Hoofdstuk 29
De Waarschuwing

Het was gewoon vertederend om te zien dat moeder en zoon eindelijk herenigd waren.
"Ron wat heb ik je gemist" zei mevrouw Wemel en drukte Ron tegen haar borst aan.
"Mam ik stik zo wat" zei Ron en vrijwel onmiddellijk liet mevrouw Wemel haar zoon los.
"Het spijt me, maar al die tijd dacht ik dat je dood was, maar je leeft weer" zei Mevrouw Wemel en Madison kon zien dat ze een traantje wegpinkte.
"Dat snap ik" zei Ron.
"Ik vind je verhaal echt zo fascinerend" zei meneer Wemel die naast zijn vrouw stond. Ron had hen het hele verhaal verteld en ze hadden met hier en daar wat 'oeh' en 'ah' geluisterd.
"Ja" kon Ron alleen maar uit brengen.
"Maar wat ik me wel af vraag, wie was degene die je voor mij hebt aangezien?" vroeg Ron en zijn vader die zijn lijk geïdentificeerd zou hebben werd knalrood.
"Het was in ieder geval iemand die op jou leek" zei zijn vader en ging op de bank van de huiskamer zitten.
"Of iemand wilde dat wij dachten dat Ron dood was" zei Madison en het werd stil.
"De halve toverwereld die uit Dooddoeners bestaat wil mij dood hebben dus dat zal moeilijk worden om daar achter te komen" zei Ron die Madison de laatste tijd erg afblafte als zei iets zei.
"Dat is waar" zei Madison die op een stoel zat met Elissa in haar armen die sliep.
"Madison kom je even ik moet je spreken" zei Harry die ook bij Ron en zijn ouders had gezeten.
"Oké, Ron hou jij Elissa even bij je" zei Madison en ze gaf Elissa voorzichtig aan Ron die het liever de nek omgedraaid had dan vastgehouden maar toch hield hij haar vast en Elissa sliep zelf door.
"Bedankt" zei Madison en liep met Harry de gang op.
"Madison ik merk dat Voldemort meer kracht begint te krijgen zoals ik bij de laatste vergadering al heb gezegd. En het idee van jou was helemaal goed dat we niet zomaar alle Dooddoeners moeten volgen, maar alléén mensen die echt wat betekenen binnen de kring van Voldemort" zei Harry en Madison knikte hevig en kreeg het gevoel dat, dat niet het gene was wat Harry wilde zeggen.
"Nou ik was net op de Wegisweg om meneer en mevrouw Wemel te halen en daar zag ik er wat zitten, dus mijn vraag is. Zullen we hun samen achtervolgen?" vroeg Harry.
"Hoezo, waarom ik?" vroeg Madison.
"Nou Ron heeft het nu nogal druk en Hermelien was met een andere opdracht bezig dus dan blijf jij over in dit huis, en aangezien je ervaring moet op doen om schouwer te worden" legde Harry uit en Madison snapte het.
"Is goed, ik ga wel mee" zei Madison en samen verdwijnselde ze naar de Wegisweg waar ze in een steegje belandde.
"Harry, we kunnen ons beter transfigureren" zei Madison want de meeste Dooddoeners herkende Madison wel en Harry al helemaal aangezien ze allebei gezocht werden.
"Ja, is goed" zei Harry.
"Implicius incatalemus" zei Harry en wees met zijn toverstok naar Madison. Ze voelde dat ze wat langer werd en zag haar witblonde haren roetzwart werden, ze had zelfs het idee dat haar ogen veranderde.
"Zo Madison jij bent helemaal niet meer te herkennen, spreek nu die bezwering over mij uit" zei Harry en toen Madison klaar was met haar nieuwe lichaam te bekijken richtte ze haar staf op Harry en veranderde hem in een mollige blonde jongen.
"Madison ik lijk nu bijna wel op mijn neef" zei Harry maar ze zag aan zijn gezicht dat hij het niet erg vond.
"Oké, nou kom op dan gaan we die Dooddoeners volgen" zei Madison en schrok, haar stem had ook een hele andere toon gekregen.
"Lach niet" zei Madison toen Harry begon te lachen over de geschrokken en verbaasde blik van Madison.
"Sorry, ik zag Park met Kwast lopen en Gorter was ook in de buurt maar ik weet niet of hij er met hen was" zei Harry.
"Oké" zei Madison en ze liep samen met Harry naar de lekke ketel en meteen zagen ze een groepje verdachte personen zitten waaronder Patty Park en tot Madison's schrik ook Orlando.
"Kom we gaan een tafel verderop zitten" zei Harry en Madison volgde hem naar een tafel precies ver genoeg om niet op te vallen maar wel het gesprek te kunnen volgen.
"Hij wilde dat ik de opdracht deed" zei de verschrikkelijk lelijke schreeuwende stem van Park.
"En toen ik er bij was wilde hij dat ik jou assisteerde" zei Orlando.
"O alsjeblieft doe je gewoonlijke taak maar dan is hij blij genoeg" zei ze en dronk haar boterbier in een teug op.
"Wij weten in elk geval wat we moeten doen" zei een meisje die Madison herkende als Vilerina Comit, een erg actieve Dooddoener.
"Goed" zei Park en iedereen behalve Orlando stond op en liep weg.
"Harry ga jij achter da groepje aan dan blijf ik hier" zei Madison.
"Is goed, ik vertrouw die Orlando niet helemaal" zei Harry en ging tegelijkertijd weg met het groepje Dooddoeners.
"Oké, hoe gaat het tussen Draco en dat kreng" vroeg Park opeens en Madison moest moeite doen om zichzelf in te houden en niet op te staan en haar een dreun te geven.
"Ze zijn weer bij elkaar" zei Orlando en keek Park aan.
"Wij hadden een afspraak, je zorgt dat Draco terug naar mij komt en dan mag jij die Verrera houden. Als het niet lukt zullen we veel geld mis lopen en een goed liefdesleven" zei Park en Madisons mond hing even naar beneden van verbazing.
"Luister, ik snap dat zijn ouders een hoge som hebben betaald voor het verleiden en het uit elkaar halen van die twee maar als het niet wilt lukken dan lukt het niet" zei Orlando.
"Ik ben jaren samen met Draco geweest en ben hem aan die griet kwijt geraakt in nog geen maand tijd, maar ik ben nog steeds verliefd op hem en ik doe alles om hem terug te krijgen" zei ze alleen iets te hard zodat er een paar mensen op keken.
"Ik vind Madison ook mooi en wil haar ook voor mezelf hebben en doe ook alles daarvoor maar zoals we het nu doen zal het niet lukken" zei Orlando.
"Misschien kunnen we een liefdesdrankje maken" stelde Park voor maar Orlando schudde zijn hoofd.
"Ze nemen volgens mij niets meer aan wat ik hen voorschotel" zei Orlando.
"We kunnen misschien een van de twee ontvoeren en de ander laten denken dat diegene dood is en dat de een dan de ander verleid" zei Park maar alweer schudde Orlando zijn hoofd.
"Dat zal ook niet werken" zei hij.
"Nou wat werkt dan wel?" vroeg ze kwader dat Orlando al haar ideeën af wees.
"We moeten Draco de orde uit werken en er voor zorgen dat ze elkaar nooit meer kunnen zien" legde Orlando uit.
"Daar heb ik geen goed gevoel over" zei Park en voor de eerste keer in Madison's leven zag ze Park bezorgd kijken.
"Probeer eerst maar de liefdesdrank en dan zien we wel verder" zei Park en ze stond op en liep weg zonder Orlando nog een blik waardig te geven. Ze vergat nu haar opdracht, Orlando stond op en Madison volgde hem. Hij liep Londen in en bij het eerste en beste moment riep ze Orlando.
"Wie ben jij?" vroeg hij.
"Iemand die in jou is geïnteresseerd" zei Madison en sleepte hem een steeg in, ze toverde zichzelf weer om in zichzelf en hield een verbaasde Orlando onder schot.
"Madison" zei hij maar Madison gaf geen antwoord terug.
"Jij laat mij en Draco met rust en die Park ook of anders doe ik iets waar ik de rest van mijn leven spijt van zal krijgen" zei Madison en dat was wat ze aan hem kwijt wil. Ze wilde weten dat er niet met haar te spotten viel. Zij was Madison Malfidus en niemand kon haar dat afnemen of bespotten.
"Madison waar heb je het over" zei Orlando en Madison prikte haar toverstok in zijn nek.
"Ik heb je net afgeluisterd bij de lekke ketel" zei ze en Orlando schrok.
"Heb je mij begrepen?" vroeg Madison.
"Ik heb je begrepen" zei hij en Madison trok haar stok terug en deed die in haar gewaad.
"En als je toch zo naar Park toe gaat zeg dan dat ze nooit tussen Draco en mij kan komen even min als jij dan kan" zei Madison en met die woorden verschijnselde ze weer naar de Wegisweg terug want ze moest Harry zoeken.
"Madison!" schreeuwde een bekende stem boven de menigte uit en toen ze zich om draaide zag ze Harry in zijn gewone gedaante aan komen.
"Wat heb je gehoord?" vroeg Madison.
"Ze willen iemand uit de orde ontvoeren maar ik heb niet gehoord wie" fluisterde Harry in Madison haar oor zodat niemand behalve zij het kon horen.
"En jij?" vroeg hij.
"Ik heb alleen gehoord dat Orlando en Park een plan hebben om mij en Draco uit elkaar te halen, maar ik heb Orlando op het hart gedrukt dat hij dat vooral niet moet proberen" fluisterde Madison en Harry lachte om haar.
"Daar had ik bij moeten zijn" zei hij en Madison kon nu een klein glimlachje ook niet onderdrukken.
"Maar denk je dat hij een verrader is?" vroeg Madison zachtjes aan Harry.
"Dooddoeners blijven Dooddoeners ook al staan ze aan de andere kant" zei Harry en Madison knikte dat ze het begreep.
"Wij bespioneren hen maar hun ook ons, daar valt niets aan te doen, overal zijn wel verraders" zei Harry iets harder.
"Ja, dat is wel zo" zei Madison.
"Maar zullen we weer naar huis gaan, Ron zit nog steeds met Elissa volgens mij" zei Madison en lachte bij het idee dat Ron, Elissa moest verzorgen.
"Ja, laten we hem dan maar uit zijn lijden verlossen" zei Harry en samen verdwijnselden ze terug naar het Grimboutplein.

"Mama" schreeuwde Elissa toen ze thuis was, ze schopte Ron die haar vast had zodat hij haar los liet en ze rende naar Madison toe.
"Elissa" zei Madison en ze aaide haar over haar haren waar nu twee vlechtjes in zaten.
"Wie heeft die vlechtjes gemaakt?" vroeg Madison.
"Emmerlien" zei ze en Madison moest lachen.
"Dat doet ze wel mooi" zei ze en Elissa rende nu de deur uit en de trap op. Dat deed ze wel vaker dan wilde ze Madison even zien en ineens was ze weg.
"Zo ben je nu aan kleine kinderen gewend?" vroeg Harry en gaf Ron een schouderklopje.
"Ik moest altijd al op Ginny passen" zei Ron en met z'n drieën liepen ze de woonkamer binnen waar nu ook Fred en George bij waren gekomen.
"Ron we gaan een welkomsfeest voor je geven" zei George met een grijns.
"Meen je dat?" vroeg Ron en keek zijn broers omstebeurt aan.
"Ja, anders zouden we het niet zeggen" zei Fred en op dat moment verschijnselde Draco binnen en ging achter Madison staan en knuffelde haar.
"Draco kom eens" zei Madison en trok hem mee naar de keuken waar niemand was.
"Wat is er?" vroeg Draco toen hij het bezorgde gezicht van Madison zag.
"Ik heb net Park met Orlando gezien en afgeluisterd omdat Harry en ik een klusje voor de orde deden, ze zeiden dat ze ons uit elkaar wilden halen en dat je ouders hen er voor betalen. Ik wilde je dit laten weten want niemand mag dit voor elkaar krijgen" zei Madison achter elkaar.
"Het was ze bijna gelukt maar nu we dit weten lukt het nooit meer" zei Draco en reageerde anders dan Madison verwacht had.
"Verbaast het je niet?" vroeg Madison.
"Ik ken mijn ouders en ik ken Patty" zei Draco simpelweg.
"Eigenlijk had ik zoiets kunnen verwachten van hun, ik kwam alleen te laat op het idee dat het zou kunnen" zei Draco en zoende Madison zoals hij in tijden niet had gedaan.