24. Terug naar het heden

Lily hoorde van James dat ze niet al te ver van Devon vandaan waren, en dat ze er binnen een dag naartoe konden lopen.

Vilijn wist niet hoe hij hen terug in de tijd kon sturen, dus vertelde Lily aan hem dat ze die ochtend al zouden vertrekken naar Devon.

'Waarom? Het is hier prachtig, Devon schijnt een vreselijk dorp te zijn', zei Vilijn.

'Toch gaan we. Het gaat ons heus niet om het dorp. Nog bedankt voor de gastvrijheid', zei Lily. Zij en James wilden de kamer uitlopen, maar Vilijn hield hen weer tegen.

'Jullie kunnen niet zomaar gaan!', zei hij terwijl hij zijn ogen tot spleetjes kneep.

'Waarom dan niet?', vroeg Lily.

'Omdat… het… het gaat stormen vandaag, het is heel gevaarlijk om nu weg te gaan', zei Vilijn.

'Als ik niet beter wist, zou ik zeggen dat je ons hier wilt houden', zei James argwanend.

'Ik wil jullie heus niet weg hebben, maar ik wil gewoon dat jullie niet verdwalen in een storm', zei Vilijn.

'We overleven het vast wel, en anders komen we wel terug', zei James. 'Bedankt en tot ziens'.

'Wacht, alsjeblieft!', riep Vilijn hen nog na.

'We gaan Vilijn', zei Lily ongeduldig.

'Ik krijg problemen als jullie gaan', zei Vilijn.

'Kijk, nou komen we ergens…', zucht James.

'Heeft Voldemort je opgedragen ons hier te houden, zodat hij ons kan vermoorden?', vroeg Lily.

'Nee, ik bedoel… Ja… hij zal mij vermoorden als hij erachter komt dat ik jullie heb laten ontsnappen', zei Vilijn.

'Hmm… Als jij zijn voorvader bent, hoop ik dat hij jou vermoord…', zei James grijnzend. 'Dan zou Voldemort niet eens bestaan!'.

'Dat lijkt me wel komisch', zei Lily grinnikend.

'Laat je maar vermoorden, dan voorkom je een heleboel ellende', zei James en voor de laatste keer deden Lily en James een poging om weg te lopen. Vilijn hield hen niet tegen… Want hij hoefde alleen maar aan Voldemort te vertellen dat hij zijn eigen ondergang tekende als hij hem zou vermoorden… Hij had niets meer te vrezen…

'Zijn we er al… we lopen al uren', zei Lily.

'Bijna liefje… je moet er wat voor over hebben hè'.

'Waarom konden we niet verschijnselen?', vroeg Lily.

'Dat hadden we kunnen doen, maar we wisten niet zeker waar Devon precies lag. Alleen welke kant we op moesten. We hadden wel ik weet niet waar kunnen belanden'.

'Als jij het zegt. Maar wat als Voldemort ons vind?', vroeg Lily.

'Als… als… Als hij als… laat maar… hij vind ons niet. Punt ', zei James.

Lily lachte. 'Jij bent echt maf', zei ze.

'Vroeger zei je dat heel anders', grijnsde James.

'Dat neem ik allemaal terug', zei Lily.

'Eindelijk. Het werd tijd', zei James.

'Hoe bedoel je?'

'We zijn er Lily, lieverd', zei James.

'Eindelijk'.

Ze waren aan de rand van een dorpje beland en zagen hoe de dorpsbewoners druk in de weer waren met hun handel. James en Lily besloten langs het dorpje te lopen en zo niet teveel aandacht te trekken.

'Nou, moeten we zijn huis nog vinden', zei James.

'Daar staat het', zei Lily, wijzend op een boerderijtje aan de rand van het dorp.

James staarde Lily aan. 'Hoe weet je dat?', vroeg hij.

'Omdat… hij daar in onze tijd ook nog woont en er stond een foto in ons geschiedenisboek', zei Lily.

'O, vandaar', zei James knikkend. Hij klopte op de deur en een vrouw deed open.

'Bent u Perenelle Flamel?', vroeg Lily. De vrouw knikte en lied hen binnen.

Nicolaas zat in een grote stoel voor de open haard een boek te lezen.

James kuchten en hij keek om.

'Goedemiddag', zei James. 'We komen u wat vragen'.

Hij legde hun probleem uit en Nicolaas knikte.

'Ja, ik heb nog ergens een amulet dat jullie terug stuurt naar waar jullie vandaan kwamen', zei hij. 'Het is wel gevaarlijk, jullie moeten precies op hetzelfde moment terugkomen als dat jullie hier kwamen. Net als bij tijdverdrijvers mogen jullie niet gezien worden', zei hij.

'Daar zorgen we wel voor. Het is in ieder geval te gevaarlijk om hier te blijven', zei James.

Flamel ging hen voor naar zijn laboratorium en haalde een klein amulet uit zijn kast.

Hij deed de ketting die eraan zat om hun halzen en prevelde een toverspreuk. Het amulet werd roodgloeiend.

'Bedankt, meneer Flamel', zei Lily.

'Graag gedaan. Als het kan… zouden jullie het amulet dan ooit terug kunnen brengen?', vroeg hij.

'We zullen het proberen', zei James.

'Goed dan. Tot ziens', zei Flamel.

Hij zei nog twee onverstaanbare woorden en Lily en James voelde zich wegglijden in een kolkende wereld vol kleuren.

James en Lily kwamen terecht vlakblij hun huis, midden in de nacht. Ze verscholen zich een tijdje, om zeker te zijn dat ze verdwenen waren en haastte zich toen naar Perkamentus. Voldemort zat nog in het verleden en wie weet wat voor schade hij zou aanrichten…

Lily en James vertelde het hele verhaal aan Perkamentus en hij beloofde dat hij terug zou gaan om Voldemort te dwingen om naar het heden terug te gaan.

'Professor, nog een ding…', zei Lily. 'Zou u dit amulet terug willen geven aan Nicolaas Flamel? Hij vroeg of we het misschien terug konden brengen'.

'Ik zal het hem geven', zei Perkamentus glimlachend.