5 juni 1985

Het was elf uur 's ochtends toen Narcissa Draco en Abigor wakker maakte. "Kom op jongens, wakker worden. Vandaag is het jullie verjaardag." Zei ze opgewekt terwijl ze de gordijnen opentrok. Draco was als eerste wakker. "Krijgen we dan ook cadeautjes mama?" vroeg hij enthousiast. "Natuurlijk mijn lief hebberdje" zei ze terwijl ze Draco's dekens opzij sloeg. "Leuk!" riep Abigor uit die inmiddels ook wakker was geworden. "Ja he?" zei Narcissa terwijl ze Abigor liefdevol aankeek. "En ik heb nu al een verassing voor jullie" "Echt waar mama?" vroegen de jongens tegelijkertijd. "Ja" zei ze inwendig lachend om het enthousiasme van haar twee zonen. "Luister goed jullie allebei. Vannacht zijn jullie allebei vijf jaar geworden. Dat is al een hele leeftijd" legde ze uit. "Jullie zijn nu geen kleuters meer maar grote jongens". "Echt waar mama?" onderbrak Draco zijn moeder in zijn enthousiasme. "Ben ik echt een grote jongen?" Narcissa knikte. "Ja, je bent nu vijf jaar, dus ben je echt een grote jongen. En een grote jongen valt zijn mamma nooit in de rede als ze tegen hem praat". "Sorry mamma" zei Draco. "Het is goed mijn zoon" zei Narcissa terwijl ze haar zoon over de bol aaide. "Omdat jullie nu grote jongens zijn gaat er een hele hoop voor jullie veranderen". Vervolgde ze "Als eerste, grote jongens dragen tovenaarskleren, net zoals grote mensen". Narcissa liep naar de kledingkast die in de kamer stond en trok deze open. Ze haalde er twee kleine robes uit. Eentje was zwart met een zilverkleurige slang erop, en de andere was groen met een zilverkleurige draak erop "Kijk Draco, Abigor, Deze robes heeft mamma voor jullie verjaardag gekocht. Welke vinden jullie het mooist?" Draco koos de Groene met de draak en Abigor koos die met de slang precies zoals Narcissa had verwacht. "Nou, nu jullie je keuze hebben gemaakt laat ik jullie snel aankleden. Er zijn nog een heleboel verassingen en cadeautjes voor jullie beneden.

Toen Narcissa de twee jongens had aangekleed en ze beneden kwamen zat Lucius al op hen te wachten. "ah, kijk aan, daar zijn mijn twee grote jongens" zei hij vaderlijk. "Oh, wat ben ik trots op jullie. Kom zitten. De huiselven zullen het ontbijt serveren". De twee jongens en Narcissa gingen aan de ontbijttafel zitten en 'plop' daar stond het ontbijt op tafel. Er was alles dat de jongens lekker vonden. Pannenkoeken, pompoentaartjes, toast, gebakken eieren, croissantjes, puddingbroodjes alles en veel meer dan ze op zouden kunnen.

Terwijl ze aan het eten waren sprak Lucius de jarigen toe. "Omdat jullie vandaag jarig zijn en al zulke grote jongens zijn geworden heb ik een verassing voor jullie waarvan ik zeker weet dat jullie die leuk gaan vinden" De beide jongens stopten een moment met eten en keken nieuwsgierig naar hun vader. "We zullen vandaag naar Diagon Alley gaan." Sprak Lucius quasi dramatisch "Wow, echt waar vader!" riepen de jongens in hun enthousiasme "Ja, echt waar, en daar zal ik jullie alles leren over de tovenaarswereld, en, we hebben heel veel verassingen en cadeautjes voor jullie."

Beide jongens konden hun enthousiasme niet onderdrukken. Dit beloofde de grootste gebeurtenis in hun leven te worden, zo ervoeren ze het. Volgens de Pure blood traditie werd een kind tot zijn vijfde zo min mogelijk in aanraking gebracht met de tovenaarswereld. Ouders deden geen magie waar hun kinderen bij waren. Op hun vijfde begon het onderwijs, meestal gegeven door de ouders zelf, om ze spelenderwijs klaar te stomen voor hun intrede op de tovenaarschool rond hun elfde.

Toen ze klaar waren met de lunch namen beide ouders hen mee naar de openhaard. "Narcissa, neem jij Abigor? Dan neem ik Draco" zei Lucius voordat hij zich naar de jongens wendde. "Luister jullie beiden. We gaan nu gebruik maken van het Floo netwerk dat is een manier voor tovenaars om snel ergens heen te gaan. Maar je kunt alleen naar een plaats die een openhaard heeft en die is aangesloten op het netwerk" De jongens begrepen het. "Om te kunnen flooen maken we gebruik van floo powder, dat is een soort magisch poeder die maakt dat we niet verbranden en dat we daar komen waar we willen. Draco, wij gaan eerst, Houd je goed vast aan mij, en laat nooit los ok?" Hij keek de jongen indringend aan. "ja pappa, Ik laat niet los, wat er ook gebeurt" antwoordde deze. "Goed dan" Lucius nam een hand vol floo powder, gooide het in het vuur liep terwijl hij Draco aan de hand hield in het vuur en zei "The Leaky Cauldron" Daarna verdwenen hij en zijn zoon. "Nu wij, Abigor" zei Narcissa "Goed vasthouden en nooit loslaten." Abigor knikte en ze liep met hem het vuur in en even later waren ze in The Leaky Cauldron waar Lucius met een nieuwsgierig om zich heenkijkende Draco. "Nu we er allemaal zijn, laten we even gaan zitten, dan kan ik wat vertellen." Zei Lucius terwijl hij zijn familie naar een tafel begeleide.

Toen ze aan de tafel zaten haalde Lucius een enorme portemonnee tevoorschijn. Hij haalde er wat muntjes uit en liet het de jongens zien. "Kijk, dit is tovenaarsgeld. Deze gouden heten Gallions, deze zilveren Sickles, en deze bronzen heten Knuts". Zonder het gevraagd te hebben herhaalden beide jongens de namen van de munten. "Gallions, Sickles, Knuts" Lucius glimlachte. "Zie je wel, jullie zijn hele grote jongens. Nou, onthoud dit goed" De jongens knikten. "Tovenaars bewaren hun geld in de tovenaars bank. Ze hebben allemaal een eigen plaats waar ze hun geld bewaren. Zo'n plaats heet een kluis. In die kluis bewaar je niet alleen geld, maar ook dingen die veel geld kosten." vervolgde hij zijn uitleg. "De Malfoy familie heeft zijn eigen kluis, maar elk lid van de familie heeft ook zijn eigen kluis. Omdat jullie nu al hele grote jongens zijn krijgen jullie vandaag jullie eigen kluis in de bank." "Echt waar? Dat is geweldig!" riepen beide jongens enthousiast. "Ja" zei Narcissa glimlachend. "echt waar. En we gaan dat nu regelen want we zijn vlakbij de bank."

De familie Malfoy liep de achteruitgang van the Leaky cauldron, en met een tik van zijn wand tegen de muur ontvouwde Diagon Alley zich voor hen. Het was druk daar. Tovenaars waren winkelend heen en weer aan het lopen. Er waren interessant ogende winkels links en rechts van hen. Op een gegeven moment vroeg Draco aan zijn vader "papa, zijn deze mensen allemaal tovenaars?" "Ja Draco, want mensen die geen tovenaar of heks zijn kunnen hier niet komen". "Wat is het verschil tussen een tovenaar en een heks?" vroeg Abigor. "Tovenaars zijn altijd mannen, en heksen zijn altijd vrouwen. Jullie moeder is een heks en Ik ben een tovenaar." Antwoordde Lucius. "Dan ben ik dus een tovenaar en geen heks" constateerde Draco. Lucius knikte inwendig lachende.

Ze kwamen in Gringotts de tovenaarsbank. Het was een magnifiek wit gebouw met enorme deuren. Ze kwamen in een hal waar wezens achter een loket dingen zaten te doen. Tovenaars en heksen liepen af en aan. "Wat zijn dat voor een – ik weet niet hoe ik ze moet noemen?" vroeg Draco aan zijn vader. "Die wezens heten Goblins Draco. Ze weten heel veel over geld" antwoordde Lucius terwijl hij met zijn familie naar een open loket liep. "Kan ik u helpen?" vroeg de goblin vanachter het loket. "De naam is Malfoy, kluis 666 mijn zonen hebben elk een kluis nodig" sprak Lucius. "Prima, dat kan geregeld worden. Wat zijn de geboorte data van uw kinderen?" Allebei vandaag 1980, ze zijn tweeling." "Hun namen?" vroeg de Goblin "Draco Abraxas Malfoy, en Abigor Nox Malfoy" sprak Lucius. "Prima, mag ik uw sleutel even voor confirmatie?" Lucius knikte en taste in zijn zak. "Alstublieft, ik wil hem graag weer terug" "Geen zorgen, ik hoef alleen maar een afdruk ervan" zei de goblin, de sleutel al weer teruggevend. "Gaat u nog verder winkelen?" "Ja zeker" "Prima, dan kunt u over minimaal drie uur de nieuwe sleutels ophalen, is dat een probleem?" "Nee hoor" zei Lucius, we komen tegen het eind van de middag wel weer langs". Daarmee was de zaak geregeld en leidde Lucius zijn gezin uit het bankgebouw.

Ze namen een van de bankjes aan de zijkant van de straat en namen er op plaats. "Nu mijn zoons," begon Lucius. "alle tovenaarskinderen die even oud zijn als jullie krijgen les van hun ouders in alle dingen die tovenaars en heksen horen te weten en kunnen. Dat betekent dat ook jullie vanaf vandaag elke dag les zullen krijgen van mij of Narcissa. We zullen jullie magie leren, over onze traditie leren, leren lezen en schrijven zodat jullie genoeg weten voordat jullie naar de toverschool moeten" "Wat is een toverschool?" vroeg Abigor "Dat is een plaats waar kinderen van tovenaars en heksen heen gaan op hun elfde jaar waar ze dingen leren waar hun ouders niet zoveel over weten" antwoordde Narcissa. "Dus we gaan echte magie leren?" Vroeg Draco. "Ja jullie gaan echte magie leren" antwoordde Lucius. "En daarom hebben jullie een wand nodig. "Wat is een Wand?" vroeg Abigor. "Lucius haalde zijn eigen uit zijn binnenzak en liet hem zien. "Kijk, dit is een wand, je hebt het nodig om magie te kunnen doen". "Krijg ik net zo een als jij papa?" "Nee, nog niet. Kinderen krijgen wands voor kinderen. Die zijn korter dan wands voor volwassenen. Dat moet ook, want anders zijn ze te zwaar en kun je er niet goed mee zwaaien. Als je elf ward krijg je een wand voor volwassenen." Draco knikte. "Kom, we gaan naar Olivander's" zei Narcissa die van het bankje opstond en haar beide zoons bij de hand nam.

Olivander's was een klein duister en stoffig zaakje. Talloze dozen stonden aan weerskanten van de winkel opeengestapeld. Olivander begroette hen. "Ah, Mr Malfoy, ik herinner me die dag dat u voor het eerst mijn zaak binnen kwam. Ik herinner me de wand die u kocht voordat u naar.." "Genoeg ouwe dromer" Onderbrak Lucius de man. "Ik ben hier voor kinderwands voor mijn twee zoons, niet om ouwe koeien uit de sloot te halen" Olivanders blik ging onmiddellijk naar de twee kinderen die geduldig doch enigszins opgewonden stonden te wachten. "Ach kijk nou toch, wat een schattige kinderen heb jij voortgebracht. Hoe heten ze?" "Draco Abraxas en Abigor Nox" zei Lucius. "aha, zeer traditionele namen is het niet? Trouwens, hoe komt dat bruine haar in je familie?" vroeg hij zijn blik op Abigor gericht". "Ik dacht dat jij enkel blond haar in je familie had?"

Oeps, daar had Lucius niet aan gedacht, hij het er over moeten denken toen hij het kind accepteerde. Hij zou het haar moeten bleken zodat het meer familiair leek. "Dat krijg je als een Black met een Malfoy trouwt, die hebben zwart haar in de familie. Hoe ze er aan komen, geen flauw benul. Wellicht wordt het vanzelf blonder naar mate hij ouder word" Olivander knikte. "Overigens, heb je een voorkeur voor materiaal voor de wands?" "Niet echt" antwoordde Lucius. "Het zijn maar kinderwands. Graag een beetje fatsoenlijke kwaliteit." Olivander Knikte. "Natuurlijk". Daarna liep hij naar een rek, haalde er twee dozen uit, opende deze en liet de beide jongens de wands zien. "En wat vinden jullie ervan? Mooi?" "Ja!" jubelden de jongens in koor. "Kunnen ze jullie goedkeuring ook krijgen?" vroeg Olivander aan de twee ouders. Beiden knikten ze. "Kom kom, neem beiden een wand en zwaai ermee". Zei de wandmaker terwijl hij hun de wands uitreikte. Beide jongens deden zogezegd en magische lichtjes stroomden uit de wand toen ze ermee zwaaiden. "Hoera! Ik kan lichtjes toveren!" riep Draco enthousiast. "Kijk! Ik ook!" riep Abigor. De drie volwassenen lachten er hartelijk om. De wands werden hoe spijtig voor de jongens ook weer opgeborgen in hun dozen. Deze werden vervolgens afgerekend en even later stonden ze weer buiten in Diagon Alley.

"zo, dat is in elk geval gebeurd" zei Lucius. "Was het leuk?" "Ja pappa!" zeiden de jongens in koor. "Dat dacht ik al" lachte de trotse vader. "Waar gaan we nu heen pappa?" vroeg Abigor nieuwsgierig. "Naar de dierenwinkel" antwoordde deze. "Jullie mogen allebei een huisdier uitkiezen voor jullie verjaardag. "Leuk!" riepen de jongens tegelijkertijd.

Toen ze in de dierenwinkel aankwamen voelde Abigor zich meteen aangetrokken tot de bak jonge slangen. Hij liep er heen en keek erin. Een zwarte slang met groene ogen tilde zijn kop op en siste -hallo jongen- tot Abigors verbazing kon hij de slang verstaan en zonder dat hij precies wist hoe, siste hij een hallo terug. -Jonge slangentaal spreker, neem je in overweging om een van ons mee te nemen? Geen van ons zal je kwaad doen- siste een andere slang. -Ja,- siste Abigor, -Ik voel me aangetrokken tot jullie.- -dat begrijpen wij.- siste enkele slangen. -Is er iemand van jullie die met mij mee wil?- verscheidend gesis steeg op uit de bak. -Kies maar een van ons,- zei een andere slang. -zwarte die mij het eerst aansprak, wil jij met me mee?- Het dier antwoordde -Natuurlijk, wie wil er niet mee met een slangentaal spreker?- -Hoe word je door de anderen genoemd?- voeg Abigor -Veni- siste het terug. -Goed Veni, neem je tijd om afscheid te nemen van je broeders en zusters, ik ga eerst kijken wat mijn familie doet, dan kom ik je ophalen ok?- Histe Abigor. -Goed Meester, ik zie je zo.- siste Veni

Abigor draaide zich om om te zien of Draco al een keuze had gemaakt. Tot zijn verbazing stonden Lucius en Narcissa hem met open mond aan te kijen. "Pappa, heb ik iets verkeerd gedaan?" vroeg de jongen. "Nee, helemaal niet" sprak Lucius "Abigor, je bent een Parselmouth, iemand die slangentaal kan horen en spreken. Wist je dat dat een zeldzaam magisch talent is?" "Echt waar papa?" Lucius knikte. "Ja, Ik ken maar 1 persoon die dat kent behalve jij". "echt?" "Ja, kom stel er nu geen vragen meer over. Ik leer je er alles over tijdens je lessen" zei Lucius die een blik op zijn andere zoon wierp en zag dat hij een zwart uiltje had uitgekozen. Abigor liep terug naar de bak met slangen -Veni, ik denk dat het tijd is om te vertrekken.- siste hij. Het slangetje hief zijn hoofd op en Abigor strekte zijn arm uit waar het jonge dier zich onmiddellijk omheen wond. Even later stonden ze buiten de winkel.

"Ik stel voor dat jullie en Narcissa ergens wat gaan drinken hier, dan kan ik nog wat dingetjes doen" sprak Lucius. "Goed, We gaan naar The Leaky Cauldron toe, dan zal ik de jongens het een en ander vertellen over de tovenaarswereld" zei Narcissa. "Als ik terug ben heb ik de sleutels bij me" zei Lucius "goed" zei Narcissa die haar zoons bij de hand nam op weg naar The Leaky Cauldron. "Wat gaat papa doen?" vroeg Draco terwijl ze die kant op lopen. "Dat merk je nog wel. Verassing"