Hoofdstuk 3
'FAY!' bulderde een stem in Fay's oor. Fay
viel uit haar bed van schrik en keek in het lachende gezicht van
Ginny.
'Doos! Ik schrok me rot!' riep ze en ze lachte
ook.
'Sorry hoor, maar de lessen beginnen over tien minuten!'
zei Ginny.
'Oh…ik moet m'n haar nog doen!' zei Fay
verschrikt en ze begon haar kleren bijeen te rapen.
'Doe ik
wel,' zei Ginny, die een borstel pakte.
Terwijl Fay zich
aankleedde, borstelde Ginny haar haar.
'Sta stil!' zei ze,
toen Fay op één been hinkte terwijl ze haar sok
aandeed. Ze hinkte door de kamer en struikelde daarbij over een
stapel boeken.
'Niet grappig,' zei ze zuur. Ginny probeerde
haar lachen in te houden.
Even later waren ze op weg naar de
eerste les, Bezweringen.
'Mevrouw Zwarts, opletten!' riep
professor Anderling voor de zoveelste keer bij hun laatste les,
Transfiguratie.
Fay schrok wakker en Anderling ging weer verder
met de les. Fay lette steeds niet op, ze moest steeds aan de spiegel
denken en aan haar vader. Zou ze het toch tegen Harry zeggen? Het zou
een beetje asociaal zijn om niks te zeggen, Harry had hem ten slotte
een tijdje gekend.
Een kwartier lang zat ze te wiebelen op haar
stoel en te wachten op de bel, tot ze het niet meer uithield en een
stukje perkament pakte en er iets opschreef voor Harry:
Harry,
ik heb in die spiegel van jou Sirius gezien. Hij praatte tegen me! Ik
neem aan dat je hem ook wilt zien, dus blijf voor het avondmaal in de
leerlingenkamer.
Zie je daar, Fay.
Ze draaide zich om
naar Harry en gaf hem het briefje. Hij las het en Fay zag zijn ogen
groot worden.
'Wat is dat briefje?' zei professor Anderling
opeens. Ze had het dus gezien. Ze liep naar Harry toe en pakte het
briefje af. Net als bij Harry werden haar ogen groot. Alle leerlingen
keken haar nieuwsgierig aan.
'Potter, Zwarts…' –ze lachte
even toen ze dat zei- 'Kom mee naar mijn kantoor. De les is
over.'
De andere leerlingen keken blij en begonnen snel hun
tassen in te pakken. Harry en Fay volgden Anderling naar haar
kantoor.
'Ga zitten,' zei ze toen ze neer was geploft op haar
eigen stoel. Harry en Fay gingen tegenover haar zitten.
'Is het
waar wat er op dat briefje staat, mevrouw Zwarts?'
'Ja,' zei
Fay.
'Mag ik die spiegel zien? Is die van jou, Harry?'
Harry
knikte.
Fay voelde zich een beetje beledigd omdat Anderling haar
'mevrouw Zwarts' noemde en Harry gewoon 'Harry'.
Na vijf
minuten was Fay terug met de spiegel. Ze gaf hem aan Harry.
'Probeer
maar,' zei Anderling.
'Sirius Zwarts!' zei Harry.
Er
gebeurde niets.
Harry schudde de spiegel heen en weer.
'SIRIUS
ZWARTS!'
Fay wist niet of ze moest lachen om Harry's
hysterische geschreeuw en geschud of dat ze teleurgesteld moest zijn
omdat de spiegel niet meer werkte.
'Misschien weet professor
Perkamentus hier iets over!' zei Anderling luid. Harry stopte met
de spiegel heen en weer schudden. Ze stonden alledrie op en liepen
naar het kantoor van Perkamentus.
'Pepperpeppil' zei
Anderling. De waterspuwer ging open en ze gingen naar boven.
Anderling klopte op de deur en ging naar binnen.
'Hallo Minerva.
Ah, en…Harry en mevrouw Zwarts,' zei Perkamentus glimlachend.
Opnieuw voelde Fay zich beledigd.
'Ik heb hier een spiegel van
Harry…een Tweewegspiegel,' zei Anderling. Perkamentus pakte de
spiegel aan en bekeek hem aandachtig.
'Ja…deze heb ik eerder
gezien…was die niet van James of Sirius?'
'Van mijn vader,'
zei Harry.
'Dus u heeft Sirius hier in gezien, mevrouw Zwarts?'
vroeg Perkamentus.
'Ik heet Fay!' flapte ze eruit.
Tot haar
verrassing werd Perkamentus niet boos, maar glimlachte hij.
'Goed,
sorry Fay, maar je hebt hem gezien?'
'Ja,' zei Fay.
'Maar
mij lukte het niet…' zei Harry.
'Dat zal ik je uitleggen.
Sirius leeft niet meer, dus alleen een familielid kan hem nu
oproepen. Aangezien Fay Sirius' dochter is en jij geen echte
familie van hem bent, kan zij hem wel oproepen en jij niet,'
vertelde Perkamentus. Hij gaf de spiegel aan Fay, die wel snapte wat
ze moest doen.
'Sirius Zwarts,' zei ze duidelijk. De spiegel
lichtte weer op en Sirius hoof verscheen weer. Fay glimlachte, maar
wist niet zo goed wat ze moest zeggen.
'Sirius?' riep Harry
al, voordat Fay iets kon bedenken.
'Hallo Harry…en Fay,' zei
Sirius grijnzend.
Fay keek even naar Harry en ze zag tranen in
zijn ogen staan. Ze keek even recht in Perkamentus' ogen en zag hem
glimlachen. Ze glimlachte even terug.
'Ik eh…ga maar weer
eens terug,'
Anderling knikte en Fay volgde haar naar
beneden.
Harry was heel wat vrolijker geworden en ook betere
vrienden met Fay geworden.
'Waar ga je heen?' vroeg Ginny. Ze
zaten buiten bij het meer, het zonnetje scheen.
'Eh..'
'Naar
Harry zeker…'
Fay knikte en voelde zich weer lullig. Dit was
al vaker gebeurd, ze ging vaak in de pauzes naar Harry om samen met
Sirius te kletsen en liet Ginny dan alleen achter.
'Sorry,'
zei ze nog en ze liep snel naar binnen, waar Harry al wachtte.
'Waar
zijn Ron en Hermelien?'
'Hermelien is binnen aan het lezen en
Ron weet ik niet,' antwoordde Harry. Fay pakte de spiegel uit haar
tas. Ze keek even of ze niemand om zich heen zag.
'Sirius
Zwarts,'
Sirius hoofd verscheen al meteen in de spiegel.
'Is
het al gelukt?' vroeg Harry.
'Wat?' zei Fay, die niet wist
waar Harry het over had.
'Harry wil met James praten,' legde
Sirius uit. 'Ik heb hem ontmoet, maar ik weet niet of het wel
werkt…en misschien kan je het dan beter eens proberen als je alleen
bent…'
Harry knikte.
Even later ging Fay terug naar Ginny,
die verveeld naar het meer zat te staren.
'Hoi,' zei Fay en ze
plofte naast Ginny neer.
'Hoi,' zei Ginny. 'Volgende week is
het Halloweenbal hè?'
Gelukkig was Ginny nooit lang
boos.
'Ja! Met wie ga jij?' zei Fay opgewekt.
'Marco uit
Ravenklauw. Hij heeft me gevraagd! En jij?'
Fay dacht even
na.
'Ik weet nog niet, ik wacht wel tot iemand mij vraagt…'
besloot ze.
Die avond lette Fay goed op of er nog leuke
jongens waren waarmee ze naar het bal kon gaan. Ze werd gevraagd door
een tweedejaars uit Huffelpuf die twee koppen kleiner was als haar,
dus daar zei ze meteen 'nee' tegen. En nog door een knappe maar
arrogante jongen uit Zwadderich, en ook die wees ze af.
's
Avonds na het eten zag ze Felix op zich afkomen.
'Hoi,' zei
hij.
'Hoi,'
'Ik had niks te doen…heb je zin in een
potje Knalpoker ofzo?'
'Oh..ja hoor,' zei Fay
teleurgesteld. Ze dacht dat hij har ging uitvragen!
En zo speelden
ze de hele tijd Knalpoker (Felix won steeds).
Fay wou graag met
hem naar het bal, dus besloot ze het zelf maar te
vragen.
'Eh…Felix?'
'Ja?'
'Wil je…wil je met
me naar het Halloweenbal?'
'Oh…sorry Fay, ik ga al met
Aylin,'
Het was alsof er een blok ijs in Fay's maag
plofte.
'Oh oké..'
'Sorry,'
'Geeft niet!
Maar…ik ga maar weer eens,'
Ze stond op en liep teleurgesteld
naar de leerlingenkamer.
Ze kende Aylin wel, ze zat ook in
Griffoendor in het vierde jaar. Ze moest zorgen dat het niet
doorging!
