Hoofdstuk 16
Die avond lag Harry nog steeds in bed. Hoewel zijn tranen inmiddels gedroogd waren was de pijn er niet minder om geworden. Ron en Hermelien waren net nog bij hem geweest, maar hadden al snel ingezien dat hij op dit moment behoefte had om alleen te zijn. Daaraan kon hij zien dat hij misschien toch wel een goede keuze had gemaakt en blij mocht zijn met zulke vrienden.
Hij was net opnieuw de gebeurtenissen van de dag aan het overdenken toen hij wat commotie hoorde komen vanuit de afdelingskamer. Hij hoorde iemand met snelle pas de trap naar de slaapzaal oplopen en hij draaide zich naar de deur, benieuwd wie hem nu weer zou storen. De deur werd werkelijk opengegooid en in de deuropening stond een vrij boze professor Sneep.
"Potter wat heb je met Draco gedaan!", zei Sneep terwijl hij naar binnen liep.
"Niets meneer", zei Harry terwijl hij overeind ging zitten.
Sneep schudde zijn hoofd. "Luister, wat jullie in je vrije tijd uitvoeren moet je zelf weten, maar ik wil niet dat mijn lessen er hinder van onder vinden. Eerst kwam Draco naar het lokaal, die duidelijk niet in z'n eigen doen was en vervolgens besluit jij om maar helemaal niet op te dagen."
"Ik ben ziek", zei Harry kalm terwijl hij Sneep aankeek. Ziek was misschien nog niet eens een sterk genoeg woord. De pijn die hij voelde leek wel erger dan welke griep dan ook.
"Tenzij je in de ziekenzaal ligt en madame Plijster me verzekert dat je niet in staat bent om je toverstok vast te houden en een spreuk te zeggen, verwacht ik je binnen tien minuten in het lokaal."
"Maar professor", zei Harry die echt absoluut geen zin had in een les met Sneep en Draco.
"Tot zo Potter", zei Sneep terwijl hij de slaapzaal weer uitliep en de mensen die bij de deur probeerden iets van het gesprek op te vangen een vuile blik toewierp. Harry zuchtte en begon zich klaar te maken voor zijn les. Een kwartiertje later ging hij het lokaal binnen waar Sneep en Draco al op hem aan het wachten waren.
"Ik dacht dat ik tien minuten had gezegd", zei Sneep terwijl hij hem streng aanstaarde. "Maar ja, een beroemdheid als jij verwacht natuurlijk weer een speciale behandeling."
Een normale behandeling zal al fijn zijn, dacht Harry maar hij hield wijselijk zijn mond. Daar waar Draco gisteren waarschijnlijk nog voor hem was opgekomen, grijnsde hij nu alleen maar.
"Laten we maar beginnen voordat onze beroemdheid besluit ons weer te verlaten. Ik wil dat jullie dat tafeltje weer laten zweven op dezelfde plek als gisteren."
Om te zeggen dat de les een ramp was, is een understatement. Hij en Draco leken wel niet in staat om de spreuk tegelijk te zeggen. Die enkele keer dat dat wel lukte vloog het tafeltje vaak veel te hoog waarna ze elkaar ervan de schuld begonnen te geven.
De week erna bleven de lessen ook niet veel beter gaan. Het leek wel alsof de chemie tussen hen beide verdwenen was. Het scheelde waarschijnlijk ook als Harry wat minder zou denken over hoe het met hem en Draco zou kunnen zijn, en zich wat meer op de les zou concentreren. Het enige lichtpuntje was dat Sneep en Perkamentus hen op een avond kwamen vertellen dat ze waarschijnlijk een manier hadden bedacht om Voldemort te verslaan.
"We denken dat de vloek des doods waarschijnlijk sterk genoeg zou zijn als jullie hem tegelijkertijd zouden zeggen", zei Perkamentus.
"Zo simpel?", vroeg Draco niet gelovend.
"Als ik je eraan mag herinneren is deze vloek bepaald niet simpel en heeft hij op Harry na altijd uiterst effectief gewerkt. De reden dat jullie hem samen zouden moeten zeggen is niet alleen omdat jullie samen sterker zijn, maar ook omdat Harry alleen daar waarschijnlijk niet in zou kunnen slagen."
Na de vragende blik van Draco en Harry vervolgde Perkamentus.
"Harry zou waarschijnlijk niet één van de drie verboden vloeken kunnen gebruiken, simpelweg omdat hij daar te goed voor is."
Draco grijnsde gemeen en Harry keek een beetje beschaamd.
"Dit is juist een hele goede eigenschap, alleen zoals je in je vijfde jaar al gemerkt hebt met Bellatrix, werken de verboden vloeken niet met gerechtvaardigde woede. Daarom zou Draco je goed kunnen helpen omdat ik denk dat hij een zodanige 'opvoeding' heeft gehad dat hij, ondanks de regels van het ministerie, waarschijnlijk wel ervaring heeft met het gebruik ervan", zei Perkamentus met een beetje afkeurende blik.
Draco knikte.
Dat was inmiddels drie dagen geleden en Draco liep nu alleen rond in Zweinsveld. Hij merkte al snel dat alleen rondlopen niet zo leuk was als met een hele groep, maar hij vertikte het om in z'n eentje achter te blijven in het kasteel. Hij liep langs wat winkeltjes en zag precies het bekende trio Zacharias Zoetwarenhuis uitlopen. Een nieuwe woedegolf kwam in hem op toen hij Ron en Hermelien naast Harry zag lopen. Zij hadden hem van hem afgepakt. Z'n ogen verkleinde zich tot spleetjes en boos keek hij hen na. Het was hun schuld dat hij nu alleen achter was gebleven. Als hun er niet waren geweest had hij hier nu samen met Harry gelopen. Hij volgde ze met z'n ogen totdat zij de drie bezemstelen inliepen.
Hij wilde z'n weg weer vervolgen toen hij een groepje Zwadderaars zijn kant op zag lopen. Paniek vulde zijn lichaam en hij begon snel een andere kant op te lopen. Als ze hem alleen hadden zien lopen konden ze nooit veel goeds van plan zijn. Hij keek achterom om te kijken of hij nog steeds gevolgd werd en zag tot zijn ontzetting dat het groepje nog sneller was gaan lopen. Zonder op te letten waar hij heenliep vluchtte hij een steegje in, in de hoop daar een verstopplek te vinden. Hij had echter geen geluk, want nergens was een goede verstopplek en tot zijn ergernis liep het steegje ook nog eens dood. Hij wilde zich vlug omdraaien om snel het steegje uit te lopen toen hij de Zwadderaars al zag staan.
"Zeg je ons tegenwoordig helemaal geen gedag meer Draco?", zei Blaise terwijl hij naar voren liep.
"Dag", zei Draco terwijl hij z'n toverstok pakte. Hij was echter niet snel genoeg en Patty gilde al de ontwapeningsspreuk waardoor zijn toverstok wegvloog.
"Zo, dat praat alvast een stuk makkelijker", zei Blaise grijnzend.
"Wat wil je", zei Draco die maar meteen ter zake kwam. Het was te laat om zich hier nu nog uit te redden dus kon hij maar beter erachter komen wat ze van plan waren.
"Nog altijd even gezellig hoor ik", zei Blaise die duidelijk genoot van zijn rol in dit geheel. Draco keek Blaise alleen maar verveeld aan terwijl van binnen z'n hoofd racete met mogelijke scenario's.
"Nou, ik had het je graag allemaal uitgelegd Draco, maar feit is dat je een afspraak hebt en we haten het als je die zou missen. Dus…. vangen!", zei Blaise terwijl hij iets naar Draco toegooide.
Onmiddellijk traden Draco's zoekersinstincten in werking en met gemak ving hij het kleine doosje wat Blaise naar hem toegooide.
"Wat is..", maar Draco kon zijn zin al niet meer afmaken want op dat moment werd zijn vraag al beantwoord. Het kleine doosje dat hij gevangen had was een viavia en Draco kon alleen maar raden waar deze hem heen zou brengen.
"Kun je echt niet nog even blijven maat?", zei Ron toen Harry opstond in de drie bezemstelen.
"Sorry Ron, maar ik heb zometeen m'n les met Sneep en ik kan maar beter niet te laat komen."
"Nou, veel plezier dan", zei Ron terwijl hij z'n glas boterbier optilde.
"Bedankt", zei Harry en hij liep het café uit. Het was niet dat hij hun gezelschap niet waardeerde, maar sinds hij Draco vanmorgen in z'n eentje door de straat had zien lopen twijfelde hij opnieuw aan zijn keuze. Ron en Hermelien hadden altijd elkaar nog, terwijl Draco nu helemaal alleen achterbleef. Bovendien had hij ook werkelijk een les met Sneep omdat die had besloten om nu het Zweinsveldweekend was de les een keer aan het einde van de middag te houden in plaats van 's avonds. Alsof de man wist dat Draco allen zou zijn en hij op deze manier ook Harry's middag wilde verpesten.
Hij was inmiddels weer op Zweinstein aangekomen en liep naar het lokaal waar hun les zou plaatsvinden. Toen hij de deur van het lokaal opende was er echter nog niemand. Dat was vreemd. Meestal waren Sneep en Draco er al voordat hij kwam. Hij ging aan een tafeltje zitten om te wachten. Misschien hadden Sneep en Draco bedacht om nu hem een keer te laten wachten. Het was tien minuten nadat ze hadden afgesproken toen professor Sneep een keer het lokaal binnenkwam. Hij leek verbaasd om Harry te zien zitten.
"Potter wat doe jij hier?"
Dat is helemaal mooi. Eerst mijn middag verpesten en dan vervolgens vragen waarom ik hier ben, dacht Harry boos.
"Ik ben hier voor mijn les professor", zei Harry die z'n woede onder controle probeerde te houden.
Sneep keek verbaasd.
"De les gaat niet door Potter", zei Sneep zuur.
"Wat! U verpest mijn middag door mij zo vroeg hier te laten komen en vervolgens zegt u doodleuk dat de les niet doorgaat!", zei Harry boos.
"De les gaat niet door omdat Draco er niet is", zei Sneep die probeerde z'n zelfbeheersing niet te verliezen. "Hij is in de val gelokt en is nu ongetwijfeld meegenomen naar de heer van het duister. Ik vind het rot voor je dat Draco daardoor geen rekening heeft gehouden met jouw middag. Misschien dat je hem er later nog op kan aanspreken", zei Sneep sarcastisch.
Harry was echter al gestopt met luisteren na de eerste twee zinnen. Draco was bij Voldemort, hij moest hem redden.
"Potter wat ga je doen", zei Sneep toen hij de vastberaden blik in Harry's ogen zag.
"Ik ga Draco redden, ik zal hem terugbrengen op school", zei Harry vastbesloten.
"Nee Potter, je houdt je hier buiten. Laat de order dit oplossen!"
"En ik hier blijven zitten en niets doen!", zei Harry boos. "Ik ga Draco zoeken!"
Harry liep vastbesloten richting de deur. De deur bereikte hij echter nooit omdat op dat moment Sneep de verlamstraal riep. Met een klap viel Harry op de grond.
"Ik laat je jezelf niet in gevaar brengen", zei Sneep tegen de nu stilliggende Harry.
"Heldje spelen doe je maar als dit alles over is. Tot die tijd ben jij onze enige hoop op betere tijden", zei Sneep met een zuur gezicht. "Ik laat je jezelf daarom niet in gevaar brengen door zoiets stoms te doen."
