A/N Ja, ik weet het, het vorige hoofdstuk was zo kort, maar deze word langer, oké? Mooi.
Hoofdstuk 8
(( Ryou Bakura ))
Het is alweer 3 dagen geleden dat ik Seto kuste, hij was vrijdag niet op school en daarna hadden we weekend. Het vervelende is, ik ga altijd eens goed nadenken over alles wat ik ben en wat ik doe, en ik moet toegeven dat ik zelf... Niks voorstel.
Ik ben een enge, eenzame, zielige, in zichzelf snijdende homo. Ik ben niks. Ik ben niemand. Hoelang ik er ook om kan gaan huilen, hoeveel hulp ik ookvraag, ik weet dat het zo is en dat het zo blijft. En het zal niemand kunnen schelen.
Voordat ik de deur uitloop check ik nog even of de pleister goed op de nieuwste sneeën zit. Dat krijg je nou eenmaal, als je Ryou heet en eens goed nadenkt over dit soort dingen. Eigenlijk wil ik het liefste wegblijven van school, wegblijven van Seto...
Zou hij kwaad op me zijn? Zou hij aan iedereen vertellen dat ik verliefd ben op hem? Nee, zo is hij niet... Toch?
Als ik op school ben zie ik Yugi en Co alweer staan, dus ik loop snel door voordat ze me zien. Als ik de klas binnenloop zie ik hem zitten, met een laptop op zijn tafel. Hij kijkt op met de meest verwarde blik die ik ooit bij hem zag. Hij heeft donkere wallen onder zijn ogen en hij ziet lijkbleek. Wat zou er met hem zijn?
"Ryou, vandaag uit school ga jij met mij mee naar huis. We moeten praten," zegt hij met een schorre stem. Ik knik hem alleen toe en vlak daarna loopt de rest van de klas al binnen.
Joey als eerst. "Hé, Kaiba. Ik zou maar uit de buurt blijven van Ryou, of ik doe je wat."
"Dat zou ik wel eens willen zien, puppy."
"Noem me niet zo!"
"Mensen, iedereen gaat rustig op zijn plek zitten, als dat niet gaat lukken, en ik zal geen namen noemen, Joey Wheeler, dan zet ik je de klas uit en mag je het verloren lesuur dubbel in gaan halen." De klas gniffelt, maar Joey gromt alleen maar wat onverstaanbaars naar de lerares.
En dan beginnen de eindeloos lijkende lesuren...
(( Seto Kaiba ))
Over een paar minuten hebben we pauze. Ik ben benieuwd of Ryou ook echt met me mee komt, maar het probleem is... Wat moet iknou helemaaltegen hem zeggen? Ik heb echt geen flauw idee. Er zijn zoveel dingen die ik hem zo graag wil vertellen en toch blijf ik stil iedere keer dat hij bij me komt staan, of me met die chocoladebruine ogen aankijkt. Ik kan er echt niet meer tegen.
Ik heb geprobeerd hem uit mijn hoofd te zetten, en het wil maar niet lukken, hoe erg ik me ook inspan.
Hoe kan een stille, verlegen, maar toch zo een aantrekkelijke jongen me zo snel voor zichzelf winnen? Hoe kan ik van de hak op de tak ineens gek van hem zijn? Hoe...
En het lijkt allemaal zo onmogelijk. Zo ver weg... En tegelijkertijd zit hij voor mijn neus, en is hij bijna voortdurend binnen handbereik... Handbereik... Hoe graag zou ik met hem hand in hand lopen, en met hem lachen enpraten... Seto, Seto, Seto, weet je dan niet dat dromen en realiteit niet samengaan? Kaiba, waar zit je? Kom terug. Ik wil de veilig gebouwde muren die ooit om mijn hart zaten terug. Ik wil dat de Seto, die verliefd is op Ryou, weer veilig weggestopt word. Ook al wil ik dat aan de andere kant niet... Want hij hééft me toch gekust, ook al betekende het waarschijnlijk veel minder voor hem dan voor mij... Of toch niet?
Daar gaat de bel maar voordat de leerlingen enthousiast de klas uitstormen heeft de lerares wat mee te delen. "Mensen, blijf nog even zitten. Ik geef jullie nu vrij, want jullie leraar Engels is ziek en is thuis. Dus pak jullie spullen maar, jullie zijn uit."
Alle leerlingen hollen met vrolijke gezichten de klas uit, om te gaan voetballen of basketballen op het plein. Of om met hun vrienden te gaan hangen in het park en leuke meiden spotten. En de meisjes die leuke jongens gaan spotten. Maar hoe had ik verlangd naar een langere schooldag. Ik weet totaal nog niet wat ik moet zeggen... Ik heb tijd nodig.
"Seto, jij wou toch met me praten?" Ryou staat voor mijn tafeltje. Iedereen is al lang de klas uit. We zijn alleen.
"Wie had je ooit toestemming gegeven mijn voornaam te gebruiken?"
"I-ik... Jij had t-toch... Ik bedoel, het spijt m-me, Kaiba..." O, dat is waar, ik had hem toestemming gegeven, wat zal hij wel niet denken van me? Kaiba gaat vanaf nu door het leven als een softie?
"Hm... Zal wel, we gaan naar mijn huis. We moeten nodig praten."
Hij loopt met een gebogen hoofd achter me aan. Waarom moet hij toch altijd al die zachte, aardige gevoelens in me naar boven halen. Waarom wil ik mijn excuses aanbieden voor het zo onaardig zijn?
Als we in de limousine stappen volgt er een stille, onaangename rit.
Thuis aangekomen loop ik eerst naar de keuken. Ik hebsnel aspirine nodig.
"Gaat het goed met je, Kaiba?"
"Prima. Volg mij. We gaan naar mijn kamer toe."
"Zit." Commandeer ik hem zodra we in mijn kamer zijn. Hij gaat meteen zonder wat te zeggen op het randje van mijn grote bed zitten. Dit is de eerste keer dat iemand anders, naast Mokuba of mij, of een van de schoonmakers, mijn kamer in komt. En ik mag het wel. Ik mag hém wel. Ik mag het, de manier waarop hij in mijn kamer stilletjes zit af te wachten op wat ik heb te zeggen. Het probleem is, wat moet ik zeggen... Hij staart me aan, maar zodra hij ziet dat ik het zie, kijkt hij weer verlegen naar de grond.
"Ik... Weet niet goed, wat ik met jou... Met dit aan moet..." Begin ik ongemakkelijk, terwijl ik naast hem ga zitten op mijn bed. Ik hou hem goed in de gaten vanuit mijn ooghoeken.
"Ik ook niet... Maar als je niet wilde dat ik je kuste... Het spijt me zo vreselijk, ik kon er niks aan doen... Ik snap het ook niet meer," zei hij paniekerig, ook al probeert hij nog kalm te lijken.
Hij is zo verschrikkelijk mooi. Niet alleen van de voorkant, ook van de zijkant, zoals ik hem zie vanuit mijn ooghoeken. Hij blijft stilletjes wachten op wat ik verder te zeggen heb.
"Ik... Sinds de dag dat jij me kuste, is er iets gebeurt vanbinnen. Ik voel me warm, iedere keer als jij dicht bij me bent. Je hebt al die stevige muren om mijn hart weten af te breken, zonder dat jij het in de gaten had... En ik weet niet wat ik moet doen... Het klinkt alsof ik ziek ben in mijn hoofd, ik weet het, maar ik meen het... Ik denk dat ik van je hou. Je zal me nu waarschijnlijk haten en dat begrijp ik volkomen, ik begrijp het volkomen als jij nu opstaat en wegrent..." Ik sluit mijn ogen in angst van wat er gaat gebeuren.
Ja, daar gaat hij al. Ik hoor het bed kraken, wat betekent dat hij is opgestaan. En dan zal zometeen het gekraak van de deur wel komen, als hij de kamer uitloopt. Maar... Het duurt wel erg lang...
Ik open heel voorzichtig mijn ogen, en ik kijk recht in twee prachtige bruine ogen. Hij is zo dichtbij. Ik voel zijn adem over mijn gezicht gaan. Hij veegt voorzichtig een pluk haar achter mijn oor en dan glimlacht hij.
"Ik hou ook van jou, Seto Kaiba," en voordat ik het weet voel ik zijn lippen tegen die van mij aangedrukt. Ik ben te verbaasd om het meteen te laten doordringen.
Als hij merkt dat ik hem niet terugkus, drukt hij zich van me af. Hij kijkt me vragend aan en dan staat hij op. Als hij wil weglopen pak ik hem beet bij zijn hand en trek hem terug. Hij kijkt me verbaasd aan.
Ik grijns triomfantelijk naar hem en dan kus ik hem vol op zijn mond en sla mijn armen om zijn middel. Hij is even verbaasd, maar ik voel hem dan glimlachen in de onverwachte kus en hij slaat zijn armen om me heen. Terwijl zijn tong over mijn lippen glijd en ik gulzig mijn mond open voor meer, aait hij door mijn haar en duwt me voorzichtig naar achteren.
Ik kijk hem aan als hij boven op me gaat zitten. Hij drukt zachtjes mijn armen boven mijn hoofd. Hij buigt naar voren om me nog eens te kussen. Zijn lippen gaan van mijn lippen naar mijn oor en als ik zijn hete adem tegen mijn oor voor kietelen, slaak ik een zucht van verlangen. Hij kust me zachtjes in mijn nek en zijn handen strelen over mijn heupen. Mijn handen glijden als vanzelf onder zijn shirt om de zachte huid van zijn rug te voelen.
Hij trekt mijn shirt uit en kust me op mijn buik, mijn borst, ieder plekje raakt hij aan. Maar ik vind het niet fijn om onderop te liggen, dus rol ik hem over zodat ik nu boven op hem lig. Hij helpt me als ik zijn shirt over zijn hoofd trek. Hij heeft zo een mooi lichaam... Alleen ik zie allemaal krassen op zijn arm. Ik wist het eigenlijk al dus ik streel voorzichtig over de littekens, om te laten zien dat hij niet beschaamt hoeft te zijn tegenover mij.
Zijn handen glijden van mijn heupen naar mijn onderbuik naar mijn gulp. Hij maakt het snel open en ik voel zijn hand in mijn boxer glijden. Hij streelt zijn hand over mijn erectie. Ik kreun onder een snelle, harde zoen van hem. Als ik mijn ademhaling voel versnellen met de seconde, houd iets me opeens tegen. Hij merkt het.
"Wat is er aan de hand, lief?" vraagt hij met een bezorgd gezicht.
Ik rol van hem af en ga op de rand van mijn bed zitten terwijl ik een diepe zucht slaak. Gozaburo... Hij heeft me dat een keer aangedaan, ik zal het nooit vergeten.
"Het spijt me, Ryou. Het lukt niet... Gozaburo, hij... Ik ben er nog steeds niet helemaal overheen. Ik schaam me er zo voor. Die bastaard... Hij heeft me... Hij heeft me verkracht, meerdere malen zelfs."
Als hij zijn armen om me heen slaat en me zachtjes terug op het bed trekt, barst ik in snikken uit. De eerste tranen in... Meer dan 4 jaar tijd. Ik leg mijn hoofd op zijn kleine, nog onbehaarde borst en leg mijn arm over zijn buik. Hij aait me door mijn haren en fluistert zacht lieve woordjes in mijn oor. Zo blijven we liggen tot we allebei in slaap vallen.
