Vertrouwen.

De volgende dagen verwaarloosde Faith haar huis en zelfs Chico moest eronder lijden, de stofzuiger stond onaangeraakt in de kast en ook de andere schoonmaak producten waren onaangetast gebleven. Het huis straalde niet langer de eens zo vrolijke sfeer uit en het leek of er over de felle kleurtjes van het meubilair een doffe glans hing. Chico zat vaak bij de voordeur te wachten totdat ze hem zou uitlaten, hij had het zelfs een keer gepresteerd zijn riem te pakken en had er een uur lang mee voor Faith gezeten en naar het park gingen ze al helemaal niet meer. Haar eens zo glanzende haar hing futloos rond haar gezicht en haar ogen straalde verdriet en boosheid uit. Ondanks dat ze verdrietig was, was ze ook vooral kwaad en wilde ze het liefst wraak. Die gedachte zette ze echter steeds weer uit haar hoofd en op een bewolkte dag leek het of ze haar leventje langzaam weer op probeerde te pakken, ze maakte haar huis schoon en ging s'middags naar een verjaardag van een vriendin. Niet dat de verjaardag haar goed deed, de vele stelletjes en het onbezorgde leventje van de anderen deed haar de moed weer in de schoenen zakken.

Draco echter had steeds meer moeite met Harry en de andere schouwers te ontwijken, zijn gedachtes dwaalde vaak af en dat veroorzaakte soms dan ook een traag reactievermogen. Vaak had hij eraan gedacht om terug te gaan maar de gedachte dat Potter hem daar zou opwachten en hij misschien in Askaban zou belanden deden hem van gedachte veranderen. Hij zou nog liever sterven dan de rest van zijn leven in Askaban door te brengen, die avond echter besloot hij zijn schuilplek even te verlaten en verdwijnselde naar het park waar Faith wel eens haar hond uitliet.

Het park zag er verlaten uit en het was er donker, de straatverlichting ging aan en verlichtte het park een beetje. Het zag ernaar uit dat het elk moment kon gaan regenen want er hingen grote dreigende wolken boven het park en omstreken. Hij liep naar een bankje en ging zitten, het was een tijd geleden dat hij echt buiten was geweest en hij klemde zijn toverstok in zijn jaszak beet.

Chico liep heen en weer door de huiskamer toen Faith weer thuis kwam, hij sprong tegen haar op en begroette haar vrolijk.

"Oke, ik laat je wel even uit" zei ze en ze pakte zijn riem. Ze liep met hem naar buiten en wilde op de hoek van de straat omkeren toe Chico hevig richting het park trok, aangezien Chico behoorlijk groot was trok hij haar langzaam maar zeker richting het park.

"Nee Chico, we gaan wel een ander keertje" zei ze en ze keek naar de dreigende lucht. Bijna bij het park aangekomen voelde ze de eerste regendruppels al, ze zuchtte en wou dat ze iets warmers had aangetrokken.

"Fijn, nu gaat het ook nog regenen" mompelde ze "Kom het is genoeg geweest Chico"

Een enorme knal en schreeuwen in de verte verbraken de stilte in het park en Chico sprong geschrokken achteruit. Faith keek rond en voelde zich niet op haar gemak, ze probeerde terug te lopen maar opnieuw dacht Chico daar anders over en trok haar verder het park in. Ze hoorde stemmen dichterbij komen en begon aardig nat te raken van de regen, het begon harder te waaien en de hoge bomen creƫerden vreemde schaduwen. Als versteend bleef ze staan en zag tussen de bomen door vier mensen staan, aan hun postuur te zien waren het vier mannen. Drie van de vier liepen op de ander af met getrokken toverstokken en een ervan praatte onderhandelend. Ze kon niet verstaan wat ze zeiden en haar nieuwsgierigheid werd groter dan haar angst, langzaam sloop ze dichterbij en probeerde daarbij uit het zicht te blijven.

Toen ze op een paar meter afstand verscholen achter hoog struikgewas stond herkende ze twee van de mannen, diegene die praatte was Harry Potter en de ander was Draco. Opnieuw klonken er spreuken en twee mannen vielen neer, ze hoorde het onweren in de verte en voelde Chico trillen van angst. Weer klonken er spreuken en Faith kneep haar ogen even toe, Draco lag nu op de grond en Harry richtte opnieuw zijn toverstok op hem.

"Niet doen!" schreeuwde Faith die nu uit de bosjes was gesprongen.

"Ga weg Faith!" zei Draco die haar niet aan durfde te kijken "Ga weg"

"Nee!" protesteerde ze.

"Aan de kant" riep Harry nu.

Het gebeurde allemaal in een paar seconden, Draco trok zijn toverstok en richtte die op Harry.

"Avada Kedavra!" een groene lichtflits schoot uit zijn toverstok, maar hij raakte Harry niet want Faith was op dat moment voor Harry gaan staan in een poging hem over te halen Draco niks te doen. Hij raakte haar vol in haar rug en ze zakte als een zoutzakje in elkaar, Harry knielde bij haar neer en checkte haar hartslag al wist hij dondersgoed dat ze dood was. Chico rende uit de bosjes en begon te blaffen gevolgd door een gesmoord piepgeluid. Draco werd bleker dan hij al was en keek met afschuw naar haar levenloze lichaam, wat had hij gedaan? Zijn toverstok viel uit zijn hand en zijn onderlip trilde een beetje, Harry keek op en zag nog net een traan over zijn wangen rollen die hij gehaast weg veegde.

"Waar wacht je op Potter?" zei hij met trillende stem "Vermoord me maar, dat heb je altijd gewild en nu verdien ik het gewoon"

"Nee" antwoordde hij en verlamde hem en slaakte een diepe zucht.

Twee jaar later.

Ondanks het verlies van Faith was er een week geleden iets geweldigs gebeurd, waarschijnlijk had het nooit plaatsgevonden als Faith twee jaar geleden niet was gestorven. Na opgesloten in Askaban te hebben gezeten en daar bijna weggekwijnd te zijn kwam hij er langzaam boven op en bekeerde zich voorgoed. Hij besloot Harry en de schouwers alle informatie die hij bezat over Voldemort te geven en hij werd in het geheim vrijgelaten en samen met Harry zocht hij dag en nacht naar een manier om Voldemort te vermoorden. Het was hun eindelijk gelukt en ondanks het feit dat ze elkaar nog steeds niet mochten was het voor beide een overwinning. Waarschijnlijk zou Draco nooit helemaal over zijn schuld gevoel heen komen maar de hele wereld vierde nu feest en ze waren eindelijk verlost van Voldemort.

Draco zat onderuit gezakt in een stoel, ondanks dat iedereen zo blij was voelde hij zich rot. Chico die hij sindsdien in huis had genomen had grijze haren in zijn vacht zitten en lag tevreden aan zijn voeten, met grote ogen keek hij even op toen Draco zuchtte. Langzaam kwam er een tevreden glimlach op het gezicht van Draco alsof hij wist dat Faith het hem niet kwalijk nam. Hij sloot zijn ogen en viel in slaap en droomde over hun korte dagen samen.

The End