Hoofdstuk 2! Persoonlijk vind ik mijn schrijfstijl hier erg slecht, aangezien ik dit een jaar geleden heb geschreven... Het wordt steeds beter in de volgende chapters! Nja, Enjoy it!
Chapter 2 – Het mysterie van het Pokémon-ei
Tyrell zat op een bankje naar zijn landkaart te staren. Waar moest hij nou naartoe? Er waren zoveel steden en zoveel Pokémongyms, dat hij niet wist waar hij nou eerst naartoe moest. Saffron City? Lavender Town? Celadon City? Een Bootreis naar Viridian City of Fusia City?
Na een tijdje piekeren besloot hij toch naar Lavender Town te gaan. Daar was geen Pokémongym, zodat hij tijd had zijn Pokémon te trainen.
Hij stond op en liep nu vastberaden naar het oosten. Aan de rand van de stad keek hij toch nog even om. Hij zou zijn geboortestad een hele tijd niet terugzien. Maar tegelijkertijd maakte hem dat ook heel gelukkig. Hij was eindelijk weg, eindelijk op reis!
Tyrell glimlachte in het licht van de ochtendzon. Hij zette de pas er flink in. De stad achter hem werd kleiner en kleiner, hoge gebouwen werden vage schimmen. Het gezoem van de drukke stad maakte plaats voor rustig vogelgekwetter en het ritselen van het gras bij een flinke windbries. Langzaam werd het middag. Tyrell begon honger te krijgen en wilde net wat brood uit zijn rugzak halen toen hij een oude vrouw op de grond zag liggen. Hij rende eropaf.
'Mevrouw, bent u gewond?' De vrouw keek op.
'Welnee jongeman!' zei de oude vrouw lachend.
'Maar waarom ligt u dan hier op de grond?' vroeg Tyrell. De vrouw ging op haar hurken zitten.
'Omdat ik zojuist dít heb gevonden.' Ze haalde iets uit het struikgewas. Het was een groot kleurig ei. Tyrell's ogen werden groot.
'Weet jij wat dit is, jongeman?' vroeg ze aan hem.
'Dat is een Pokémon-ei! Die zijn heel zeldzaam!'
'Een Pokémon-ei? Komen Pokémon dan uit eieren, beste jongen? Ik heb altijd gedacht dat Pokémon van de maan komen…' De oude vrouw keek verward.
'Nee mevrouw, dat is niet zo. Maar het is pas kort geleden ontdekt.' zei Tyrell.
'Ah, vandaar. Hier, hou het eens vast, jongen.' De vrouw gaf het Pokémon-ei aan Tyrell en stond moeizaam op.
'Hoe heet je eigelijk, jongeman?' vroeg ze.
'Tyrell,' zei hij.
'Noem me maar Lydia. Zeg Tyrell, waarom kom je niet lunchen in mijn huis een eindje verderop? Het moet nu toch wel lunchtijd zijn en je zult vast wel honger hebben, hè?'
'Dankjewel, Lydia, graag!'
Even later zat Tyrell gretig in een broodje te happen. Het was zelfgemaakt brood en hij vond het verrukkelijk.
'Fijn dat je het zo lekker vind,' zei Lydia, terwijl ze hem zag smullen. 'Mijn kleinzoon vond het ook altijd zo lekker. Helaas is hij op reis, hij wil namelijk een Gymleider worden. Hij is nu al een paar maanden weg…'
Opeens moest Tyrell aan zijn eigen oma denken. Zou zij hem ook zo missen? Hij slikte een net te grote brok brood in en verslikte zich. Hoestend kwam het er weer uit, kauwde er nog een paar keer op, en slikte het toen opnieuw door. Getver.
Op dat moment werd de deur open gedaan door een oude man, die zo te zien hard had gewerkt.
'Hallo, lieverd… Hé, wie is die jongen?' zei hij.
'Hallo, dit is Tyrell. Ik heb hem op de weg ontmoet. Hij is net aan zijn Pokémonreis begonnen, en kijk eens wat ik heb gevonden? Een Pokémon-ei!'
'Zo, zo. Komen de Pokémon tegenwoordig uit eieren?'
'Dat is wat hij zegt…'
Tyrell stond op en gaf de man een hand.
'Hallo, Tyrell. Ik ben Kobi.' zei de man.
'Hallo Kobi,' zei Tyrell.
'Wat moeten we met dat ei doen?' vroeg Lydia. 'Het moet constant warm worden gehouden en dat kan niet als wij de hele dag werken.'
'Nee,' zei Kobi, 'dat lijkt me inderdaad geen goed plan. Wat denk jij, jongen? Kan jij het ei warm houden en het laten uitkomen?'
'Ik denk van wel,' zei Tyrell, 'als ik het in mijn rugzak houd zal het wel warm blijven. En ik kan het af en toe extra warm wrijven.'
'Goed,' zei Kobi, 'dan is het ei van jou.'
'Heel erg bedankt!' zei hij, en hij nam het ei aan en stopte het voorzichtig in zijn tas.
Na de lunch ging Tyrell samen met Kobi en Lydia naar hun grote tuin. Het was een prachtige tuin zó vol met kleurige bloemen dat je ogen er pijn van deden. Tyrell keek vol verwondering om zich heen.
'Het is prachtig!' zei hij. Kobi lachte.
'Ja, dat komt allemaal door onze lieve Bellossom!' Bij het horen van die woorden sprong er een Pokémon uit de bloemenzee op en riep vrolijk haar naam. Bellossom huppelde naar haar baasjes toe.
'Bellossom zorgt samen met ons voor de tuin,' zei Lydia, 'in het voorjaar, nu dus, zorgen we extra goed voor de bloemen zodat we ze kunnen verkopen. Maar dankzij Bellossom's zaad kunnen we ook in de winter bloemen kweken en verkopen, hoewel de bloemen dan toch wel wat zwakker zijn.'
'Wat mooi!' zei Tyrell. Opeens herinnerde hij zich dat hij ook een Pokémon had. Hij liet de Charmander aan Kobi en Lydia zien.
'Wat een lieve Charmander,'zei Lydia.
'Hoe kom je daaraan?'vroeg Kobi. 'Vuur-Pokémon leven hier toch helemaal niet in de buurt?'
'Ik heb hem van mijn grootouders gekregen,' zei Tyrell.
Na nog een tijdje te hebben staan praten vond Tyrell dat het tijd was om te vertrekken. Hoe leuk hij het ook vond, hij wilde zo snel mogelijk naar Lavender Town. Kobi en Lydia wezen hem verder de weg.
'Op een gegeven moment kom je bij een donker bos aan waarin je gemakkelijk kunt verdwalen. Blijf zoveel mogelijk op de weg, ga níét van de weg af! Dan kom je vanzelf in Lavender Town.'
Hij nam afscheid van Lydia en Kobi en volgde toen het pad. Aan het einde van de dag zag hij het bos al opdoemen. Het bos was inderdaad groot en donker en Tyrell voelde er niks voor om daar in te overnachten. Dus stopte hij aan de bosrand, kroop in zijn slaapzak en viel meteen in slaap.
