XXXIII De Laatste Reis
"Het is gedaan met Shinra", zei Cait. Iedereen was terug op de highwind na het gevecht in Midgar. Toen Heidegger en Scarlet weg waren, zijn alle soldaten weggegaan.
"Red, heb jij een idee wanneer de meteoor gaat vallen", vroeg Cloud.
"Hm, volgens opa zal het binnen 7 dagen gebeuren", zei Red.
"Oké...Red je wilt iedereen in Cosmo Canyon terug zien hé?"
"...Ja"
"En Barret jij wilt Marlene terugzien niet?"
"Wat voor een stomme vraag is dat nu natuurlijk", zei Barret kwaad.
"Wanneer we Sephiroth verslaan maar niet in slagen om de kracht van holy los te laten zal er geen planeet zijn om te beschermen. Wanneer we Sephiorth niet kunnen verslaan zullen we gewoon een paar dagen eerder sterven dan de rest."
"Begin nu niet te denken dat je al verloren hebt voor je begint te vechten", zei Barret kwaad.
"Nee dat is het niet...Waar vechten we voor? Ik wil dat we dat allemaal begrijpen. De planeet redden is allemaal schoon en wel, maar is dat hoe het eigenlijk is. Voor mij is het gewoon een persoonlijke vete tussen mij en Sephiroth, de planeet redden is gewoon een deel daarvan. Ik denk dat we allemaal voor onszelf vechten...en die iemand...iets...wat het ook is dat belangrijk is. Dat is waar we voor vechten. Dat is waarom we met dit gevecht voor de planeet doorgaan."
"Hm, nu je het zo zegt. Het klinkt inderdaad mooi zeggen dat je de planeet gaat redden. Maar ik was degene die ene mako reactor opblies. Als ik daar nu henen kijk was het niet het juiste te doen. Ik heb veel vrienden en onschuldige bijstanders doen lijden...Ik deed het eerst uit wraak. Vanwege Shinra mijn stad heeft aangevallen. Maar nu...nu vecht ik voor Marlene. Voor Marlene's toekomst, ik wil de planeet redden voor haar"
"Ga dan naar haar toe. Wees zeker van jezejf en kom dan terug als je nog wilt. Allemaal doe hetzelfde. Gaat dat een zoeken en als je zeker bent kom dan terug", zei Cloud.
"Hm, en wat ga je doen als we niets terugkomen. Als meteoor ons toch gaat doden waarom nog vechten", zei Cid.
"Ik weet waarom ik vecht. Ik vecht voor de planeet maar ook voor iets speciaal, een speciale herinnering dat ik heb. En jullie allemaal wat is het voor jullie? Dat wil ik dat je nu gaat zoeken"
"Hm, als jij het zegt. Wie moet ik waar afzetten", vroeg Cid.
"Ga maar eerst naar Kalm, ik denk dat Barret zijn dochter graag zal zien en ik had het haar beloofd dat ik hem ging meebrengen", zei Cait.
"Huh? Hm, denk nu maar niet dat we vriendjes zijn", zei Barret.
"Hm, ik zou er niet aan denken."
"Wufei is de plaats waar ik wil zijn", zei Yuffie.
"Wel, voor mij weet je het ook. Cosmo Canyon", zei Red.
"Vincent?", vroeg Cid.
"Hm, zet mij af westen van Cosmo Canyon, er zou een waterval zijn", zei de man.
"Tifa?"
"Ik blijf bij Cloud. Ik heb nergens om heen te gaan", zei Tifa.
"Je hebt me ooit is gevraagd wat mijn connectie was met Sephiroth? En je wilt het nog steeds weten en nu zeker na het gevecht met Hojo, niet?", vroeg Vincent opeens.
"Huh, ja", zei Cloud.
"Kom met mij dan mee, als het waar is wat die man zei dan zal je alles te weten komen", zei Vicent.
"Oké, dan. We zullen daarna in Gongaga zijn, als jullie dan niet terug zijn ga ik", zei Cloud.
Cid vloog als eerst naar Kalm en zette Cait en Barret daar af. Daarna ging hij naar Cosmo Canyon wara hij red afzetten en dan naar het westen van de stad. Er was een smalle weg die naar ene waterval leidde, de weg was goed verstopt en wie zou hier ooit komen. Vincent stapte af samen met Cloud en Tifa. Daarna was er nog alleen Wutei waar hij Yuffie afzette en dan ging hij zelf naar Rocket Town naar waar ooit zijn geliefde raket stond.
"Wat is er kat waarom zo nerveus", vroeg Barret.
"Elmyra is bij Marlene en geen van de twee weten dat Aeris...", zei Cait.
"Wat? Waarom heb je dat nog niet verteld!"
"Wel, wat dacht je dat ik zou moeten doen. Binnen stappen en halo zeggen en o je dochter is gedood door Sephiroth!"
"Hm, dat gaat niet makkelijk worden", zei Barret en keek naar de grond.
"Ik weet het en zeker voor Marlene, ze vroeg constant achter het bloemenmeisje als ze niet om haar vader vroeg. Maar na het gebeuren in de noordere krater had ik niet zoveel tijd meer om langs te komen."
"Hm, ik bebrijp wat je bedoelt. Oké, laten we gaan Cait".
Cait keek op, het was de eerste keer nadat ze te weten kwamen dat hij ene spion was dat hij hem cait noemde.
Ze gingen beide naar het huis waarna Cait klopte. De deur ging open waarvan Elmyra in de deuropening stond.
"Ow Cait je bent terug...Barret ben jij dat?"
"Hey, tijdje geleden hé", zei Barret.
"Kom binnen, kom binnen. Marlene gaat zo blij zijn als ze weet dat je hier bent", zei de vrouw.
De twee stapten binnen in de hal waarna de vrouw aan de trap ging staan.
"Marlene, kom is naar beneden"
Ze hoorde zachte voetstappen totdat er ene klein meisje bovenaan de trap. Toen ze Barret zag renden ze opeens de trap af naar de man.
"Pappie, pappie, je bent er eindelijk", riep ze constant.
"Hey, kleine meid. Hoe is het met u", zei de man en hief haar op.
"Goe, pappie. Dankzij door poesje, wonen we in een mooi huis en al. Nu dat je terug bent kan je hier wonen, pappie", zei Marlene opgewonden.
"Poesje?", vroeg de man en keek naar de cait die rood begon te worden.
"Wel, het is vele aardiger dan kat", zei Cait.
Elmyra moest even lachen maar stopte snel.
"Hm, Marlene waarom laat je Barret je kamer niet zien. Ik heb wat belangrijke dingen te bespreken met Elmyra", zei Cait.
"Oké, poesje. Kom pappie, mijn kamer is echt mooi", zei Marlene en trok de man weg. Barret knikte naar Cait om hem moed te geven, hij wist dat hij het nodig ging hebben.
"We zullen in het salon zitten", zei Elmyra en ging een gezellige kamer in met ene open haard en twee grote zetels. In het midden stond een tafeltje met een vaas op gevuld met bloemen.
Cait ging in de zetel zitten net als Elmyra.
"Ik moet je iets zeggen over...", begon Cait maar kon verder niet meer zeggen. Hij kreeg het niet over zijn lippen.
"Het is over Aeris, ze...ze komt niet meer terug", zei Elmyra zacht en boog haar hoofd.
"Je...je weet het al?"
"Ik had een gevoel, dat er haar iets overkomen was en ik had ook een droom. Ze kwam erin voor waar ze afscheid nam", zei de vrouw waarna er dan tranen op haar rok vielen.
"Hoe...hoe is het gebeurd?"
Cait vertelde het hele verhaal van hoe Aeris aan haar eind was gekomen, hoe ze haar leven opgaf om de planeet te redden. Elmyra huilde zachtjes terwijl ze het verhaal hoorde.
"Daarna heeft Cloud haar lichaam in het het meer gelegd", beëindigde Cait zijn verhaal.
"Ze...ze was altijd een ...moedig meisje geweest...ik wist dat ze op ene keer me ging verlaten...maar ik hoopte van niet", zei Elmyra.
"Ze is niet weg", zei opeens Marlene.
Cait en Elmyra keken op en zagen het meisje in de deuropening staan.
Barret kwam achter haar staan.
"Sorry, ze was opeens weg", zei de man.
"Wat bedoel je schatje", vroeg Elmyra toen ze haar tranen wegveegde.
"Ze is niet weg, het bloemenmeisje is er nog, ze is in mijn dromen geweest en zei dat ze altijd over ons zou waken, ze heeft zelf me dit bloemetje gegeven", zei Marlene en liet een kleine bloem in ene potje zien.
"Je, hebt gelijk. Ze zal altijd bij ons zijn", zei de vrouw en lachte weer. Marlene kwam naar haar toe en omhelsde haar.
"Zet dat bloemetje maar hier op tafel waar iedereen het kan zien", zei de vrouw. Marlene knikte en zette de pot naast de vaas.
"Zo, hoe zit het met jullie twee. Hoe zit het met de rest en al", vroeg Elmyra.
"Wal, als je het niet erg vind, blijven we een dagje. Ik heb Marlene zolang niet meer gezien. Ik wil wat tijd met haar doorbrengen", zei Barret.
"Dat is in orde. Als je blijft slapen, er zijn nog twee kamers vrij", zei de vrouw.
"Nanaki", riep de wacht opgeschrokken.
"Hey, wat is er je kijkt zo raar", vroeg de leeuw.
"Red, het is Bugenhagen. Nadat jullie hem afgezet hebben is hij verzwak. Hij is...", zei de tweede wacht maar kon zijn zin niet afmaken vanwege Red opeen wegliep recht naar de observatietoren. Toen hij daar aankwam hoorde hij opeens ene luid geschreeuw van binnen.
"Ga weg jullie kwakzalvers! Jullie maken het erger dan het is", hoorde hij een bekende stem roepen waarna 3 dokters de toren uitliepen.
Red ging naar binnen en liep direct naar de kamer van zijn opa op de tweede verdieping. Toen hij daar aankwam zag hij dat zijn opa op bed lag.
"Opa?", zei Red stil.
"Nanaki, je bent hier. Wat een verassing", zei de man.
"Ben je in orde, de wacht zei..."
"Ba, iedereen is hier gewoon overbezorgd, ik zakt gewoon door mij knieën", zei de man kwaad waarna hij luid begon te kuchen.
"Oké, ik ben wat uitgeput ook"
"Ik haal de dokters terug, misschien kunnen ze iets doen. Ze moeten iets kunnen doen", zei Red en wou de deur uitlopen.
"Nee red", zei de man streng.
"Maar..."
"Het heeft geen zin...ik wist dat deze dag ging komen", zei de man.
"Maar...maar je komt in orde dat weet ik gewoon. Je hebt gewon iets opgedaan toen je met ons meeging", zei Red wanhopig.
"Nee, kleinzoon. Ik het is mijn tijd, ik wist het al ene tijdje. Ik heb al een lang leven gehad waar ik blij mag voor zijn maar de ouderdom heeft me eindelijk ingehaald", zei de man.
"Maar...ik wil je nog niet kwijt...dan heb ik niets meer", zei Red.
"Dat is niet waar, ik zal altijd bij je zijn. Net als je moeder en vader die bij je zijn", zei de man.
Red keek naar de grond.
"Nanaki, kijk me aan. Wanneer ik weg ben, zal jij mijn plaats overnemen, je bent oud en wijs genoeg om deze plaats goed te regeren maar daarvoor moet je eerst de wereld redden", zei de man.
"Dat...zal ik doen", zei Red.
"Wanneer ik je ouders zie zal ik ze vertellen over je moed en kracht, alhoewel ze dat al zullen weten. Je bent hun zoon. Kom hier."
Red kwam naast het bed zitten waar Bugenhagen zijn hand op zijn hoofd legde.
"Hm, je bent sterker geworden tijdens deze reis, ik heb het gezien wat je hebt gedaan tegen Diamond WEAPON. Ik ben zo trots op je, om zo'n kleinzoon als jij te hebben"
"Bedankt opa", zei Red. Opeens gleed de hand van zijn hoofd en hing gewoon naast het bed. Tranen gleden langs Red zijn snuit naar beneden waarna hij dan luid begon te huilen als een wolf. Het gehuil weerkaatste door Cosmo Canyon waardoor iedereen het hoorde. Ze wisten direct wat het betekende waarna iedereen stopte met wat ze deden en gewoon stil naar de observatietoren keek.
"Ha, jij. De sterkste techniek van de ninja gebruikt en dan nog een WEAPON uitegschakeld laat me niet lachen", zei Shake.
"Jij kleine snotaap", riep Yuffie woedend.
"Wat wil vechten, kom maar op kluns", riep Shake.
"Allebei stoppen", riep Godo boos.
"Shake, je weet goed genoeg dat ze het heeft gedaan. En daarbij ze is sterker geworden, dat zie je zelf ook wel", zei Gorki.
"Hm, toch zeg ik dat ze ene kluns is"
"We hebben over het gevecht in Cosmo Canyon gehoord. We zijn trots op je dochter, je bent ene waar ninja geworden", zei Godo.
"Ja, ook al dachten we wel dat het nooit ging gebeuren, je hebt wat laten tonen", zei Stanif.
"Je hebt het goed gedaan, we zijn allemaal trots op je", zei Chekhov.
"Zo, wat ga je nu doen, nu ze je de kans gegeven zodat je kunt gaan lopen", zei Shake bits maar deze keer gaf Yuffie geen antwoord terug ze zweeg even.
"Ja, dat zou ik vroeger gedaan hebben, van het gevaar weglopen", zei de vrouw.
"Hm, weglopen is niet altijd verkeerd maar ook niet altijd juist. Je moet weten wanneer je moet opgeven en wanneer niet", zei Gorki.
"Zoals de grote oorlog om Wutei, we wisten dat als we doorzette we veel zouden kwijt raken daarom dat we uiteindelijk ons overgegeven. Er waren al genoeg opofferingen geweest aan beide kanten. Als we niet gestopt waren kon Wutei volledig plat liggen en niet vele meer overblijven van het ninja ras", zei Godo.
"Pap..."
"Denk er een nacht over vandaag geven we een feest omwille je terugkeer naar Wutei en je overwinnen op het WEAPON", zei de man.
"Waar zit je met die thee, vrouw", riep Cid die terug in zijn comfortabele zetel lag.
"Hier is het Cid, net zoals je hem wilt", zei Shera en legde het op tafel.
"Bedankt"
"Zo, wat ga je doen eigenlijk, morgen"
"Hm, die jongelui hebben veel energie. Of het ze zal lukken weet ik niet maar ze zullen het gevecht intens maken", zei Cid en kwam recht zitten.
"Zij zijn niet de enige met veel energie", zei Shera.
"Hehehehehe, ik kan er nog wat van, ik weet het. Maar waarom eerder sterven als ik het hier kan zijn totdat die meteoor hier is"
"Zij vechten voor iets om te beschermen, daarom dat ze zo sterk zijn"
"Ja, dat is waar...Ik ben met ze meegegaan de eerst keer vanwege dat ik ze interessant vond. Toen ik langer bij hun bleef kwam ik meer te weten over hun doelen en wat ze van plan waren, door hen heb ik zelfs mijn Highwind terug en mijn droom kunne vervullen", zei Cid.
"Dat is waar, ik heb je nog nooit zo gezien. Ik heb zelfs dat gevecht buiten de raket gezien, je was zo sterk", zei de vrouw.
"Hé, ik ging die raket niet in hun handen vallen"
"Hehehehe, wel ik hoop dat het hun lukt", zei de vrouw stil.
"Het zal ze lukken, daar zal ik voor zien", zei Cid opeens. Shera keek op toen de man dat zei.
"Hé, kijk niet zo verbaasd. Zij zijn niet de enige die iets te beschermen hebben", zei de man en glimlachte naar haar.
"Zo je gaat vechten, wel het enige dat ik dan kan zeggen is. Kom heelhuids terug", zei de vrouw.
Cid ging voor de vrouw staan en keek haar recht in de ogen.
"Natuurlijk kom ik terug, we willen niet dat je lui gaat worden", zei Cid waarna de vrouw glimlachte.
"Kom, ik ga wat veranderingen aan de Highwind doen. Ik zou graag hebben dat je me assisteerde"
"Oké, kapitein"
"Hehehe, houw het maar bij Cid"
De drie gingen langzaam naar de waterval, er liep en weg die naar achter de waterval leidde. Ze kwamen in een grot die doorliep tot een kleine ruimte. Toen ze binnen kwamen zagen ze de ruimte volledig was ingericht tot een woonbare plek. Er stonden een paar kasten gevuld met boeken, een haard die voor verwarming zorgde en een bed in de buurt. In het midden was een grote tafel waar een vrouw zat. Toen de 3 binnen kwamen keek ze op. Het leek dat de vrouw van middelbare leeftijd was. Ze had lang bruin haar en bruine ogen. Van kleding had ze een labjas aan. Toen ze de eerst man zag kon ze haar ogen niet geloven.
"Vincent?"
"Die stem...Lucrecia", zei Vincent.
"Waar was je al die tijd, en wie zijn dat", vroeg de vrouw.
"ik was...Wat doe jij hier. Ik dacht dat je gestorven waart toen je ..."
"Toen ik Sephiroth baarde? Normaal zou ik gestorven zijn, niemand kon zoiets overleven, maar ene dele van Jenova cellen waren in mij terecht gekomen, ze hebben mij in leven gehouden", zei de vrouw.
"Het spijt mij"
"huh?"
"Dat ik je niet kon beschermen? Het was mijn taak."
"Nee, ik had eerder moeten luisteren. Dan was Sephiroth nooit geboren, dan had hij nooit de dorpje uitgemoord", zei de vrouw.
Tifa en Cloud wisten direct waarover ze het had.
"Over dat dorpje. Deze twee zijn overlevende van die dag. Ze zouden graag weten meer weten over onze connectie met Sephiroth"
"Het spijt me wat er jullie is aangedaan", zei de vrouw.
"Het geeft niet, je bent niet verantwoordelijk voor zijn daden", zei Tifa.
"Dus jij bent de echte moeder van Sephiroth", zei Cloud.
"Ja, ik heb gehoord dat hij steeds zei dat Jenova zijn moeder was. Ik weet niet hoe hij aan die naam kwam", zei Lucrecia.
"Hoe is het allemaal gebeurd", zei Cloud.
"Ik zal alles uitleggen", zei Vicent.
"Het was toen we beide nog jong waren, Ik was ingetreden in de Turks en Lucrecia was wetenschapper in Shinra. Ze de beste in haar vak. Ik zag haar veel en wou altijd met haar praten maar ik heb nooit de kans gehad. Toen kreeg ik ene missie. Ik moest twee wetenschappers naar een klein dorpje begeleiden en beschermen dat nog maar net hun reactor hadden, namelijk Nibelheim. Lucrecia was daarbij, ik dacht dat ik de kans had maar toen zag ik haar samen met de andere wetenschapper namelijk Hojo. Ze waren een koppel. Ik had geen kans meer maar als ze blij was met hem was ik ook blij. Na ene tijd begon Hojo vreemd te doen; ik vond het niet normaal dus ik wou Lucrecia waarschuwen...", zei Vicent.
"Maar ik luisterde niet, hij waarschuwde mij voor Hojo maar ik luisterde niet. Na ene tijdje ben ik zwanger geworden maar Hojo had de baby de cellen van Jenova gegeven zonder mijn weten. Het groeide sneller dan normale baby's en het deed zeer"
"Toen ik dit zag ging ik direct naar Hojo maar hij schoot me neer, daarna heeft hij met mij iets gedaan. Mij veranderd in iets. Wel je hebt het gezien"
"Toen de baby geboren was nam Hojo hem mee en liet mij achter. Ik had geprobeerd hem dara weg te krijgen maar hij heeft me dan hier gestopt en sindsdien zit ik hier", zei Lucrecia.
"Na mijn verandering dacht ik dat Lucrecia gestorven was, ik wist niet hoe ik Hojo moest hoe ik Hojo moest bereiken. Dus heb ik mezelf geboet door eeuwig te slapen, totdat jullie mij vonden."
Cloud en Tifa wisten niet wat ze hoorden, dat het zo diep zat.
"Maar vertel mij is, leeft hij nog? Ik heb de kranten gelezen dat hij in dat dorpje gestorven was maar...er is iets ik voel dat hij nog leeft", zei de vrouw.
"Wij zullen wel terug naar buiten gaan, ik neem je niet kwalijk als je hier blijft", zei Cloud waarna hij dan met Tifa terug naar buiten ging.
"Zo, iedereen is naar de plek waar zij het liefst willen zijn", zei Tifa.
"Ja en wij hebben nergens om heen tegaan", zei Cloud.
"Dat is waar, maar ik vind het niet zo ergs als ze niet terug moesten komen...zolang ik maar bij jouw ben", zei de vrouw.
"Tifa..."
De twee waren uit de bergen waar de waterval was en op weg naar Gongaga.
"Weet je, toen ik in de levenstroom door al die stemmen werd omringd dat ik dat ik jouw stem hoord...misschien herinner je het niet maar diep in mijn hart was hoorde ik je roepen...of dat dacht ik", zei Tifa.
"Ja...dat is ook zo...ik hoorde je, ik hoorde je roepen. Je roepte me terug vanuit de levenstroom. En daarbij ik moest terugkomen, ik had beloofd dat als er iets me je zou gebeuren dat ik je zou helpen."
"Cloud? Denk je dat de sterren ons kunnen horen, denk je dat ze kunnen zien hoe hard we vechten"
"Dat weet ik niet, maar of ze het doen of niet, we moeten nog steeds doen wat we kunnen. We moeten in onszelf geloven...ooit zullen we het antwoord vinden. Dat heb ik van je geleerd Tifa, toen ik in de levenstroom was"
"Ja, dat is waar"
"Ik wil je zoveel zeggen maar nu we samen zijn weet ik niet wat ik moet zeggen. Zo te zien is er niets veranderd hé", zei Cloud en lachte even.
"Woorden zijn niet het enige manier om mensen te vertellen wat je denkt", zei de vrouw waarna Cloud zijn arm rond haar legde terwijl ze naar Gongaga gingen.
Cloud en Tifa waren al vroeg uit de veren. Ze hadden niet vele geslapen nadat ze in de stad aangekomen waren. Toen ze der waren besloten ze naar Zacks ouders te gaan om hen het nieuws te zeggen. De vrouw was in huilen uitgebarsten toen ze het nieuws zeiden. De man zei dat ze het wel wisten maar zolang er geen nieuws was hadden ze nog ene kleine hoop.
Cloud en Tifa wachtte geduldig maar niemand kwam direct opdagen.
"Hm, ik denk dat ze niet gaan komen", zei Tifa.
"Het ziet ernaar uit hé", zei Cloud.
"Ga wel een beetje vreemd zijn na zolang in een groepje groep gereisd te hebben"
"Ik zal genoeg lawaai maken voor iedereen,", zei Cloud lachend. Tifa lachte ook even.
"Kom, we vertrekken beter", zei Cloud.
De twee gingen naar de ingang van het dorp en keken nog één keer rond waarna ze doorgingen.
"Waar denkt dat heen te gaan", riep opeens ene stem vanachter hen.
Ze keken om en zagen Barret daar staan.
"Jullie denken niet zonder mij te gaan, leider van Avalanche", zei de man.
"Of mij. Werelds beste toekomst voorspeller", zei Cait en kwam tevoorschijn.
"Cait, Barret", zie Tifa blij.
"Ik hoop dat ik nog welkom ben", zei red die aan de andere kant verscheen.
"Hm, wat zouden zo'n jongelui zonder mij toch doen. Iemand moet toch op jullie passen", zei Cid die ernaast kwam staan.
"Cid, Red", zei Cloud.
Een derde persoon verscheen naast hen.
"Vincent"
"Waarom die verbaasde gezicht, wil je me soms niet"
"Nee het is niet dat. Dacht dat je liever bij Lucrecia wou blijven nu je haar eindelijk gevonden had", zei Cloud.
"Hm, ja maar je zei dat we iets moesten vinden dat we wouden beschermen en ik heb het mijn gevonden", zie de man.
"Dan is iedereen hier hé?"
"Nee, niet iedereen. Yufiie is nog niet hier", zei Red.
"Ha, die gaat niet opdagen. Ze is deze keer met onze materia niet gaan lopen, dat is éné ding om dankbaar voor te zijn", zei Barret tot er opeens iets op zijn schouders sprong en dan een salto maakte en voor hem landde.
"Hoe durf je zo iets te zeggen. Na alles wat ik heb meegemaakt met mijn zeeziekte en luchtziekte. En daarbij ik ga jullie niet alle het leuke laten doen", zei Yuffie.
"Bedankt iedereen", zei Cloud.
"We zijn niet voor jouw teruggekomen. Ik heb een dachter te beschermen en ene toekomst te geven", zei Barret.
"Ik moet de mensen van Cosmo Canyon beschermen en de wens van mijn opa vervuldigen", zei Red.
"Er wacht voor mij ook iemand thuis, en daarbij wie gaat jullie afzetten hé", zei Cid.
"Ik heb niemand meer, maar Reeve zou het willen dat ik dit doe. Ik doe dit voor hem", zei Cait.
"Wutai heeft al veel doorstaan. Ik wil het van meteoor besparen", zei Yuffie.
"Mijn reden ken je al"n zei Vicent kort.
"Maar het niet alleen voor die redenen", zei Barret.
"Ook al is ze hier niet meer ze heeft ons een grote kans gegeven", zei Red.
"We moeten die kans nu nemen", zei Cid.
"Anders is ze voor niets gestorven", zei Cait.
"Aeris bleef glimlachen tot het einde. We moeten iets doen, of die glimlach za gewoon verdwijnen. Laten we samen gaan, met de herinneringen aan Aeris. Ook al is ze terug naar de planeet gekeerd haar wens is vastgezet en wij moeten die bevrijden...we moeten Aeris wens redden", zei Cloud waarbij iedereen knikte.
"Oké, iedereen de Highwind is buiten geparkeerd laten we gaan. Ik wordt er niet jonger op"n zei Cid waarna ze in groep vertrokken.
Ze vertrokken op hun laatste reis, de reis om deze wereld te redden, de reis om Sephiroth tegen te houden en om Aeris' wens te redden.
