Hoofdstuk 13

Lily liep woedend naar buiten, de tranen stroomden over haar wangen. Zo ver was haar vader nog nooit gegaan, hoe erg hun ruzies ook waren. Ze kon bijna niet geloven dat hij haar echt geslagen had. Ze belde bij James aan, die al snel opendeed.
"Lily! Wat is er?" zei hij. Hij liet haar binnen en ze gingen in de woonkamer op de bank zitten. Lily vertelde alles.
"WAT!" brulde James toen Lily klaar was. "Hoe durft hij, die smerige, arrogante zak! Ik zal hem eens-"
"Wat moet ik nou doen, naar huis?" onderbrak Lily hem.
"Je kan hier slapen, we lossen dit morgen wel op." zei James. Hij probeerde zich kalm te houden.
"Je ging toch stappen met Sirius?" zei Lily, die weer een beetje bijkwam.
"Ja…ik kan het wel afzeggen…" zei James.
"Nee, ik wil wel mee." zei Lily. James knikte.
Een halfuur later was Lily eindelijk klaar met zichzelf optutten.
"Er zijn heus geen leuke jongens voor je," zei James grijnzend.
"Echt wel," zei Lily lachend. Ze Verdwijnselden naar het huis van Sirius.

"Sluipvoet?" riep James toen ze in de huiskamer van Sirius stonden.
"Kom eraan," klonk het vanuit de badkamer. Even later kwam Sirius de huiskamer binnen met nat haar en alleen een handdoek om zijn middel. Lily wilde zich omdraaien, maar Sirius zei:
"Hoi Lily. Eh….je hoeft je niet om te draaien hoor. Ik heb nog steeds een wasbord, dus je mag kijken." Lily rolde met haar ogen. Sirius schepte weleens op, maar hij had wel gelijk. Hij was gespierd en had inderdaad een wasbordje. Hij draaide zich om, pakte kleren uit de kast en liet de handdoek van zich vallen. James gaf Lily een duw toen hij zag dat ze naar Sirius' achterwerk stond te staren.
"Sorry," mompelde ze.
"Je kan het ook gewoon vragen als je een naakte man wil zien, weet je." zei James grijnzend.
Even later Verschijnselde Marlou, en Sirius was inmiddels al aangekleed.
Ze gingen naar de Lekke Ketel, waar het vreselijk druk was omdat het zaterdagavond was. Er was gezellige muziek en Lily, James, Sirius en Marlou gingen aan de bar zitten waar ze een Boterbiertje bestelden. Lily vergat de ruzie en al gauw waren ze allevier behoorlijk bezopen.
"Hahahaha, Gaffel, jij bent dronken!" zei Sirius lachend, terwijl hij zelf nog meer op had dan James.
"Je moet niet dronken dat ik denken ben!" zei James voor de lol. Iedereen proestte het uit.
"Hé, zullen we gaaaaaan?" zei Lily.
"Jaaaaaaaaaaaah," zei Marlou. Ze haakte haar arm door die van Lily en ze wankelden samen naar buiten. Sirius en James kwamen achteraan.

De volgende dag werd Lily wakker in James' bed met barstende koppijn. James was uit het bed gevallen. Lily hoorde iemand de trap opkomen en ze schudde James snel wakker.
"Ugh…wat is er?" zei hij slaperig.
"Je ouders!" zei Lily.
"Oh shit…je moet snel naar huis!" zei James.
"Nee…" zei Lily. James herinnerde zich weer dat Lily ruzie had met haar vader.
"Dan maar in de kast," zei hij. Lily kroop in de kast en deed hem net dicht toen mevrouw Potter binnenkwam.
"Goeiemorgen James," zei ze opgewekt. "Oh jee…heb je weer teveel op gisteren?"
"Hoe bedoel je, weer?" zei James beledigd.
"Jaja, laat maar. Ik heb was voor je.." zei ze. Ze liep naar de kast.
"Nee! Geef maar aan mij!" riep James. Gelukkig vroeg mevrouw Potter niets en gaf ze de was aan James. Hij wachtte tot zijn moeder weg was en trok de kastdeur open, zodat Lily dubbelgevouwd naar buiten viel.
"Au…wat heb jij een rommel in je kast!" zei ze, wrijvend over haar knie.
"Sorry," zei James. "Je moet nu echt naar huis…wil je dat ik mee ga?"
"Ja…" zei Lily. Ze kleedden zich aan en klommen door het raam naar buiten.
James belde aan en mevrouw Evers deed open, tot Lily's opluchting.
"Lily! Is alles goed met je? Waar was je toch?" zei ze bezorgd. Ze omhelsde Lily en liet James ook binnen. Lily's vader zat op de bank. Hij staarde peinzend voor zich uit, maar keek om toen ze binnenkwamen.
"Lily…" begon hij. Lily ging tegenover hem zitten, samen met James.
"Weet je…het spijt me echt…" zei haar vader.
"Nee, ik had dat niet moeten zeggen." zei Lily. "Maar doe dat alsjeblieft nooit meer…"
"Ik beloof het. Geen ruzie meer, hè?" zei haar vader glimlachend. Ze gaven elkaar een knuffel.

Lily en James slaagden allebei, en Sirius en Marlou ook. Sirius was ook geslaagd voor een opleiding tot Schouwer en Marlou voor haar opleiding tot lerares. Ze zaten in de huiskamer van Sirius en dronken Boterbier om het te vieren.
"Hebben Remus en Peter eigenlijk geen opleiding gevolgd?" vroeg Marlou.
"Ik heb al een hele tijd niks van Peter gehoord, en Remus heeft geen opleiding gevolgd omdat…eh…nouja…" zei James ongemakkelijk.
"Ik weet het al…" zei Marlou. Daarna was het even stil.
"En Lily, ga je nu in het St.Holisto werken?" vroeg Sirius.
"Yep. En jij, Marlou?" zei Lily.
"Op Zweinstein," zei ze schouderophalend.
"Gelukkig. Ik ben niet van plan om naar Frankrijk te verhuizen ofzo, daar staat ook een toverschool…" zei Sirius.
"Hoe heet die dan?" vroeg James.
"Eh…Bookbats ofzo." zei Sirius aarzelend.
"Beauxbatons," verbeterde Lily hem half lachend.
"Whatever!" zei Sirius.

Een week later kwam Marlou inderdaad met het bericht dat ze aangenomen was op Zweinstein, als lerares Verweer Tegen Zwarte Kunsten. Lily werkte in het St.Holisto en James en Sirius waren officieel Schouwers.
Nu Lily en James meer tijd voor elkaar hadden, besloten ze samen te gaan wonen. Ze hadden een huis uitgezocht in de Halvemaanstraat, waar bijna niets aan gedaan hoefde te worden. Dus na een week verhuisden ze al hun spullen naar het nieuwe huis. 's Avonds waren ze eindelijk klaar en ze vielen al gauw in slaap in hun nieuwe hemelbed.
De volgende morgen lag er een brief op de keukentafel. Lily las hem voor aan James. Hij was eieren aan het bakken, wat zo te ruiken nogal mislukte.
"Vraagt Perkamentus of we bij de Rode Feniks komen?" zei hij toen Lily klaar was met voorlezen.
"De Orde van de Feniks. Ze hebben al heel wat leden…ze vechten samen tegen Voldemort." zei ze.
"Oh die…" zei James verbitterd. Voldemort had al een paar kennissen van hem vermoord. "Nou, ik vind het best. Jij?"
"Het is wel gevaarlijk…. " zei Lily.
"Maar ze kunnen jou zeker goed gebruiken, als Heler." zei James.
"Ja…dat is wel zo. Ik doe het," besloot Lily.
Die middag kwam Perkamentus langs. Hij bekeek aandachtig hun huis en daarna gingen ze met hem me naar het hoofdkwartier van de Orde. Het was een luxe huis met een grote vergaderhal. De muren en het plafond waren wit en ze zagen ook overal goud.
"Wow," zei James. "Hoe kom je aan dit huis, Albus?" James noemde hem nu voor de grap 'Albus'.
"We hebben allemaal een steentje bijgedragen," antwoordde Perkamentus met twinkelende ogen. "Ga zitten," Lily en James gingen nog steeds om zich heen kijkend zitten op mooie stoelen met zachte bekleding.
Ze maakten kennis met alle leden van de Orde, ook Remus, Sirius, Peter en Marlou waren gekomen.
"Wormstaart! Lang niet gezien!" zei James joviaal toen Peter tegenover hem kwam zitten. "Wat heb jij al die tijd gedaan?" Peter keek James angstig aan.
"Euh…ik had een baantje in de grote stad, zeg maar…." verzon hij. Lily voelde op de een of andere manier dat hij loog, en dat hij iets verborgen hield, maar ze zei niets.

"Lily…ik heb nog eens nagedacht." zei James die avond.
"Jij? Wat een wonder!" zei Lily plagend.
"Ha ha. Nee, even serieus. Misschien kunnen we beter niet trouwen." zei James.
"Wat?" zei Lily langzaam. "Waarom niet?"
"Omdat…omdat…nou zie je, jouw vader…" stamelde James.
"Trek je niks van hem aan. Hij houdt ons nu niet meer tegen!" zei Lily.
"Maar toch…weet je het wel zeker?" zei James.
"Ja! Hoezo, twijfel je? Heb je soms iemand anders?" zei Lily scherp.
"Doe niet zo raar! Natuurlijk niet!" zei James.
"Nou dan…wat is er dan mis?" zei Lily.
"We hoeven toch niet te trouwen…we kunnen toch gewoon samenwonen, en verder niets?" zei James.
"Ik dacht dat ik 'de ware voor je was'? Nou, blijkbaar niet! Je bekijkt het maar!" zei Lily boos. Ze liep snel naar beneden.
"Maar Lily…wacht nou even…ik bedoel…eh…je achternaam is zo mooi!" riep James nog bovenaan de trap. Maar Lily trok de voordeur met een klap dicht. James sloeg zichzelf op zijn voorhoofd.
"Stomkop!" zei hij tegen zichzelf.