Hoofdstuk 3

"Doe eens rustig, stresskip!" zei Shirley, toen ze Lily aan het ontbijt haar toast naar binnen zag schrokken. Lily kon niet antwoorden omdat haar mond dus vol met toast zat. Ze slikte het met grote moeite door.
"Ik heb het ook zo druk! Ik moet steeds oefenen voor die musical, ook nog leren voor de examens, dan ben ik ook nog eens Hoofdmonitor en ik ben ook nog- nou laat maar!" riep ze boos en ze liep de Grote Zaal uit.
"Jemig zeg. Is ze ongesteld ofzo?" zei James, die vlakbij Shirley zat. Shirley keek hem vernietigend aan en liep ook weg.
"Vrouwen," mompelde James. Sirius kwam de zaal binnen. Hij keek nogal moeilijk.
"Wat is er, Sluipvoet?" vroeg James.
"Eh…niks," zei Sirius en hij liep gewoon weer verder. Niet naar de leerlingenkamer van Griffoendor, maar naar die van Zwadderich. Hij wachtte bij de ingang, tot Sneep eindelijk naar buiten kwam. Sirius trok hem mee in een hoekje.
"Hoe ben je uit die Verdwijnkast gekomen?" siste hij. Sneep haalde zijn schouders op. "Weet ik veel. Maar volgens mij waren er ook voordelen, ik hoorde net dat Potter me moet vervangen?" zei hij.
"Ja, inderdaad en dat was ook mijn bedoeling! Dus ga nou effe in die kast zitten-" zei Sirius. "Wat? Ik ga echt niet vrijwillig in een Verdwijnkast zitten, Zwarts!" zei Sneep.
"Ja maar wacht nou even…als we nou eens een deal maken. Ik zorg ervoor dat jij geen Romeo hoeft te spelen, en dan vertel jij aan niemand dat ik je in die Verdwijnkast hem gegooid. Oké?" zei Sirius. Sneep dacht even na.
"Nou, goed dan, Zwarts." zei hij uiteindelijk en hij liep weg uit de donkere hoek. Sirius liep hoofdschuddend naar zijn eigen leerlingenkamer. Hij had nooit gedacht dat hij nog eens een deal zou sluiten met Sneep…hij kon er eigelijk wel om lachen. Nu alleen nog bedenken hoe hij ervoor kon zorgen dat Sneep niet mee kon doen…

Die middag waren Lily en James nergens te bekennen. De hele klas roddelde erop los en dacht dat ze echt iets met elkaar hadden.
"Ze zitten nu vast in een leeg klaslokaal-"
"Ja, of in een bezemkast-"
Sirius zei tegen professor Kist dat hij vreselijke hoofdpijn had en liep snel de les uit naar de leerlingenkamer. James was er niet, maar Lily zat op een stoel en haar hoofd lag op een boek van Bezweringen. Sirius stootte haar aan.
"Lily. Lily..Lily!" zei hij. Lily werd eindelijk wakker.
"Hoi, Sirius. Hoe laat is het? Wat hebben we?" vroeg ze slaperig.
"Onze laatste les is bijna voorbij," zei Sirius.
"WAT!" schreeuwde Lily. "Nee hè, ik ben in slaap gevallen!"
"Dat had ik al door," zei Sirius en hij probeerde niet te lachen.
"Ik ga snel naar professor Anderling!" zei Lily en ze was al weg voordat Sirius iets kon zeggen. Even later kwam James binnen met een doos is zijn armen.
"He, Gaffel, waar was jij nou?" vroeg Sirius.
"Naar de keuken," zei James en hij zette de doos neer; er zaten taartjes, drinken en nog veel meer in.
"Aha. Nou, weet je, Lily was er ook niet…en nu denkt iedereen dat je met haar een bezemkast bent ingedoken ofzo.." zei Sirius. James grijnsde.
"Was het maar zo," zei hij.
"Echt?" zei Sirius opgewonden. "Dus je vind haar wel leuk?"
"Dat weet je toch. Al jaren. Maar ze wilde steeds niet met me uit…" zei James.
"Maar…maar…nou, laat maar…" zei Sirius. Hij was een beetje verbaasd omdat James anders nooit durfde toe te geven dat hij Lily leuk vond.

"Kan je nou niet beter gewoon oefenen met James? Ik bedoel, straks moet je voor het eerst met hem zoenen op de musical!" zei Shirley de volgende dag toen ze aankleedden.
"Nee, één keer is beter dan tien keer!" zei Lily. "En trouwens, ik denk dat ik gewoon niet kom. Ik heb er totaal geen zin in."
"Jawel, je komt wel!" zei Shirley.
"Zodat jij me kan uitlachen?" zei Lily.
"Nee, helemaal niet! Je moet blij zijn dat je niet met Sneep hoeft!"
"Nou, ik weet niet. Iemand zei dat Sneep gisteren weer in de les was…"
"Echt? Oh nee! Ik moet even naar Sirius!" zei Shirley zonder erbij na te denken en ze deed gauw haar schoenen aan en liep weg.
"Sirius! Ik hoorde dat Sneep weer gevonden is?" vroeg Shirley aan Sirius, die met Remus op de bank zat.
"Ja, inderdaad. Maar ik heb gezegd dat ik ervoor zorg dat hij Romeo niet hoeft te zijn, en dan zegt hij niet da tik hem in een Verdwijnkast heb geduwd," zei Sirius.
"Wat? Hoe wou je dat gaan doen? Gooi hem er gewoon weer in!" zei Shirley.
"Ben je gek? Dan heb ik een groot probleem!" zei Sirius.
"Nou, je hebt het kantoortje van Anderling al vaker gezien, en het gaat toch om Lily en James? Je wil ze toch bij elkaar krijgen? Tenzij je een beter plan hebt doe je het maar gewoon!" zei Shirley. Sirius zuchtte.
"Goed dan. Ik snap trouwens niet dat hij er zo snel uitkwam…" zei hij. Shirley leek tevreden en liep weer weg.
Maar toen ze die avond gingen oefenen, kwam Anderling opeens binnen met Sneep.
"We hebben meneer Sneep weer! Meneer Potter hoeft niet meer mee te doen!" zei ze. "Jullie moeten nu de kusscène gaan oefenen,"
"Oh nee! Nu moet ik met Sneep!" zei Lily wanhopig tegen Shirley, die haar medelijdend aankeek.
"Wacht even," fluisterde ze naar Lily en ze liep naar professor Anderling.
"Professor, ik denk dat James de rol veel liever doet!" zei ze. Anderling glimlachte schamper.
"Ik denk het niet. Meneer Sneep speelt Romeo en Potter is nergens te bekennen, dus-" zei ze.
"Maar-" onderbrak Shirley haar.
"Nee, juffrouw Rijkse!" zei Anderling beslist. "Hup, meneer Sneep, het podium op!" Sneep liep het podium op. Hij keek helemaal niet triest. Shirley vermoedde dat hij het ergens wel leuk vond dat hij met het knapste meisje van de school mocht zoenen. Lily keek nog even wanhopig naar Shirley.
"Goed, we gaan beginnen!" zei Anderling. Lily en Sneep gingen op hun plaats staan en liepen naar elkaar toe. Lily had zin om gillend weg te rennen, maar bedacht dat ze dan nog erger voor gek stond. Ze besloot het maar gewoon te doen, het was toch maar een nepzoen. Ze liepen op elkaar af en waren nu heel dichtbij. Ze bogen naar elkaar toe…
"WACHT! Ik ben er! Hallo!" riep James opeens. Hij was de Grote Zaal binnen komen rennen, samen met Sirius. Lily zuchtte opgelucht. Voor de eerste keer was ze blij met zijn komst.
"Goedenavond meneer Potter. U bent te laat, en meneer Sneep is al terug, dus u hoeft hem niet meer te vervangen." zei professor Anderling.
"Oh. Nou, goed dan." zei James grijnzend.
"Hé, ik wou even zeggen dat ik iemand Secret- ik bedoel Sneeps spullen zag verstoppen!" verzon Sirius snel. Sneep keek hem ongelovig aan.
"Goed, waar zag u dat, meneer Zwarts? Dan gaan we toch even kijken, ik ga wel mee." Zei Anderling. Sirius aarzelde, maar toen hij Shirley's waarschuwende gezicht zag zei hij: "Goed, eh…kom maar mee…" en hij liep de Grote Zaal uit met Sneep en Anderling achter zich aan. Toen ze bij de Verdwijnkast kwamen, aarzelde hij weer. Hij zou echt vreselijk veel straf krijgen voor dit, maar toen dacht hij weer aan James en Lily en hij deed de kast open, sleurde Sneep erin en gooide de deur weer dicht.
"Meneer Zwarts!" riep professor Anderling geschokt. "Wat hebt u gedaan!" Ze deed de deur van de Verdwijnkast open, maar er was niets te zien. Opeens slipte haar voet weg over het kleed en ze viel de Verdwijnkast in.
"Oh nee.." kreunde Sirius. "Ik heb echt een probleem…" Hij liep terug naar de Grote Zaal, waar iedereen stond te wachten. Hij vertelde alles aan James, die haast niet bijkwam van het lachen.
"Sluipvoet is de lul, olé olé!" riep hij.
"Jemig, ik hoop echt dat ze zich niets meer kan herinneren…" zei Sirius.
"Maar heb je Secretus er ook ingeduwd dan?" vroeg James opeens serieus.
"Eh…ja." zei Sirius.
"Wat? Waarom? Nu moet ik Romeo spelen!" zei James. Op dat moment kwam professor Perkamentus de zaal binnen.
"God, spaar me!" smeekte Sirius wanhopig. James ging terug naar de groep terwijl Perkamentus een preek aan Sirius gaf.
"Dit heeft geen zin meer, ga maar naar jullie leerlingenkamers," piepte professor Banning. Lily zuchtte opgelucht en liep samen met de andere Griffoendors naar de leerlingenkamer.

Die nacht kon Lily niet in slaap komen. Ze las een boek en keek naar buiten. Ze zag iets vreemds. Drie gedaantes….dieren. Toen ze door het maanlicht liepen zag Lily een grote hond, een hert en nog een groot beest…het was een merkwaardige optocht. Omdat ze toch niet kon slapen en wel zin had in iets spannends, liep ze zachtjes de slaapzaal uit en klom door het portretgat. Toen ze naar buiten sloop zag ze de dieren niet meer.
"Lily?" zei opeens een stem. Lily keek om en zag Sirius.
"Oh eh…hoi. Wat doe jij hier?" vroeg Lily. Sirius haalde zijn schouders op.
"Ach je weet wel…ik kon niet slapen. En jij?" zei hij.
"Eh…ik zag net iets vreemds. Drie dieren liepen hier..." antwoordde Lily.
"Dat heb je je vast verbeeld. Ga nou maar weer…" zei Sirius fronsend. Lily hoorde iets galopperen. Het was het grote hert wat ze net gezien had.
"Kijk dan! Een hert!" riep ze uit. Sirius keek om en deed alsof hij schrok.
"Goh…mooi beest," zei hij en hij keek een beetje kwaad naar het hert, die zijn kop in de lucht gooide. Plotseling hoorden ze gegrom en gepiep. Sirius' ogen werden groot.
"Ga weg, Lily." zei hij.
"Wat is dat?" vroeg Lily een beetje bang.
"Weet ik veel! Ga nou!" zei Sirius. Lily wilde weglopen, maar het was te laat. De weerwolf kwam op hen afrennen. Het grote hert sprong bovenop hem.
"Ga weg. Snel!" zei Sirius. Lily rende naar het kasteel, en toen ze omkeek zag ze Sirius opeens in een hond veranderen. Maar ze had geen tijd om verbaasd toe te kijken. Ze vluchtte het kasteel binnen en sloop weer terug naar de leerlingenkamer.

"Ik wil uitleg!" siste Lily de volgende morgen naar Sirius en James. Ze duwde hen een leeg klaslokaal in, ging zelf ook naar binnen en sloot de deur. Ze ging op een tafel zitten.
"Nou?" zei ze. "Voor de draad ermee!"
"Eh…Lily…" begon Sirius.
"Ik zag je veranderen in een hond!" onderbrak Lily hem. James keek Sirius even aan.
"We zullen het vertellen," zei hij. "Kijk, het begon allemaal toen…toen we ontdekten dat Remus een weerwolf was."
"WAT!" riep Lily geschrokken.
"Ja, hij is een weerwolf. Nou, wil je het verhaal nog horen of niet?" zei James geïrriteerd. "Je moet blij zijn dat we je dit vertellen!" Lily knikte.
"Goed. Toen we dat ontdekten, in ons tweede jaar, dacht Remus dat we zijn vrienden niet meer wilden zijn. Maar we wilden hem juist helpen, dus we…" hij stopte.
"Ja?" vroeg Lily ongeduldig.
"We werden Faunaten. Niemand weet het…" zei James. Het was een hele tijd stil en Lily deed er even over om te beseffen wat James net gezegd had.
"NEE! Dat meen je toch niet hè!" brulde ze door het lokaal. "Dat is illegaal, je kon wel gepakt worden en dan weet ik veel wat voor vreselijke straf krijgen! Zijn jullie helemaal gek geworden? Jullie tweeën hebben dit zeker bedacht? En Perkamentus of iemand anders weet niets? Dit is niet normaal, Potter!" raasde ze, maar ze stopte toen Sirius woedend opstond.
"Hou je mond!" zei hij woedend. Hij was krijtwit. Lily slikte. James was ook opgestaan.
"Heb je al bedacht waarom we dit gedaan hebben? Om hem te helpen, Evers! We wisten dat hij eenzaam was en nooit vrienden had gehad-" zei hij, maar Lily onderbrak hem.
"Wat weet jij daar nou van?" zei ze fronsend.
"Alles! Ik ben geen ongevoelige zak, zoals jij het altijd zegt!" zei James.
"En we weten maar al te goed hoe het is om eenzaam te zijn! Ja, inderdaad, Lily, dat had je niet verwacht hè?" zei Sirius. Lily kon de woede in zijn ogen zien en durfde niets meer te zeggen.
"Hou je mond hierover." zei James. Lily knikte langzaam.
"Ik…ik beloof het…" stamelde ze. Toen ze in zijn bruine ogen keek kreeg ze weer een kriebel in haar maag. Sirius en James liepen het lokaal uit, en na een minuutje of twee ging Lily ook op weg naar de les.