Hoofdstuk 29: de poort naar huis.
Het was ochtend, tenminste niet voor mij, want ik had mij ogen nog gesloten.
Opeens sprong er iemand op mijn bed, ik schrok wakker en ik zag dat het Dioni was.
'goedemorgen slaapkop': zei Dioni vrolijk.
'ook goedemorgen': zei ik half wakker.
'heb je al je spullen bij elkaar, want over een paar uur is eind feestmaal, in die tussentijd worden de koffers in de trein gemikt':zei Dioni.
Ik stapte uit en deed wat kleding aan, en propte al mijn spullen in mijn hutkoffer.
'ben je bijna klaar?': vroeg Dioni.
'ja, ik kom al': zei Ik.
We liepen samen naar de grote zaal. Ik was blij dat Dioni weer normaal is, en geen smerige zombie.
In de zaal zagen we Suki zitten bij Ravenklauw.
Wij gingen zelf ook zitten. We zagen Professor Perkamentus opstaan voor een mededing.
'mijn beste studenten, er is al weer een jaar voorbij, ik ben blij dat de ontvoerde studenten weer veilig terug zijn, ik hou jullie niet langere op, eet smakelijk': zei Professor Perkamentus.
Er verscheen heerlijke eten op tafel.
Ik had echt honger gekregen, door dat gevecht met Lira en haar achterbakse listen.
'nog bedankt Kiri dat me gered heb van die heks': zei Dioni die een broodje pakte.
'daar heb je vrienden voor': zei Ik en pakte ook een broodje.
'maar hoe heb je ons dan gered, ik ben het helemaal vergeten': zei Dioni.
Ik voelde me stil en ik wist niet wat ik moest zeggen, gered door een spiegel klonk raar.
'eh, dat vertel ik je ooit wel eens': zei Ik vlug.
'oké': zei Dioni.
Na het heerlijke feestmaal, liepen we naar de trein.
Onderweg.
'wat is het toch snel gegaan': zei Suki.
'inderdaad': zei Dioni.
'gelukkig zien we elkaar weer terug, schrijven jullie wel?':Vroeg Suki.
'natuurlijk doen we dat': zei Ik.
'elke dag, elke week': zei Dioni met een glimlach.
'lollig Dioni': zei Suki.
We waren bij de trein.
We stapte in.
Ik zag nog Harry met zijn vrienden in.
Met mijn laste blik zag ik Zweinstein, de mooie zwarte kasteel met zijn geheimen en alles wat erbij hoort. Ik stapte in en volgde Suki en Dioni.
Toen we zaten.
'ik ben wel blij om naar huis te gaan': zei Dioni.
'ja, ik ook, die avontuur met die heks': zei Suki.
'ga jij bij je tante wonen Kiri?': vroeg Dioni.
'ik hoop het, als ik nog eens bij mij stief ouders ga wonen word ik gek': zei Ik.
'en dan heb je de neiging om magie te gebruiken': zei Suki.
'zo iets ja': zei Ik.
'en ga je Harry missen, vertel op we weten dat je hem leuk vind': zei Dioni.
'ik denk wel dat ik om hem geef': zei Ik.
'nu wel, omdat hij je achter neef is': zei Suki.
'zo kun je het noemen': zei Ik en keek naar buiten.
'volgend jaar beleven we weer avonturen':zei Dioni.
'zo is dat': zei Suki.
We zagen Londen al komen. We reden het station binnen.
We stapte uit en pakte onze koffers en liepen naar de poort.
Voor de poort.
'nou dit is het dan': zei Suki.
'ja': zei Ik.
'laten we gaan': zei Dioni en we liepen door de poort.
Als ik één ding heb geleerd heb van het jaar is, dat het altijd fijn is om thuis te zijn, waar het ook is. Of het nou op een landgoed of flat is, thuis komen is altijd fijn.
We liepen door de poort naar huis.
Dit was het einde, maar Kiri Dentel komt terug met een vervolg.
En ik hoop dan dat jullie die dan ook gaan lezen en revieuwen.
Tot dat.
PixieMusa.
