Disclaim: Voor het idee het ik dit er nog even bij. Ik bedoel wie denkt er nou dat IK POTC of Jack heb verzonnen. Neeh, zo geniaal ben ik ( nog net) niet. Alleen Collin, Berry en Sue zijn van moi. En DAT vind ik al een hele prestatie!

Hoofdstuk 21) Secrets reviels

Met open mond luisterde Jack naar Sue's verhaal.

"Dus." Zei Sue. "Wat vind je van m'n fantastische plan?"

Jack keek haar vol ontzag aan. " I think it's bloody brilliant! Maar, ik snap het niet, hoe heb je dat allemaal voor elkaar gekregen? Ik bedoel die mist, die verschrikkelijke stank, al die 'duivels' en vergeet niet die verschrikkelijke muziek."

"Nou Jack laat ik het zo zeggen."Begon Sue met een gigantische smile. "Op die nonnenschool, waar Will en Lizz me durfde te droppen, bleven ze maar ouwenhoeren over dat de duivel je komt halen als je 'slecht bent'. Nou, je kent je reputatie, dus leek het me wel een toepasselijke manier om je zo terug te kapen. En die duivels maken was eigenlijk ook best simpel. We hadden al het houtskool wat we konden vinden fijngestampt en vermengt met vet. En man dat was toch smerig!" Ze maakte een kots beweging. "En ons haar hebben we met chilly pepper ingesmeerd." Ze begon ongelukkig naar haar nog half rode haar te kijken. "Ik vrees dat ik nog zes maanden aan deze haarkleur vast zit."

Jack begon om haar beteuterde gezicht te grinniken. Ze begon te pruilen. "maar goed, toen bedacht ik me dat we moeilijk de stad konden bestormen zonder heel erg op te vallen. Gelukkig had ik tijdens een saaie scheikunde les van m'n buurman geleerd hoe je stinkbommen maakt. Je vermengt vogelpoep,buskruid en zwavel met elkaar. Bommetje ervan maken en aansteken maar…"

Sue grijnsde bij de gedachten hoe erg ze de inwoners hadden laten schrikken. Vooral die Sebassis had zich een ongeluk geschrokken, maar die had het dan ook wel vet verdient. De vieze gore…!

Even zaten ze zwijgend tegenover elkaar. Sue, kon niet zo goed tegen zo'n verschrikkelijk dodelijke stilte. "Dus, Jack, now it's yer turn to tell yer story. Wat is er met jouw gebeurt in die toren?"

Meteen viel er een donkere blik in z'n normaal zo speelse ogen, net als de blik die ene avond op The Hopefull.

"Jack?" Vroeg Sue een tikje bezorgt.

Hij keek strak naar de vloer. "Nothing happend."

Sue rolde met haar ogen. "C'mon Jack, je kan beter liegen dan dit!"

Nog steeds was z'n blik strak gefocust op de vloer. "Ik zeg net, NOTHING happened!"

Sue legde haar hand op z'n schouder. "Jack, kom op, ye can tell me, please?"

Vol woeden keek hij haar recht aan. "BLOODY WOMEN! I told ye before, NOTHING happened! Now, get the HELL out of here! GO AWAY!"

Sue ontploft. "YE JACKASSE! DON'T YELL ATE ME LIKE THAT!" Stampvoetend van woeden stormde ze naar buiten en sloeg de deur zo hard dicht dat de scharnieren begonnen te kraken.

'God damn him! Bastard! Hoe durft hij zo tegen MIJ te schreeuwen! Ik heb HEM gered! En dit is m'n dank! Volgende keer laat ik hem lekker afsterven in die toren!' Bedacht ze boos, nee woedend.

"Jesus Sue, doe is effe rustig!" Zei het stemmetjes jufferig.

'Waar kom jij altijd opduiken als ik in de problemen zit of VERSCHRIKKELIJK kwaad ben!'

"Tja, das m'n plicht. Maar genoeg over mij."

'Okey, ik geef het op. 'Sue zuchten.'Wat moet je?'

"Let's talk about Jack…"

'That miserable excuse fore a pirate! Die klootzak die me met de huid heeft vol gescholden!' Bij de gedachten begon Sue weer woedend te worden.

"Nou, deares Sue, denk je niet dat je zelf ook niet een ietsepietsje subtieler had kunnen reageren?"

'HOEZO!'

"Mijn god Sue, ben je blond of achterlijk! Jack heeft net een maanden lang vastgezet op dat Bloody Quebrabas, met that BASTARD Sebassis! Je heb gistere gezien hoe slecht hij eruit zag! Denk je niet dat als jij hetzelfde zou hebben meegemaakt als Jack, je er ook niet meteen over zou willen praten?"

Het drong Sue toen pas door wat er allemaal met jack was gebeurt. "Men, I'm shots a ASS!"

"Nou, gelukkig ben je daar zelf achter gekomen." Zei het stemmetje.

"Stemmetje."Mompelde ze boos. "Shut the fuck up!" …………………………………………………………………………………………………………………………..

Het was raar, er gingen een paar weken voorbij aan boord van The Pearle. Jack werd al gauw beter. Z'n wonden genazen in een rap tempo en hij kwam weer aan. Lichamelijk was alles weer in oorden , alleen geestelijk…

Sue zuchten. De paar weken had ze eigenlijk niet of nauwelijks tegen Jack gesproken. Althans hij sprak niet, zij zat bijna elke vrije minuut naast hem en vertelde over The Pearle, wat voor weer het was en allerlei andere dingetjes. Het enige wat Jack deed was knikken en vroeg af en toe wat, maar leek niet genitreerd. Dat was een van de dingen waar Sue bang van werd, het leek alsof hij The Pearle, z'n bemanning en haar niet meer interessant vond.

Het tweede ding waar Sue van schrok was dat Jack af en toe midden in de nacht wakker werd, ogen flitsend door de kamer, zwaar in paniek en doodsbang. Hij dacht dat hij weer terug in de cel was en begon tegen zichzelf te mompelen. Het was eng om Jack zo bang te zien. Hij leek altijd zo zeker van zichzelf, alsof niets ter wereld hem iets kon maken of hem kon kwetsen.

Sue zuchten. Tis gewoon raar, normaal is Jack altijd grappog, optimistisch, bazig, opschepperig en okay dronken. Maar sinds hij terug is op z'n Pearle lijkt hij wel een ander persoon. Jack is Jack niet meer.

Ook de bemanning had het gemerkt. En net als Sue, wilden ze het niet toegeven maar ze maakte zich zorgen. Stuk voor stuk probeerde ze hun werk zo goed mogelijk te doen. Maar jack lijkt het niet te merken. Hij staat alleen maar aan het roer, startend naar de horizon.

"Men, this sucks!" Boos schopt Sue tegen een emmer (A/N LEVEN DA EMMER, wink to Emma… sorry) en ging op haar rug op het dek liggen. Ze staarde naar de zeemeeuwen die hoog over haar rondvlogen. Mr. Gibbs had haar pas verteld dat elke zeemeeuw een ziel is van een overleden zeeman. Ze grinnikte. Sommige mensen hebben echt teveel fantasie.

Sue was zo in gedahcten gezonken dat ze Collin niet hoorde aankomen.

"Anny." Sue schrok op. Pissig keek ze naar haar kleine broertje. "Wat!"

Met twee grote ogen keek hij haar aan. "Wordt Jack snel beter?"

Shit, hij heeft het ook gemerkt, beseft Sue. Glazig keek ze het jongetje aan. 'Geweldig' wat moet ik nu tegen hem zeggen? "Maar Collin, Jack is juist weer beter." Zei ze met een nep smile.

Het jochie keek haar verward aan. "Maar wat is er dan met Jack?"

Voor Sue een goed antwoord kon bedenken werd ze god zij dank gered door een felle lichtflits, gevolgd door een keiharde knal.

Sue keek vlug achterom, klaar om wat het ook was te bedanken voor de onderbreking. Meteen verdween haar glimlach. De lucht was pikzwart geworden en werd om de paar seconden gevuld met flitsen. De zee was zwartgrijs geworden en beukte hard tegen de zijkant van The Pearle. Sue zuchten. "het is echt niet normaal zo snel als het weer hier omslaat."

Ze draaide zich terug richting Collin. "Ga snel naar binnen, en blijf daar." Haar ogen vernauwde zich. "Het gaat stormen…"

……………………………………………………………………………………………………………………………..

En of het ging stormem! De hele crew was bezig om The Pearle te redden en daarbij hun levens. De regen storten met bakken tegelijk op het dek en vele glibberde onderuit.

Sue hield samen met nog dertien de touwen van de grote mast, proberend het grootzeil te laten zakken. Om zich heen zag ze golven over het dek spoelen, proberend mensen met zich mee in zee te trekken. Het schip werd als een blaadje naar links en rechts geslagen. Ze werdt zelf bijna geraakt door een kanon dat los was geslagen.

Na een paar uur leek het of ze door het ergste stuk storm heen waren gevaren. Het waaide nogsteeds en ook storten de regen nog kletterend op het dek, maar de golven waren al een stuk minder.

Gerustgesteld liet Sue het touw los en liep naar de reling. Een hele domme zet…

Opeens was er geschreeuw, een scheurend geluid en gekraak. Razend snel draaide Sue zich om. Ze zag de giek met een krakend geluid op zich af komen vliegen. Met een verschrikkelijke klap werd ze geraakt door het grote stuk hout en door de kracht van de zwaai de zee in gesmeten.

……………………………………………………………………………………………………………………………..

"Some bloody storm… Hoe durft een storm Captine Jack Sparrow uit te dagen?" met moeite kon Jack het roer onder controle houden. Mocht hij zichzelf nog wel Captine noemen?

Flashback:

Dar zat hij dan, gevangen in z'n cel, vastgeketend aan de muur. Met een laag krakend geluid werdt de deur geopend. 'Sebassis', realiseerde hij. 'Alsof het iemand anders kan zijn…'

"So Jacky-boy, heb je al nagedacht over wat je hebt gedaan?"

'Niet opkijken Jack, blijf gewoon naar de vloer kijken.'

"Nee?" Vroeg Sebassis verbaast.

'Luister niet naar hem, hij liegt!'

"Well, Jacky-boy dat snap ik best." Hij kuchte en grinnekte vals. "Ik zou er ook niet graag aan denken als ik m'n crew had verraden."

'Maar nu ging hij te ver!'

"That's NOT TRUE!" Hijgend kwam hij overeind en probeerde Sebassis in z'n gezicht te slaan. Jammer genoeg waren z'n kettingen net niet lang genoeg en sloeg hij op enkele centimeters na in de lucht.

Sebassis keek hem met een opgetrokken wenkbrauw aan. "Tsss… Jacky-boy, waar zijn je manieren gebeleven.Je bent nogsteeds het zelfde rotjong als vroeger." Meteen sloeg Sebassis hem hard in z'n gezicht, zonder hem ook nog een kans te geven zichzelf te verdedigen.

Vloekend viel hij terug op de vloer. Meteen boog Sebassis over hem heen. "Ye know jacky-boy, ye deserve this!" Sebassis grijnsde. "Jij hebt je crew verraden…"

'Don't listen, don't listen, DON't listen!'

Hij werdt bij z'n keel gegregen. Sebassis keek hem doordringend aan. "Yes jacky, ye did. Ye really did! Je hebt je crew midden op zee met een zwaar gehavend schip achter gelaten, terwijl je zelf veilig weg kon komen."

Hij keek strak naar de grond. 'Dat is niet waar. Ik moest wel, anders zouden ze allemaal vermoord worden. Ik kon niets ander doen!... Toch?'

Sebassis greep hem bij z'n kin en duwde die omhoog zodat hij hem moest aankijken. "Ze zullen je wel haten. Dat zou ik zeker doen als je mij zoiets hebt geflikt" Sebassis liet hem los en hij viel als een lappenpop op de grond. "Je verdient dit!"

En na nog een laatste trap liet hij hem alleen, met z'n gedachten.

Nog nahijgend van de trap, lag hij te peinzen over wat Sebassis had gezegd. Hij had z'n bemanning niet verraden. Hij had ze niet achter gelaten. Dit was niet zijn schuld!... Toch?"

End Flashback.

Jack wist het zeker. Hij had het niet verdient gered te worden. Sebassis had gelijk. Het was zijn schuld geweest. Verdrietig keek hij rond over het dek en zag het gebeuren.

De touwen van het grootzeil knapte, het zeil schoot de lucht in. De giek schoot geiplichtsgetrouw achter het zeil aan en vloog met een geweldige kracht naar rechts. Hij zag Sue staan en probeerde haar nog te waarschuwen. Maat het leek wel of z'n keel was dichtgesnoerd.

Voor z'n ogen zag hij Sue spierwit worden. Met grote angstogen keek ze naar het stuk hout dat met een verschrikkelijk vaart op haar af kwam. Ze kreeg niet eens de tijd om te schreeuwen. Ze werd in haar zij geraakt en vloog zo licht als een veertje van boord.

'Hell, not the little girl!' Hij rende naar de reling waar de rest van de crew zich ook had verzameld.

"I can't see her, Captine!" Riep Anne-Maria. Jack hoorden het amper en keek aandachtig naar de golven.

"WACHT!" Schreeuwden Stanley. " Kijk daar!" Hij wees naar een uitgestoken arm in het water. Zeker vijftien meter van The Pearle vandaan.

"My God! She's never ganna make it!" Schreeuwde iemand.

Jack zag haar arm langzaam onderwater verdwijnen en dacht razendsnel na. Hij hoorden een soort 'PING' in z'n hoofd en kon maar op één actie komen. Hij klom op de reling en dook haar achterna.

……………………………………………………………………………………………………………………………

'Bloody HELL! Het water is ijskoud!' Een rilling schoot door z'n hele lichaam. Snel waar is Sue! Hij zag een klein stipje, ongeveer vijf meter voor hem uit. Hij ademende diep in en dook onder.

Onderwater was het pikdonker. 'Kind of scary dat je de bodem niet kan zijn.' bedacht Jack. Snel schudden hij de gedachten van zich af, hij moest Sue redden.

Na nog een paar meter zag hij haar eindelijk. Ze was buitenbewustzijn geraakt, wat ook niet zo gek is als een giek met honderd kilometer per uur op je af komt. Snel zwom hij op haar af want ze was al aan het zinken.

Snel greep hij haar bij de pols beet en begon naar de oppervlakte te zwemmen.

Proesten kwam hij boven water uit en keek om zich heen. Where the bloody hell, was The Pearle? Geschrokken keek hij rond maar hoe goed hij ook keek, hij kon The Pearle niet ontdekken.

"Hell, wat moet ik nu!" Paniekerig begon hij te zwemmen terwijl hij Sue met zich mee trok. Na een paar meter zag hij gelukkig een stuk hout drijven dat van boord was gevallen tijdens de storm. Snel legde hij Sue erop. 'Bloody hell, she's not breathing…'

Nogmaals keek hij rond en zag een klein stipje in de verte. 'A ISLAND! Thank ye lord!' Snel begon hij te zwemmen.

…………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Jack had geen idee hoelang hij had gezwommen, maat het leek wel een eeuwigheid voordat hij zand onder z'n voeten voelde.

Snel legde hij Sue neer in het zand. 'Bloody hell, the little girl is still not breathing'. Hij voelde haar pols. Gelukkig er was nog wel een hartslag. Hij schudden haar zachtjes door elkaar. "Sue, wake uo, c'mon, laat zien dat je nog leeft…"

Maar er kwam nog steeds geen reactie. Hij zuchten en beet op z'n lip, er zat nog maar een ding op. "She's so ganna hate me if she waked up…"

Net op het moment dat Jack Sue de 'kus des levens' (A/N kort weg, mond op mond beademing voor mensen die het romantische woord niet savvey) wilde geven, schoten haar ogen op. Voor Jack het wist had hij een gigantische klap in het gezicht te pakken.

"WHAT THE BLOODY HELL DO YE THINK YER DOING!" Brulde ze in z'n oor.

Jack ging wijselijk een stukje achteruit en wreef zowel over z'n oor als over z'n wang. "Saving yer life!"

"DOOR TE GAAN ZITTEN KLEFFE!" kaatste ze.

Jack keek haar beledigt aan. "Nou volgende keer als je van boord vliegt en verzuipt verwacht dan niet dat IK achter je aan spring, je red van een zeemansdood en je eersteklas naar een eiland zwem!"

Sue hoesten zeewater uit en keek verbaast op. "Waar zitten we dan?"

Hij zuchten. "Ik heb geen idee ,luv."

…………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

Jack werd de volgende dag gewekt door gezang. Slaperig deed hij z'n ogen open en ging moeizaam overeind zitten. Hij wreef over z'n arm. Hell, wat had hij een spierpijn van het zwemmen. Hij wronsde. Over hell gesproken, wereé was the little girl?

"We're rascals, scoundrels, villans, and knaves, Drink up, me 'earties, yo ho."

"What the…."

"We're devils and black sheep, really bad eggs, Drink up, me 'earties, yo ho."

Jack stond onhandig op en liep over het strand. Sue stond tot haar knieën in het water te zwalken en gewapend met zwaard steeds weer in de zee te prikken, terwijl ze nog steeds aan het zingen was.

"YOHO A PIRATE LIFE FORE ME!"

Jack stond verbaast op en liep een stukje het water in "Sue what het bloody hell are ye doing!"

Ze keek verbaast op en begon te lachen."Zooo… meneertje ochtendhumeur is ook wakker!" Ze grijnsde en begon in het water rondjes te springen. "IK!" Ze wees uitbundig op zichzelf. "Ben al ÚRÉN aan het vissen!" Klungelg begon ze met haar zwaard in het water te hakken.

"VISSEN!" Schreeuwde Jack. "Je KAN NIET vissen met een zwaard!"

Ze stak haar tong uit en zag er heen kinderachtig uit. "Ikke wel!"

Jack rolde met z'n ogen en sloeg z'n handen over elkaar. "Right…"

Ze keek beledigt op. "Nou ik DOE teminste wat! Damn IT! Jij ligt al de hele ochtend EN MIDDAG te slapen!"

"JA HALLO!" Brulde Jack. " WIE heeft ons gisternacht HELEMAAL hierheen gezwommen? WIE heeft jouw leven gered door z'n eigen leven te wachen? NOU!"

Daar had ze niet een, twee, drie een antwoord op en keek verwaant een andere kant op.

Vol triomf om z'n overwinning begon Jack te grijnzen. Hij had de little girl verslage, of gedist, zoals zij het altijd noemde. "C'mon,luv, get out of the water. Ik zal je laten zien hoe je echt moet vissen!"

Boos en beledigt liep Sue soppend het strand op en kiepte haar laarzen leeg. "okay, Captine." Begon ze zo sarcastisch mogelijk. "What's the plan?"

Well, first things, first." Begon hij op een verschrikkelijke lerarentoon. "Het belangrijkste wat we nodig hebben is water. "Hij begon op z'n vingers te tellen. "Eten, vuur en een plek om te schuilen-"

"Dus." Onderbrak Sue hem. "Zie jij hier ergens een vijfsterren hotel?"

Jack keek haar geïrriteerd aan voor het stoppen van z'n speecht. "Luv, schut up and let me finish! Als jij nou eten en drinken gaat zoeken zorg ik wel voor vuur en een schuilplaats."

"Tuurlijk, laat mij maar weer lopen, tsss." Momepelde ze boos, terwijl ze het oerwoud in liep. Jack riep haar nog na dat ze moest uitkijken.

Boos begon ze te mopperen. "Nou Jack is z'n eigen bazige zelf weer. Pfff!"

Wacht is! Ze stopte met lopen. Dat klopte! Hij WAS z'n eigen bazige zelf weer. Ze glimlachte. Je zou het bijna niet geloven maar daar was ze gigantisch blij mee.

Na een uurtje te hebben gelopen had ze nog amper wat te eten gevonden behalve vier kokosnoten en een nest eieren. Het was nog een hele klus geweest om de eieren te pakken. Om een vreemde onverklaarbare reden vonden de vogels het niet zo leuk dat ze het nest leegroofde en hadden haar met z'n twintigen gelijk aangevallen. En alsof DAT nog niet erg genoeg was hadden ze haar ook nog hadden twee vogels het voor elkaar geregen om op haar te poepen. En meeuwen, dat waren de vogels poepen niet bepaald weinig. Als ze haar pistool toch had…

Het begon al te schemeren en Sue liep doodmoe terug naar het 'kamp. Daar stond tot haar grote verbazing al een vuurtje te branden, een klein hutje was gebouwd en god mag weten hoe er lagen rumflessen verspreid in het zand. Jack zat tegen een palmboom, zag er uitermate gelukkig uit en hield twee rumflessen in beide handen vast.

"So, luv, wat vind je van het kamp?"

Sue was diep onder de indruk. "Who Jack! Hoe heb je dit voor elkaar gekregen?"

Hij grijnsde. "Ach, ik heb al enige ervaring als het gaat om vastzitten op een eiland." Hij hield een fles rum omhoog en gooide hem in de richting van Sue.

Jamerg enoeg was Jack al een ehhe… tikkeltje aangeschoten en moest Sue bijna een salto maken om de fles op tijd te vangen.

Sue storten neer naast de palmboom, wierp Jack een boze blik toe omdat hij haar val aan het uitlachen was en maakte de fles open. Na drie slokken moest ze even haar hart luchten. "Getveredemen, ik zit hier nog geen dag en ik heb het al helemaal gehad!"

"Yeah, luv I know what ye mean."

Sue ging met een rode kop verder. "Tis niet alleen het geen eten, drinken, vuur of geen schuilplaats hebben…" Ze zag Jack's beledigde blik. "Behalve nu doen natuurlijk." Glimlachte ze lief en ging verder met haar verhaal. "maar het is heir ook zo bloody SAAI! Kijk op The Pearle was altijd wel IETS te doen. Of het nou dweilen, zuipen of zeilen is."

Jack luisterde niet echt en zat in z'n eigen gedacht te staren naar de zon die langzaam in het water zakte. "Ye know ,luv, there worser things then being trapped on a island…" Hij zuchte diep en bleef naar de zon staren.

Sue keek Jack van opzij aan. "Jack." Fluisterde ze zacht. "Hat is er gebeurt op Quebrabas?"

Het was een lange tijd stil. Jack wist niet of het wel zo'n goed idee was om het te vertellen. Hij had het de harde manier geleerd om als Captine nooit je zwakke plek te tonen, zelfs niet erover te praten.

Maar aan de andere kant wat had hij te verliezen? Hier was niemand anders behalve hij en Sue. Ze zou hem niet verraden. En ook had hij al een tijd het gevoel dat hij het kwijt moest.

Toen ik nog een kind was woonde ik in Quebrabas. Toen was het nog gewoon een rustig stadje. Alles ging altijd z'n gangetje en er was nooit iets erg aan de hand. Maar alles veranderde toen ik achttien werd. Die nacht werd m'n stad overvallen door piraten. Ze moorden het hele dorp uit inclusief m'n ouders." Jack slikte de herinneringen terug. "Ik zwoor wraak te nemen op de leider van de piraten. Jarenlater deed ik dat ook. Adrïas was z'n naam. Hij is een van de weinige mensen die ik echt heb laten lijden. Wat ik niet wist was dat ik z'n broer had laten ontsnappen." Z'n ogen werden spleetjes. "De vieze rat was hem gesmeerd zonder z'n broer te hulp te schieten. Ik dacht dat hij niets om z'n broer gaf. Jammer genoeg kwam ik te laat achter de waarheid. Z'n broer vond me, z'n broer Sebassis…."

Hij draaide z'n hoofd een kwartslag en keek Sue heel intens aan. De gloed van het vuur danste over z'n gezicht. Het maakte hem een beetje angstaanjagend.

Sue schrok een beetje van z'n blik en z'n verhaal en keek snel naar de grassprietjes op de grond, die plotseling heel interessant leken. Het was eng om Jack zo te zien. Ze had er nooit zo over na gedacht maar Jack was meer dan alleen die dronken,bazige, grappige en vindingrijke gozer. Hij had ook een donkere kant, die van een piraat, die van een moordenaar.

Na een paar minuten durfde Sue hem weer aan te kijken. "En wat is er in de toren gebeurt?" Zei ze zacht.

Jack ging met z'n rug gebogen tegen de palmbomen zitten en slikte terwijl zij nog steeds naar de nu donkere horizon staarde. " Sebassis verraste me midden op zee met een veel grote schip dan The Pearle. Na een paar voltreffers was the Pearle er slecht aan toe. Ik kon niks anders doen dan de witte vlag te hijsen. Sebassis maakte een deal met me. Hij zou de crew en The Pearle niets doen in ruil voor mij. Ik wilden het niet op een gevecht laten uitkomen. We waren met veel minderen en de Pearle was al zwaar gehavend. Dus ik ging vrijwillig mee. Hij nam me mee naar Quebrabas en gooide me in de hoogste cel zodat ik, als hij niet met me bezig was, kon zien wat hij mijn stad had aangedaan."

Hij pauzeerde even en ademde zwaar. "Maardat was nog niet het erste. Hij begon me leugens te vertellen. Langzaam begon hij de waarheid te verdraaien. Net zolang tot het hier." Hij tikte tegen z'n slaap. " Niet meer goed ging. Na een tijd begon ik te geloven wat hij me vertelde. IK had de crew verraden. IK had The Pearle zwaar gehavend achter gelaten, terwijl IK veilig weg zeilde. Ik was slecht. IK verdiende het. De crew haten me. IK kon net zo goed dood zijn. IK had niks meer om voor te leven." Hij slikte. "Ik was aan het breken…"

Hij draaide zich om naar Sue met een blik vol pijn, woeden, onzekerheid en angst. Toen veranderde blik, hij verzachten en werd haast dromerig. Hij glimlachte. "En toen kwam jij. Na alles wat ik je had geflikt, kwam je me helpen. Het had je dood kunnen zijn en toch kwam je." Hij grinnikte zachtjes. " Je moet wel een engel zijn… Een engel in duivelskleren."

Er glinsterde een traan op z'n wang en snel draaide hij z'n hoofd weg.

Sue zag het en kroop wat dichter tegen hem aan. Ze sloeg haar hand om z'n schouders. Het komt goed jack. Je bent Captine Jack Sparrow, niks of niemand krijgt jouw ooit klein."

Jack was blij met de troostende woorden en sloeg z'n arm om haar heen en drukte haar dicht tegen zich aan. God was was hij blij dat the little girl bij hem was…

Snif…. Aaaaaggggg wat… LIEF! ( waarschijnlijk zitten jullie allemaal te braken en vinden jullie het super mega zoetsappig. Maar het is wel eens leuk als ze elkaar NIET in de haren vliegen. Wees gerust, dat komt ECHT nog wel! Daarom vind ik het zo leuk om met Sue en Jack te schrijven, het ene moment vermoorden ze elkaar en het andere zijn ze LIEFFFF)

Maar goed, hopelijk vond je het wat

Luvzzz Sue-AnneSparrow

En vergeet niet te reviewen, ook al heb je geen zin. Bedenk maar dat je moi, een heel lief meisje (KUCH!) er een groot plezier mee doet. ( begint heel zielig en smekend te kijken, inclusief trillip.)