HOOFDSTUK 4

Misty

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Ik open mijn ogen. Waar ben ik? O ja, het café de Lekke Ketel. Snel sta ik op om de klop op mijn deur te beantwoorden. Als ik de deur open kijkt Severus me aan met de gebruiktelijke frons. Zou hij weten dat hij altijd zo kwaad kijkt?

"Kom je zo beneden? Ik heb het eten besteld."

Ik knik en hij vertrekt naar beneden. `

Snel trek ik mijn kleren aan en neem mijn cape en zak met munten mee.

Wanneer ik de deur uit wil stormen zie ik de brief van Zweinstein op het bureau liggen en gris hem nog snel mee.

Beneden zie ik dat Severus al is begonnen met eten en snel schuif ik aan.

De barman komt mijn eten al brengen.

Ik eet met smaak mijn luxe ontbijt op.

Ik heb er zelfs een ei bij gekregen!

Severus is al klaar en kijkt toe terwijl ik snel mijn bord leeg eet.

Ik zie hoe hij opstaat en zijn cape omdoet.

Snel doe ik hetzelfde.

Hij zegt niets.

Deze stilte bevalt me helemaal niet.

Hij schijnt er geen moeite mee te hebben.

Ik loop achter hem aan de deur achter de bar door naar het binnenplein.

Hij draait zich om en begint te praten.

Eindelijk.

"Ik heb je gisteren al vertelt dat ik weg moet. Morgen moet je met de trein naar Zweinstein, hier is je kaartje."

Ik neem het kaartje aan en stop hem diep in een zak.

"Ik heb een dreuzeltaxi besteld om je naar King's Cross te brengen. Hier heb je wat dreuzelgeld."

Ik ontvang ook het geld.

Ondertussen heb ik begrepen dat het woord 'dreuzel' staat voor alles wat te maken heeft met niet-tovenaars.

Een beetje verbluft kijk ik naar het geld in mijn hand en pak het zakje met tovenaarsgeld.

Ik gebaar met het zakje naar hem en hij begrijpt het.

"Ik heb alles op de rekening van de Lekke Ketel gezet, dus je moet Tom de barman morgen terugbetalen." Zegt hij. "Niet vergeten!" Voegt hij nog snel toe en kijkt me even aan.

"Ik geloof dat ik je alles heb vertelt. Als je nog vragen hebt kun je ze stellen aan Tom. Je kunt ze opschrijven, ik heb hem al vertelt dat je niet kunt praten."

Hij draait zich om en tikt weer driemaal op de muur.

De poort opent zich en Severus draait zich weer naar me toe.

"Tot ziens." Zegt hij en na een aarzeling strijkt hij een keer over mijn hoofd.

Stomverbaasd kijk ik hem aan.

Snel vertrekt hij weer door de deur en na hem nog even verbluft nagekeken te hebben stap ik onzeker de Wegisweg op.

Ik loop langs de etalages en probeer te bedenken wat ik het eerste zal doen.

De prijzen bekijkend en vergelijkend met wat ik in mijn zak heb zitten kom ik tot de conclusie dat ik best veel geld op zak heb.

Ik denk dat het het beste is als ik eerst iets koop waarmee ik al mijn spullen kan vervoeren.

Ik koop denk ik een hutkoffer als die van Severus.

Ik hoef niet lang te zoeken voor een geschikte winkel en heb even later een prachtige, grote, zwarte hutkoffer op wieltjes.

Die leek me wel makkelijk.

Nou, waar moet ik beginnen?

Ik denk dat ik gewoon alle winkels af moet gaan en kopen wat ik nodig heb, maar alleen wat ik nodig heb, want ookal is het geld in mijn kluis een fortuin waard, ik moet er in ieder geval mijn schooljaren mee doorkomen, hoeveel het er ook zijn.

Ik loop alle winkels af en heb na anderhalf uur alle dingen die ik nodig heb – ik heb zelfs aan de extra keveroogjes gedacht en een paar nuttige boeken gevonden over Zweinstein en de toverwereld – behalve een toverstok.

Severus had het gehad over Olivander.

Waar is die?

Besluiteloos kijk ik rond.

O daar, naast Braakbal's Uilenboetiek.

Voorzichtig loop ik het duistere winkeltje binnen en zet mijn koffer in de hoek.

Ik loop naar de toonbank en zie dat er een oude man achter stond die opkijkt van zijn schrijfwerk terwijl ik op hem af loop.

"Dag jongedame, helemaal alleen?" Zegt hij terwijl ik hem voorzichtig aankijk.

"O, maar nu zie ik het." Met een zilverachtige blik bekijkt hij me van top tot teen. "Ik wist niet dan ze een dochter had. Geen wonder dat je alleen bent."

Met hoop in mijn ogen kijk ik de man aan.

Hij kende mijn moeder.

Mijn moeder, Melissa Maanlicht, met ouders en voorouders van 'zuiver' bloed, daarom…

Ik kom weer niet verder en dat werkt zeer frustrerend.

Misschien kan hij er meer over vertellen, maar hij heeft zich al van mij afgewend en zoekt in een van zijn laden.

Hij haalt een meetlint tevoorschijn.

"Zou u uw stafarm uit willen steken?"

Ik neem aan dat hij de arm bedoelt waarmee ik de meeste dingen doe en steek mijn rechterarm uit.

Hij begint alles te meten en terwijl hij daarmee bezig is zegt hij: "Elke toverstok van Olivander bezit een kern van een krachtige magische substantie. We gebruiken, eenhoornharen, de staartveren van de feniks en het hartenbloed van draken. Geen twee toverstokken van Olivander zijn hetzelfde, net zoals ook geen twee eenhoorns, feniksen en draken hetzelfde zijn. En uiteraard bereikt u nooit zo'n goed resultaat met de stok van een andere tovenaar."

Het klonk alsof hij dat al heel vaak had vertelt.

Hij was bezig met alles te meten en met alles bedoel ik ook echt alles, hij meet zelfs de afstand tussen mijn neusgaten en ik zie nu dat het meetlint alles uit zichzelf doet.

Hoe doet hij dat?

Magie natuurlijk.

Ik neem mezelf voor om van niets meer op te kijken.

Ik heb al zoveel gezien in die winkels.

Schrijfveren die vanzelf schrijven, boeken die kunnen lopen, kistjes van 10x10 cm die zelfs een olifant kan bevatten en nog veel meer.

Op een bevel van Olivander valt het meetlint in kluwen op de grond neer en Olivander gaat op zoek naar een geschikte toverstok tussen de duizenden doosjes die in de winkel liggen.

"Hier, probeer deze eens. eenhoornhaar en taxushout. Zevenentwintigeneenhalve centimeter lang. Vrij stevig. Zwaai er maar eens mee."

Ik doe wat hij zei en ik zwaai ermee. Er gebeurt helemaal niets. Hij neemt de toverstok weer van me aan en stopte een andere in mijn hand.

"Deze dan. Feniksveer en berken. Vijfentwintig centimeter."

Ik probeer weer, maar er gebeurt weer niets. Dan de volgende.

"Eenhoornhaar en ebbenhout, eenentwintigeneenhalve centimeter. Lekker veerkrachtig."

Weer niets.

Wanneer gebeurt er nou wat?

Op wat zit hij eigenlijk te wachten.

Het angstige gevoel dat ik toch niet in deze wereld thuis hoor begint aan me te knagen en wordt steeds erger naarmate ik meer en meer stokken uitprobeer.

Stok numero twintig.

Olivander begint ook steeds wanhopiger te kijken.

"Een hele lastige klant, niet? Nou, probeer deze eens. Drakenbloed en berken. Negentien centimeter. Vrij stevig."

Er gebeurt weer niets en treurig kijk ik hem aan.

"Ik weet het ook niet. Zoiets is me nog nooit overkomen." Zegt hij tegen me en schud zijn hoofd meewarig.

En opeens zie ik iets in zijn ogen gebeuren.

"Wacht eens," Zegt hij en haastig loopt naar een klein deurtje helemaal in de hoek van de winkel en verdwijnt om even later weer tevoorschijn te komen met een prachtig versierd doosje.

Voorzichtig verwijdert hij de deksel met de afbeelding van een slang kronkelend om wat lijkt op een witte veer.

Een beetje aarzelend pak ik de bijna lichtgevende staf die hij me aanreikt.

Op het moment dat mijn vingers zich krullen om het koele materiaal wat absoluut niet aanvoelde als hout, voel ik een golf van macht uit de staf door mijn lichaam gieren.

De staf trilt als een bezetene en begint te gloeien om het winkeltje in een blauwig licht te hullen wat steeds sterker wordt en me bijna verblind.

Door mijn wimpers heen zie ik hoe zich iets begint te vormen in het licht.

Verbaasd zie ik hoe er uit het niets een paard verschijnt.

Niet zomaar een paard.

Een zuiver wit paard met enorme vleugels.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Hij glimlacht geforceerd. "Ik wist wel dat het eenhoornhaar moest zijn."

Hij pakt de toverstok voor me in.

Ik betaal hem de zes Gouden Galjoenen en vervloekte mezelf dat ik niet kan praten.

Zuchtend stop ik het kleine pakje bij mijn boeken en schrijfgerei in de hutkoffer.

Voordat ik naar buiten loop die ik Olivander druk bezig met perkament en veer, een uil zittend op zijn schouder.

Zonder twijfel gaat hij iemand schijven om te vertellen over wat ik gedaan heb.

Een triomfantelijke glimlach speelt om mijn lippen.

Buiten aangekomen bekijk ik de inhoud van mijn leren zakje.

Ik heb geloof ik nog best veel over.

Dan ga ik een uil kopen.

Ik loop Braakbal's Uilenboetiek binnen en kijk mijn ogen uit.

Wat een boel uilen!

Ze hebben echt alle soorten en maten.

"Kan ik u helpen?" Vraagt een verkoopster achter me en ik maak een gebaar dat ik rond wil kijken.

"O, u wilt rondkijken? Dat is goed, roep me maar als u iets hebt gevonden."

Ik knik.

Het is moeilijk om te kiezen.

Ze hebben vanalles.

Kerkuilen, Bosuilen, Sneeuwuilen.

Ook een enorme oehoe.

Met uilen kun je brieven bezorgen.

Brieven!

O nee, ik ben Misty vergeten!

O jee, nu zal ze al helemaal een hekel aan me hebben.

Ik wil al terugrennen naar de Lekke Ketel, maar ik bedenk dat ik beter eerst wat kleren kan kopen.

De enige die ik heb, zijn de kleren die ik aan heb.

Dus ik ren naar Madam Mallekins en koop nog een jurk, twee truien en twee broeken.

Het viel me op dat ze er ook gewone kleren hadden, maar daar maakte ik me niet druk over want ik ren alweer terug naar de Lekke Ketel.

Bij de Lekke Ketel aangekomen loop ik naar Tom, de barman.

"Kan ik iets voor je doen?" Vraagt die vriendelijk.

Haastig zoek ik naar perkament en een veer en inkt in mijn koffer, maar Tom bespaart me de moeite en legt het voor me neer.

"Ga je gang."

Ik denk even na en schrijf dan:

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Tom, ik had beloofd aan mijn kat dat ik haar mee zou nemen nadat ze

de brief had weggebracht, maar ik heb haar daarna niet meer gezien.

Heb jij haar gezien?

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Tom leest het briefje en denkt even na. "Was het een witte kat?"

Ik knik heftig van 'ja'. Heeft hij hem gezien?

"Met rode vlekken?"

Ik knik weer heftig.

"Er was hier een kat die hier elke keer binnen probeerde te komen.

Je kunt even kijken of die er nog zit." Vertelt hij. "Ja, hij zit voor."

Ik stuif de deur uit en kijk rond.

En ja hoor, daar zit ze.

Helemaal verfomfaaid en ze ziet er niet bepaald vrolijk uit.

Ze is ook een stuk magerder.

Ik sla mijn handen voor mijn mond en loop op haar af.

Ik probeer haar te aaien, maar ze slaat me weg.

Ze blijft wel zitten.

Ze weet nog niet dat ik niet meer met haar kan praten.

Nou, ik denk dat ik haar dat beter even kan zeggen.

Ik ga vlak voor haar zitten en voorzichtig haal ik de haarband van mijn hoofd.

Ik duizel even van alle geluiden die mijn hoofd weer in komen stormen en probeer ze de baas te worden.

Het lukt niet helemaal, maar na ongeveer tien minuten lukt het me om orde in mijn hersenen te scheppen.

Misty bleef me ondertussen heel raar aankijken.

"Het spijt me Mis. Ik was ziek en niemand wist van wat ik jou had beloofd."

"Jaja." Antwoord ze kribbig.

"Ja echt. Ik kon je ook niet zoeken door de haarband. Die zorgt dat ik al die gedachten niet meer kan horen en dat is echt heel erg fijn." Leg ik haar uit.

"Maar je had er toch helemaal niet zo veel last van?" Vraagt ze verbaasd.

"Nou, ik was er aan gewend. Dacht dat iedereen dat had, maar blijkbaar is het een speciale kracht van mij en behoren er geen stemmen van anderen in mijn hoofd. Maar nu ik deze haarband heb, wordt het me maar al te duidelijk."

"O, ik snap het." Zegt ze al wat gerustgesteld. "Ik neem aan dat je er heel veel hoofdpijn van krijgt?"

"Jazeker." Zeg ik met een zucht van verlichting.

"Oké, ik vergeef het je."

"Ehm, als ik je ooit zou vragen iemand een brief te sturen, zou je dat dan doen?" Vraag ik haar behoedzaam.

"Waarom?"

"Nou, als je dat zou willen, zou ik geen uil hoeven kopen."

"Een uil? Waarom zou je in hemelsnaam een uil willen." Zegt ze op haar teentjes getrapt. "Ik ben veel beter. Ja, ik zou je brieven weg willen brengen. Ik ben een intelligente kat, ik weet waar ik heen zou moeten gaan als je zonodig een brief moet verzenden. Maar mijn vraag is dan: naar wie?"

Dat was waar. Naar wie zou ik in hemelsnaam een brief willen schrijven, ik ken helemaal niemand. Ik haal mijn schouders op en doe mijn haarband weer in. Hèhè. Wat een rust. Straks even vragen of Tom een pijnstiller of iets heeft. Ik til Misty op en loop de Lekke Ketel weer in.

"Ik heb je hutkoffer maar even naar je kamer gebracht als je dat niet erg vind."

Ik glimlachte dankbaar.

"Dus je hebt je kat gevonden?"

Ik aaide Misty even over haar hoofd en ze begon te spinnen. Ik denk dat ik wat eten en een kooitje voor haar moet kopen, of niet? Ik kijk even in haar ogen. Als ze echt zegt dat ze intelligent in heeft ze geen kooitje nodig, of wel? Ik denk het niet, maar ik moet in ieder geval wel eten en een slaapmandje kopen, anders wordt ze echt pissig. Met één hand probeer ik op te schrijven of Tom me wil laten zien hoe ik de Wegisweg weer op kan komen. Die wenkt en ik loop hem achterna het binnenhofje weer in.

"Nou, het is heel eenvoudig." Begint Tom en hij pakt zijn toverstaf. "Je neemt je toverstaf,"

Mijn toverstaf zit nog in mijn hutkoffer en ik maak een hulpeloos gebaar.

"Maakt niet uit, ik doe het wel even. Nou, je pakt dus je toverstaf en je tikt dan op de derde baksteen van links, boven de vuilnisbak."

Ik kijk weer toe hoe de poort zich weer opent en glimlach naar Tom.

"Graag gedaan." Zegt die en loop weer naar binnen.

Ik weet zeker dat ik een dierenwinkel heb gezien en inderdaad, even later sta ik voor de Betoverende Beestenbazaar. Ik loop naar binnen en ze Misty op de grond. De verkoper kijkt even naar mij en naar Misty. Ik vind het nog steeds heel erg vervelend dat ik niet kan praten, want de verkopen vraagt me wat ik nodig heb. Ik kijk even rond, maar zie niet wat ik nodig heb. Ik kijk de verkoper hulpeloos aan.

"Wat is er?" Vraagt die. Ik gebaar naar mijn keel en mijn mond. Ik hoop zo dat hij begrijpt dat ik niet kan praten. O, had ik nu maar mijn hutkoffer. Dan kon ik opschrijven wat ik wil.

De verkoper denkt even na en hij lijkt het te begrijpen.

"Kun je niet praten?"

Ik schud bedroefd mijn hoofd.

"Ah, ik begrijp het. Kom maar eens hier."

Ik volg hem naar de toonbank. Gelukkig waren er geen andere klanten. Het begint al rustig te worden in de Wegisweg en ik kijk op de klok die in de winkel hangt. Geen wonder. Het is al zes uur.

"Hier." Zegt de verkoper en geeft me perkament en een veer. "Schrijf maar op wat je nodig hebt."

Ik probeer van mijn glimlach een bedankende blik te maken en kijk even naar Misty.

Die zit rustig aan mijn voeten.

Ik begin te schrijven terwijl de verkoper over mijn schouder meeleest.

~~~~~~~~~~~~~

`` Bedankt ``

``~~~~~~~~~``

Tja, ik moet toch wel een beetje beleefd blijven.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

`` Ik heb wat spullen voor mijn poes Misty nodig. ``

`` Een mandje, wat voedsel, etensbakje en nog meer``

`` van die dingen. Zou u mij kunnen helpen? ``

``~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~``

"Natuurlijk kan ik u helpen." Zegt de verkoper vriendelijk. "Heeft uw kat nog speciale krachten?"

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

`` Niet dat ik weet, maar ze is wel heel erg intelligent.``

`` Ze kan bijvoorbeeld brieven wegbrengen en ik denk ``

`` daarom dat ze geen kooitje nodig heeft. ``

``~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~``

"Hmmm. Zo te zien heb je gelijk. Ze is zo rustig."

Hij bukt zich en aait Misty even over haar kop.

Dat verbaasd mij, want Misty laat zich eigenlijk nooit aaien.

Dat schrijf ik ook op.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

`` Misschien mag u haar wel aaien omdat u een goed persoon``

`` bent. ``

``~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~``

"Waren de andere mensen die haar wilde aaien dan geen goede mensen?"

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

`` Nou, haar eigenaar besteedde niet erg veel aandacht aan``

`` haar en mijn... ``

``~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~``

Hoe moet ik dat zeggen? Het zijn geen zusjes.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

`` …mijn huisgenootjes waren veel te druk en te ruw. ``

``~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~``

"Tja, als je het zo bekijkt." Hij kijkt me even aan. "Nou, je hebt inderdaad een mandje nodig."

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

`` Misschien kan ze die zelf uitzoeken. Ze kan ook lezen. ``

``~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~``

"Lezen? Dat moet ik zien." Zegt de verkoper vol ongeloof.

Dat verbaasd me.

Er zijn dus nog steeds dingen die ze niet kunnen.

Ik hou Misty het papiertje voor en ik zie hoe ze alles leest.

Ze kijkt me even aan en knikt.

Ze staat op en loopt rond.

Voorzichtig snuffelt ze aan de mandjes die er staan en de verkoper zet er nog een paar op de grond.

Hij kijkt me vol verbazing aan wanneer Misty in een van de mandjes gaat liggen.

Ik grijns.

Ze is inderdaad heel erg intelligent.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Even later sta ik weer buiten met een tevreden Misty in het mooie rieten mandje samen met een etensbakje, wat voer, een kattenbak en grind.

Ze had ook een leuk knuffeltje uitgezocht.

De verkoper had opgemerkt dat ze dat toch nog wel nodig had, hoe intelligent ze ook kon zijn. Daar was Misty niet zo blij mee geweest en nu zit de verkoper te zuigen op drie schrammen op zijn hand.

`````````````````

Please review (wat vinden jullie van de nieuwe lay-out?)