Hoofdstuk 6
'Wat is het vandaag, Roos?', vroeg Lily tijdens de
pauze.
'29 mei. Hoezo?', vroeg Roos.
'Denk jij dat James
en Sirius het vergeten zijn om me uit te vragen als ik vijftien
wordt?', vroeg Lily.
'Nou, eerlijk gezegd. Nee. Ik weet wel
zeker dat ze dat niet gaan vergeten. Wanneer wordt je vijftien?'
'16
juni', zei Lily.
'Dat is tijdens de examens!', riep Roos
uit. 'Dan heb je geluk. Ze hebben vast geen tijd voor je als ze
moeten leren voor hun examens'.
'Nou, ik weet het niet hoor!
Ik vind het net iets voor hun om juist tijdens de examens me uit te
vragen', zei Lily.
'Nou. We zien het nog wel. Maar jij kan
toch ook gewoon 'nee' zeggen? Ze kunnen je moeilijk dwingen',
zei Roos.
'Ja, daar heb je ook weer gelijk in. Maar toch, ik
vind het zo lullig klinken als je ze afwijst', zei Lily.
De
weken gingen voorbij en voor Lily het wist was het alweer 16 juni en
was ze hard aan het leren voor haar S.L.IJ.M.B.A.L.len.
De
ochtend van Lily's verjaardag hadden James en Sirius Lily inderdaad
uitgevraagd. Lily had al haar moed bijeengeschraapt en gewoon nee
gezegd. Na hun examen verweer tegen de zwarte kunsten ging ze samen
met Roos en een paar andere meisjes aan de rand van het meer zitten
en keken toe hoe James aan de overkant met een snaai speelde.
'Wat
is het toch een ongelofelijke kwal zeg!', zei Lily.
'O god.
Wat gaat Sneep nou toch weer doen?', zei Roos.
'Hoe bedoel
je?'.
'Dat is niet zo slim van hem om zo dichtbij te gaan
zitten'.
'Nu zit hij het weer zelf uit te lokken, dat zie je
zo!', zei Lily. 'Ik ga er naar toe!'
'Moet ik meegaan?',
vroeg Roos.
'Als je echt heel graag wilt', zei Lily.
'Nou,
eigelijk liever niet, vind je het niet erg als ik je alleen laat
gaan?', vroeg Roos.
'Nee, natuurlijk niet. Ik ga jou toch niet
dwingen! Nou tot zo dan maar hè!', zei Lily.
Ze liep naar
James en zijn vrienden toe terwijl er roze luchtbellen uit de mond
van Sneep kwamen.
'Laat hem met rust!', zei Lily.
James en
Sirius keken om. De vrije hand van James schoot onmiddellijk naar
zijn haar.
'Is er iets, Evers?', zei James.
'Laat hem
met rust', herhaalde Lily. 'Wat heeft hij je gedaan?'
'Nou',
zei James, die deed alsof hij nadacht. 'Het is meer het feit dat
hij bestáát, als je begrijpt wat ik bedoel…'
'Je
denkt dat je leuk bent', zei Lily koeltjes, 'maar je bent gewoon
een arrogante misselijke pestkop, Potter. Laat hem met rust!'
'Oké,
als jij met me uitgaat, Evers', zei James. 'Kom op… ga met me
uit, dan zal ik Secretus nooit meer vervloeken'.
Achter hem
kroop Sneep langzaam naar zijn toverstok, terwijl hij nog steeds
zeepbellen uitspuwde.
'Ik ga nog liever met de reuzeninktvis uit
dan met jou!', zei Lily.
'Pech gehad, Gaffel', zei Sirius
opgewekt en hij keek weer naar Sneep. 'Hé, jij daar!'
Maar
het was te laat; Sneep had zijn toverstok al op James gericht. Er
volgde een lichtflits en er verscheen een diepe snee in de wang van
James. Het bloed spatte op zijn gewaad. James draaide zich
bliksemsnel om en na een tweede lichtflits hing Sneep plotseling
ondersteboven in de lucht. Zijn gewaad viel over zijn hoofd, zodat er
twee magere, bleke benen en een grauwe onderbroek zichtbaar
werden.
James, Sirius en Peter schaterde het uit.
'Laat hem
zakken!', zei Lily.
'Natuurlijk', zei James. Hij hief zijn
toverstok op en Sneep viel in een slordige hoop op de grond neer. Hij
ontwarde zich uit zijn gewaad en krabbelde vlug overeind met zijn
toverstok in de aanslag, maar Sirius zei: 'Petrificus Totalus!'
en Sneep viel weer op de grond, zo stijf als een plank.
'Laat
hem met rust!', schreeuwde Lily en ze trok haar eigen
toverstok.
'Kom nou, Evers, je wilt toch niet dat ik jou ook
vervloek?', zei James dreigend.
'Hef die vloek dan op!', zei
Lily.
James zuchtte diep, maar keek toen naar Sneep en mompelde de
tegenvervloeking. '
'Alsjeblieft', zei hij, terwijl Sneep
overeind krabbelde. 'Je boft dat Evers er was, Secretus –'
'Ik
heb geen hulp nodig van smerige Modderbloedjes zoals zij!'
Lily
knipperde met haar ogen.
'Nou goed', zei ze koeltjes. 'Dan
knap je het voortaan zelf maar op. En ik zou m'n ondergoed maar
eens wassen als ik jou was, Secretus!'
'Maak je excuses tegen
Evers!', bulderde James en hij richtte zijn toverstok op Sneep.
'Ik
wil niet dat jij hem dwingt om zijn excuses te maken', riep Lily en
ze keek James woedend aan.
'Wat!', piepte James. 'Ik zou je
NOOIT een – een jeweetwel noemen!'
'Steeds maar je haar door
de war maken, omdat het dan lijkt alsof je net van de bezem bent
gestapt, steeds maar laten zien hoe goed je bent met die stomme
Snaai, op de gang iedereen vervloeken die je niet aardig vindt, omdat
je dat toevallig zo goed kunt – je hebt zo'n gigantisch ego dat
het me verbaast dat je bezem nog van de grond komt. Ik word ziek van
je!'
Lily draaide zich abrupt om en liep weg.
'Evers!',
riep James haar na. 'Hé, Evers!'
Maar Lily keek niet
om. Als James eens zou weten hoe Sneep zich voelt. Al kon Sneep haar
ook niet al te veel meer schelen. Ze probeerde hem te helpen en dan
werd ze uitgescholden voor Modderbloedje. Lily liep weer terug naar
Roos en keek hoe professor Anderling James en Sirius tegen hield om
de onderbroek van Sneep uit te trekken.
'Wat een stelletje
arrogante kwallen zeg!', zei Lily boos.
'Ja, ze worden steeds
erger en iedereen vind ze leuk', zei Roos die naar het lachende
publiek van James en Sirius keek.
'Ik snap niet waarom Remus ze
niet tegen houdt! Misschien dat ze wel naar hem zouden luisteren',
zei Lily.
'Eh… Lily. Ik moet je wat vertellen. Ik heb
aanstaande zaterdag een date met Remus', zei Roos.
Lily wist
niet wat ze moest zeggen. Ze zag aan Roos haar gezicht dat ze het
meende en besloot om te lachen.
'Wat is er zo grappig?',
vroeg Roos.
'Nou, kijk. Eh, niks. Ik vind het gewoon grappig
denk ik', zei Lily.
'Dus je lacht me niet uit?', vroeg
Roos.
'Nee, joh, hoe kom je daar nou bij?', zei Lily.
'Nee,
laat maar', zei Roos en ze glimlachte.
'Wat moet ik aandoen?',
vroeg Roos.
'Gewoon iets leuks', zei Lily.
'Wat is
leuk?', vroeg Roos.
'Dat moet jij bepalen. Het is jouw date!',
zei Lily.
Ze hadden het de rest van de week niet meer over het
afspraakje van Roos. Veel tijd om het ergens over te hebben was er
ook niet. Ze hadden het veel te druk met leren voor de examens.
Vrijdag brak aan en Roos was de hele dag zenuwachtig. En elke keer
als ze Remus zag werd ze rood. Tijdens het middageten begon Lily weer
over het afspraakje.
'Je vind hem toch leuk of niet?', vroeg
Lily. 'Waar moet je je dan druk om maken?'
'Ik weet niet
zeker of hij mij wel leuk vind', zei Roos.
'Heeft hij je uit
gevraagd of heb jij dat gedaan?', vroeg Lily.
'Hij', zei
Roos.
'Nou, dan vind hij je leuk. Oh, kom op zeg, stel je niet
zo aan! Het kan altijd erger', zei Lily grinnikend.
'Kan ik me
niet voorstellen', zei Roos.
'Kom je in de vakantie nog
logeren? Mijn zus gaat trouwen en ik haat bruiloften. Als jij mee mag
is het vast leuker', zei Lily.
'Is goed', zei Roos. Het was
duidelijk dat niets haar van haar zenuwachtigheid af kon helpen.
'Hé
Evers!', hoorde Lily achter hen. Ze keek om. Het was James
Potter.
'Wat?', vroeg Lily boos.
'Ik wilde even zeggen
dat het me spijt!', zei James. Hij leek behoorlijk overstuur en aan
zijn gezicht te zien meende hij het.
'En waarom vertel je dat
nu pas? Heb je er zo lang over gedaan om te bedenken hoe je 'het
spijt me' moet zeggen?', zei Lily geïrriteerd.
'Nee, ik
bedoel ja, ik – ah, kom op Evers ik zeg toch dat het me spijt?',
zei James.
'Ja, oké ik geloof je', zei Lily.
Maar
James bleef staan.
'Wat wil je nou?', vroeg Lily boos.
'Kan
ik je even onder vier ogen spreken?', vroeg hij.
'Oké,
oké!', zei Lily ongeduldig.
Ze zochten een leeg lokaal.
Lily ging op een tafel zitten James op een er tegenover.
'Wat
is er aan de hand?', vroeg Lily.
'Nou, kijk. Ik weet waarom je
het niet leuk vind dat ik Sneep pest en daarom heb ik besloten er
maar mee op te houden', zei James.
Lily geloofde haar oren niet.
James, die ophoud met het pesten van Sneep?
'Hoe weet jij waarom
ik dat niet leuk vind?', vroeg Lily nieuwsgierig.
'Van Remus.
Hij hoorde het weer van Roos', zei James.
'Aha. Nou, oké
dan. Weet je trouwens wel zeker dat je kúnt ophouden?',
vroeg Lily.
'Ik zal het proberen', zei James.
'Nou doei
dan maar hè!', zei Lily en ze liep het lokaal uit en liet
een verbaasde James achter.
