25 oktober 1985

Lucius, Narcissa en de beide jongens zaten aan de ontbijttafel toen Lucius zijn keel schraapte en een gezicht opzette alsof hij iets belangrijks te zeggen had. De beide jongens keken meteen verwachtingsvol op van hun toast, nieuwsgierig naar wat hun vader hun te zeggen had.

"Over zes dagen is het Halloween," sprak Lucius op gewichtige toon. "Dat is een speciale dag voor Tovenaars, en zeker voor tovenaars van zuiver bloed zoals wij." Beide jongens keken verheugd, ze hielden wel van speciale aangelegenheden. "Op Halloween, om middernacht komen alle zuiverbloedige tovenaars en heksen die vijf jaar en ouder zijn bij elkaar voor een speciale bijeenkomst. Omdat jullie dit jaar allebei vijf jaar zijn geworden zullen ook jullie hierbij aanwezig zijn." sprak Lucius trots.

Abigor en Draco stonden op het punt iets te zeggen, maar omdat ze wisten dat hun vader er niet van hield om in de rede te worden gevallen slikten ze hun enthousiasme in en keken hun vader met nog nieuwschierigere blikken aan. Moeder Narcissa nam het over sprak haar zonen toe, "Omdat jullie zulke grote jongens zijn word er ook heel veel van jullie verwacht, bijvoorbeeld dat jullie je netjes gedragen, en dat jullie begrijpen wat er allemaal gebeurt." Lucius glimlachte en vervolgde, "En daar zal de les vandaag over gaan, en moeder zal er daarom vandaag ook bij zijn."

Toen beide ouders uitgesproken leken te zijn konden Draco en Abigor hun enthousiasme niet meer onderdrukken. Snel aten ze hun toast op, benieuwd naar wat voor nieuwe dingen ze vandaag allemaal zouden leren.

--------------------------------------------------------------------------------------

Toen ze klaar waren met ontbijten liepen ze gezamelijk naar het leslokaal. Daar aangekomen ontdekten de jongens twee pakketjes die op hun tafeltjes lagen, elk met hun naam erop. "Pak maar uit", sprak Narcissa, die zichzelf een stoel conjureerde terwijl haar man achter zijn bureau ging zitten.

Beide jongens pakten hun paketjes uit en ontdekten dat er twee witte kledingstukken in het pakketje zaten, vragend richtten ze zich tot hun vader.

"Het ene kledingstuk heet een tuniek, en het andere een cloak" sprak deze. "jullie mogen ze nu aantrekken." Draco en Abigor richtte hun vragende blik op hun moeder die knikte ten teken dat ze hen zou helpen.

Toen ze even later waren aangekleed zei Lucius dat ze mochten gaan zitten. De beide jongens gingen ziten en Lucius begon te vertellen.

"Deze kleding zullen jullie dragen op Halloween, het zijn de kleren van een vijfjarige pure-blood die voor het eerst de bijeenkomst bijwoont. Op de bijeenkomst moeten alle kinderen die deze kleren dragen bij elkaar gaan staan in rijtjes van zes, maar maak je daar geen zorgen over, want iemand zal jullie je plaats wijzen. Tijdens de bijeenkomst zullen jullie daar alleen staan, want ik en mamma moeten ergens anders staan, en je zult niet kunnen zien waar we moeten staan."

Dat beangstigde de jongens een beetje, ze konden zich niet voorstellen dat ze ergens zouden moeten zijn zonder dat vader of moeder in de buurt was, maar ze werden gerustgesteld door hun moeder die zei dat ze niet bang hoeven te zijn als ze maar goed naar hun vader luisterden.

Lucius nam een foto van zijn bureau en liet deze zien. Abigors adem stokte in zijn keel want hij herkende de man op de foto als degene die hem had geleerd om op afstand met zijn slang te praten. Hij was de andere slangentaalspreker, maar hij liet niets merken, want hij had de man beloofd dat hij er niets over tegen Draco zou zeggen. "Aan het begin van de bijeenkomst zullen alle mensen in rijen om een verhoging heen komen te staan. Wanneer deze man op de verhoging verschijnt moeten jullie dit doen." Sprak hun vader hen toe. Daarna stond hij op, en ging vanuit kaarsrachte positie in een halfgeknielde houding zitten, zijn hoofd naar de grond gericht. "jullie bijven zo zitten totdat de man 'genoeg zegt' dan ga je weer zo staan.' hij stond op en ging weer in kaarsrachte positie staan. 'tijdens de bijeenkomst blijf je netjes in je rij rechtop staan, tenzij er word gevraagd dat je iets anders moet doen.'

Lucius ging weer zitten en vervolgde zijn verhaal. "De man die ik jullie liet zien is een heel belangrijk persoon. Zijn naam is Lord Voldemort, maar hij word met heel veel andere namen aangesproken. Hij is de leider van de pure blood tovenaars en heksen, omdat hij afstamt van Salazar Slytherin, één van de grootste leiders die we ooit gekend hebben.

'Dus hij is heel belangrijk' dacht Abigor terwijl hij ondertussen luisterde naar wat zijn vader te vertellen had, 'dat wist ik niet, en hij wil mij lesgeven? wow!"

"Als je bij hem in de buurt bent moet je je heel netjes gedragen." sprak Lucius. "Je mag hem niet recht aankijken, en als hij je wat vraagt moet je antwoord geven. Als hij wil dat je iets doet moet je dat doen, zonder vragen te stellen, en je mag hem niet in de reden vallen" sprak Lucius ietwat streng.

De les ging door en vader Lucius vertelde zijn zonen wat er allemaal zou gebeuren tijdens de bijeenkomst. Hij leerde ze ook een nieuwe spreuk, hen op het hart drukkend dat ze ze deze spreuk nooit op een tovenaar van zuiver bloed mochten afvuren. Deze spreuk zou aan het einde van de bijeenkomst gebruikt worden om hun supioriteit te bekrachtigen, ze zouden hem moeten afvuren op een muggle.

Toen Lucius klaar was met het onderricht, en de jongens weer in hun gewone kleren waren gehesen zei Abigor tegen Draco dat hij zo met hem kwam spelen, maar dat hij nog iets moets doen. Draco knikte en liep de kamer uit.

Abigor wende zich tot zijn vader. "Vader? Maar dat was toch die man die laatst hier was?" Vroeg hij aarzelend. "Ja dat klopt Abigor" zei Lucius. "En hij wil mij dingen leren?" vroeg Abigor. "Dat zei hij toch" Sprak Lucius. "Maar moet ik dan ook heel netjes zijn als ik met hem praat?" vroeg Abigor. "Als je met hem alleen bent en hij vind het goed, dan hoef je niet netjes te zijn, maar als je met anderen bent, dan wel" sprak Lucius weloverwogen. "Goed vader" zei Abigor. "Wanneer zal ik hem zien voor les?" Lucius glimlachte vaderlijk, "Op Halloweensdag zal hij hier zijn voor les." De jongen knikte, "Moet ik doen alsof ik hem niet ken en -dit- doen?" vroeg hij terwijl hij de geleerde houding aan nam. "Als Draco erbij is wel." sprak Lucius. "Waarom mag Draco het niet weten?" Vroeg Abigor nieuwschierig. "Dat moet je aan The Dark LOrd vragen" antwoordde Lucius terwijl hij opstond. "Goed Pappa" zei Abigor terwijl hij in de richting van de deur liep. "Ik zal niets zeggen, maar ik ga nu weer met Draco spelen"

Lucius glimlachte en verliet na zijn zoon de kamer.