Disclaimer: Nee, wrijf het er nog maar eens in, ik heb de hele Harry Potter-wereld niet bedacht. J.K. Rowling wel. Geniaal mens...
Nou zeg, was hij ooit niet chagerijnig? En dan moest ik ook nog met hém in één kamer slapen. Bah, bah, en nog eens bah. Bah. Ik liep naar de eerste deur die ik tegenkwam en deed hem open. Mooi, de badkamer. De hele badkamer was zwart en donkergroen. De tegels op de vloer waren zwart, die op de muur donkergroen mét zwart. Er zat een luxe badkuip in, zwart, een douche, een wc, zwart, en een zwarte wastafel. Er hing een donkergroen omlijste spiegel boven de wastafel, en overal in de badkuip, wc en wastafel waren kleine, donkergroene versieringen aangebracht. Verder was zelfs de shampoo (gebruikt hij dat? Is ook niet te zien aan zijn vette haren) en de douchegel donkergroen. Donkergroene washandjes en handdoeken hingen aan donkergroene haakjes naast de wastafel. De badkamer was mooi, ook al hield ik niet van donkergroen en ook niet van zóveel zwart. Toen bedacht ik me iets. Mijn kleren lagen nog op een hoop in het kantoortje, en mijn make-up spullen ook. Hoe moest ik nu dan gaan slapen? In mijn kleren en met mijn make-up nog op? Maar toen hoorde ik de deur opengaan en ik stapte uit de badkamer. Sneep kwam binnengelopen, met voor zich uitzwevend de hele zooi kleren en nog wat van mijn spullen. Hij dumpte alles op het bed en wees met zijn toverstok naar een donkergroene houten kast, die open ging.
'Ruim alles op. Ik wil hier niet in de zooi zitten.' Zei hij, chagerijnig zoals altijd.
'Ik moet nog even wat doen. Jij gaat nu slapen.' Hij viel in herhaling, want dat had hij al eens eerder gezegd. Ik besloot om ook hetzelfde te antwoorden.
'Ja, baas.' Sneep gromde even en beende toen de kamer weer uit. Dat ging in ieder geval beter dan de vorige keer.
Ik liep naar het bed toe en plofte erop neer, tussen mijn kleren en andere zooi. Ik keek nu pas de kamer eens goed rond. Zo'n beetje alles in de kamer was groen, zilver of zwart. Kan ook niet anders natuurlijk, als afdelingshoofd van Zwadderich. Perkamentus had me dingen uitgelegd over de vier afdelingen en ik was er nu van overtuigd dat ik in Ravenklauw zou komen, aangezien ik altijd heel goed kon leren en ik geen moed of sluwheid bezat. Als ik in Ravenklauw kwam zou ik in ieder geval niet met deze vreselijke kleuren opgescheept hoeven zitten, bedacht ik me terwijl ik de kamer nog eens rondkeek. Het bed was van zwart hout en er lag een donkergroene sprei overheen. Er stond een nachtkastje aan elke kant van het bed.Verder stond er een zwarte kast met een kronkelende, zilveren slang eroverheen, en een donkergroene kast die nu dus open stond. Er stond nog een donkergroene bank tegen de muur, en meer stond er eigenlijk niet. Een kingsize bed, met nachtkastjes aan elke kand, een kast links en een kast rechts, een bank en wat deuren. Waarschijnlijk had hij achter die deuren zijn andere meubelen gepropt. Hij zou toch wel ergens een bureau moeten hebben? Om op te schrijven ofzo? Nouja, daar zou ik dan waarschijnlijk niet mogen komen. Het interesseerde me ook niet. Ik stond op, pakte wat kleren en begon ze op te vouwen. Daarna liep ik ermee naar de kast en ordende alle kleren een beetje. Toen ik daarmee klaar was, keek ik naar wat er verder op het bed lag. Mijn toilettas, een paar fotolijstjes die op hun kop lagen, een paar boeken, schriften, cd's en dvd's, wat kaarsen en wierook, en nog wat andere troep ertussen.
Ik pakte mijn toilettas en gooide die naar de badkamerdeur. Die zou ik later wel opruimen. Ik pakte het eerste fotolijstje. De lijst was rood met oranje, en er zat een foto van mijn ouders in. Het volgende fotolijstje was zwart en er zat een foto in van mijn beste vriendinnen. Het laatste fotolijstje was zilver en bevatte een foto die onherkenbaar was. Ik wist dat het een foto was geweest van mijn zus, maar nu was het één grote, zwarte vlek. Ik haalde de foto uit het lijstje en legde toen alle lijstjes op de onderste plank in de kast, die leeg gebleven was. De boeken zette ik ernaast. Er waren niet veel boeken. Een paar boeken over Wicca die ik had gekocht, en een paar tijdschriften. Dat was het. Toen bekeek ik de CD's die er lagen. Er waren een paar vervormde CD's. Ik pakte ze op en mieterde ze in de donkergroen met zwarte prullenbak die ik had zien staan naast de deur die op de gang uitkwam. Nu waren er nog maar 2 CD's over. Het waren niet mijn favoriete CD's, maar toch. Alleen had ik nu niks meer om ze op te luisteren, want er stond geen CD-speler bij. Misschien konden ze er hier iets voor regelen? Hopelijk, want zonder mijn muziek ga ik dood, echt! Toen zag ik nog niets. Mijn mp3-speler.
Mijn mp3-speler! 'Yes! Ik ben gered!' Schreeuwde ik door de kamer. Ik deed het ding om mijn nek, stopte de oortjes in mijn oren en drukte op het aan-knopje. Onmiddelijk begon de muziek te spelen. Ik voelde me gelijk stukken beter en begon met het opruimen van de andere zooi. De CD's zette ik naast de boeken, daarnaast alle kaarsen en wierook. Kaarsen en wierook waren voor mij altijd rustgevend. Ik had er thuis echt heel veel gehad, nu had ik niet zoveel meer over.Maar ik zou er de komende tijd in ieder geval mee doorkomen. Er zat ook een houder bij en lucifers. Goed dat ze eraan gedacht hadden om die mee te nemen. Ja, wie had dat eigenlijk gedaan? Wie had deze spullen opgehaald? En hoe wisten ze dat dit de belangrijkste dingen waren? Oja, dat wisten ze natuurlijk van Sneep, want die had me bespioneerd. Een hele maand lang. Bah, bah en nog eens bah. Vieze vetkwal.
Ook dat had Perkamentus me nu verteld. Ik had het gevoel dat mijn hoofd barstte van de kennis nu hij alles verteld had, maar ik wist dat er nog heel veel was dat ik nog níet wist. Ik moest nog zoveel leren. Ik liep heel erg achter op andere kinderen hier, omdat die op hun 11de al begonnen met leren. Ik nu pas. Ik zou gewoon in het 4e jaar geplaatst worden, en dan in de vrije uren bijles krijgen van de vorige 3 jaar. Nogal druk, dus. En dan dachten ze ook nog dat het een voorrecht was om hier te zijn... Ja, misschien was het dat ook. Maar op dit moment zou ik 10 keer liever thuis zijn. Nouja, thuis, in het jongerenhuis. Dat was in ieder geval iets. Het was mijn thuis, want ik had verder niks. In ieder geval was het beter dan dit hier, waar ik niemand kende en waar iedereen mij wel kende, want Perkamentus had mijn verhaal verteld aan de hele school. De hele school! Deze school was gigantisch, en iedereen kende mij nu, terwijl ik iedereen juist niet kende. Maar dat maakte me niet zoveel uit. Ik zou wel zien hoe het allemaal ging lopen. Of niet ging lopen.
Ondertussen was ik klaar met het opruimen, en ik liep naar de badkamer. Onderweg raapte ik mijn toilettas van de grond, en dumpte die op het plankje boven de wastafel. Ik pakte er een wattenschijfje en mijn make-up remover uit en begon aan het weghalen van mijn make-up. Daarna poetste ik mijn tanden, want ook mijn tandenborstel en tandpasta hadden ze in de toilettas gepropt. Ik borstelde mijn haar nog even en liep toen weer terug naar de kamer. Ik kleedde me om en stapte in het bed. Het lag lekker, maar de gedachte dat het het bed van Sneep was liet me niet los. Slapen lukte nu al helemaal niet meer, en dus stapte ik het bed weer uit, pakte een wicca-boek uit de kast en maakte het mezelf gemakkelijk in het bed.
Ik knipte het (donkergroene) lampje aan en begon te lezen.
Na wat voor mij 5 minuten leek, maar in werkelijkheid iets van 2 uur was, ging de deur open. Ik keek niet op, ik wist dat het Sneep was. Even later hoorde ik de deur weer dichtgaan, en hoorde ik ook de monotome, lage stem van Sneep.
'Wat doe je?' brieste hij. Ik had geen idee dat Sneep ook kon briesen.
'Dat ziet u toch? Ik lees.' Antwoordde ik zonder op te kijken van mijn boek.
'Je zou moeten slapen! Het is-' blijkbaar keek hij nu op zijn horloge. 'verdorie twee uur 's nachts! Nu, leg dat boek weg en ga slapen.'
Langzaam keek ik op van mijn boek en keek ik in de furieuze ogen van Sneep.
'En wat doet u dan nog om 2 uur 's nachts?' Hij was toch ook nog op? Waar deed die vent moeilijk over? Vroeger lag ik heel vaak tot diep in de nacht nog te lezen. Dat zou hij toch moeten weten, aangezien hij me bespioneerd heeft.
'Ik schijn als leraar de verplichting te hebben om werkstukken na te kijken en drankjes te controleren.' Zei hij, weer verassend kalm.
'Ik schijn niet te kunnen slapen als ik niet gelezen heb.' Kaatste ik terug, net zo kalm pratend als hij net had gedaan.
'Dan moet je serieus eens overwegen om hulp te gaan zoeken.' Zei hij weer, terwijl hij naar de bank was gelopen. Hij pakte zijn toverstok uit zijn zak, mompelde een of andere spreuk en de bank vouwde zich uit tot een compleet 2-persoons bed. Blijkbaar hield die vent van grote bedden, ofzo. Hij mompelde nog iets en toen verschenen er uit het niets een slaapzak en een kussen op de bank.
'Houd u van kingsize, ofzo?' vroeg ik, toen hij eindelijk klaar was met zijn bed opmaken zodat alles precies recht lag, en was gaan zitten.
'Dat zijn niet uw zaken, juffrouw...' hij bedacht zich dat ik geen achternaam had, nu ik ervoor gekozen had om als Autumn door het leven te gaan.
'Je hebt nog geen achternaam.' Zei hij dan ook.
'Levada.' Zei ik. Ik had er eigenlijk nog nooit over nagedacht, maar dit kwam nu boven drijven. Autumn Levada. Klonk niet slecht, vond ik.
'Goed, juffouw Levada, dan gaat u nu slapen.' Zei hij, weer op die commanderende toon.
'Ja, baas.' Zei ik voor de zoveelste keer. Ik legde het boek op het nachtkastje, knipte het lampje uit en kroop weer onder de dekens. Ik ging expres met mijn rug naar de bank toe liggen. Achter mij hoorde ik nog wat geritsel, en toen was het ook daar stil. Blijkbaar was Sneep ook gaan liggen. Langzaam overmande de slaap me, en langzaam zakten mijn ogen dicht.
Langzaam deed ik mijn ogen open. Ik had even een minuut nodig om te bedenken waar ik ook alweer was. In de slaapkamer van Sneep. Ik draaide me heel langzaam om en keek naar de bank, die weer gewoon een bank was, en geen 2-persoons bed meer. Maar Sneep zat er nog wel op, en keek me aan.
'Zo, juffrouw Levada, bent u ook eindelijk wakker? Tja, dat krijg je ervan.' Begon hij. Ik had ook weer een minuut nodig om deze informatie te verwerken. 's Ochtends werkte mijn brein nog niet zo goed, en ik kon dan ook geen normaal antwoord formuleren.
'Bwaah' kwam er uit mijn mond. Ik had het gevoel dat het 6 uur 's ochtends was. Ik draaide me weer om, omdat ik me herinnerde dat daar een klok hing. En inderdaad hing hij daar. De wijzers wezen naar de 5 en de 12. Ik dacht even na, en kwam toen tot de conclusie dat het 5 voor twaalf was. Ik draaide me weer om naar Sneep, die al mijn bewegingen had gevolgd.
'Zo, bent u er ook achter gekomen hoe laat het is?' vroeg hij. Ik zag zijn mond bewegen, maar het duurde even voordat ik wist wat hij gezegd had. Maar hij was ondertussen alweer verder gegaan.
'Mooi, dan kunt u nu opstaan, en wat eten. Daarna gaat u met een leerling uit het 6e jaar naar de Wegisweg, waar u de nodige benodigdheden aan kunt schaffen.' Wat klonk dat stom, nodige benodigdheden, bedacht ik me. Mijn hersenen begonnen weer een beetje te werken, terwijl Sneep maar door ratelde.
'Dan zult u worden gesorteerd in het bijzijn van alle leraren, en zult u worden verplaatst naar de slaapzaal van die afdeling.'
Mooi, dan hoefde ik niet meer met Sneep in één kamer. Alhoewel, dan zat ik met meiden opgescheept die ik niet kende, en die 3 jaar voorliepen op mij. Daar had ik ook niet zo'n zin in... maar het moest maar. Ze konden allemaal de pot op, ik zou gewoon hard gaan leren totdat ik op hetzelfde niveau zat.
Toen zag ik dat Sneep op was gestaan en naar de deur was gelopen.
'Dus, juffrouw, als u nu opstaat, ga ik wat te eten halen.' Zei hij en hij liep de deur uit.
Langzaam kwam ik overeind, waggelde naar de badkamer en kwam tot de ontdekking dat mijn haar alle kanten opstond, en dat Sneep dat ook had gezien. De dag begon al goed.
