Disclaimer: Ha, Autumn is van mij! Zelfs J.K. Rowling kan niet zo'n geniaal personage bedenken! Oh – ehm... tsja, en dan bedoel ik ff met uitzondering van Harry, Draco, Sneep, Anderling, Perkamentus, Stronk, Kist, Banning, Hooch, Hagrid, Plijster, Romella, Sinistra, Smalhart, Vector, Vilder, Variscosus, Zwamdrift, Lupos, Krinkel, Dolleman, Omber, Blaise, Loena, Hermelien, Ron, Ginevra, Fred, George, Bill, Charlie, Arthur, Molly, Fleur, Carlo, Victor, Bellatrix, Lucius, Narcissa, Korzel, Kwast, Olympe, Knijster, Dobby, Winky, Cornelis, Fenrir, Marcel, Nymphadora, Peter, Sirius, James, Lily, Marten Asmodom Vilijn, Herman, Dirk, Petunia, Olivier, Leo, Simon, Joost, en volgens mij vergeet ik nog de helft. Nouja, je begrijpt het wel, he..? Ik bezit geen enkel recht op de HP-personen & wereld.

Ik maak hier ook ff reclame voor mijn andere verhaal, wat nu 'You Can't Break My Spirit' heet, maar waar ik graag een andere naam voor wil hebben... dus lees & review aub..! Ideeën voor dat verhaal én voor dit verhaal (Autumn dus, voor de blondjes onder ons... P) zijn ook heel erg welkom!

Dreaming Angel Spirit, writertje & lautjuh: Tanx D

Ow, lautjuh, je moet nu niet denken dat dat witte schild enzo bij Wicca hoort, want het is dus een combi van krachten (zodat ik lekker mijn eigen magie-ding kan verzinnen P)

Voor info over wicca kun je op het hele internet terecht. Als je meer wilt weten, ik heb wel een paar sites, dus mail me maar.

Please review! You guys keep me writing!

Langzaam kwam ik overeind, waggelde naar de badkamer en kwam tot de ontdekking dat mijn haar alle kanten opstond, en dat Sneep dat ook had gezien. De dag begon al goed.

Snel graaide ik mijn borstel uit de toilettas en begon aan de eindeloze strijd met mijn haar. Toen ik na 10 minuten eindelijk een fatsoenlijke staart in mijn haren had kunnen krijgen en ik de badkamer uitstapte, zag ik daar op het bed een dienblad staan, met wat blijkbaar mijn ontbijt was. Ik kon me niet herinneren dat ik ooit ook maar één van de dingen die op het blad lagen eerder had gezien. Het werd hier met de dag raarder.

Toen ik, aangekleed en wel, weer naar de badkamer liep om mijn make-up te doen, hoorde ik een zachte plop achter me. Ik keek verschrikt om, en zag een raar uitziend, klein wezentje. Het had een groene huid, grote uitpuilende ogen en het droeg een soort laken. Het kwam ongeveer tot mijn heup. Ik noemde het maar 'het' omdat ik echt niet wist of het mannelijk of vrouwelijk was. Wat ik wel wist, was dat ik nog nooit zoiets had gezien. Wat ik ook wist, was dat het er eng uitzag.

'AAH!' gilde ik dan ook, doodsbang voor het rare wezen dat in de kamer stond.

'Sorry mevrouw, Trilah wilde u niet laten schrikken. Trilah zal 3 emmers kokend water over haar heengooien, mevrouw.' Reageerde het wezentje, net zo geschrokken van mijn gil als ik van haar. Het was dus vrouwelijk, aangezien ze het over 'haar' had. Maar toen drong het tot me door wat ze had gezegd.

'Wat? Nee, nee. Niet kokend water over je heengooien. Je liet me gewoon schrikken, dat is alles. Ik heb nog nooit... zoiets als jij gezien.'

'Trilah is een huiself, mevrouw. Trilah's meester zei dat u hulp nodig had, mevrouw.'

'O.' Wist ik er heel intelligent uit te brengen. Dus dát is een huiself. Ik had er al wel over gehoord, maar het nog nooit gezien. Maar wacht even, ik hulp nodig hebben?

'Wie is je meester, Trilah?' vroeg ik vriendelijk. Er verscheen nu een trotse uitdrukking op het gezichtje van de huiself en enthousiast begon ze te vertellen.

'Trilah's meester is meneer Sneep, mevrouw! Meneer Sneep is altijd aardig voor Trilah! Van meneer Sneep mag Trilah altijd op zondag vrij, mevrouw! Trilah had zich geen betere meester kunnen wensen, mevrouw!' hijgde het wezentje, buiten adem van die zin, die ze in één adem uitgesproken had.

'Noem me alsjeblieft geen mevrouw, dan voel ik me zo oud. Ik ben marj- Autumn.' Even ging ik bijna de mist in. Ik was zo gewend om te zeggen 'ik ben Marjolein' dat ik even vergat dat ik vanaf nu Autumn heette. Het zou lang duren voordat ik Marjolein vergeten was. Maar de huiself dacht blijkbaar dat dat mijn naam was. Blij dat ze me zo mocht noemen, begon ze weer enthousiast te praten.

'Dankuwel, mevrouw Marjautumn! Dan zal Trilah nu mevrouw Marjautumn helpen, mevrouw!' piepte de huiself. Ze leek bijna te barsten van blijheid.

'Waarmee moet ik geholpen worden, dan?' vroeg ik. Ik kon me niet bedenken waarmee ze me zou moeten helpen. Blijkbaar vatte de elf dit op als een belediging. De glimlach op haar gezicht vervaagde en maakte plaats voor een beteuterd gezichtje.

'Meester zei dat ik u moest helpen uw weg vinden naar begeleider na ontbijt.' Zei ze, al het enthousiasme was nu uit haar stem verdwenen.

Nu snapte ik het. Alleen zou ik in dit grote kasteel natuurlijk verdwalen.

'O, sorry Trilah, ja, tuurlijk heb ik daar hulp bij nodig. Ik zou nog verdwalen in dit grote kasteel! Weet jij wel de weg hier, dan?' vroeg ik, en dat was een slimme zet. De elf kreeg weer een grote lach op haar gezicht en begon voor de zoveelste keer enthousiast te vertellen.

'Ja, Ja, Trilah kent alle gangen in Zweinstein, ook alle geheime gangen, nouja, niet allemaal, maar wel 3! Fred en George zijn denkt Trilah de enige die alle gangen kennen, en meneer Vilder natuurlijk, maar Trilah moet soms meester naar buiten helpen en dus kent Trilah ook 3 geheime gangen, mevrouw Marjautumn!' piepte Trilah, glunderend van trots.

'Goed, wil je dan wachten totdat ik mijn ontbijt opheb?'

'Ja, mevrouw Marjautumn, en dan zal ik u naar uw begeleider brengen!' zei ze blij. De elf liep naar een hoekje van de kamer, en verdween daar bijna in de schaduwen.

Ik keek naar de vreemde dingen op het bord. Ik begon maar met hetgene wat er het meest uitzag als brood. Voorzichtig nam ik een hapje. Hm, dit was best lekker. Ik nam nog een hap, en nog één. Toen dat brood-achtige geval op was, keek ik naar de rest op het bord. Eerst dat sap maar eens proberen, dat zag er tenminste een beetje uit als vruchtensap. Ik nam een slok en proefde... pompoen? Kon je dat proeven? Maar dat was het woord wat opkwam in mijn gedachten. Pompoensap. Best lekker, trouwens. Toen ik dat glas ophad, keek ik naar de rest op het bord. De dingen zagen er vreemd uit, en ik had 's ochtendsvroeg toch al niet zo'n honger, dus de rest liet ik maar staan.

'Trilah? Ben je er nog?'vroeg ik aan de schaduwen in de hoek. Blij, bijna huppelend kwam de huiself weer uit haar hoekje tevoorschijn.

'Kom, mevrouw Marjautumn! We gaan naar begeleider!' piepte ze en ze liep naar de deur. Ik volgde haar, en bedacht me bij de deur dat ik nog geen make-up op had.

'Trilah! Zou je misschien nog héél even kunnen wachten? Ik ben mijn make-up vergeten!' riep ik naar Trilah, die op me stond te wachten even verderop in de gang. Blij dat ze begreep wat make-up was, riep ze terug:

'Ja, mevrouw Marjautumn, Trilah wacht hier! U Make-up doen!'

Glimlachend liep ik naar de badkamer, waar ik het gebruikelijke zwarte lijntje aanbracht en vervolgens met mascara aan de slag ging. 2 minuten later kwam ik de badkamer weer uit en liep naar de gang, waar Trilah nog braaf stond te wachten.

'Mevrouw! Marjautumn! Kom mee!' piepte Trilah enthousiast en ze begon voor me uit te lopen. Ze huppelde bijna, en was nog steeds erg blij dat ze iets kon doen. Ik volgde haar, maar bedacht me toen dat ik nog niet wist wie mijn begeleider was. Ik zou naar de Wegisweg gaan, maar met wie, en hoe gingen we erheen?

'Trilah? Weet jij wie mijn begeleider is?' vroeg ik voorzichtig aan de elf, hopend dat ze het niet als een belediging ofzoiets op zou vatten.

'Ja, Trilah weet. Komt u mee!' riep ze weer en liep bijna nog harder dan dat ze deed. Met moeite kon ik haar bijhouden, terwijl ik toch twee keer zo lang was als de elf. Ze ging me voor door lange gangen, door gaten in de muur waar tapijten voor hingen, en net als de eerste keer toen ik hier met Sneep liep, had ik geen idee welke richting we uitliepen en hoe ik terug zou moeten komen. Ik liep maar gewoon achter de huiself aan, vertrouwend op haar kennis van de gangen.

'We zijn er bijna, mevrouw Marjautumn!' piepte ze, toen we nog een hoek om waren geslagen. Mooi, want dit begon toch best wel vervelend te worden, dit ellenlange lopen. Na een paar gangen, hoeken en ingangen die voor mij op geheime ingangen leken, maar het niet waren, kwamen we uit in een grote hal, met gigantische, zware voordeuren. Recht tegenover de voordeuren waren nog 2 grote, zware deuren. In de muren rechts en links van me zaten ook nog tientallen deuren. Ik had geen idee waar ik heen moest, en had ook geen idee door welke van de deuren ik gekomen was. Ik was zwaar verdwaald.

'Trilah, waar zijn we?' vroeg ik, maar kwam toen tot de conclusie dat de elf verdwenen was. Verdwenen! Ik was alleen in dit godforsaken halletje! Nouja, halletje, groot was het dus wel. Maargoed, dat veranderde niks aan het feit dat ik completely lost was.

Totdat er opeens één van de duizenden (zo leek het) deuren openging en er iemand uitstapte... en op hetzelfde moment dat de persoon de hal binnenstapte, wist ik dat het mijn begeleider was.

Spanning en sensatie – wie is haar begeleider? Ideeën zijn welkom, want niks staat nog vast! Ik heb natuurlijk wel een idee, maar misschien weten jullie leukere personen! P

Review please! Met of zonder ideeën, never mind! Laat weten wat je ervan vind!

Jullie moesten eens weten wat Bugles met Monchou kunnen doen voor een verhaal... veel! Haha voor degenen die niet weten wat het is: Bugles zijn die chipjes, in de vorm van kegeltjes zegmaar, en monchou is iets room-kaas-achtigs...

echt lekker in combinatie! Zorgt voor inspiratie! P