5
Als snel zijn ze bij het paleis.
Onderweg zijn ze nog een paar heartless tegengekomen, maar die versloegen ze makkelijk.
"Vader, Sora is weer terug," zegt Ariel, als ze haar vader ziet.
"Ariel, ik had je toch gezegd dat…O' hallo Sora, wat leuk dat je langskomt," zegt koning Triton, zijn boosheid is alweer weg.
"Vader, Sora heeft een vraag voor u."
Geduldig wacht koning Triton af.
"Koning Triton, heeft u nog iets gehoord van Ursula?"
Triton denkt even na.
"Hm, mijn soldaten hebben haar niet meer gezien nadat jij haar had 'verslagen', maar ik denk dat ze nog leeft," zegt hij.
Donald en Goofy schrikken, maar Sora niet.
Ik dacht het al, ze had zich te gemakkelijk laten verslaan, denkt hij.
"Als jullie haar tegenkomen waarschuw ons dan Sora, ga er niet alleen op af," zegt koning Triton.
"Maak je geen zorgen, Donald, Goofy, Riku en Kairi zijn bij me."
"En mij!" zegt Ariel, die de hand pakt van Kairi.
"Goed zo meid, gewoon met ons meegaan," fluistert ze.
Ariel glimlacht naar haar.
"Ariel, ik heb liever niet…"
Maar Ariel laat haar vader niet uitspreken.
"Vader, ik heb me al meerdere keren verdedigd tegen die nare heartless, laat me alsjeblieft me hun mee gaan," Ariel kijkt haar vader smekend aan.
"Goed dan, je mag mee, maar als er iets met je gebeurt…"
Ariel knuffelt haar vader.
"Dankjewel vader, ik zal u niet teleurstellen," en samen met Sora en de rest zwemt ze weg.
Ariel laat haar geheime grot zien aan Sora en de rest.
"Ik kan het niet geloven, ik een zeemeermin!"
Ariel moet lachen.
"Meestal is het leuk, maar ik zou wel willen weten hoe het is om te lopen."
Kairi kijkt Ariel aan.
"Wacht maar, op een dag zal jij net als mensen kunnen lopen," zegt Kairi.
Ariel kijkt haar blij aan.
"Denk je?"
Kairi knikt.
"Kom dan gaan we naar de jongens toe," ze zwemmen naar beneden.
Sora kijkt naar Kairi.
Wat ziet ze er leuk uit als een zeemeermin, denkt Sora.
"Wat zie je er leuk uit als zeemeermin Kairi," zegt Riku.
Kairi bloost.
"Dankjewel, jullie ook hoor," zegt Kairi, ze moet lachen.
"Hm, uitslover," mompelt Sora.
Geïrriteerdzwemt hij naar Donald en Goofy die op de uitkijk staan.
"Sora, moeten we niet op zoek gaan naar Ursula?" vraagt Donald.
"Ja, daarvoor kwamen we toch hier?" vraagt Goofy.
Soradraait zich om en kijkt hoe zijn vrienden plezier maken.
Ze hebben niks in de gaten.
Hijdraait zich weer om.
"Vanavond gaan we Ursula zoeken, wij met z'n drieën, net als vroeger, maar zeg het tegen niemand," fluistert Sora.
Donald en Goofy knikken.
"Als iedereen slaapt, komen wij in actie!"
Zoals afgesproken gaan Sora, Donald en Goofy stiekem in de nacht op pad...zwemmend, eigenlijk.
"Sst, maak ze niet wakker, kom," voorzichtig gaan ze ervandoor.
Maar ze weten niet dat er iemand is wakker geworden en hun achtervolgt…
"Waar gaan we beginnen met zoeken," vraagt Goofy.
Sora kijkt Donald aan.
"Misschien bij haar schuilplaats, of bij het Gezonken Schip?" zegt Donald
"Laten we maar eerst bij het Gezonken Schip gaan kijken, goed?"
Sora vindt het best en ze zwemmen er vandoor.
Eenmaal aangekomen bij het schip zien ze dat het word bewaakt door allerlei heartless.
"Pas op!" Goofy kan hun nog net op tijd wegtrekken.
"Dat was op het nippertje, maar wat doen al die heartless hier?"
Goofy en Donald halen hun schouders op.
"Geen idee…Wacht eens, misschien is hebben we Ursula helemaal niet verslagen, misschien kon ze net op tijd ontsnappen!" zegt Donald, bijna schreeuwend.
Goofy gebaart dat hij wat stiller moet doen.
"Maar waarom…"
"Hebben jullie me niet meegevraagd!"
