Ik vroeg me af of jij een liefdesdrankje kent?'
'Een liefdesdrankje? Sorry, daar kan ik je niet meehelpen. Waarom vraag je dat?'
'Laat maar.'
Toen Sarah 's avonds naar bed ging, lag er een doosje op haar kussen.
Vast een cadeautje van Harry. Ze deed het doosje open en vond een flesje met een briefje bij;
Drink dit op.
Sarah haalde haar schouders op. Waarom niet? Ze dronk het flesje in een teug leeg.
Het smaakte best lekker. Toen werd alles rondom haar donkerder en donkerder tot het volledig zwart zag. Plots veranderde het in wit en toen zag ze vlekken. Overal vlekken, gele, groene en rode vlekken. Ik word gek. Ze duizelde en viel op de grond.
Hermelien kwam de meisjesslaapzaal binnen. Ze zag Sarah op de grond liggen.
'Sarah!' Gilde ze. 'Sarah, wordt wakker, wordt alsjeblief wakker.' Sarah reageerde niet.
'Dit is niet goed.' Huilde ze. Ze keek de kamer rond en zag het flesje en het briefje liggen.
Dat handschrift! Waar had ze dat eerder gezien? 'Ik moet hulp halen.'
Ze stormde de trap af naar de leerlingenkamer. Harry en Ron zaten nog aan het haardvuur.
'Harry vlug! Sarah, is bewusteloos. Ik krijg haar niet wakker en ze heeft een soort drankje gedronken en…' Harry stond op en liep naar de trap van de meisjesslaapzaal.
'Ron, haal Perkamentus. Hermelien zorg ervoor dat die trap niet in een glijbaan verandert.'
Hermelien mompelde vlug een spreuk en Harry liep de trap op.
Sarah lag inderdaad op de grond, hij legde haar voorzichtig op haar bed.
Hermelien was hem gevolgd. 'Ron is op weg naar Perkamentus.'
'Oké. Wat zei je dat ze gedronken had?'
'Dit.' Hermelien toonde hem het flesje.
'Wat denk je dat erin zat?'
'Geen idee. Maar het zal niets goed zijn. Ik herkende daarnet het handschrift van het briefje, het is van Voldemort.' Harry's laatste sprankeltje hoop verdween in een oogopslag.
'Ze is toch niet dood?' Piepte hij.
'Nee, ze ademt nog.'
Harry zuchtte opgelucht.
'Voorlopig.'
Hij kreeg tranen in zijn ogen. Dit kon gewoon niet. Eerst verloor hij Sirius en nu…Hij mocht Sarah niet kwijtgeraken.
'Waar blijft Perkamentus?'
'Ik ben er al. Geef me dat flesje eens Juffrouw Griffel.' Hermelien deed vlug wat hij vroeg.
Perkamentus snoof aan het flesje.
'Dit is niet goed.' Zei hij triest. 'Dit is helemaal niet goed.'
